3 Pas de instellingen aan.
4 Klik op Profielen en vervolgens op Huidige instellingen opslaan.
5 Selecteer een lege locatie voor uw instellingen en geef de instellingen een naam.
Opmerking: de eerste locatie met de standaardfabrieksinstellingen kunt u niet wijzigen of verwijderen.
6 Klik op Opslaan.
7 Sluit alle geopende dialoogvensters.
Opmerkingen:
• Als u de opgeslagen afdrukinstellingen wilt ophalen, klikt u op Profielen Profiel terugzetten en selecteert
u vervolgens de naam van het profiel dat u wilt gebruiken.
• Klik op Profielen Profielen verwijderen als u een instelling wilt verwijderen. Selecteer de instelling die u wilt
verwijderen en klik op Verwijderen.
Macintosh
Met het voorgrondmenu Voorinstellingen kunt u veelgebruikte afdrukinstellingen opslaan. Wanneer
afdrukinstellingen worden opgeslagen in Voorinstellingen hoeven de instellingen niet bij elke afdruktaak aangepast
te worden.
1 Open het gewenste bestand en klik op Archief Druk af.
2 Selecteer een instelling uit de opties van het voorgrondmenu met afdrukinstellingen, en pas de instellingen aan.
3 Selecteer Bewaar als in het voorgrondmenu Voorinstellingen.
Het dialoogvenster Instellingen bewaren wordt weergegeven.
4 Geef een naam op voor de voorinstelling.
5 Klik op OK.
26