44
* afhankelijk van model en uitvoering
Koelen bij normaal gebruik
Door de natuurlijke luchtcirculatie bij normaal gebruik (ventilator
uitgeschakeld) ontstaan verschillende temperatuurzones, die
voor het bewaren van de verschillende levensmiddelen gunstig
zijn.
- Direct boven de groenteladen en tegen de achterwand is het
het koudste - gunstig voor bijv. worst- en vleeswaren.
- In het bovenste voorste bereik en in de deur is het het warm-
ste - gunstig voor bijv. smeerbare boter en kaas. Bewaar
daarom de levensmiddelen volgens het „indelingsvoorbeeld“,
afb. B.
Tips voor het koelen
W Plaats levensmiddelen zodanig dat de lucht goed kan circu-
leren, dus niet te dicht bij elkaar. Ventilatorluchtgaten* aan de
achterkant niet bedekken - belangrijk voor het koelvermogen!
W Bewaar levensmiddelen altijd in gesloten verpakkingen; be-
waar producten met een hoog percentage alcohol alleen goed
afgesloten en staande.
W Als verpakkingsmateriaal zijn recyclebare kunststof, metalen,
aluminium, glazen verpakkingen en vershoudfolie geschikt.
W Ethyleengasproducerende en -gevoelige levensmiddelen zo-
als fruit, groente en sla, altijd gescheiden bewaren of verpak-
ken, om de houdbaarheid niet te reduceren; bijv. tomaten niet
met kiwi‘s of kool bewaren.
Indeling aanpassen
W Het conservenblikkenvak* kunt u verplaatsen en alle opberg-
vakken zijn voor het reinigen uitneembaar, afb. C1/2: schuif het
opbergvak omhoog en neem het er naar voren uit.
W Door het verschuiven van de flessen- en conservenhouder
kunt u flessen beveiligen tegen omvallen bij het openen en
sluiten van de deur. Bij een uitvoering als in afb. C1 neem de
houder altijd bij het fixeerdeeltje van kunststof.
- Voor het reinigen kan de houder worden weggenomen: Bij
een uitvoering
- als in afb. C1: de onderste rand van de houder naar voren
trekken en losmaken;
- als in afb. C2: de voorste rand van de houder omhoog schui-
ven en losmaken.
W De draagplateaus* (roosters of glasplaten) kunt u afhankelijk
van de hoogte van de producten verplaatsen. Draagplateaus
er volgens afb. D1-3 uitnemen.
- Schuif de draagplateaus altijd met de aanslagrand achter naar
boven wijzend terug, daar de levensmiddelen anders aan de
achterwand vast kunnen vriezen.
- De glasplaten* zijn door uittrekstops beveiligd tegen ongewild
uittrekken, afb. D2.
W Hebt u ruimte voor grote flessen nodig, dan kunt u
- de voorste halve glasplaat* zacht omhoog heffen en voorzich-
tig onder de achterste plaat schuiven tot de uittrekstops* in de
openingen klikken, afb. E1, of
- een half* plateau eruithalen.
De binnenverlichting
wordt automatisch uitgeschakeld wanneer het apparaat langer
dan ca. 15 minuten open staat. Gaat de binnenverlichting niet
automatisch aan wanneer u het apparaat opent maar is het
temperatuurdisplay wel verlicht, dan is het gloeilampje misschien
defect.
Vervangen van de gloeilamp:
W Type gloeilamp: max. 25 W, de stroom en spanning moeten
overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje. Gebruik
enkel gloeilampen met dezelfde afmeting. E14-fitting.
W Schakel het apparaat uit. Trek de stekker uit het stopcontact
of schakel de zekering in de meterkast uit.
W Druk de boven- en onderkant van het afdekkapje, afb. F1, in 1
en wip het kapje aan de achterkant los 2.
W Vervang de gloeilamp, afb. F2.
W Zet het afdekkapje achter terug en druk de boven- en onder-
kant vast.
Afb. B, Indelingsvoorbeeld
1 boter, kaas
2 eieren
3 pakken melk/sap, dranken, flessen
4 conservenblikken
5 zuivelproducten, bakproducten, dranken
6 vlees, worst, vis, kant-en-klare maaltijden
7 fruit, groenten, sla
Koelgedeelte