19
8. Houd omstanders op veilige afstand van het
werkgebied. Iedereen die zich binnen het
werkgebied begeeft, moet persoonlijke
veiligheidsmiddelen gebruiken. Fragmenten van
het werkstuk of van een uiteengevallen accessoire
kunnen rondvliegen en letsel veroorzaken buiten de
onmiddellijke werkomgeving.
9. Houd elektrisch gereedschap uitsluitend vast aan
het geïsoleerde oppervlak van de handgrepen
wanneer u werkt op plaatsen waar het
slijpaccessoire met verborgen bedrading of zijn
eigen snoer in aanraking kan komen. Wanneer het
slijpaccessoire in aanraking komt met onder spanning
staande draden, zullen ook de niet-geïsoleerde
metalen delen van het elektrisch gereedschap onder
spanning komen te staan zodat de gebruiker een
elektrische schok kan krijgen.
10. Houd het snoer goed uit de buurt van het
ronddraaiende accessoire. Als u de controle verliest
over het gereedschap, kan het snoer worden
doorgesneden of bekneld raken, en kan uw hand of
arm tegen het ronddraaiende accessoire worden
aangetrokken.
11. Leg het elektrisch gereedschap nooit neer voordat
het accessoire volledig tot stilstand is gekomen.
Het ronddraaiende accessoire kan de ondergrond
pakken zodat u de controle over het elektrisch
gereedschap verliest.
12. Laat het elektrisch gereedschap niet draaien
terwijl u het naast u draagt. Als het ronddraaiende
accessoire u per ongeluk raakt, kan het verstrikt raken
in uw kleding waardoor het accessoire in uw lichaam
wordt getrokken.
13. Maak de ventilatieopeningen van het gereedschap
regelmatig schoon. De ventilator van de motor zal
het stof de behuizing in trekken, en een grote
opeenhoping van metaalslijpsel kan leiden tot
elektrisch gevaarlijke situaties.
14. Gebruik het elektrisch gereedschap niet in de
buurt van brandbare materialen. Vonken kunnen
deze materialen doen ontvlammen.
15. Gebruik geen accessoires die met vloeistof
moeten worden gekoeld. Het gebruik van water of
andere vloeibare koelmiddelen kan leiden tot
elektrocutie of elektrische schokken.
Terugslag en aanverwante waarschuwingen
Terugslag is een plotselinge reactie op een beknelde of
vastgelopen draaiende schijf, rugschijf, borstel of enig
ander accessoire. Beknellen of vastlopen veroorzaakt een
snelle stilstand van het draaiende accessoire wat op zijn
beurt ertoe leidt dat het elektrisch gereedschap zich
ongecontroleerd beweegt in de tegenovergestelde
richting van de draairichting van het accessoire op het
moment van vastlopen.
Bijvoorbeeld, als een slijpschijf bekneld raakt of vastloopt
in het werkstuk, kan de rand van de schijf die het
beknellingspunt ingaat, zich invreten in het oppervlak van
het materiaal waardoor de schijf eruit klimt of eruit slaat.
De schijf kan daarbij naar de gebruiker toe of weg
springen, afhankelijk van de draairichting van de schijf op
het beknellingspunt. Slijpschijven kunnen in dergelijke
situaties ook breken.
Terugslag is het gevolg van misbruik van het elektrisch
gereedschap en/of onjuiste gebruiksprocedures of -
omstandigheden, en kan worden voorkomen door goede
voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder vermeld:
a) Houd het gereedschap stevig vast en houdt uw
armen en lichaam zodanig dat u in staat bent een
terugslag op te vangen. Gebruik altijd de extra
handgreep (indien aanwezig) voor een maximale
controle over het gereedschap in geval van
terugslag en koppelreactie bij het starten. De
gebruiker kan een terugslag of de koppelreactie
opvangen indien de juiste voorzorgsmaatregelen
worden getroffen.
b) Plaats uw hand nooit in de buurt van het
draaiende accessoire. Het accessoire kan
terugslaan over uw hand.
c) Plaats uw lichaam niet in het gebied waar het
elektrisch gereedschap naar toe gaat wanneer een
terugslag optreedt. Een terugslag zal het
gereedschap bewegen in de tegenovergestelde
richting van de draairichting van de schijf op het
moment van beknellen.
d) Wees bijzonder voorzichtig bij het werken met
hoeken, scherpe randen, enz. Voorkom dat het
accessoire springt of bekneld raakt. Hoeken,
scherpe randen of springen veroorzaken vaak
beknellen van het draaiende accessoire wat leidt tot
terugslag of verlies van controle over het
gereedschap.
Veiligheidswaarschuwingen specifiek voor
slijpwerkzaamheden:
a) Gebruik uitsluitend schijven van het type
aanbevolen voor uw elektrisch gereedschap.
b) De schijven mogen uitsluitend worden gebruikt
voor de aanbevolen toepassingen. Bijvoorbeeld: u
mag niet slijpen met de zijkant van een
doorslijpschijf. Doorslijpschijven zijn bedoeld voor
slijpen met de rand. Krachten op het zijoppervlak
kunnen deze schijven doen breken.
c) Gebruik altijd onbeschadigde schijfflenzen van
de juiste afmetingen en vorm voor de te gebruiken
schijf. Een goede schijfflens ondersteunt de schijf en
verkleint daarmee de kans op het breken van de
schijf.
d) Gebruik geen afgesleten schijven van grotere
elektrische gereedschappen. Schijven die zijn
bedoeld voor grotere elektrische gereedschappen zijn
niet geschikt voor de hogere snelheid van een kleiner
elektrisch gereedschap en kunnen in stukken breken.
Aanvullende veiligheidswaarschuwingen:
16. Houd u aan de instructies van de fabrikant voor
juiste montage en gebruik van de schijven.
Behandel en bewaar de schijven zorgvuldig.
17. Controleer of het werkstuk goed wordt
ondersteund.
18. Zorg ervoor dat de schijf niet in aanraking is met
het werkstuk voordat u het gereedschap hebt
ingeschakeld.
19. Houd uw handen uit de buurt van draaiende delen.
20. Raak de schijf niet onmiddellijk na gebruik aan.
Deze kan bijzonder heet zijn en brandwonden op
uw huid veroorzaken.