36
DASHBOARD EN BEDIENING
Nieuwe rit
Begint als is gereset:
– “handmatig” door de gebruiker d.m.v. het indrukken
van de betreffende knop;
– “automatisch” als de “afgelegde afstand“ de waarde
9999,9 km bereikt of als de „reistijd“ de waarde 99.59
bereikt (99 uur en 59 minuten);
– iedere keer als de accu losgekoppeld is geweest.
WAARSCHUWING Als u het systeem op nul zet terwijl
het scherm van “Trip A” wordt weergegeven, dan worden
alleen de gegevens van deze functie op nul gezet.
WAARSCHUWING Als u het systeem op nul zet terwijl
het scherm van “Trip B” wordt weergegeven, dan wor-
den alleen de gegevens van deze functie op nul gezet.
Procedure voor het begin van een rit
Voor het op nul zetten (reset) moet u, met de sleutel in
stand MAR, langer dan 2 seconden op de knop TRIP druk-
ken.
Verlaten Trip
De functie TRIP wordt automatisch verlaten, nadat alle
grootheden zijn weergegeven of als knop SET langer dan
1 seconde wordt ingedrukt.
SYMBOLEN
Op of in de nabijheid van enkele onderdelen van uw au-
to zijn plaatjes met een bepaalde kleur aangebracht, met
daarop symbolen die uw aandacht vragen en die voor-
zorgsmaatregelen aangeven die u in acht moet nemen als
u met het betreffende onderdeel te maken krijgt.
Onder de motorkap is een plaatje aangebracht, waarop de
betekenis van de symbolen wordt verklaard.