67
De camera stopt met opnemen en staat weer paraat voor een nieuwe serie wanneer het ingestelde
aantal opnamen is gemaakt of wanneer de geheugenkaart vol is.Gebruik van een lichtnetadapter is
aan te bevelen wanneer u lange intervals hanteert of veel opnamen maakt Wilt u een intervalserie stop-
pen, druk dan op de hoofdschakelaar of druk de ontspanknop half in.
Zet de camera op statief en bepaal de beeldcompositie zo dat het onderwerp binnen het scherpstel-
kader valt; de camera stelt scherpstelling, belichting en witbalans in en laadt de flitser vlak voordat de
opname moet worden gemaakt. Continu AF is ook te gebruiken. Instellingen die met de AEL-toets zijn
vergrendeld worden na het eerste beeld opgeheven.Wilt u de automatiek passeren, gebruik dan hand-
matige scherpstelling (blz. 46), handmatige belichtingsregeling (blz. 56) en vaste of eigen witbalans-
instelling (blz. 70).
Ga na of de geheugenkaart genoeg opslagcapaciteit heeft voor het aantal beelden waar de interval-
serie uit moet bestaan door het aantal beelden waaruit de serie moet bestaan te vergelijken met het
aantal beelden dat nog kan worden opgenomen. Beeldgrootte en -kwaliteit kunnen worden veranderd
om het aantal beelden te verhogen dat op de geheugenkaart kan worden opgeslagen.
Druk de ontspanknop in om de serie te starten. Tijdens de intervalserie worden zoeker en monitor uit-
geschakeld om stroom te sparen. "Int" verschijnt op het data-scherm en de opnameteller op het data-
scherm telt af hoeveel intervalopnamen er nog te maken zijn. Het toegangslampje brandt wanneer er
een beeld wordt opgeslagen.