45
Olie en smeermiddelen en verontreinigde delen mogen niet in de
drinkwatervoorziening komen.
Zorg dat smeermiddelen als gevaarlijk afval worden verwerkt, ook al
is het slechts kleine hoeveelheid.
De motorolie moet na de eerste 5 bedrijfsuren worden vervangen. Daarna
slechts om de 100 uur of ieder seizoen.
1 Olieaftapplug ( 11) en verwijderen.
2 Vuldop ( 10 ) verwijderen.
3 Houd een geschikte container (ca. 1,5 liter) onder de olieaftapplug.
4 Een 2
e
persoon kantelt de hakselaar zodat de olie kan uitlekken.
5 Reinig het gebied rond de olievulplug.
6 Olieaftapplug ( 11) weer monteren.
7 Langzaam Motorolie ( 1.1 liter, zie: " OLIE " ) bijvullen.
8 Vuldop ( 10 ) monteren en draai deze stevig vast.
9 Verwijder olie residuen of verontreinigingen.
10 Breng motorolie volgens de lokale voorschriften naar een milieustraat.
REINIGEN.
De machine regelmatig reinigen om optimaal van de machine kunnen gebruik
maken. Alle hakselresten moeten zowel aan de binnen als buitenzijde
regelmatig worden verwijderd. Doe dit met een zachte borstel of stofzuiger.
Verwijder met een droge doek vuil van het chassis. Nooit met water op de lagers
of motor komen.
Na het reinigen alle te smerendelen voorzien van een laag met multi functionele
olie en de machine nog enige tijd laten draaien.