115
Foto’s zijn
niet scherp.
Opnamen zijn
zonder flits
binnen of bij
weinig licht
gemaakt.
Lange sluitertijden
geven wanneer de
camera in de hand
wordt gehouden tril-
lingsonscherpte.
Gebruik een statief, stel de
cameragevoeligheid hoger in (blz.
62) of gebruik de flitser (blz. 26).
Onderwerp buiten het
flitsbereik (blz. 62).
Ga dichter bij het onderwerp of
stel de cameragevoeligheid
hoger in (blz. 62).
Bij gebruik van de flitserzijn de
opnamen te donker.
Bij langdurig gebruik stijgt de temperatuur van de camera. Houd daar rekening mee wanneer u de
camera, de batterijen of de geheugenkaart vastpakt.
Werkt de camera niet naar behoren of verschijnt er een foutmelding, schakel de camera dan uit,
verwijder en herplaats de batterijen of verbreek en herstel de netstroomverbinding. Is de camera
door langdurig gebruik heet geworden, wacht dan totdat hij is afgekoeld voordat u de voeding ver-
wijdert of ontkoppelt. Schakel de camera altijd uit met de hoofdschakelaar, anders kan de geheu-
genkaart beschadigd raken en worden de camera-instellingen op de standaard instellingen terugge-
zet.
De camera stuurt het live monitorbeeld door de CCD-gevoeligheid te variëren en het diafragma in te
stellen. Het verstellen van het diafragma maakt een zacht geluid.
De scherpstelling wordt continu bijgeregeld bij gebruik van het Sport/actie-programma en continu
AF. Tijdens het scherpstellen kunt u het live-beeld soms zien verspringen. Wacht totdat het scherp-
stelsignaal aangeeft dat de scherpstelling in orde is en druk opnireuw op de ontspanknop.
Deze gebruiksaanwijzing bevat informatie over producten en accessoires die verkrijgbaar waren op
het moment van druk. Neem voor informatie over compatibiliteit met producten die niet in deze
gebruiksaanwijzing staan contact op met Konica Minolta.