5150 Geavanceerde opnametechniek
Gebruik van de progressieve opnamestand
In de progressieve opnamestand maakt de camera continu opnamen
zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. Wordt de ontspanknop los-
gelaten, dan worden de opnamen die in het buffergeheugen van de
camera zitten opgeslagen. Deze transportstand wordt ingesteld in sec-
tie 1 van de opnamemenu’s.
De flitser en de digitale zoom kunnen niet worden gebruikt. De sluitertijd moet 1/25 seconde zijn of
korter. Er wordt een hoge cameragevoeligheid (ISO) gebruikt, waardoor er kortere sluitertijden kun-
nen worden gebruikt; de gevoeligheid kan niet handmatig worden ingesteld.
Zeer heldere lichtbronnen in het onderwerp kunnen strepen in beeld veroorzaken. Zwarte partijen
als gevolg van dataverlies kunnen ook voorkomen.
Het voordeel van de progressieve opneemstand boven de gewone continu-stand is dat u acties
kunt vastleggen zonder dat het nodig is dat u weet wanneer ze precies beginnen. Houd simpelweg
de ontspanknop ingedrukt om het opnemen van beelden te starten, en wanneer de actie plaatsvindt
laat u de ontspanknop los om de laatste beelden op te slaan. De flitser kan niet worden gebruikt.
Verschijnt de waarschuwing dat de batterij bijna leeg is, dan kan deze transportstand niet worden
gebruikt.
Bepaal de beeldcompositie zoals beschreven bij de
basistechniek opname (blz. 22). Druk de ontspanknop
half in (1) om de scherpstelling en belichting voor de serie
te vergrendelen.
Druk de ontspanknop geheel in en houd hem ingedrukt
(2) om de opnameserie te starten; de scherpstelling en
belichting worden vergrendeld op de eerste opname.
Zolang de ontspanknop ingedrukt wordt gehouden, blijft
de camera opnamen maken.
Laat de ontspanknop los (3) om de beelden uit het
geheugen op te slaan: de laatste twitnig foto’s worden
opgeslagen. De opnamefrequentie is 10 bps, ongeacht
de kwaliteitsinstelling. De beeldgrootte is vast ingesteld
op 1024 x 768.
2
1
3
Is er een serie opgenomen, dan verschijnt tijdens het wegschrijven
een index met daarin miniaturen.
De progressieve opnamestand kan alleen worden gebruikt wanneer er
op de geheugenkaart voldoende ruimte is om de totale opnameserie
op te nemen. Voor toepassing van de progressieve opnamestand
moet de opnameteller 21 of meer aangeven.