5
Informations concernant la locomotive réele
En plus des 106 exemplaires bavarois de la locomotive-
tender D XII, caractérisée par la disposition d’essieux 1’B2’,
conçue à l’origine pour le trafic régional de Munich, 31
autres locomotives furent livrées aux Chemins de fer du
Palatinat. Sur toute la période de construction de la série,
qui s’étend de 1897 à 1907, de nombreux détails furent
perfectionnés ou modifiés comme les fenêtres, la soute
ou l’éclairage. Les locomotives palatines d’appellation P
2.II sont de la production de 1902 et présentent déjà des
caractéristiques de la série partielle «moderne» de ce type
de locomotive, enregistrée comme Pt 2/5 N.
Les locomotives de 69 tonnes tout juste étaient fort puis-
santes et pouvaient atteindre 90 km/h dans les deux sens
de la marche. La D XII, la P 2.II comme la Pt 2/5 N furent
intégrées dans la Reichsbahn dans la série 73, les dernières
machines faisaient encore partie du parc en 1945.
Informatie van het voorbeeld
De tenderloc D XII was oorspronkelijk voor het Münchener
regionale verkeer ontwikkeld. Van deze loc met zijn eigen-
zinnige asindeling 1’B2’ werden behalve de 106 machines
voor Beieren nog 31 locs aan de Pfalz-Bahn geleverd.
Gedurende de gehele tijd dat deze loc gebouwd werd, van
1897 tot 1907, werden vele details doorontwikkeld of veran-
derd, bijv. ramen, kolenkast en de verlichting. De als P 2.II
aangeduide Pfalzer locomotieven stammen uit de productie
van 1902 en laten de kenmerken van de als Pt 2/5 N geregis-
treerde „moderne” deelserie van dit loctype zien.
De rond 69 ton zware machines waren echt sterk en in beide
rijrichtingen konden ze 90 km/h halen. Zowel de D XII en
de P 2.II als de Pt 2/5 N zijn bij de Reichsbahn in de serie
73 opgenomen. De laatste machines waren in 1945 nog in
dienst.