6 7
Personen die niet bekend zijn me t de gebruiksvoorschriften mogen geen gebruik maken van de
pomp!
Dit apparaat is niet bedoeld om door personen (me t inbegrip van kinderen) met beperkte fysiek e, senso-
rische of geestelijk e vaardigheden of gebrek aan ervaring en/of kennis te w orden gebruikt, tenzi j ze onder
toez icht staan van een persoon die v oor hun veiligheid v erant woordelijk is of van de ze persoon instructies
hebben gekregen, hoe dit apparaat gebruikt moet worden.
Kinderen moeten s teeds onder toe zicht staan, om t e voork omen dat z e met het apparaa t spelen.
T oepassing
Dompel-circulatiepomp met een mo tor compleet in kunst hars ingegoten.
Dez e beekloop-pompen zijn te vinden in w ater , tijnvijver , visvijver of fonteinen, v oor het gebruik van filt eran-
lagen, beekjes of stroompjes, w atervallen et c. zoals bijv . voor wat erbeluchting en omwoeling .
Het gebruik in of aan zwembaden is niet toegestaan!
T echnische gegevens vindt u op het typeplaatje resp. in de tabel op pag. 1 .
Zekerheidsv oorschriften
- Let op! Het gebruik in de tuinvijv er en het gebied er omheen is alleen toegestaan als het apparaat
geinstalleerd is volgens de geldende v oorschriften. Ga naar uw elektro-vakhandel v oor een goede
installatie .
- V oor het in gebruik nemen: Controleer de stroomleiding en de stekker op besc hadigingen.
- Stroomv oor ziening en aard van s troom dienen met de gege vens op het k enplaatje over een te k omen.
- De pomp mag alleen ov er een verliesstroomaut omaat (FI-schakelaar , 30mA) aan een goede
zekerheidsk ontaktdoos aangesloten worden.
- De aansluitings- st ekkerdoos dient te w orden aangebracht op een plaats die vrij is v an wat er en die
minstens 2 met er afstand heeft van de vijv errand (zie afb. 1) .
- Stroomstekk er voortdurend beschermen tegen elk e vorm van vochtig heid.
- U dient de stekker uit het k ont akt te trekken bij het w erken en repareren aan de pomp, de
bronnen of de vijver . De pomp mag niet aanstaan om het moment da t er mensen in het water bezig
zijn (de pomp dient dan losgekoppeld te worden v an de stroom-voorziening)!
- Belangrijk! In het ge val v an beschadigingen van de str oomleiding of de aansluiting aan de behuizing
van de mot or is de pomp niet langer bruikbaar . Een repara tie is niet mogelijk omda t de stroomleiding
vast v ergoten is in de mo torbehuiz ing.
- De pomp dient nooit opgehangen of getransporteerd te worden aan de s troomleiding (kabel) ze lf .
- Pomp uitsluitend in het water gebruik en!
Inbedrijfstelling (zie afb. 1)
Belangrijk! De pomp mag niet „droog“ lopen. Anders is schade aan het apparaat niet
uitgesloten.
- Dompel de pomp in de vijver compleet onder w ater . Hierbij dringt water in de pomp.
- V oor het gebruik onder water moet de w aterstand minst ens 20 cm bedragen, zodat de pomp geen lucht
aanzuigt .
- De pomp mag slechts op een dompeldiepte v an
2 m
max. 2 m worden gebruikt!
- De wat er temperatuur mag de 35°C niet o verschrijden.
- De pomp moet tegen vorst w orden beschermd.
- U kunt de pomp inschake len door de netstekk er in het stopcontact te st eken.
- Plaats de pomp, om onnodige v er vuiling te vermijden, bo ven de slibafz et tingen, stabiel en horiz ontaal
(stenen plaat), in uw vijv er!
- U kunt aan de schroef draadaansluitingen van de pomp t oebehoren aansluiten.
- Bij het gebruik van f onteinsproeiers moet de pomp stabie l en horizont aal staan (stenen plaat).
Demonteren / Monteren (zie afb. 2 - 5)
1. Let op de v eiligheidsmaatr egelen. Stekker uit het st opcontact halen!
2. Druk de twee strippen aan de voorkant van de pomp naar binnen, schuif de bo venst e schaal (1)
omhoog en verwijder deze .
3. De complete pomp (8) uit de onderste schaal (2) halen.
4. Draai het inlaatdek sel (6) met de wijz ers van de klok mee en trek he t uit de pomp (8).
5. In het inlaatdekse l (6) resp. op de as (4.3) zitten de lagerdra ger vooraan (4.5) en een
taatslagerschijf (4.4)!
6. T rek de ro tor (4) uit de pomp (8).
7. De rotor cpl . (4) kan op de as (4.3) worden gedraaid.
8. Ook de waaier (4.2) en de magneet (4.1) k unnen onder een bepaalde hoek ten opz ichte van elkaar
worden gedraaid.
9. T rek de as (4.3) v oorzichtig uit de pomp (8).
10. Om de lagerdrager achter aan (4.5) er met de taatslagerschijf (4.4), uit t e drukken, maakt u gebruik
van een stift.
11. Dez e stift steekt u in het kleine gat aan de achterz ijde van de pomp (8) en hiermee schuift u de
lagerdrager achter aan (4.5) met de taatslagerschijf (4.4) eruit .
NL
12. Reinig alle onderdelen uitsluitend me t schoon wat er , zoda t dez e gemakkelijk kunnen w orden
bewogen. Geen scherpgerande voorwerpen als hulpmiddel gebruiken.
13. Monteer de pomp als volgt:
13.1. St eek de lagerdrager acht eraan (4.5) met de taatslag erschijf (4.4) op de as (4.3) en schuif dit de
pomp (8) in.
13.2. St eek de rotor (4) op de as (4.3).
13.3. St eek de lagerdrager v ooraan (4.5) met de taatsla gerschijf (4.4) op de as (4.3).
13.4. Schuif he t inlaatdeksel (6) v erdraaid in de pomp (8) en draai het tot aan de aanslag tegen de wijz er s
van de klok in.
13.5. De pomp (8) in de onderst e schaal (2) ze tten.
13.6. De bo venste schaal (1) tegen de twee achterste hak en van de onderste schaal (2) aan ze tten en in
de voorste st rippen laten v astklikken.
V oor een lange levensduur herhaalt u dit onderhoud regelmatig , na ver vuiling of een langere
ingebruikname.
Onderhoud
Om de lev ensduur van uw pomp te v erlengen en een probleemloos gebruik te garanderen, is het
belangrijk om regelmat ig de pomp te onderhouden en te r einigen. Het is zeer een voudig om alle
onderhoudswerkzaamheden af te handelen, kijk hiervoor naar hoofdstuk Demonteren / monteren .
Onderhoudspunten:
- Bij het in gebruik nemen van de pomp elk e dag het functioneren van de pomp controler en en wanneer
nodig het filter reinigen.
- Het aantal ker en dat de pomp moet w orden onderhouden (kompleet r einigen) is afhankelijk v an de
vervuiling van het vijv erwater . Bepaal later z elf het aantal benodigde onderhoudsbeur ten.
W anneer er bij onderhoud defecte of versleten onder delen worden va stgesteld moe ten de ze v er vangen
worden voor de desbe treffende onderdelen. Z ie hiervoor de vervangingsonderdelen bestelli jst.
Winterperiode
Bescherm uw pomp tegen invriezen bij v orst!
Haal de pomp uit het wa ter v oor de vorstperiode . Reinig de pomp zoals be schrev en bij onderhoud.
Bewaar de pomp in emmer met schoon w ater op een vorstvrije plaats.
Bestelling van v ervangende onderdelen
Geef bij uw beste lling alstublieft de naam van het onderdeel , het t ype pomp en het art.nr . uit de volgende
tabel aan (zie ook afb. 4 - 6) .
Pos . Naam T ype pomp Ar t-nr .
1 Bo venst e schaal sys tem- X 1501, system- X 2500 104 / 003661
2 Onderst e schaal system- X 1501, sys tem- X 2500 104 / 003662
3 Klink syst em- X 1501, system- X 2500 104 / 003663
4 Ro tor sys tem- X 1501 168 / 009152
sys tem- X 2500 168 / 009117
6 Inloopdeksel s ystem- X 1501, system- X 2500 168 / 009151
7 T oebehoren sys tem- X 1501, system- X 2500 104 / 003958
Garantiev oorwaarden
Op de pomp wordt 36 maanden garantie v erleend welke ingaat op het moment v an aankoop. U dient hier -
voor de aank oopbon als bewijs te be waren. Schade aan de pomp binnen de gar antietermijn, ont staan door
een produktie en/of materiaalfout , wordt kosteloos hersteld . Schade die is ontstaan door; inbouwen
bedieningsfouten. K alkaanslag, t e weinig onderhoud, be vriezing , normale slijtage of ondeskundige repara-
ties, v allen niet onder dez e garantieaanspraak.
Bij veranderingen aan de pomp, z oals het inkorten van de stroomkabel of het afknippen v an de stekker ,
vervalt de aanspraak op garantie .
Meßner is nie t aansprake lijk voor de ge volgschade die is ontstaan door het uitvallen of he t verk eerd gebru-
iken v an de pomp. Stuur bij repara tie altijd uw garant ieformulier en aank oopbon mee.
Het verwijderen en de afvalopslag van
Elektrische apparat en die in het huishouden zijn gebruikt, dienen v olgens EU-richtlijnen verwijderd
te worden.
Het produkt mag niet samen met het ander e normale afval v er wijderd worden, maar dient apart verzameld
te worden. He t is gescheiden afval .Het is uw eigen ver antwoordelijkheid dat het apparaat naar een speciaal
daarvoor bestemde afvalplaa ts wordt gebracht om op een milieuvriendelijk ere manier te worden verwijderd
of te worden hergebruikt.
Meer informatie o ver lokale afvalverzamelpunt en vindt u bij de gemeente in uw gebied.