4) Namen toekennen
1. Druk op toets of , om een nummer op te roepen.
2. Druk en houd de toets CALL BACK ingedrukt om in de invoer modus te komen.
3. De cursor is op de eerste positie van de 3
e
lijn geplaatst. Indien het aantal bewerkte oproepen
de 50 bereikt, zal het afleesvenster FULL weergeven.
4. Druk op toets of , om een letter op te roepen op alfabet. Houd de toets langer ingedrukt voor
snel zoeken.
5. Druk op de CLEAR om een letter te wissen.
6. Druk op de toets CALL BACK om naar de volgende cursor positie te schuiven.
7. Doe hetzelfde voor de overige letters.
8. Indien u klaar bent drukt u langer dan 2 seconden op de CALL BACK toets voor het opslaan
van de naam. Het afleesvenster zal STORED weergeven.
5) Telefoonboek
Gebruik deze functie om data aan de telefoonboek toe te voegen.
1. Druk en houd de toets CALL BACK langer dan 2 sec. ingedrukt om in de invoer modus te komen.
2. Druk op toets of , om een telefoonnummer in te voeren. ENTER NUMBER wordt weergegeven.
3. Druk op de toets CALL BACK om naar de volgende cursor positie te schuiven.
4. Druk op toets of , om een letter op te roepen op alfabet. Houd de toets langer ingedrukt voor
snel zoeken.
5. Druk op de CLEAR om een letter te wissen.
6. Indien u klaar bent drukt u langer dan 2 seconden op de CALL BACK toets voor het opslaan
van de naam. Het afleesvenster zal STORED weergeven.
7. Om data in de telefoonboek op te roepen drukt u op CALL BACK in de standby modus.
Het afleesvenster laat een telefoonboek icoon op het afleesvenster zien.
8. Druk op toets , om opgaand te bekijken van de telefoonboek data en druk op toets , om
neerwaarts te bekijken.
6) Batterij
Indien de batterij leeg begint te raken, wordt dit op het afleesvenster weergegeven.
Als deze battery low icoon zichtbaar wordt dient u deze meteen te vervangen.