9. Flitstechnieken en flitsfuncties
70
Afb. 6: Invulflitsen bij daglicht (links zuonder, rechts met
flits)
9.2 Invulflitsen
Normaal gesproken wordt met de flitsautomatiek
( P- functie ) de flitser bij tegenlicht automatisch
ontstoken als u een opname maakt. Het kan echter
ook zijn, dat de camera voldoende omgevingslicht
meet, zodat de ontsteeksturing ( zie bladzijde 67) dat
verhindert. U heeft echter de mogelijkheid, de meca-
blitz met de hand te activeren voor het ophelderen
als de camera de opname zonder flits zou willen
maken ( zie ook bladzijde 67 : „Met de hand inscha-
kelen van de flitser „ ). Let op de betreffende aan
duidingen in de zoeker van de camera. Details vindt
u weer in de gebruiksaanwijzing van uw camera.
Met de invulflits kunt u lastige schaduwen wegwer-
ken en bij tegen
lichtopnamen een uitgebalanceerde
belichting verkrijgen. Het computer
gestuurde meet
systeem van de camera kiest de belichtingstijd, het
werkdiafragma en het flitsvermogen automatisch zo,
dat zowel het hoofdonderwerp als ook de achter-
grond uitgebalanceerd worden belicht.
ń