De printer detecteert automatisch de instelling Papierformaat aan de hand van de positie van de papiergeleiders in
de laden, met uitzondering van de standaardlade voor 550 vel en de universeellader. De printer kan de
papierformaten A4, A5, JIS B5, Letter, Legal, Executive en Universal detecteren. De universeellader en laden die andere
papierformaten gebruiken, kunnen handmatig worden gekoppeld via het menu Papierformaat in het menu
Papierformaat/-soort.
Opmerking: U kunt de universeellader koppelen door Configuratie Ulader in te stellen op Cassette in het menu
Papier om Formaat U-lader als menuinstelling weer te geven.
De instelling Papiersoort moet voor alle laden worden ingesteld via het menu Papiersoort in het menu
Papierformaat/-soort.
Laden ontkoppelen
Ontkoppelde laden hebben instellingen die afwijken van de instellingen van andere laden.
Als u een lade wilt ontkoppelen, wijzig dan de volgende lade-instellingen, zodat deze niet overeenkomen met de
instellingen van andere laden:
• Paper Type (Papiersoort), zoals Plain Paper (Normaal papier), Letterhead (Briefhoofdpapier), Custom Type <x>
(Aangepast <x>)
De papiersoort omschrijft de eigenschappen van het papier. Als de naam die uw papier het beste omschrijft al
aan laden is gekoppeld, wijs dan een andere papiersoortnaam aan de lade toe, zoals Custom Type <x> (Aangepast
<x>), of geef uw eigen aangepaste naam op.
• Paper Size (Papierformaat), bijvoorbeeld Letter, A4 of Statement
Plaats papier van een ander formaat als u de papierformaatinstelling van een lade automatisch wilt wijzigen. U
kunt de papierformaatinstellingen voor de universeellader niet automatisch wijzigen; deze dient u handmatig
in te stellen via het menu Paper Size (Papierformaat).
Let op—Kans op beschadiging: Wijs geen papiersoortnaam toe die de in de lade geplaatste papiersoort niet
nauwkeurig omschrijft. De temperatuur van het verhittingsstation is afhankelijk van de opgegeven papiersoort. Als
een verkeerde papiersoort is geselecteerd, wordt het papier mogelijk niet goed verwerkt.
Een aangepaste naam maken voor een papiersoort
Als de printer is aangesloten op een netwerk, kunt u de Embedded Web Server gebruiken om een andere naam dan
Aangepast <x> op te geven voor de aangepaste papiersoorten die in de printer zijn geplaatst.
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser.
Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt
u het adres in het TCP/IP-gedeelte.
2 Klik op Settings (Instellingen).
3 Klik op Paper Menu (Menu Papier).
4 Klik op Custom Name (Aangepaste naam).
5 Typ een naam voor de papiersoort in een vak Custom Name <x> (Aangepaste naam <x>).
Opmerking: Deze aangepaste naam komt op de plaats van de naam van een aangepaste papiersoort <x> in de
menu's Aangepaste soorten en Papierformaat/-soort.
6 Klik op Submit (Verzenden).
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen
62