145
Beelden zijn niet
scherp.
Scherpstelsignaal
is rood
Onderwerp is te dichtbij
Let op dat het onderwerp zich binnen
het scherpstelbereik bevindt (0,5 m –
∞ ) of gebruik de macrostand (blz. 47).
Camera staat in macrostand
Zet macro-instelling uit
(blz. 47).
In de onderhavige situatie kan er
niet goed worden scherpgesteld
(blz. 29).
Gebruik de scherpstelvergrendeling om
op een object op dezelfde afstand als
het onderwerp in te stellen (blz. 28), of
stel handmatig scherp (blz. 43).
Opnamen zijn zon-
der flits binnen of
bij weinig licht
gemaakt.
Lange sluitertijden geven wan-
neer de camera in de hand
wordt gehouden trillingson-
scherpte.
Gebruik een statief, stel de camerage-
voeligheid hoger in (blz. 70 of gebruik
de flitser (blz. 30).
Bij gebruikvan
de flitser zijn de
opnamen te don-
ker.
Onderwerp buiten het flitsbereik
(blz. 71).
Ga dichter bij het onderwerp of stel de
cameragevoeligheid hoger in (blz. 70)
Sluiter kan niet
worden ontspan-
nen.
No-card waarschu-
wing verschijnt.
Geen geheugenkaart in de
camera
Plaats een geheugenkaart (blz. 22).
Probleem Symptoom Oorzaak Oplossing
Zonnekap gebruikt
bij flitsopname.
Zonnekap schermt deel van het
flitslicht af.
Verwijder bij gebruik van de ingebouw-
de flitser altijd de zonnekap.
Onderin beeld is
een schaduw te
zien.