65
Custom Key functie (Key.func.)
Drive mode
Image size
Key func.
Drive mode
Flash mode
Focus mode
Color mode
Quality
White balance
White balance
Aan de flitstoets kunnen verschillende functies worden toegewezen:
flitsstand, transportstand, witbalans, scherpstelmethode en kleurin-
stelling. De keuze is instelbaar in sectie 1 van het P-, A-, S- en M-
menu (blz. 44). De flitsmethode kan ook worden ingesteld in sectie
2 van het P-, A-, S- en M-menu.
Door op de flitstoets te drukken verandert u de functie die in het
menu wordt gekozen. Druk op de centrale toets van de stuureen-
heid of druk de ontspanknop half in om de instelling te activeren.
:select
:enter
Selecteert u continu transport, een progressieve op-
neemstand, de bracketing-stand of de optie voor een
vaste witbalansinstelling, dan verschijnt er een selec-
tiescherm. Met de links/rechts-toetsen van de stuur-
eenheid kiest u de gewenste instelling; druk op de cen-
trale toets van de stuureenheid om de instelling te acti-
veren.
:enter
Selecteert u de optie voor de eigen witbalansinstelling,
dan verschijnt het kalibratiescherm. Vul het beeld met
een wit object (zorg ervoor dat het beschenen wordt
door het licht dat het onderwerp zal verlichten) en druk
op de centrale toets van de stuureenheid om de came-
ra te kalibreren.