NEDERLANDSnl
26
c) Voorkom aanraking van de niet-gebruikte
accu met paperclips, munten, sleutels,
spijkers, schroeven en andere kleine metalen
voorwerpen die overbrugging van de
contacten kunnen veroorzaken. Kortsluiting
tussen de accucontacten ka
brand tot gevolg hebben.
d) Bij verkeerd gebruik kan vloeistof uit de
accu lekken. Voorcontact. Spoel bij
onvoorzien contact met water af. Wanneer de
vloeistof in de ogen komt, dient u bovendien
een arts te raadplegen. Gelekte ac
kan tot huidirritaties en
e) Gebruik geen beschadigde of veranderde
accu. Beschadigde of veranderde ac
tot onvoorspelbare reacties en tot brand, explosie
en letselgevaar leiden.
f) Stel een accu nooit bloot aan vuur of hoge
tempera Vuur of temperaturen van meer
dan 130 °C kunnen een explosie veroorzaken.
g) Neem alle instructies voor het laden in acht
en laad de accu of het accugevoerde
gereedschap nooit op buiten het in de
gebruiksaanwijzing genoemde
temperat Verkeer laden of laden
buiten het toegestane temperatuurbereik kan de
accu beschadigen en het brandgevaar verhogen.
3.6 Service
a) Laat het elek
reparere
personeel en alleen
reserveonderd Daarmee wordt
gewaarborgd dat de veiligheid van het
gereedschap in sta
b) Onderhoud nooit beschadigde accu's. Al
het onderhoud van accu's dient door de fabrikant
of diens gemachtigde klanten
uitgevoerd.
3.7 Overige veiligheidsinstructies
– Deze gebruiksaanwijzing richt zich tot personen
met technisc
apparaten zoals het hier beschreven apparaat.
Wanneer u geen enkele ervaring hebt met
dergelijke apparaten, moet u
doen op de hulp
– Voor schade die ontstaat, omdat geen nota
werd genome
aanvaardt de fabrikant geen aansprakelijkheid.
De informatie
volgt gekenm
Gevaar!
Waarschuwing voor lichamelijk letsel
of milieuschade.
Gevaar voor elektrisc
Waarschuwing voor lichamelijk letsel
door elektrisch
Intrekgeva
Waarschuwing voor lichamelijk letsel
door meetrekken van lichaamsdelen
of kleding.
Let op!
Waarschuwing voor materiële scha-
de.
Aanwijzing:
Aanvullende informatie.
a) Verstekafkortzagen zijn bestemd voor het
zagen van hout of houtachtige producten. Zij
mogen niet voor het zagen van ijzer zoals
staven, stangen, schroeven etc. worden
gebruikt. Slijpstof leidt tot het blokkeren van
bewegende delen zoals de onderste
beschermkap. Vonken
de onderste beschermkap, het toevoerbordes en
andere kunststof onderdele
b) Fixeer het werkstuk indien mogelijk met
klemmen. Als u het werkstuk met de hand
vasthoudt, mo
van tenminste 100 mm van iedere kant van
het zaagblad houden. Gebruik de zaag niet
voor het zagen van stukken die te klein zijn
om ze vast te zetten of met de hand vast te
houden. Als uw hand zi
letselrisico door contact met het zaagbl
c) Het werkstuk moet onbeweeglijk zijn en of
vastgeklemd of tegen de aanslag en de tafel
worden gedrukt.
het zaagblad, en zaag nooit zonder het vast
te zetten. Losse of bewegende
kunnen met ho
geslingerd en tot letsel leiden.
d) Schuif de zaag door het werkstuk.
Voorkom dat u de zaag door het werkstu
trekt. Voor ee
op en trekt u hem zonder te zagen over het
werkstuk. Vervolgens schakelt u de motor
aan, zwenkt u de zaagkop naar beneden en
drukt u de zaag Als u de
zaag door het werkstuk trekt, bestaat het gevaar
dat het zaagblad langs het werk
klimt en de zaagbla
richting van
e) Beweeg nooit uw hand boven
zaaglijn, niet voor en ook niet achter het
zaagbl Het vasthouden van het werkst
gekruiste handen"
werkstuk rechts van
hand of omgekeerd is zeer gevaarli
f) Pak bij een draaiend zaagblad nooit achter
de aanslag. Onderschrijd nooit een
veiligheidsafstand van 100 mm tussen hand
en draaiend zaagblad (geldt aan beide
van het zaagblad, bijv. bij het verwijderen van
houtafval). De omgeving van
zaagblad tot uw hand is mogelijk niet her
en u kunt zwaar letsel oplopen.
g) Controleer he
Als het werkstuk gebogen of vervormd is,
spant u het met de naar buiten gekromde
kant richting de aanslag. Zorg er altijd voor,
dat zich langs de zaaglijn geen spleet tussen
werkstuk, aanslag en tafel is. Gebog
vervormde werkstukken kunnen zich draaien of
verplaatsen en het vastklemmen van het
draaiend
veroorzaken
vreemde voorwerpen in het werkstuk bevinden.
h)
Gebruik de zaag pas als er zich geen
gereedschap, houtafval etc. meer op de tafel
bevindt; Alleen het werkstuk mag zich op de
tafel bevinden. Klein afval, losse
andere voorwerpen, die in contact komen met het
draaiende blad, kunn
worden weggeslingerd.
i) Zaag nooit meerdere werkstukken tegelijk.
Meerdere gestapelde wer
goed worden gespannen of vas
kunnen tijdens het zag
blad veroorzaken.
j) Zorg ervoor dat de verstekafkortzaag voor
gebruik op een vlakke, stevige ondergr
staat. Een vlakke en
vermindert het gevaar,t de verstekafkortzaag
instabiel wordt.
k) Plan uw werkzaamheden. Let er iedere
keer als u de hoek van het zaagblad of de
verstekhoe, dat de instelbare
aanslag juist geplaatst is en het werkstuk
ondersteund, zonder met het
beschermkap in contact te komen. Zon
machine in te schak
de tafel dient een volledige zaagbeweging
zaagblad te worden gesimuleerd om ervoor te
zorgen, dat er geen sprake
het gevaar dat in de aanslag wordt gezaagd.
l) Zorg er bij werkstukken,
langer dan het tafelblad zijn voor, dat ze goed
worden ondersteund, bijv. door een
tafelverlenging of zaagbokken. Werkstukken
die langer of breder dan de tafel
verstekafkortzaag zijn, kunnen kantelen als
niet goed worden ondersteund. Als een
afgezaagd stuk hout of het werkstuk kantelt, kan
het de onderste beschermkap optillen of
ongecontroleerd doordraaiende blad worden
weggeslingerd.
m) Laat u niet door andere personen als
vervanging voor een tafelverlenging of als
extra onderste Een instab
ondersteuning van het werkstuk tot de
vastklemmen van h
werkstuk tijden het zagen verschuiven en u en uw
hulp in het draaiende blad trekken.
n) Het afgezaagde stuk mag niet tegen het
draaiende zaagblad worden gedrukt. Als er
weinig ruimte is,
geleidingen,
komen te zitten samen met het blad en met
geweld worden weggeslinger
o) Gebruik altijd een klem of een geschikte
installatie om rond materiaal zoals stangen of
buizen correc Stangen
hebben de neiging ti
waardoor het blad zich "vast b
met uw hand in het blad kan worden getrokken
p) Laat het blad eerst zijn volle snelheid
bereiken voordat u het werk Dit
vermindert het ri
weggeslinge
q) Als het werkstuk vast wo
blad blokkeert, dient u de verstekafkortzaag
uit te schakelen. Wacht totdat alle
bewegende delen tot stilstand zijn gekomen,
trek de stekker uit en/of haal de accu eruit.
Verwijder vervolgens het vastgelopen
materiaal. Als u bij dergelijke blokkerin
verder zaagt, kunt u de contro
de verstekafkortzaag be
r) Laat na het zagen de schakelaar los, houd
de zaagkop beneden en wacht totdat het
zaagblad stil staat, voordat u het afgezaagde
stuk verwijderd. Het is zeer gevaarlijk met de
hand in de buurt van het
komen.
4.1 Overige veiligheidsins
Neem de bijzondere veilig
betreffende hoofdstu
Neem eventueel de wettelijke richtlijnen of
ongevallenpreventievoorschriften in acht.
Algemeen gevaar!
Houd rekening me
Gebruik gesc
van lange werk
Deze machine mag uitsluitend door personen
die met dergelijke machines bekend zijn en zich
de gevaren bij het werken
bedrijf gesteld en gebruikt wor
Personen beneden de 18 ja
apparaat slechts bedienen in het kader van een
beroepsopleiding en onder het voortdurend
toezicht van een ervaren leraar.
Let erop dat zich geen onbevoegde personen,
vooral geen kinderen, in de gevarenzone
begeven. Zorg ervoor dat geen andere
personen het apparaat of het snoer kunn
aanraken.
Vermijd het oververhitten van de zaagtande
Vermijd bij het zagn kunststoffen dat de
kunststof smelt.
Gevaar voor verw
kneuzingen aan be
Neem dit apparaat nooit in gebruik z
gemonteerde veiligh
Houd steeds voldoende afstand van het
zaagblad. Gebruik desnoods ges
invoerhulpmiddel
voldoende afstand tot aangedreven onderdelen.
Wacht tot het zaagblad stilstaat alvorens kleine
werkstukdelen, houtresten enz. uit het
werkbereik
Zaag alleen werks
zodat ze bij het z
kunnen worden.
Gebruik een spaninrichting of een bankschroef
om het werkstuk vast te zetten. Het kan hierdoor
beter worden vastgehouden als met de h
Rem het uitlopende zaagblad niet af door er aan
de zijkant tegenaan te drukken.
Alvorens de machine in te stellen, te repareren
of er onderhoud aan te plegen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen of de accu te
verwijderen.
Als u het apparaat niet gebruikt, dient u de
stekker uit het stopcontact te halen of de accu te
verwijderen.
Gevaar voor snijwonden ook bij
stilstaand snijgereedschap!
Draag veiligheidsh
snijgereedschap moet vervangen.
4. Speciale
veiligheidsvoorschriften
