4
Bediening
Leica DISTO™ special
5
1.0.0 nl
de
en
fr
it
es
pt
nl
da
sv
no
fi
jp
zh
ko
pl
hr
hu
ru
cz
el
Meetvlak instellen
Indrukken, gewenste meetreferentie meetvlak
wordt getoond.
Mogelijke instellingen
D5-Z4
Voor Statief Achter
)
Aan de achterzijde van het apparaat bevindt zich
een 1/4" fotostatiefschroefdraad voor het statief.
)
Instelling blijft bestaan, tot de meetreferentie
wordt verandert of het apparaat automatisch of handmatig
wordt uitgeschakeld.
)
Uitgangsinstelling: Meetreferentie achter
Meten
Afstandsmeting
indrukken, de laser wordt ingeschakeld, het
apparaat bevindt zich in de "Richt modus".
Nogmaals indrukken activeert de
afstandsmeting.
Daarna wordt meteen het resultaat in de geselecteerde
eenheid getoond.
)
Is het apparaat ingeschakeld, de laser echter
niet, dan spreekt men van de "Normale modus".
)
Is de laser ingeschakeld, dan spreekt men van
de "Richt modus".
Meten vanaf vlakke oppervlakken
D5-Z5
)
Voor de stabiele opleg de draaivoet 90° draaien.
Meten uit hoeken
D5-Z6
Volgmeting (Tracking)
Indrukken tot
in het display verschijnt.
Volgmeting begint en resultaten worden
getoond.
Indrukken, om Tracking te beëindigen. Laatste
resultaat staat in de display.
Voorbeeld:Afstanden uitzetten.
D5-Z7