NL
67
Voedseleigenschappen en bereidingen
met de microgolfoven
Roeren
Roeren is een van de belangrijkste technieken bij het koken met de microgolfoven. Bij conventioneel koken
wordt het voedsel geroerd om het beter te mengen. Bij het koken met microgolven dient het roeren om de
warmte te spreiden en te herverdelen. Roer altijd van de buitenzijde naar het midden, want de buitenzijde
is het warmst.
Omdraaien
Grote en hoge voedselartikelen zoals gebraad en hele kippen moeten worden omgedraaid zodat de
bovenzijde en de onderzijde gelijkmatig worden gekookt. U doet er ook goed aan kippendelen en
vleeslapjes om te draaien.
Dikkere gedeelten aan de buitenkant plaatsen
Aangezien microgolven worden aangetrokken tot het buitenste gedeelte van voedsel, is het verstandig om
dikkere vleesporties, gevogelte en vis aan de buitenste kant van de schaal te leggen. Zo krijgen de dikkere
gedeelte de meeste microgolfenergie en kookt het voedsel gelijkmatig.
Afschermen
U kunt stroken aluminiumfolie (die geen microgolven doorlaat) over de hoeken of randen van vierkante en
rechthoekige eetwaar aanbrengen om te voorkomen dat die gedeelten te veel warmte ontvangen. Gebruik
nooit te veel folie en zorg ervoor dat de folie vastgemaakt is aan de schaal. Anders kan het vonken
veroorzaken.
Hoger plaatsen
Dikke of dichte voedingsartikelen kunt u hoger plaatsen zodat de microgolven ook door de onderzijde en
het middelste gedeelte van het voedsel kunnen worden opgenomen.
Prikken
Voedsel in een schelp, schil of vlies zal barsten in de oven als u er eerst niet in heeft geprikt. Tot deze
categorie van voedingsartikelen behoren de dooiers en het wit van eieren, mosselen en oesters en
onversneden groente en fruit.
Controleren of het voedsel gaar is
Voedsel wordt zo snel gaar in een oven dat het noodzakelijk is om het vaak te controleren. Sommige
voedingswaren worden in de microgolfoven gelaten tot ze volledig klaar zijn, maar de meeste, waaronder
vlees en gevogelte, moeten uit de oven worden genomen terwijl ze nog lichtjes ongaar zijn, om voort te
garen buiten de oven. De inwendige temperatuur van voedsel stijgt tussen 3°C en 8°C tijdens het
voortgaren buiten de oven.
Laten garen buiten de oven
Vaak moet voedsel nog 3 tot 10 minuten buiten de oven blijven staan. Doorgaans wordt het voedsel afgedekt
tijdens het garen buiten de oven om zoveel mogelijk warmte te behouden, tenzij het een droge textuur moet
krijgen (zoals bepaald gebak en sommige koekjes bijvoorbeeld). Door het voedsel nog een tijdje buiten de oven
te laten staan wordt het gaar en mengen de smaken zich meer en komen ze beter tot hun recht.
Uw oven reinigen
1 De binnenzijde van de oven zuiver houden
Spatten of gemorste vloeistof kleven aan de wanden van de oven en tussen de afdichting en
het oppervlak van de ovendeur. Het beste is de spatten en gemorste vloeistoffen onmiddellijk
weg te vegen met een vochtige doek. Kruimels en gemorste vloeistof absorberen
microgolfenergie en verlengen de bereidingstijden. Gebruik een vochtige doek om kruimels
weg te vegen die tussen de ovendeur en het frame terechtkomen. Voor een goede afdichting
van de ovendeur is het belangrijk om deze zone zuiver te houden. Verwijder vetspatten met
een doek met reinigingsmiddel. Daarna spoelen en droogwrijven. Gebruik geen harde
detergenten of schurende reinigingsmiddelen. De metalen schaal kunt u met de hand of in de
vaatwasmachine wassen.
2 De buitenzijde van de oven zuiver houden
Maak de buitenzijde van uw oven schoon met zeep en water en dan met zuiver water. Droog
de buitenzijde van uw oven daarna af met een zachte doek of keukenpapier. Om
beschadiging van de werkingsonderdelen in de oven te vermijden, moet u vermijden dat er
water in de oven dringt via de ventilatieopeningen. Om het bedieningspaneel te reinigen
opent u de ovendeur, om te voorkomen dat de oven ongewenst in werking wordt gesteld, en
veegt u het paneel schoon met een vochtige doek en onmiddellijk daarna met een droge doek.
Druk op de toets Stop/Clear na het schoonmaken.
3 Als er zich stoom ophoopt binnenin de oven of aan de buitenzijde van de ovendeur moet u dat
wegvegen met een zachte doek. Dit kan gebeuren wanneer de oven wordt gebruikt in erg
vochtige omstandigheden en duidt absoluut niet op een defect van de oven.
4 De ovendeur en de deurafdichtingen moeten zuiver worden gehouden. Gebruik enkel warm
zeepwater en spoel en droog grondig na.
GEBRUIK GEEN SCHURENDE MATERIALEN, ZOALS REINIGINGSPOEDERS OF STALEN EN
PLASTIC SCHUURSPONSJES.
Metalen onderdelen zijn gemakkelijker te onderhouden als u ze regelmatig schoonmaakt met
een vochtige doek.
5 Gebruik geen stoomreiniger.
6 Trek de stekker van de oven uit indien u het bedieningspaneel reinigt met een natte doek of
water sproeit op het glas. Dit product kan anders in werking gezet worden met de Snelle Start
knop.