25
Nederlands
10. TUNER / RADIO BELUISTEREN
Inschakelen en band kiezen
• Druk bij ingeschakeld toestel op de toets DVD/RADIO, om de radiofunctie te selecteren.
• Om tussen F (UKW) en A (middengolf) te wisselen, drukt u op de toets FM/AM 3II of de toets BAND
op het toestel.
Frequentiebereik en de laatst ingestelde frequentie worden op het display getoond.
Zenders zoeken
• Door kort te drukken op de toetsen – SEARCH + 1 / ¡ verlaagt/verhoogt u de frequentie in
kleine stappen.
• Houdt u een van de toetsen – SEARCH + 1 / ¡ gedurende ca. 3 seconden ingedrukt en laat u ze
dan los, dan wordt automatisch de volgende zender gezocht.
• Als een FM-zender alleen met slechte kwaliteit ontvangen kan worden, schakel dan met de toets
ST/MO op St OFF over. Meestal kunnen nevengeluiden daardoor verminderd worden.
Zenders opslaan
1. Als een zender goed ingesteld is, drukt u op de toets MEM 7 resp. de toets REPEAT/MEM op het
toestel.
Op het display knippert het laatst ingestelde zendernummer, bijv. CH07.
2. Voer met de cijfertoetsen het gewenste zendernummer in.
Of: Kies met de toetsen – STATION + 4 / ¢ het gewenste zendernummer.
3. Druk nog een keer op MEM 7 resp. REPEAT/MEM, om het zendernummer op te slaan.
Op deze manier kunt u per band 40 zenders opslaan.
Opgeslagen zenders direct kiezen
• Voer direct met de cijfertoetsen het gewenste zendernummer in.
• Om tweecijferige nummers in te voeren, gebruikt u de toets +10. Als u bijv. „22“ wilt ingeven, drukt u
tweemaal op de toets 10+ en dan op de toets 2. Om bijv. de 30 in te geven, drukt u tweemaal op de
toets 10+ en dan op de toets 0/10.
In opgeslagen zenders bladeren
• Met de toetsen – STATION + 4 / ¢ kiest u de voorgaande, resp. de volgende, opgeslagen
zender.