40
30. Verwijder NOOIT zaagafval dicht bij het zaagblad
en raak de beschermkap nooit aan terwijl het
zaagblad draait.
31. Verwijder elk loszittende houtknoest uit het
werkstuk voordat u het begint te zagen.
32. Misbruik het netsnoer niet. Trek nooit aan het
netsnoer om de aansluiting op het stopcontact te
verbreken. Houd het netsnoer uit de buurt van
hitte, olie, water en scherpe randen.
33. Stof dat tijdens de werkzaamheden vrijkomt, kan
chemische bestanddelen bevatten die kanker,
geboortedefecten of andere voortplantingsschade
kan (kunnen) verwekken. Enkele voorbeelden van
deze chemische stoffen zijn:
- lood van loodhoudende verfstoffen en
- arsenicum en chroom van chemisch behandeld
hout.
- Uw risico van deze blootstellingen varieert en
hangt af van het feit hoe vaak u dit soort
bewerkingen uitvoert. Om blootstelling aan deze
chemische bestanddelen te verminderen:
moeten de werkzaamheden uitgevoerd worden
in een goed geventileerde werkomgeving en
gebruikmakend van goedgekeurd
beschermende hulpmiddelen, zoals stofmaskers
die ontworpen zijn om microscopisch kleine
deeltjes te kunnen filteren.
34. Sluit het gereedschap aan op een stofafzuig- en
stofopvanginrichting tijdens het zagen.
35. De beschermkap kan omhoog gezet worden om
het werkstuk in positie te brengen en om het
schoonmaken te vereenvoudigen. Zorg er altijd
voor dat de beschermkap zich in de
benedenpositie vlak op de tafelcirkelzaag bevindt,
voordat u de stekker in het stopcontact steekt.
BEWAAR DEZE
VOORSCHRIFTEN
OPSTELLEN
De tafelcirkelzaag opstellen
(zie afb. 1 t/m 3)
Stel de tafelcirkelzaag op een goed verlichte en
horizontale plaats op waar u goede steun voor de voeten
hebt en uw evenwicht niet kunt verliezen. Zorg ervoor dat
er rond de tafelcirkelzaag voldoende ruimte is om uw
werkstukken gemakkelijk te kunnen hanteren. De
tafelcirkelzaag moet op een werkbank of speciale
standaard worden vastgezet door middel van vier
schroeven of bouten die u door de gaten in het voetstuk
van de tafelcirkelzaag steekt. Wanneer u de
tafelcirkelzaag op een werkbank vastzet, moet het
bovenblad van de werkbank voorzien zijn van een
opening die even groot is als de opening in het voetstuk
van de tafelcirkelzaag, zodat het zaagsel erdoor kan
vallen.
Als de tafelcirkelzaag tijdens het gebruik neigt om te
kantelen of gauw verschuift of beweegt, moet een
werkbank of een speciale standaard voor de
tafelcirkelzaag op de vloer worden bevestigd.
Bergruimte voor accessoires (zie afb. 4
en 5)
Er is bergruimte voor de verstekgeleider, het zaagblad en
de sleutels aan de linkerzijde van de gereedschapvoet, en
voor de breedtegeleider aan de rechterzijde van de
gereedschapvoet. De beschermkap kan worden
verwijderd en daarna rechts op de achterkant worden
opgeborgen.
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens
de functies van het gereedschap te controleren of af te
stellen.
Instellen van de zaagdiepte (zie afb. 6)
De zaagdiepte kan worden ingesteld door de hendel
linksom of rechtsom te draaien. Draai de hendel rechtsom
om het zaagblad hoger te zetten, of linksom om het
zaagblad lager te zetten.
OPMERKING:
• Om bij het zagen van dun materiaal een schonere
zaagsnede te verkrijgen moet u een geringe
zaagdiepte gebruiken.
Instellen van de verstekhoek (zie afb. 7)
Draai de vergrendelhendel los en draai het handwiel om
de gewenste hoek (0° – 45°) te krijgen. De verstekhoek
wordt door het pijltje aangegeven.
Nadat de gewenste hoek is ingesteld, draait u de
vergrendelhendel weer vast om de instelling te
vergrendelen.
LET OP:
• Zorg dat de vergrendelhendel, na instelling van de
verticale verstekhoek, stevig vastgezet is.
De hoekaanslagen afstellen
Het gereedschap is voorzien van aanslagen op 90° en
45° ten opzichte van het tafelblad. Ga als volgt te werk om
de hoekaanslagen te controleren en zonodig af te stellen
(zie afb. 8):
Verplaats het handwiel zo ver mogelijk door eraan te
draaien. Plaats de driehoekige liniaal op de tafel en
controleer of het zaagblad onder een hoek van 90° of 45°
staat ten opzichte van het tafelblad. Als de hoek van het
zaagblad is zoals in afb. A, moet u de stelschroeven
rechtsom draaien. Als de hoek is zoals in afb. B, moet u
de stelschroeven linksom draaien om de hoekaanslagen
af te stellen (zie afb. 9).
Nadat de hoekaanslagen zijn afgesteld, moet u het
zaagblad op 90° ten opzichte van het tafelblad zetten. Stel
daarna de positie van het pijltje af zodat zijn rechter
uiteinde overeenkomt met de 0° schaalverdeling (zie afb.
10).