14
5. INLEREN EXTRA TAGS
Voor het in- en uitschakelen en om naar de programmeerstand te gaan
worden tags gebruikt. De bijgeleverde tags zijn al ingeleerd en dus direct
bruikbaar. Extra tags dienen zelf te worden ingeleerd. Om een nieuwe tag in
te leren, dient de communicatiemodule netwerkverbinding te hebben en in
inleerstand te staan.
1. Houdt een ingeleerde tag 5 seconde tegen de tag lezer, of herplaats de
batterijen (en sluit externe batterij opnieuw aan).
De LED gaat eerst groen/rood knipperen, daarna snel groen blinken en
blijft vervolgens groen.
2. Stuur vervolgens een sms met de volgende inhoud naar de unit:
1111 TAG waarbij 1111 staat voor de veiligheidscode
let op de spatie na de code
Er klinkt een korte bevestigingsmelodie om aan te geven dat het
commando is geaccepteerd en de unit in inleerstand staat. De LED in
de tag reader is nu rood.
3. Houd nu een nieuwe tag tegen de tag reader. De melder bevestigt het
succesvolle inleren van de nieuwe tag door een piepsignaal. Het aantal
piepjes symboliseert het nummer van de ingeleerde tag (de eerste tag
piept een keer, de tweede tag twee keer, etc.). Als een tag al was
ingeleerd, wordt deze niet opnieuw ingeleerd, maar klinkt wel het
aantal piepjes van de geheugenpositie.
De bewegingsmelder verlaat de inleermodus indien er 15 seconde geen tag
tegen de reader gehouden is. De LED in de tag reader wordt nu weer groen.
Een tag kan op meerdere Buitenmelders worden ingeleerd, waardoor deze
meerdere apparaten kan bedienen. Per apparaat zijn 25 tags in te leren.
Tag verwijderen: Om een tag te verwijderen, bepaalt u eerst de geheugen-
positie via de registratieprocedure. Stuur dan - in de programmeermodus -
de volgende sms naar het telefoonnummer in het apparaat:
1111 DELTAG2 1111 staat voor de veiligheidscode, 2 voor het tag-
nummer (is voorbeeld); let op de spatie na de code