44
Ontdooien, reinigen
Aanwijzingen voor het ontdooien
Het NoFrost-systeem* ontdooit het apparaat automa-
tisch .
Het ontstane vocht slaat neer op de verdamper en wordt
periodiek ontdooit en verdampt.
Door het automatische ontdooiprincipe blijft de vriesruimte
steeds ijsvrij, de werk- en tijdsinspanning voor het handmatig
ontdooien vervalt.
Vriesruimte
Bij apparaten zonderNoFrost-systeemvormt zich na langere
gebruiksduur een rijp- resp. ijslaag, afhankelijk van het aantal
keren dat de deur wordt geopend en de ingelegde “warme” le-
vensmiddelen. Dit is heel normaal. Een dikkere ijslaag verhoogt
echter het energieverbruik. Daarom moet u het apparaat regel-
matig ontdooien: Gebruik voor het ontdooien geen elektrische
verwarmingsapparaten of stoomreinigers, ontdooisprays, open
vuur of metalen voorwerpen voor het verwijderen van ijs. Gevaar
op letsels en beschadigingen!
Eén dag vóór het ontdooien “SuperFrost” inschakelen, de diep-
vriesproducten krijgt daardoor een “koudereserve”.
Ontdooien: netstekker uit het stopcontact trekken of aan/uit-
toets vriesgedeelte /aan/uit-toets indrukken, zodat de tempe-
ratuurdisplay uit gaat. Als de display niet uit gaat, dan is de
kinderbeveiliging actief.
Deuren van vakken en de apparaatdeur tijdens het ontdooien
open laten staan. Dooiwater met een spons of doek opnemen.
Reinigen
W Vóór het reinigen het apparaat altijd uit zetten. De net-
stekker uit het stopcontact trekken of de zekeringen
verwijderen resp. uitschakelen.
W De binnenruimte en uitrustingsdelen met de hand reinigen met
lauw water en wat afwasmiddel. Geen stoomreinigers gebruiken
- gevaar op letsels en schade!
W Aanbevolen worden zachte poetsdoeken en een allesreiniger
met een neutrale pH-waarde.
- Gebruik geen schurende/krassende sponsen, geen geconcen-
treerde reinigingsmiddelen en in geen geval zand-, chloride- of
zuurhoudende reinigingsmiddelen resp.
chemische oplosmiddelen.
W Let er op dat er geen reinigingswater in het
afvoergootje, het ventilatierooster of elek-
trische onderdelen dringt. Apparaatdroog
maken.
- Het typeplaatje aan de binnenzijde van het
apparaat niet beschadigen of verwijderen
- het is belangrijk voor de klantendienst.
W De boterdoos* kan kan in de afwasmachine worden gereinigd;
de schappen, glasplaten en andere uitrustingsdelen met de
hand reinigen.
W De schappen volgens de afbeelding verwijderen:
- Glasplaat optillen, de uitsparing over de dragers trekken, naar
de zijkant laten zakken en schuin uitnemen.
- Schuif de schappen altijd met de aanslagrand aan de achterzijde
en boven gericht terug, omdat de levensmiddelen anders aan
de achterwand vast kunnen vriezen.
W Als u het bovenste deurvak (boter- en
kaasvak) eruit wilt nemen, dan deze altijd
samen met het deksel* eruit tillen! Daarna
één zijdeel van de schap voorzichtig naar
buiten drukken, tot de scharnierpen van
het deksel vrij komt en het deksel naar
de zijkant toe kan worden verwijderd.
- Schappen en deurvakken kunnen voor het
reinigen uit elkaar worden gehaald - strips
en zijdelen van de glasplaten lostrekken.
- Beschermfolie van alle sierstrips verwijderen, afb.
Storingen - problemen?
Treedt er tijdens het gebruik een storing op, controleert u dan
of de storing niet wordt veroorzaakt door een bedieningsfout. In
dat geval worden de gemaakte kosten u ook tijdens de garan-
tieperiode in rekening gebracht.
De volgende storingen kunt u door controle van de mogelijke
oorzaken zelf verhelpen:
Storing - mogelijke oorzaak en oplossing
Apparaat werkt niet, het display is uit
- Is het apparaat op de juiste wijze ingeschakeld?
- Zit de stekker goed in het stopcontact?
- Is de (groeps-)zekering van het stopcontact in orde?
Binnenverlichting brandt niet
- Is het koelgedeelte ingeschakeld?
- Is de deur langer dan 15 min. open geweest?
- De gloeilamp is defect.
.Netspanning
Let op! om persoonlijk letsel en materiële schade te
voorkomen, reparaties en het vervangen van de LED-
binnenverlichting alleen door de klantendienst laten
uitvoeren.
Voorzichtig - laserstraling klasse 1M. Als de afdek-
kap geopend is, dan de verlichting niet direct met
optische instrumenten bekijken.
Geluiden zijn te hard
- Staat het apparaat op een stevige ondergrond, worden
meubels/voorwerpen naast het apparaat door het werkende
koelcompressor aan het trillen gebracht?
Evt. flessen en ander vaatwerk van elkaar halen.
- Normaal zijn: stromingsgeluiden, borrelende of kabbelende
geluiden, deze zijn afkomstig van het koudemiddel dat door
het koelcircuit stroomt.
Een zacht klikken, dit ontstaat telkens wanneer de koelcom-
pressor (de motor) automatisch in- of uitschakelt.
Het brommen van de motor. Het brommen van de motor wordt
korte tijd iets luider als het de compressor wordt ingeschakeld.
Bij ingeschakelde SuperFrost, vers geplaatste levensmidde-
len of nadat de deur langere tijd open heeft gestaan, wordt
het koelvermogen automatisch hoger. Er ontstaat een diepe
bromtoon door stromingsgeluiden van de lucht door de
ventilator.
Alarm klinkt, de temperatuur is niet laag genoeg
- Zijn er te grote hoeveelheden verse levensmiddelen ingelegd
zonder het inschakelen van SuperFrost? (zie paragraaf “Su-
perFrost”)
W Reinig de afvoeropening in de achterwand, achter de groen-
teladen vaker. Eventueel met een dun hulpmiddel, bijv. een
wattenstaafje of iets dergelijks reinigen.
W Het apparaat daarna weer aansluiten/inschakelen.
Als het apparaat langere tijd buiten werking gesteld moet
worden, maak dan het apparaat leeg, trek de netstekker uit het
stopcontact en reinig het apparaat zoals beschreven en laat de deur
van het apparaat open staan om geurvorming te voorkomen.