5
Lees deze eenvoudige richtlijnen door. Deze richtlijnen moeten worden gevolgd.
Er is een hulpprogramma op uw apparaat geïnstalleerd dat eventuele fouten registreert.
Dit hulpprogramma registreert alleen specifieke gegevens met betrekking tot de fout, zoals signaalsterkte, de
Cell ID Position bij het onverwacht wegvallen van een telefoongesprek en geactiveerde apps. Het logboek kan als
referentie worden gebruikt bij het bepalen van de oorzaak van een fout. De logbestanden zijn gecodeerd. Alleen
medewerkers van LG Repair Centres hebben toegang tot deze bestanden. Zij zullen deze bestanden raadplegen
als u uw apparaat ter reparatie opstuurt.
Blootstelling aan radiogolven
Informatie over blootstelling aan radiogolven en SAR (Specific Absorption Rate).
Deze mobiele telefoon, model LG-D320n, is ontwikkeld conform de geldende veiligheidsvoorschriften voor
blootstelling aan radiogolven. Deze voorschriften worden gebaseerd op wetenschappelijke richtlijnen waarin
veiligheidsmarges zijn ingebouwd om de veiligheid van alle personen te kunnen waarborgen, ongeacht de leeftijd
of gezondheidstoestand.
t Voor de richtlijnen voor blootstelling aan radiogolven wordt de maateenheid SAR (Specific Absorption Rate)
gehanteerd. Bij tests voor SAR worden de standaardmethoden gebruikt, waarbij de telefoon in alle gemeten
frequentiebanden het hoogst toegestane energieniveau gebruikt.
t Hoewel de verschillende modellen telefoons van LG kunnen opereren op onderling verschillende SAR-niveaus,
zijn ze allemaal zodanig ontwikkeld dat naleving van de geldende richtlijnen wordt gewaarborgd.
t De SAR-limiet die wordt aanbevolen door de ICNIRP (International Commission on Non-Ionizing Radiation
Protection) bedraagt 2 W/kg evenredig verdeeld over tien gram lichaamsweefsel.
t De hoogst geteste SAR-waarde voor dit model telefoon voor gebruik op het oor is 0,612 W/kg (10 g) en voor
gebruik op het lichaam 0,660 W/kg (10 g).
t Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen
het oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van minimaal 1,5 cm van het lichaam bevindt.
Wanneer het apparaat in een draagtasje, riemclip of houder op het lichaam wordt gedragen, mogen deze
hulpmiddelen geen metaal bevatten en moet het product zich op een afstand van minimaal 1,5 cm van het
lichaam bevinden. Voor het overbrengen van databestanden of berichten moet dit apparaat kunnen beschikken
over een goede verbinding met het netwerk. In sommige gevallen kan het overbrengen van databestanden
of berichten vertraging oplopen tot een dergelijke verbinding beschikbaar is. Houd u aan de bovenstaande
afstandsrichtlijnen tot de gegevensoverdracht is voltooid.
Richtlijnen voor veilig en efficiënt gebruik