Reikwijdte in TTL-/TTL FP-flitsfunctie
In de TTL-flitsfuncties (TTL, TTL FP; zie 7.1)
wordt in het display de waarde voor de mini-
male en de maximale reikwijdte van het flits-
licht aangegeven.
De aangegeven waarde geldt voor een reflec-
tiegraad van het onderwerp van 25%, wat
voor de meeste opnamesituaties een
correcte waarde is.
Grote afwijkingen van deze reflectiegraad,
bij zeer sterk of juist zeer zwak reflecterende
onderwerpen kunnen de reikwijdte van het
flitslicht beïnvloeden.
Het onderwerp moet zich in een bereik van
ongeveer 40% tot 70% van de aangegeven
waarde bevinden. De elektronica heeft dan
voldoende speelruimte voor een goede
belichting.
Om overbelichting te vermijden moet min-
stens de minimumafstand tot het onderwerp
worden bewaard
Het aanpassen aan de betreffende opname-
situatie kan bijv. door het veranderen van de
diafragmaopening van het objectief worden
bereikt.
Aanduiding van de reikwijdte in de functie
van met de hand in te stellen flitser
In de functie van de met de hand in te stellen
(manual) flitser M wordt in het display de
afstandswaarde aangegeven die voor het
correct belichten van het onderwerp aange-
houden moet worden. Het aanpassen aan de
heersende opnameomstandigheden kan bijv.
door het veranderen van de diafragmawaarde
op het objectief of door het kiezen van een
met de hand in te stellen deelvermogen
(zie 7.3) worden bereikt.
Overschrijding van het bereik van de
aanduidingen
In het display kunnen reikwijdten tot maxi-
maal 99 m, c.q. 99 ft worden aangegeven.
Bij hoge ISO-waarden en grote diafragmao-
peningen kan het bereik van de aandui-
dingen worden overschreden.
Dit wordt door een pijl, c.q. driehoekje achter
de afstandswaarde aangegeven.
M
M
INFO 1/1
7,9 m
ZOOM 35
F4.0
m
m
INFO
EV
9,0-99 m 4
ZOOM 35
F1.0
m
m
99
INFO
EV
+ 11/3
0,7-7,9 m
ZOOM 35
F4.0
m
m
TTL
TTL
x