4 Klik op het tabblad Opties installeren.
5 Voeg onder Beschikbare opties eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe.
6 Klik op Toepassen.
Voor Macintosh-gebruikers
Mac OS X versie 10.5 of later
1
Klik op Systeemvoorkeuren in het Apple-menu.
2 Klik op Afdrukken & faxen.
3 Selecteer de printer en klik vervolgens op Opties & Supplies.
4 Klik op Stuurprogramma en voeg eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe.
5 Klik op OK.
In Mac OS X versie 10.4 en eerder
1
Klik op het bureaublad van de Finder op Ga > Toepassingen.
2 Dubbelklik op Hulpprogramma's en dubbelklik vervolgens op Afdrukbeheer of Printerconfiguratie.
3 Selecteer de printer en kies vervolgens in het menu Printers de optie Info weergeven.
4 Selecteer Installeerbare opties in het pop-upmenu.
5 Voeg eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe en klik vervolgens op Wijzigingen toepassen.
Extra installatie-opties voor de printer
25