613902
5
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/36
Nächste Seite
5
ODU Monoblock 5-17 • 6 720 817 806 (2015/08)
Algemeen 3
3 Algemeen
Deze handleiding werd in het Zweeds opgesteld, handleidingen in alle
andere talen zijn vertalingen van de originele handleiding.
3.1 Specificaties betreffende warmtepomp
De buitenunit ODU Monoblock 5-17 is bedoeld voor opstelling buitens-
huis en aansluiting op binnenshuis geplaatste binnenunits van het type
IDU Monoblock 5-17 T/TS/B/E.
Mogelijke combinaties:
De binnenunits IDU Monoblock T/TS beschikken over een geïntegreerde
elektrische bijverwarming.
De binnenunits IDU Monoblock E beschikken over een geïntegreerde
elektrische bijverwarming.
De binnenunits IDU Monoblock B zijn bedoeld voor bivalent gebruik in
combinatie met een elektrische dan wel een olie- of gasgestookte bijver-
warming.
3.2 Gebruik
De warmtepomp mag alleen in gesloten tapwater-verwarmingssystemen
conform EN 12828 worden ingebouwd.
Ander gebruik is niet conform de bedoeling. Daaruit resulterende scha-
de valt niet onder de fabrieksgarantie.
3.3 Minimale installatievolume en uitvoering van de cv-
installatie
Omdat de eisen voor verschillende warmtepompinstallaties sterk varië-
ren, wordt over het algemeen geen minimum installatievolume opgege-
ven. In plaats daarvan gelden voor alle warmtepompinstallaties de
volgende voorwaarden:
Ongemengde vloerverwarmingsinstallatie zonder buffervat:
Om de warmtepomp- en ontdooifunctie te waarborgen, moet minimaal
22 m
2
verwarmbaar vloeroppervlak beschikbaar zijn. Verder moet in de
grootste ruimte (referentieruimte) een kamerthermostaat zijn geïnstal-
leerd. De door de kamerthermostaat gemeten kamertemperatuur wordt
meegenomen bij de berekening van de aanvoertemperatuur (principe
weersafhankelijke regeling met kamerinvloed). Alle zonekranen van de
referentieruimte moeten volledig zijn geopend. Onder bepaalde omstan-
digheden kan de elektrische bijverwarming worden ingeschakeld, om
een volledige ontdooifunctie te waarborgen. Dit is afhankelijk van het
beschikbare vloeroppervlak.
Ongemende radiatorinstallatie zonder buffervat:
Om de buitenunit en ontdooifunctie te waarborgen, moeten minimaal 4
radiatoren met elk minimaal 500 W vermogen aanwezig zijn. Let erop,
dat de thermostaatkranen van deze radiatoren geheel zijn geopend.
Wanneer aan deze voorwaarde binnen een woonzone kan worden vol-
daan, wordt een kamerthermostaat voor deze referentieruimte geadvi-
seerd, zodat met de gemeten kamertemperatuur bij de berekening van
de aanvoertemperatuur rekening kan worden gehouden. Onder bepaal-
de omstandigheden kan de elektrische bijverwarming worden ingescha-
keld, om een volledige ontdooifunctie te waarborgen. Dit is afhankelijk
van het beschikbare radiatoroppervlak.
CV-installatie met een ongemengd cv-circuit (radiatoren) en
een gemengd cv-circuit zonder buffervat
Om de buitenunit en ontdooifunctie te waarborgen, moet de ongemeng-
de groep minimaal 4 radiatoren met elk minimaal 500 W vermogen be-
vatten. Let erop, dat de thermostaatkranen van deze radiatoren geheel
zijn geopend. Onder bepaalde omstandigheden kan de elektrische bij-
verwarming worden ingeschakeld, om een volledige ontdooifunctie te
waarborgen. Dit is afhankelijk van het beschikbare radiatoroppervlak.
Bijzonderheden
Wanneer beide cv-circuits verschillende bedrijfstijden hebben, dan
moet elk cv-circuit afzonderlijk de warmtepompfunctie kunnen waarbor-
gen. Let er dan op dat minimaal 4 radiatorventielen van de ongemengde
cv-groep volledig zijn geopend en voor de gemengde cv-groep (vloer)
minimaal 22 m
2
vloeroppervlak ter beschikking staat. In dit geval wor-
den in de referentieruimten van beide cv-circuits kamerthermostaten
geadviseerd, zodat met de gemeten kamertemperatuur bij de bereke-
ning van de aanvoertemperatuur rekening kan worden gehouden. Onder
bepaalde omstandigheden kan de elektrische bijverwarming worden in-
geschakeld, om een volledige ontdooifunctie te waarborgen. Wanneer
beide cv-circuits identieke bedrijfstijden hebben, heeft het gemengde
cv-circuit geen minimaal oppervlak nodig, omdat met de 4 constant
doorstroomde radiatoren de warmtepompfunctie wordt gewaarborgd.
Plaatsing van een kamerthermostaat in de zone van de geopende radia-
toren wordt geadviseerd, zodat de buitenunit de aanvoertemperatuur
automatisch aanpast.
Alleen gemengde cv-circuits (geldt ook voor cv-circuit met ventila-
torconvector)
Om te waarborgen dat voldoende energie voor de ontdooifunctie be-
schikbaar is, is een buffervat met minimaal 50 liter nodig.
3.4 Typeplaat
Het typeplaatje bevindt zich op de achterzijde van de buitenunit. Het be-
vat gegevens over het vermogen, het artikel- en serienummer en de pro-
ductiedatum van de buitenunit.
3.5 Transport en opslag
De buitenunit moet altijd rechtop worden getransporteerd en
opgeslagen. Hij mag tijdelijk worden gekanteld (max. 45 °), maar niet
plat worden neergelegd. De buitenunit niet bij temperaturen onder
20 °C transporteren of opslaan. De buitenunit is voor het dragen
voorzien van riemgrepen.
3.6 Werkingsprincipe
De functie is gebaseerd op een vraaggestuurde regeling van het com-
pressorvermogen met bijschakelen van de geïntegreerde/externe bij-
verwarming via de binnenunit. De bedieningseenheid HMC300 stuurt de
buitenunit aan conform de ingestelde stooklijn.
Als de buitenunit de warmtevraag van het huis niet alleen aankan, start
de binnenunit automatisch de elektrische bijverwarming, die samen met
de buitenunit de gewenste temperatuur in huis en eventueel de boiler
genereert.
De installatie mag alleen door gekwalificeerd opgeleid
vakpersoneel worden uitgevoerd. De installateur moet
de ter plaatse geldende bepalingen en voorschriften en
ook de instructies uit de installatie- en gebruikersinstruc-
tie aanhouden.
Binnenunits Buitenunits
5-9 T/TS of 5-9B/E 5 s
5-9 T/TS of 5-9 B/E 7 s
5-9 T/TS of 5-9 B/E 9 s
13-17 T/TS of 13-17 B/E 13t
13-17 T/TS of 13-17 B/E 17t
Tabel 2
Om overmatig veel start/stop-cycli, een onvolledige ont-
dooiing en onnodige alarmen te voorkomen, moet in de
installatie voldoende energie worden opgeslagen. De
energie wordt enerzijds in de waterhoeveelheid van de
cv-installatie en anderzijds in de installatiecomponenten
(radiatoren) en in de betonnen vloer (vloerverwarming)
opgeslagen.
5

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für Nefit EnviLine A-W Monoblock wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Andere Handbücher von Nefit EnviLine A-W Monoblock

Nefit EnviLine A-W Monoblock Bedienungsanleitung - Holländisch - 16 seiten


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info