19
ONDERHOUD
Vooraleer elke onderhoudshandeling uit te
voeren moet de elektrische- en gasvoeding van
het apparaat worden afgesloten.
INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR
●Het toestel werd ontworpen om op volle kracht te
werken voor minder dan 24 uur (systeem van niet
voortdurende werking). Het bereiken van deze
limiet veroorzaakt een regelingstop om het
apparaat toe te laten de eigen doeltreffendheid te
controleren.
●Deze automatische inrichting is een
veiligheidsinrichting en mag niet gewijzigd
worden. Geknoei brengt mee dat elke
verantwoordelijkheid van de constructeur en van
de garantie vervalt.
●Respecteer de nationale en Europese wetgeving
met betrekking tot elektrische veiligheid die van
toepassing is (vb. EN 60335-1/EN 50165).
●Controleer goed de kabels vooraleer in werking te
stellen: een verkeerde bekabeling kan het
apparaat schaden en de veiligheid van het toestel
in gevaar brengen.
●De kookplaat enkel bij afwezigheid van spanning
in- en uitschakelen .
●Vermijdt dat het apparaat ontploft door het laten
vallen van waterdruppels.
●Vermijdt dat zekeringskabels tezamen worden
geplaatst met hoogspanningskabels van de
ontstekingstransformator.
●Controleer of geen voorwerpen aanwezig zijn op
de kookplaat, in het bijzonder op het gedeelte met
het bedieningspaneel.
●Wacht enkele seconden na het aanzetten van de
kookplaat totdat de procedure van automatisch
kalibreren van het toetsenbord voltooid is.
●In geval van “gedeeltelijke” kortsluiting of van
onvoldoende isolatie tussen elektriciteitslijn en
aarde, kan de spanning op de elektrodemeter
afnemen totdat de blokkeringsstop van het
apparaat wordt veroorzaakt omwille van de
onmogelijkheid om het vlamsignaal vast te stellen.
●Het laagspanningscircuit (ELV) is niet veilig voor
aanraking (enkel hoofdisolatie in
overeenstemming met EN 60730-1), de installatie
moet daarom de bescherming garanderen tegen
elektrische schokken equivalent aan een dubbele
isolatie voor de gebruikersinterface.
11) VERVANGEN VAN DE ONDERDELEN
Om de onderdelen te vervangen die zich binnenin
de kookplaat bevinden is het nodig de flensen te
verwijderen via het losdraaien van de schroeven
(fig. 14) om zo het vitrokeramisch vlak te
verwijderen.
Na de bovenstaande handelingen te hebben
uitgevoerd kan men overgaan tot het vervangen
van de kranen (fig. 15 - 16) en van de elektrische
onderdelen (fig. 17 - 18).
Het is aan te raden het rubbertje “D” te vervangen
telkens men een ventiel vervangt teneinde een
perfecte dichtheid te garanderen tussen de romp en
de plaat.
Om het werk van degene die het onderhoud
uitvoert te vergemakkelijken is hierna een tabel
voorzien met de verschillende soorten en diameters
van de voedingskabels.
FIG. 17 FIG. 18
FIG. 14 FIG. 15 FIG. 16