Machine vasthouden.
Als het toerental van de machine te hoog staat (boven 1600 omw. Per minuut) dan begint
de centrifugaalkoppeling te werken en de boor te draaien. Als dit in de stationair stand
gebeurt de machine door een dealer opnieuw laten afstellen.
10.6 Motor uitschakelen
Gas loslaten en de motor zal stationair gaan draaien
Motor schakelaar in de positie “OFF” plaatsen.
10.7 Gebruik
Controleer voor de start van de motor:
De brandstofhoeveelheid – de tank moet minimaal half gevuld zijn.
De toestand van de brandstofleidingen.
Zitten de zichtbare schroef/bout verbindingen goed vast.
De grondboormachine moet onbelemmerd kunnen ronddraaien.
1) Alleen accessoires van Lumag gebruiken
2) Na het starten de boor haaks op de grond plaatsen om een recht gat te boren.
3) Zorg altijd dat u een stabiele en veilige werkplaats heeft
4) De handgrepen stevig met twee handen vasthouden (bij voor keur met twee personen).
5) Langzaam de gashendel indrukken, zodat de koppeling in werking kan komen en de
boor begint te draaien.
6) De machine met de handgrepen zacht naar beneden drukken om het gat te boren. De
boormachine regelmatig naar boven heffen om de grond uit het gat te verwijderen.
7) De boorsnelheid aanpassen aan de bodemgesteldheid.
AANWIJZING
De boormachine kan zich plotseling met enig geweld verdraaien wanneer de boor stenen,
wortelen of andere hindernissen tegen komt. Laat dan direct de gashendel los en haal de
boor uit de grond. Om schade te vermijden proberen de “hindernissen in de bodem” te
verwijderen.
8) Geen extreme druk naar beneden uit oefenen. De machine kan op eigen kracht/
gewicht boren.