32
* afhankelijk van model en uitvoering
Stelpoten en transportgrepen voor,
transportwieltjes achter
Het apparaat in vogelvlucht
Bedienings- en controlepaneel, afb. A1
1 Temperatuur- en insteldisplay
2 Tiptoetsen voor temperatuur:
UP = warmer, DOWN = kouder,
aanbevolen instelling: 5 °C
3 Aan/Uit-toets
4 SuperCool-toets; licht op = functie ingeschakeld.
Voor het snel afkoelen van levensmiddelen. Automatische
uitschakeling na ca. 6 uur.
5 Toets voor uitschakelen geluidssignaal bij deuralarm
6 Indicator voor kinderbeveiliging, licht op = functie ingescha-
keld, tegen ongewenst uitschakelen. Meer informatie vindt u
in de paragraaf 'Extra functies'.
Lade met regelbare luchtvochtigheid voor vochtig
bewaren van sla, groente, fruit
Dooiwaterafvoer
Bedienings- en controlepaneel
Verplaatsbare draagplateaus
Binnenverlichting*
Laden voor koudegevoelige groenten, sla, fruit
Verschuifbare flessenhouder*
Opbergvak voor hoge flessen en drank
BioFresh-gedeelte, tussen 0 °C en 3 °C
Lade voor droge of verpakte levensmiddelen
Deelbaar draagplateau*
Flessenrek
Koudste zone van de koelruimte, voor gevoelige en snel
bederfelijke levensmiddelen
Koelgedeelte, ca. 5 °C
Transportgrepen achter
Boter- en kaasvak
Eierrekje*
Overzicht van apparaat en uitrusting
In hoogte verstelbaar conservenblikkenvak
Instelling van de luchtvochtigheid in de BioFresh-lade,
afb. A2: schuif links = droog klimaat, rechts = vochtig klimaat
Typeplaatje, afb. A3
Typeplaatje, afb. A3
1 Typeaanduiding
2 Servicenummer
3 Apparaatnummer