8
De klok instellen
1. Druk op CLOCK.
2. Selecteer een 24 uur of 12 uur tijdssysteem
door te drukken op ./>.
3. Druk op SET om het geselecteerde
tijdssysteem te bevestigen.
4. Druk op ./> op het voorpaneel om de
correcte uren in te stellen.
5. Druk op de knop SET.
6. Druk op ./> op het voorpaneel om de
correcte minuten in te stellen.
7. Druk op SET en de juiste tijd wordt nu op
het scherm getoond.
8. Druk op elk willekeurig moment op de knop
CLOCK om de tijd gedurende ongeveer 5
seconden weer te geven.
Opmerking:
Als u de klok wilt resetten, drukt u op CLOCK en
houdt u deze 2 seconden ingedrukt.
Timerfunctie
Met de TIMER functie kunt de radio ontvangen,
CD afspelen en USB afspelen Op ieder gewenst
moment.
1. Druk op de knop CLOCK om de huidige tijd
te controleren.
(Indien u de klok niet instelt, dan zal de
timerfunctie niet werken.)
2. Druk op TIMER om de timerinstellingen te
openen.
Als u de eerder gemaakte TIMER instelling
wilt wijzigen, drukt u op TIMER en houdt u
deze langer dan 2 seconden ingedrukt.
- In het display verschijnt de eerder opgesla-
gen tijd en “ ”.
3. Om beurten verschijnt elke functie
(TUNER →CD →USB) in het display. Druk
op SET wanneer de gewenste functie begint
te knipperen.
4. a. Indien u de TUNER functie selecteert,
selecteert u het vorig onthouden
programmanummer door op ./ > te
drukken en vervolgens op SET te
drukken.
- De “ON TIME”-indicator wordt gedurende
0,5 seconde in het display weergegeven
en vervolgens verdwijnt het.
b. Wanneer u de
CD
of
USB
functie
selecteert,
- De “ON TIME”-indicator wordt gedurende
0,5 seconde in het display weergegeven
en vervolgens verdwijnt het.
5. Stel de uren in om in te schakelen door te
drukken op ./> op het voorpaneel.
6. Druk op de knop SET.
7. Stel de minuten in om in te schakelen door
te drukken op ./> op het voorpaneel.
8. Druk op de knop SET.
- De “OFF TIME”-indicator wordt gedurende
0,5 seconde in het display weergegeven
en vervolgens verdwijnt het.
9. Stel het uur in om uit te schakelen door te
klikken op ./> op het voorpaneel.
10. Druk op de knop SET.
11. Stel de minuten in om uit te schakelen door
te klikken op ./> op het voorpaneel.
12. Druk op de knop SET.
13. Pas het volumeniveau aan door te klikken
op ./> op het voorpaneel.
14. Druk op de knop SET.
De
“”
instelling van de timer is nu voltooid.
15. Schakel het systeem uit.
De geselecteerde functie wordt nu automa-
tisch ingeschakeld en uitgeschakeld op de
ingestelde tijd.
Om de timer te annuleren of te controleren
Elke keer dat u op de TIMER drukt, kunt u de
timer instellen of annuleren. U kunt tevens de
status van de instelling van de timer controleren.
Om de timer te activeren of te controleren, drukt
u op TIMER zodat “ ” verschijnt in het scherm.
Om de TIMER te annuleren, druk op TIMER
zodat
“”
verschijnt in het scherm.
Slaapfunctie
Wanneer de slaaptimer gebruikt wordt, wordt de
stroom automatisch uitgeschakeld nadat de
opgegeven tijd is verstreken.
1. Druk op SLEEP om de gewenste slaaptijd in
te stellen.
De indicator SLEEP en de slaaptijd wordt in
het display weergegeven.
2. Elke keer dat u op SLEEP drukt, verandert
de instelling volgens deze volgorde.
SLEEP 180
→
150
→
120
→
90
→
80
→
70
→
60
→
50
→
40
→
30
→
20
→
10
→
OFF (Geen scherm)
Opmerking:
Wanneer u de knop SLEEP indrukt, als de
slaaptijd wordt weergegeven, wordt de
SLEEP-tijd opnieuw ingesteld.
De slaaptimermodus uitschakelen
Als u de functie wilt stoppen, drukt u her-
haaldelijk op de SLEEP toets totdat “SLEEP 10”
wordt getoond, druk nog een keer op SLEEP als
“SLEEP 10” wordt getoond.