4
Verbinding maken met het WiFi-netwerk met de
WiFi-instellingen van de router
Gebruik de WiFi-netwerknaam en het wachtwoord van de router als u uw
computer of WiFi-apparaat wilt verbinden met het netwerk van de router
via WiFi. Als u de naam en het wachtwoord van uw WiFi-netwerk niet
hebt gewijzigd, gebruikt u de vooraf ingestelde WiFi-netwerknaam en het
wachtwoord van de router. Deze staan op het etiket op de router.
¾ Voor de selectie van uw netwerk en het invoeren van het
wachtwoord:
1. Open op de computer of het WiFi-apparaat het WiFi-
netwerkbeheerprogramma dat uw WiFi-verbindingen beheert.
Het WiFi-netwerkbeheerprogramma scant op WiFi-netwerken in uw
omgeving.
2. Zoek en selecteer de WiFi-netwerknaam (SSID) van uw router.
De SSID vindt u op het etiket op de router.
3. Voer het wachtwoord van de router in (of uw eigen wachtwoord als u
dit hebt veranderd) en klik op de knop Connect (Verbinden).
Het wachtwoord vindt u op het etiket op de router.
4. Herhaal stap 1 tot en met 3 om andere computers of WiFi-apparaten
toe te voegen.