Installatie-instructie Nefit EcomLine HRC 23V-23/28V
1.
Figuur 1.3.1.2
Principeschema van Nefit EcomLine toestel
en drukverschilregelaar op afstand
1. Service afsluiters
2. Drukbeveiliging
3. Expansievat
4. Drukverschilregelaar
1-9
INSTALLEREN
Kies de grootte van het expansievat op basis van de cv-watertemperatuur, de totale
waterinhoud van de cv-installatie en de statische druk van het water.
De Nefit EcomLine toestellen zijn uitgevoerd met een automatsiche ontluchter.
Deze is opgenomen in de linker zijwand van de warmtewisselaar (figuur
1.3.1.1).
De ontluchter is bereikbaar via de kunststof deksel naast de rookgasaf-
voeraansluiting.
Om te voorkomen dat de druk in de cv-installatie te hoog oploopt is het
noodzakelijk een drukbeveiliging te plaatsen. De drukbeveiliging dient in de
retourleiding geplaatst worden.
Watercirculatie
Er dient altijd watercirculatie over een toestel te zijn. In cv-installatie waar alle
radiatoren met thermostatische radiatorkranen zijn uitgerust dienen aparte
voorzieningen getroffen te worden. Plaats een drukverschilregelaar op mini-
maal 6 meter vanaf het toestel tussen de aanvoer- en de retourleiding.
De leidingdiameter dient minimaal 22 mm te bedragen. Figuur 1.3.1.2 toont
het principeschema. Binnen het stromingscircuit van de BD-pomp mag zich
geen tweede pomp bevinden.
De Nefit EcomLine toestellen zijn niet geschikt voor installaties met natuur-
lijke watercirculatie. Ook de toepassing van een open verbinding met de
buitenlucht (open cv-installatie) is niet toegestaan. Hierdoor kan corrosie
ontstaan.
Corrosie in het cv-systeem is afhankelijk van o.a.:
- de kwaliteit van het water,
- het niet spoelen van oude installaties bij het plaatsen van een nieuwe ketel,
- het binnendringen van zuurstof door lekkages of niet dichte afsluiters,
- zuurstof diffusie in kunststof (vloer-)verwarmingssystemen.
De wisselende temperatuur en druk in het systeem kan de corrosie tevens
versnellen. In een goed aangelegde, dichte en gesloten cv-installatie zal nage-
noeg geen corrosie optreden.
Waterkwaliteit van de cv-installatie
1. Bij een oud (reeds bestaand) systeem dient als eerste de pH-waarde van
het cv-water te worden bepaald (zie punt 5 en 6). Is de pH-waarde hoger
dan 8,5 dan is er vermoedelijk waterbehandeling toegepast. De complete
installatie dient dan volledig afgetapt te worden. Vervolgens grondig spoe-
len/reinigen met onbehandeld leidingwater. Laat minimaal driemaal de sys-
teeminhoud door cv-installatie stromen.
2. Vul de installatie met onbehandeld leidingwater.
3. Ontlucht de complete installatie.
4. Stel de complete installatie gedurende minimaal 15 minuten in bedrijf.
5. Tap een hoeveelheid cv-water af bij de tap- en vulkraan en doe dit in een
schoon/gereinigd (monster)flesje.
6. Meet de pH-waarde van het cv-water m.b.v. een pH-strookje. Steek het
pH-strookje voor de helft in het cv-water. Als de kleuren van het strookje
zich niet meer wijzigen kan de pH-waarde worden bepaald.
7. De gemeten pH-waarde van het cv-water dient tussen de 7 en de 8,5 te
liggen. Is dit niet het geval neem dan contact op met de afdeling Service van
Nefit.
216035