18
AANSLUITINGEN EN SETUP
VIDEORECORDER INSTELLEN
■
U kunt beeldruis (interferentie) voorkomen door voor voldoende afstand tussen de videorecorder en de Set te
zorgen.
■
Standaard wordt een stilstaand beeld op de VCR getoond. Indien een gebruiker een beeldformaat 4:3 langere
tijd gebruikt, kan er aan de zijkanten van het scherm een nabeeld achterblijven.
Aansluiting met een antennekabel
Sluit de RF-uitgang van de videorecorder aan op de antenneaansluiting op
het achterpaneel van het TV-toestel.
Sluit de antennekabel aan op de RF-antenne-ingang van de videorecorder.
Leg het videokanaal vast op een programmanummer naar keuze volgens de
instructies in "Handmatige programmering".
Kies het programmanummer waarop het videokanaal is vastgelegd.
Druk op de
PPLLAAYY
-toets van de videorecorder.
1
2
3
4
5