9
Inleiding
a
POWER: Schakelt de recorder
AAN of UIT.
OPEN/CLOSE (Z): Opent en sluit
de schijflade.
DVD: Selecteert de functiemodus
van het toestel op DVD.
HDD: Selecteert de functiemodus
van het toestel op HDD.
AV/INPUT: Selecteer de
ingangsbron voor een opname
(Tuner, AV1-3, of DV IN).
0-9 nummertoetsen: Selecteert
genummerde opties in een menu.
DUBBING: Kopieërt DVD naar
HDD (of HDD naar DVD).
PIP: Schakelt de PIP functie in of uit.
TV controleknoppen: zie
bladzijde 55.
b
AUDIO ( ): Selecteert een audio
taal of audio kanaal.
SUBTITLE ( ): Selecteert een
ondertiteltaal.
CHP. ADD: Plaatst een
hoofdstukmarkering tijdens het
afspelen.
REC (z): Begint de opname.
REC MODE: Selecteert de
opnamestand.
TITLE: Toont het titelmenu van het
schijfje, indien beschikbaar.
c
SCAN (m / M): Zoek
achterwaarts of voorwaarts.
SKIP (. / >): Ga naar
volgend of vorig hoofdstuk/track.
PAUSE/STEP (X): Pauzeert
tijdelijk afspelen of opnemen.
PLAY (
NN
): Start de weergave.
STOP (x): Stopt het afspelen of
opnemen.
d
HOME: Opent of sluit het
Hoofdmenu.
MENU/LIST: Opent het menu op
een DVD schijf en schakelt tussen
de menu’s Titellijst-Origineel en
Titellijst-Afspelen.
b / B / v / V (Links/Rechts/
Omhoog/Omlaag): Selecteert een
optie in het menu.
ENTER ( ): Bevestigt de
menukeuze.
PR/CH (+/-): Scant de in het
geheugen opgeslagen kanalen op
en neer.
DISPLAY: Opent het OSD
(On-Screen Display).
RETURN (O): Sluit het menu.
e
TIMESHIFT: Activeert het
pauzeren van een rechtstreekse
TV-uitzending/afspelen van een
eerder opgenomen rechtstreekse
TV-uitzending (timeshift).
MARKER: Markeert om het even
welk punt tijdens de weergave.
SEARCH: Opent het zoeken op
markermenu.
CLEAR: Wist een tracknummer
van de Programma Lijst of een
marker van het menu Zoeken op
Marker (Marker Search).
ZOOM: Vergroot het videobeeld.
REPEAT: Herhaalt hoofdstuk,
track, titel, alles.
A-B: Herhaalvolgorde.
THUMBNAIL: Selecteert een
miniatuurafbeelding.
TV/DVD: Bekijk kanalen die
worden geselecteerd met de
recorder-tuner of met de TV-tuner.
Afstandsbediening
a
b
c
d
e
Gebruik van de
Afstandbediening
Richt de afstandbediening op de
afstandbedieningssensor en druk op de knoppen.
Waarschuwing
Gebruik oude en nieuwe batterijen niet door elkaar.
Meng nooit verschillende soorten batterijen (standaard,
alkaline, etc.)
Batterijen in de afstandsbediening
plaatsen
Verwijder de batterijklep aan de
achterkant van de
afstandbediening, en plaats twee
R03 (grootte AAA) batterijen met
en correct geplaatst.