12
Invriezen, Bewaren
De verse levensmiddelen moeten zo snel mogelijk door en door
bevroren worden. Zo blijven voedingswaarde, uiterlijk en smaak
van de ingevroren levensmiddelen het beste bewaard.
Op het typeplaatje (zie onder `Invries-
capaciteit´ ) vindt u hoeveel kilo verse
levensmiddelen u binnen 24 uur mag
invriezen. De invriescapaciteit is afhan-
kelijk van het model en de klimaatklasse
van uw kast.
Invriezen met Superfrost Afb. A
• Superfrost-toets
kort indrukken,
zodat het lampje brandt.
- De vriestemperatuur daalt, het apparaat werkt op grootst mogelijke
invriescapaciteit, tegelijkertijd brandt het lampje.
• Vervolgens de verse levensmiddelen erin leggen.
• Bij een kleine in te vriezen hoeveelheid ca. 6 uur wachten/
voorvriezen, bij de maximale hoeveelheid, zie typeplaatje onder
vriescapaciteit, ca 24 uur. Daarna kan de Superfrost-functie met
de hand worden uitgeschakeld.
- Superfrost schakelt na in het totaal ca. 60 uur
automatisch uit.
Het invriezen is afgesloten.
- Het
Superfrost-lampje is donker - het apparaat functioneert
weer in het energiebesparende normale bedrijf van de laatste
instelwaarde.
Aanwijzing: Superfrost wordt niet ingeschakeld:
- bij het inleggen van reeds ingevroren waren,
- bij het invriezen tot ca. 2 kg verse levensmiddelen per dag.
Bewaren
Bij het bewaren van diepvriesprodukten (reeds ingevroren le-
vensmiddelen) kan het vriesgedeelte onmiddellijk volledig worden
gevuld. De temperatuurregelaar hoeft niet in een andere stand te
worden gezet.
Aanwijzingen voor het invriezen en bewaren
• Leg de levensmiddelen altijd soort bij soort.
•
De volgende levensmiddelen kunt u invriezen: vlees, wild,
gevogelte, verse vis, groente, fruit, zuivelprodukten, brood, bak-
kerijprodukten, kant-en-klare maaltijden.
Ongeschikt zijn: kropsla, rammenas, druiven, hele appels en
peren, vet vlees.
• Verpak levensmiddelen die u zelf invriest altijd in afgemeten
porties. Om deze porties meteen door en door te laten bevriezen,
doet u er goed aan de volgende maximale hoeveelheden per
portie aan te houden:
fruit, groente: max. 1 kg, vlees: max. 2,5 kg.
• Groenten na het wassen en afmeten van de porties blancheren
(2-3 minuten in kokend water onderdompelen en vervolgens snel
in koud water afkoelen).
• Verse levensmiddelen en geblancheerde groenten voor het
invriezen niet zouten en kruiden. Aan overige levensmiddelen
slechts weinig zout en kruiden toevoegen. Kruiden veranderen
de smaakintensiteit.
• De in te vriezen producten verpakken in speciale diepvrieszakjes
of bakjes van kunststof, metaal of aluminium.
• Breng in te vriezen levensmiddelen niet in contact met reeds
ingevroren produkten. Leg uitsluitend droge verpakkingen in de
kast zodat ze niet aan elkaar kunnen vastvriezen.
• Noteer altijd datum en inhoud op de verpakkingen. Houd u aan
de maximale houdbaarheid om kwaliteitsverlies te voorkomen.
• Vries geen flessen en pakken met koolzuurhoudende dranken
in aangezien deze kunnen exploderen. Haal flessen die u snel
wilt koelen uiterlijk na één uur al weer uit de kast!
• Ontdooien: Haal steeds slechts zoveel levensmiddelen uit de kast
als u direct nodig hebt. Verwerk eenmaal ontdooide levensmid-
delen zo snel mogelijk tot een gerecht.
Ingevroren levensmiddelen kunt u als volgt ontdooien:
– in de hete-luchtoven
– in de magnetron
– bij kamertemperatuur
– in de koelkast: de warmte die voor het ontdooien nodig is, wordt
aan de overige produkten in de koelkast onttrokken.
Reeds enigszins ontdooide platte porties vlees en vis kunnen
heet bereid worden. Groenten kunt u direct bereiden, zonder dat
u ze ontdooit (in de helft van de tijd die normaal nodig is om gaar
te worden).
Ontdooien
In de vriesruimte onstaat na langere tijd een laag rijp of
ijs op de platen, waardoor het eneergieverbruik toeneemt.
Ontdooi de platen daarom regelmatig.
• Schakel de kast uit om hem te ontdooien: Trek de stek
-
ker uit het stopcontact of draai de temperatuur-regelaar
naar `0´.
• Schuifladen en glasplaten verwijderen.
• Wikkel de levensmiddelen in oude kranten of een deken en
bewaar ze op een koele plaats.
• Plaats een pan met heet – niet: kokend – water op een vriesplaat,
om de kast sneller te laten ontdooien.
• Laat de deur van de kast tijdens het ontdooien open staan. Neem
het laatste restje dooiwater met een doek op en maak de kast
vervolgens schoon.
Gebruik voor het ontdooien geen mechanische of andere hulp-
middelen tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
Reinigen
Let op! Trek vóór het reinigen altijd de stekker uit het stopcon-
tact. Is dit niet mogelijk, draai dan in de meterkast de zekering
eruit van de groep waarop de kast is aangesloten.
Reinig de binnenkant van de kast, de accessoires en de buitenwand
met lauw water waaraan een beetje afwasmiddel is toegevoegd.
Gebruik in geen geval chemische oplosmiddelen of produkten die
zand of zuren bevatten.
Gebruik geen stoomreinigingsapparaten!
Gevaar voor beschadiging en verwonding.
• Let erop dat er geen water in de elektrische delen of de venti-
latierooster dringt.
• Maak alles goed droog met een doek.
• Maak het aggregaat en de warmtewisselaar (het metalen rooster
aan de achterkant van de kast) minimaal één keer per jaar stofvrij
en schoon.
• Beschadig of verwijder het typeplaatje aan de binnenkant van het
apparaat nooit: het is belangrijk voor onze technische dienst.
Het info-systeem*
De ingevroren levensmiddelen dienen binnen de aanbevolen
bewaartijden te worden gebruikt.
De cijfers tussen de symbolen geven de bewaartijd in maanden
aan. Dit steeds voor meerdere diepgevroren producten.
De aangegeven bewaartijden zijn richtlijnen voor vers in te
vriezen levensmiddelen. Of de onderste of de bovenste waarde
geldig is ligt aan de kwaliteit van de levensmiddelen en hoe
deze voor het invriezen zijn voorbehandeld. Voor vettere levens
-
middelen gelden altijd de onderste waarden.
De symbolen van het info-systeem hebben de volgende bete
-
kenis:
kant-en-klare
maaltijden
ijs
vis
groente
fruit
varkensvlees
wild
worstjes
paddestoelen
gevogelte
rund-/kalfsvlees
brood