8 Beginnen
4. Als de handset volledig geladen is, verschijnt de indicator op het display. Sluit
het andere eind van de telefoonkabel aan op de telefoonaansluiting in de muur (zorg
ervoor dat het andere eind van de kabel al op het basisstation is aangesloten).
De handset en oplader aansluiten
(alleen voor multipack uitvoeringen)
Als u een uitrusting met meerdere toestellen hebt gekocht, dan dient u deze handelingen
voor alle handsets en opladers uit te voeren.
1. De voedingsadapter aansluiten op de ingang gemarkeerd met
aan de achterkant
van het basisstation en het andere eind aansluiten op een stopcontact. Vervolgens de
netspanning inschakelen.
2. Verwijder de klep van de batterijhouder aan de achterkant van de handset en plaats
de 2 AAA Ni-MH oplaadbare batterijen in de houder. Let op de ‘+’ en ‘-’ markeringen
binnenin de batterijhouder bij het plaatsen van de batterijcellen.
3. Sluit vervolgens de klep van de batterijhouder.
4. Als u de batterijen voor de eerste keer gebruikt, dient de handset minimaal 24 uur
onafgebroken op de oplader opgeladen te worden.
5. Als de handset volledig geladen is, verschijnt de
indicator op het display. Het
display toont
HANDSET
en het nummer van de handset (bv. 2) om aan te geven dat het
toestel op het basisstation is aangemeld.
BELANGRIJK
Waarschuwing! Gebruik uitsluitend de goedgekeurde oplaadbare Ni-MH batterijcellen (2
x AAA Ni-MH 300mA oplaadbare batterijen) die met uw T1 zijn meegeleverd.