28
• Op daken en andere hoge plaatsen nagelt u terwijl u
voorwaarts beweegt. U glijdt gemakkelijk weg als u
nagelt terwijl u achterwaarts kruipt. Als u in een
rechtopstaande ondergrond nagelt, nagelt u van boven
naar beneden. U kunt op deze manier nagelen zonder
snel vermoeid te raken.
• Een nagel zal krom gaan of het gereedschap kan
vastlopen als u per ongeluk bovenop een andere nagel
of in een knoest in het hout nagelt. De nagel kan
wegschieten en iemand raken, of het gereedschap zelf
kan gevaarlijk terugstaan. Kies de plaats voor de nagel
met zorg.
• Richt de schietmond nooit op iemand in de buurt. Houd
handen en voeten uit de buurt van de schietmond.
• Draag het gereedschap nooit met uw vinger om de
trekker, en rijk het niet iemand aan op deze manier. Als
de trekker per ongeluk wordt ingeknepen, ontstaat een
uiterst gevaarlijke situatie.
• Hanteer het gereedschap voorzichtig, aangezien er
binnenin het gereedschap een hoge druk is die gevaar
oplevert als een barst ontstaat door grove behandeling
(laten vallen of stoten). Probeer niet in het
gereedschap te snijden of graveren.
• Stop onmiddellijk met nagelen als u een probleem of
iets vreemds opmerkt aan het gereedschap.
• Verwijder altijd de brandstofpatroon, de accu en alle
nagels:
(9) Als u het gereedschap alleen achterlaat;
(10) Alvorens enige onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uit te voeren;
(11) Alvorens een verstopping te verhelpen, en
(12) Alvorens het gereedschap naar een andere plaats
over te brengen.
• Voer de reinigings- en onderhoudswerkzaamheden uit
onmiddellijk nadat het werk is voltooid. Houd het
gereedschap in opperbeste conditie. Smeer
bewegende delen om roesten te voorkomen en slijtage
door wrijving te minimaliseren. Veeg alle stof van de
onderdelen af.
• Wijzig het gereedschap niet zonder toestemming van
Makita.
• Vraag een erkend Makita-servicecentrum regelmatig
het gereedschap te inspecteren.
• Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties en
onderhoud te worden uitgevoerd door een erkend
Makita-servicecentrum, en altijd met gebruikmaking
van originele Makita-vervangingsonderdelen.
• Probeer niet de contactschoen voortdurend ingedrukt
te houden met tape of draad. Dit kan leiden tot de dood
of ernstig letsel.
• Controleer altijd de contactschoen volgens de
instructies in deze gebruiksaanwijzing. Als het
veiligheidsmechanisme niet goed werkt, kunnen nagels
per ongeluk worden geschoten.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
ENC007-2
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
VOOR ACCU’S
1. Alvorens de accu in gebruik te nemen, leest u
eerst alle instructies en
waarschuwingsopschriften op (1) de acculader, (2)
de accu en (3) het apparaat waarin de accu wordt
aangebracht.
2. Haal de accu niet uit elkaar.
3. Als de gebruikstijd aanzienlijk korter is geworden,
stopt u onmiddellijk met het gebruik. Anders kan
dit leiden tot kans op oververhitting, mogelijke
brandwonden en zelfs een explosie.
4. Als de elektrolyt in uw ogen komt, wast u deze uit
met schoon water en raadpleegt u onmiddellijk
een arts. Dit kan leiden tot verlies van
gezichtsvermogen.
5. Sluit de accu niet kort:
(1) Raak de accupolen niet aan met enig geleidend
materiaal.
(2) Bewaar de accu niet op een plaats waar deze in
aanraking kan komen met andere metalen
voorwerpen, zoals spijkers, munten, enz.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan leiden tot een
hoge stroomsterke, oververhitting, mogelijke
brandwonden en zelfs een defect.
6. Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C (122°F) of hoger.
7. Werp de accu niet in een vuur, zelfs niet als deze al
ernstig beschadigd of helemaal versleten is. De
accu kan in een vuur exploderen.
8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen of
ergens tegenaan stoot.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
Tips voor een lange levensduur van de
accu
1. Laad de accu op voordat deze volledig leeg is.
Wanneer u merkt dat het gereedschap minder
vermogen heeft, stopt u met het gebruik ervan en
laadt u eerst de accu op.
2. Laad nooit een volledig opgeladen accu op. Te
lang opladen verkort de levensduur van de accu.
3. Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur
van 10°C t/m 40°C (50°F t/m 104°F). Laat een
warme accu eerst afkoelen voordat u deze
oplaadt.