30 Montage- en bedieningshandleiding, Comfort 220.2, 250.2, 252.2, 250.2 speed NL (#84005)
9. Uitgebreide aandrijvingsfuncties.
9.1 Aandrijvingsfuncties
Voorzichtig!
In de uitgebreide aandrijvingsfuncties
kunnen belangrijke fabrieksinstellingen
worden veranderd.
De afzonderlijke parameters moeten
correct worden ingesteld om lichamelijk
letsel en materiële schade te vermijden.
In de uitgebreide aandrijvingsfuncties worden de extra
functies van het aandrijfsysteem geprogrammeerd.
De programmering is onderverdeeld in drie groepen:
Groep 1: Niveau
In 8 niveaus zijn de instelbare functies samengevat
tot functiegroepen.
Elk niveau kan tot 8 functies (menu’s) bevatten.
Met de toetsen (+) en (–) vindt er een doorlopende
selectie plaats binnen de niveaus.
Niet bezette niveaus worden weergegeven,
maar kunnen niet worden geopend.
Via de niveau-exit kan er worden omgeschakeld
van de programmering naar de bedrijfsmodus.
Groep 2: Menu
Ieder menu bevat een functie.
Met de toetsen (+) en (–) vindt er een
opeenvolgende selectie plaats binnen de bezette
menu’s.
Niet bezette menu’s worden overgeslagen en niet
weergegeven.
Via de menu-exit kan er opnieuw worden
omgeschakeld naar het uitgangsniveau.
Groep 3: Parameters
Iedere functie kan met maximaal 16 stappen
worden ingesteld.
Met de toetsen (+) en (–) vindt er een selectie
plaats binnen de instelbare parameters.
Niet instelbare parameters worden overgeslagen en
niet weergegeven.
Een opeenvolgende selectie door het indrukken
van (+) en (–) is niet mogelijk.
Door het indrukken van toets (P) worden de
ingestelde parameters opgeslagen.
Informatie:
- De beschikbare niveaus en menu’s
zijn beschreven in het totaaloverzicht
van de programmeerbare functies
(punt 9.3).
- De verklaring van de meldingen is
beschreven in punt 10.
Programmering beëindigen
De programmering kan op twee manieren worden
beëindigd:
1. Via de niveaus-Exit door indrukken van toets (P).
De besturing gaat dan in de bedrijfsmodus.
2. Op ieder ogenblik en vanuit iedere groep, als de
toets (P) langer dan 5 seconden wordt ingedrukt.
De besturing schakelt dan over naar de
bedrijfsmodus.
Een eventueel veranderde parameter wordt hierbij
opgeslagen.
Bij het beëindigen van de programmering lichten alle
LED’s één keer op en gaan achtereenvolgens uit in de
volgorde van 8 tot 1.
Als er in de programmeermodus binnen 120 seconden
geen van de toetsen wordt ingedrukt, dan springt de
besturing terug naar de bedrijfstoestand.
Er wordt een overeenkomstige melding weergegeven.