NL
11
op uw aanrecht te vermijden.
• Dankzij de druppelstopfunctie kunt u de schenkkan
tijdens het koffiezetten even uit het koffiezetap-
paraat halen om een kopje koffie in te schenken.
Plaats de schenkkan of warmhoudkan snel weer
terug in het koffiezetapparaat om overlopen van
de filterhouder te voorkomen.
Werking:
• Druk op de toets « », het rode controlelampje
gaat branden en het koffiezetapparaat gaat aan.
• Druk opnieuw op de toets « » om het apparaat
uit te schakelen.
Reinigen
• Voor het verwijderen van het gebruikte koffiedik
verwijdert u de filterhouder (c) uit het koffiezet-
apparaat.
• Haal de stekker van het apparaat uit het stopcon-
tact.
• Het apparaat niet reinigen wanneer dit nog warm is.
• Reinigen met een vochtige doek of spons.
• Het apparaat nooit in water onderdompelen of
onder de kraan houden.
• De filterhouder kan in de vaatwasmachine gewas-
sen worden.
Ontkalken
• Ontkalk uw koffiezetapparaat na 40 keer koffie
gezet te hebben.
U kunt hiervoor gebruiken:
• ofwel een zakje ontkalkingsmiddel, verdund met
2 grote glazen water.
• ofwel 2 grote glazen schoonmaakazijn.
• Giet dit in het waterreservoir (b) en zet het koffie-
zetapparaat aan (zonder koffiedik).
• Laat één kopje in de schenkkan (g) lopen en zet
het apparaat uit.
• Laat het gedurende 1 uur inwerken.
• Zet het koffiezetapparaat vervolgens weer aan om
het restant door te laten lopen.
• Spoel het koffiezetapparaat om en laat het