3.2 Klein onderhoud
Voor een kleine onderhoudsbeurt moeten de volgende werkzaamheden ver-
richt worden.
1. Verwijder of demonteer achtereenvolgens
- de mantel van het toestel (zie paragraaf 1.1.4);
- de netstekker uit de wandcontactdoos;
- de bovenste gaskoppeling tussen gasaanvoerleiding en mengstraat
van de brander;
- P1
+
slangetje (stuurleiding gasblok);
- de stekkers van de branderbeveiligingsthermostaat;
- de luchttoevoerslang van de ventilator.
2. Klik de snelsluitingen van de brander los (figuur 3.2.1). Verwijder het
branderdeksel en inspecteer de brander (figuur 3.2.2). Reinig de brander
indien nodig. Het branderdek dient voorzichtig te worden behandeld.
Reinig de brander alleen met perslucht of een zachte borstel.
A = branderhuisdeksel
B = branderpakking
C = gas/lucht-verdeelplaat
D = keramische brander
3. Inspecteer de warmtewisselaar. Als deze vervuild is moet alsnog groot
onderhoud worden gepleegd. Wanneer de warmtewisselaar gereinigd
wordt, moet de gloeiplug verwijderd worden. Deze is zeer breekbaar.
Raak de gloeiplug nooit aan. Deze wordt met 120 V~ gevoed. Haal de
netstekker daarom altijd eerst uit de wandcontactdoos voordat de brander
verwijderd wordt (boven de 50 V~ is geen veilige spanning).
4. Na reiniging van de brander kan de siliconen branderpakking, na
grondige controle op gebreken, opnieuw worden gebruikt. Bij twijfel
omtrent de toestand van de branderpakking deze altijd vernieuwen.
De brander kan vervolgens weer - voorzichtig - gemonteerd worden.
5. Haal voor demontage van de ventilator de stekkers los. Verwijder de
aansluitslang naar de brander. Verwijder daarna het blokje bij het bovenste
bevestigingspunt. Duw de ventilator eerst omhoog (actie 1) en vervolgens
naar beneden (actie 2). Inspecteer de ventilator en reinig indien nodig.
6. Demonteer en reinig de sifon (figuur 3.2.4).
- druk het geribbelde deel naar beneden tot deze loskomt van de
condensbakaansluiting (handeling 1);
- draai de rechterzijde naar voren (handeling 2);
- til de gehele sifon uit de manteldoorvoering (handeling 3).
- vul de sifon na reiniging met water.
7. Na bovengenoemde werkzaamheden alle onderdelen weer monteren en
het toestel weer in bedrijf stellen. Verricht hierbij de volgende controle-
metingen en -instellingen.
- meet de gas/lucht-drukverschil P: zie paragraaf 2.3.3;
- meet de ionisatiestroom: zie paragraaf 2.3.4;
- controleer de instelling van de doorstroombegrenzer bij combi-toestellen:
zie paragraaf 1.3.3.
8. Vul het inspectierapport achterin deze installatie-instructie in.
3.
3-2
ONDERHOUD
Installatie-instructie Nefit EcomLine Classic HR-toestellen
Figuur 3.2.1
Voorbereiden demonteren brander
211214
Figuur 3.2.2
Demonteren en reinigen brander
212027