3240
113
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/120
Nächste Seite
(
Nl
)
De gids voor digitale fotografie
met de
DIGITAL CAMERA
Printed in Belgium
Fuji Bldg., 2-3 Marunouchi 3-chome, YP4E02(1F)
Chiyoda-ku, Tokyo 100-8331, Japan 6MA0271F--
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, in welke
vorm ook, volledig of gedeeltelijk, zonder de schriftelijke
toestemming van NIKON CORPORATION (met uitzonde-
ring van korte citaten in artikels of besprekingen).
Handelsmerk-informatie
Apple, het Apple logo, Macintosh, Mac OS, Power Macintosh, PowerBook en Quick
Time zijn gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. Finder, Power Mac,
iMac en iBook zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc. Microsoft en Windows
zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Internet is een handels-
merk van Digital Equipment Corporation. Adobe en Acrobat zijn gedeponeerde han-
delsmerken van Adobe Systems Inc. Het SD-logo is een handelsmerk van de SD Card
Association. PictBridge is een handelsmerk. Alle andere handelsnamen die in deze ge-
bruikshandleiding worden genoemd of in andere documentatie die bij uw Nikon pro-
ducten wordt geleverd, zijn gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke
houders.
i
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Voor uw veiligheid
Om schade aan uw Nikon-product of letsel bij uzelf of anderen te voorkomen,
dient u de nu volgende veiligheidsvoorschriften goed door te lezen voordat u de
camera gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar alle
gebruikers ze kunnen vinden.
Als u de in dit hoofdstuk vermelde veiligheidsvoorschriften niet in acht neemt,
dan worden de mogelijke gevolgen hiervan door middel van het volgende sym-
bool weergegeven:
WAARSCHUWINGEN
Dit symbool staat bij waarschuwingen die u, om eventueel letsel te voorko-
men, moet lezen voordat u uw Nikon-product gaat gebruiken.
Schakel het apparaat bij storing
onmiddellijk uit
Indien er rook of een ongewone
geur uit het apparaat of de licht-
netadapter (apart verkrijgbaar)
komt, koppel de lichtnetadapter dan
los en verwijder de batterij onmid-
dellijk. Pas daarbij op dat u zich niet
brandt. Voortgaand gebruik kan lei-
den tot letsel. Nadat u de batterij
hebt verwijderd, dient u het appa-
raat door een door Nikon erkende
onderhoudsdienst te laten nakijken.
Gebruik het apparaat niet in de
buurt van ontvlambaar gas
Gebruik elektronische apparatuur
niet in de buurt van ontvlambaar
gas, aangezien dit kan leiden tot
ontploffingen of brand.
Wees voorzichtig met het draag-
koord
Doe het draagkoord niet om de
hals van een baby of kind.
Demonteer het apparaat niet
Indien u de interne onderdelen van het
apparaat aanraakt, kan dit leiden tot let-
sel. Bij storing dient het apparaat alleen
door een daartoe bevoegde monteur te
worden gerepareerd. Mocht het pro-
duct openbarsten als gevolg van een val
of ander ongeluk, verwijder dan de bat-
terij en/of lichtnetadapter en laat het
apparaat door een door Nikon erkende
reparatiedienst nakijken.
Neem bij het gebruik van batterijen onder-
staande voorzorgsmaatregelen in acht
Batterijen kunnen lekken of ontploffen wan-
neer u ze verkeerd gebruikt. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht bij het hanteren
van batterijen voor gebruik in dit product:
Zorg dat het product uit staat en dat
het camera-aan-lampje gedoofd is
voordat u de batterij vervangt. Zorg er
bij het gebruik van een lichtnetadap-
ter voor dat deze is losgekoppeld.
Gebruik twee oplaadbare Nikon EN-MH1
NiMH batterijen, één CR-V3 lithiumbatte-
rij, twee ZR6 (AA) nikkelmangaan batte-
rijen, LR6 (AA) alkaline batterijen of twee
FR6/L91 (AA) lithiumbatterijen. Gebruik
geen andere batterijtypen. Gebruik nooit
twee verschillende batterijen tegelijk.
Probeer de batterij niet ondersteboven of
achterstevoren in de camera te plaatsen.
Sluit een batterij niet kort en
demonteer hem niet.
ii
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Stel de batterij niet bloot aan vuur
of overmatige hitte.
Dompel de batterij niet onder in water
en zorg dat hij niet nat kan worden.
Berg de batterij (tijdens vervoer) niet
op bij metalen voorwerpen zoals
halskettingen en haarspelden.
Volledig ontladen batterijen kun-
nen gaan lekken. Om schade aan
het product te voorkomen dient u
de batterijen als ze leeg zijn te
verwijderen.
Als de batterij niet wordt gebruikt,
maak dan het batterijdeksel dicht en
bewaar de batterij op een koele plaats.
Onmiddellijk na gebruik, of wan-
neer het product gedurende lan-
gere tijd op batterijvoeding is
gebruikt, kan de batterij heet zijn.
Zet daarom de camera eerst uit en
laat de batterijen afkoelen voordat
u ze uit de camera haalt.
Stop onmiddellijk met het gebruik
van de batterij als u een verande-
ring opmerkt, zoals verkleuring of
vervorming.
Gebruik de juiste kabels
Gebruik alleen de bijgeleverde kabels
of speciaal voor dit doel bij Nikon ver-
krijgbare kabels voor aansluiting op
in- en uitgaande contacten, om aan
de productvoorschriften te voldoen.
Buiten bereik van kinderen houden
Zorg ervoor dat kleine kinderen geen
batterijen of andere kleine onderdelen
in hun mond kunnen stoppen.
Geheugenkaarten verwijderen
Geheugenkaarten kunnen tijdens
gebruik heet worden. Wees daarom
voorzichtig wanneer u geheugen-
kaarten uit de camera verwijdert.
Cd-rom’s
De cd-rom’s waarop de software en
handleidingen staan dienen niet op
audio-cd-apparatuur te worden afge-
speeld. Het afspelen van cd-roms op
een audio-cd-speler kan leiden tot
gehoorverlies of schade aan de appa-
ratuur.
Wees voorzichtig met gebruik
van de flitser
Het gebruik van een flitser dichtbij
de ogen van personen kan tijdelijke
vermindering van het gezichtsver-
mogen veroorzaken. Bij foto’s van
kleine kinderen is extra voorzichtig-
heid geboden; blijf op meer dan
één meter afstand van het onder-
werp.
Voorkom aanraking met vloei-
baar kristal
Mocht de monitor breken, pas dan
op voor letsel veroorzaakt door
gebroken glas; voorkom dat het
vloeibare kristal uit de monitor in
aanraking komt met huid, ogen of
mond.
iii
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Waarschuwingen
Om lang plezier van uw Nikon-product te hebben is het belangrijk dat u bij op-
slag en gebruik de volgende voorzorgsmaatregelen in acht neemt:
Droog houden
Dit product zal defect raken indien
het wordt ondergedompeld in water
of aan hoge vochtigheid wordt
blootgesteld.
Wees voorzichtig bij het hante-
ren van het objectief en alle
bewegende onderdelen
Oefen geen kracht uit op het objectief
(plus objectiefschuif) en de deksels
van batterijruimte, geheugenkaart-
sleuf en aansluitingen. Deze onderde-
len zijn gemakkelijk te beschadigen.
Schakel de camera uit voordat u
de batterij verwijdert of de licht-
netadapter afkoppelt
Haal de stekker van de camera niet
uit het stopcontact en verwijder de
batterij niet terwijl de camera aan-
staat, of terwijl er beelden worden
opgeslagen of gewist. Onder deze
omstandigheden kan een stroom-
onderbreking leiden tot informatie-
verlies of beschadiging van de
interne schakelingen of het geheu-
gen. Om te voorkomen dat de
stroom per ongeluk wordt onder-
broken, dient u het product niet te
verplaatsen als de lichtnetadapter
aangesloten is.
Laat de camera niet vallen
Als de camera wordt blootgesteld
aan sterke schokken of trillingen, kan
dit product storingen vertonen.
Houd de camera uit de buurt
van sterke magnetische velden
U dient dit apparaat niet te gebrui-
ken of op te bergen in de buurt van
apparatuur die een sterke elektro-
magnetische straling of magnetische
velden produceert. Sterke statische
ladingen of de magnetische velden
die worden geproduceerd door bij-
voorbeeld zendapparatuur kunnen
storingen veroorzaken op de moni-
tor, informatie op de geheugenkaart
beschadigen, en de interne schake-
lingen van het product aantasten.
Vermijd plotselinge tempera-
tuurverschillen
Plotselinge temperatuurverschillen,
zoals die zich voordoen bij het bin-
nenkomen of verlaten van een ver-
warmd gebouw op een koude dag,
kunnen condensatie in de camera
veroorzaken. Om condensatie te
voorkomen dient u de camera in de
cameratas of een plastic zak te
plaatsen voordat u deze aan plotse-
linge temperatuurverschillen bloot-
stelt.
Richt de lens niet gedurende lan-
gere tijd op sterke lichtbronnen
Zorg er voor dat de lens niet gedu-
rende langere tijd is gericht op de
zon of andere sterke lichtbronnen -
niet tijdens gebruik en ook niet tij-
dens opslag van de camera. Intens
licht kan de CCD beeldsensor
beschadigen, hetgeen een witte
waas op opnamen geeft.
iv
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Opmerkingen
Voor de gehele of gedeeltelijke reproductie,
verzending, transcriptie, opslag in een geau-
tomatiseerd gegevensbestand, of vertaling in
welke taal dan ook, in welke vorm dan ook,
en met welke middelen dan ook van de bij
uw Nikon-product geleverde handleidingen
is de voorafgaande schriftelijke toestemming
van Nikon vereist.
Nikon behoudt zich het recht voor zonder
voorafgaande aankondiging de specificaties
van de hardware en software die in deze
gebruikshandleidingen worden beschreven
op elk gewenst moment te wijzigen.
Nikon is niet aansprakelijk voor schade
als gevolg van het gebruik van dit pro-
duct.
Nikon heeft alles in het werk gesteld
om te zorgen dat de informatie in
deze handleidingen juist en volledig is;
het wordt zeer op prijs gesteld als u de
Nikon-importeur op de hoogte brengt
van eventuele vergissingen of omis-
sies.
v
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren
Let er op dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereprodu-
ceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk straf-
baar kan zijn.
Voorwerpen die niet mogen wor-
den gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papier-
geld, munten, waardepapieren of
obligaties van de (plaatselijke) over-
heid, zelfs als dergelijke kopieën of
reproducties voorzien zijn van een
stempel "Voorbeeld" of "Specimen".
Het kopiëren of reproduceren van
papiergeld, munten of waardepa-
pieren die in het buitenland in circu-
latie zijn is verboden.
Tenzij vooraf toestemming is verleend
door de overheid, is het kopiëren of
reproduceren van ongebruikte, door
de overheid uitgegeven postzegels of
briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van
door de overheid uitgegeven zegels
of van gecertificeerde, door de wet
voorgeschreven documenten is ver-
boden.
Waarschuwingen m.b.t. bepaalde
kopieën en reproducties
De overheid heeft waarschuwingen uit-
gevaardigd met betrekking tot het kopië-
ren of reproduceren van waardepapieren
uitgegeven door commerciële instellin-
gen (aandelen, wissels, cheques, cadeau-
certificaten, etc.), reispassen, of coupons,
behalve wanneer het gaat om een mini-
maal benodigd aantal kopieën voor zake-
lijk gebruik door een bedrijf.
Eveneens niet toegestaan is het kopiëren
of reproduceren van door de overheid
uitgegeven paspoorten, vergunningen
afgegeven door overheidsinstanties en
andere instellingen, identiteitskaarten, en
kaartjes, zoals pasjes en maaltijdbonnen.
Auteursrechten
Het kopiëren of reproduceren van auteurs-
rechtelijk beschermde creatieve werken
zoals boeken, muziek, schilderijen, hout-
gravures, kaarten, tekeningen, films en
foto’s is verboden, behalve indien bestemd
voor privé-gebruik thuis of voor soortgelijk
beperkte en niet-commerciële doelein-
den. Gebruik dit product niet voor het
maken van illegale kopieën of voor het
schenden van het auteursrecht.
vi
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Voordat u belangrijke opnamen maakt
Voordat u foto’s neemt van belangrijke gebeurtenissen (zoals een huwelijk of
een reis) is het aan te raden testopnamen te maken om vast te stellen of de ca-
mera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gemiste opbrengs-
ten als gevolg van een defect aan de camera.
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van Nikon
Uw Nikon COOLPIX digitale camera is volgens de hoogste technologische stan-
daards ontwikkeld en bevat complexe elektronische circuits. Alleen elektronische
accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, batterijen en licht-
netadapters), die door Nikon speciaal zijn gecertificeerd voor gebruik met uw di-
gitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de operationele en veiligheidseisen van
deze elektronische circuits te werken en zijn met het oog daarop getest en goed-
gekeurd.
H
ET GEBRUIK VAN ANDERE ELEKTRONISCHE ACCESSOIRES DAN DIE VAN NIKON KAN LEIDEN TOT
SCHADE
AAN UW CAMERA EN KAN AANSPRAKEN OP GARANTIE ONGELDIG MAKEN.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met uw
handelaar of de importeur.
AF-hulpverlichting
De LED (light emitting diode) die gebruikt wordt
in de AF-hulpverlichting voldoet aan de volgende
IEC-norm:
Design Rule for Camera File System (DCF)
Uw camera voldoet aan de Design Rule for Camera File System (DCF), een stan-
daard die in de industrie van digitale camera’s veel wordt gebruikt om compati-
biliteit tussen verschillende soorten camera’s mogelijk te maken.
Exif versie 2.2
Uw camera ondersteunt Exif (Exchangeable Image File Format for Digital Still Ca-
meras) versie 2.2, een standaard waarmee gegevens die met foto’s zijn opgesla-
gen, kunnen worden gebruikt voor een optimale reproductie van kleuren
wanneer beelden worden afgedrukt op printers die compatibel zijn met Exif.
CLASS 1 LED PRODUCT
IEC60825-1 Edition 1.2
-2001
vii
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid .......................................................................................... i
Waarschuwingen ...........................................................................................iii
Opmerkingen ................................................................................................iv
Voordat u begint ........................................................................1
Inleiding ......................................................................................................... 1
Onderdelen van de camera.............................................................................2
De monitor..................................................................................................... 4
De keuzeknop ................................................................................................6
Navigeren door de menu’s.............................................................................. 7
De ontspanknop............................................................................................. 7
Voorbereiding .............................................................................8
Batterijen plaatsen.......................................................................................... 8
Geheugenkaarten plaatsen........................................................................... 10
Batterijconditie controleren........................................................................... 12
Basisinstellingen ........................................................................................... 14
Foto’s maken—basistechniek ..................................................16
Stap 1 - De P stand selecteren..................................................................16
Stap 2 - Compositie maken .......................................................................... 18
Stap 3 - Scherpstellen en afdrukken.............................................................. 20
Stap 4 - De resultaten bekijken (schermvullende weergave) .......................... 22
Meer over foto’s maken...........................................................24
Wanneer er weinig licht is: Flitslicht gebruiken.............................................. 24
Zelf op de foto komen: De zelfontspanner gebruiken ................................... 26
Gemakkelijke close-ups: Macro close-up stand ............................................. 27
Assistentie- en onderwerpsstanden............................................................... 28
Compositie-assistentie.................................................................................. 29
e Onderwerpsstand ................................................................................. 34
Meer over weergave ................................................................40
Beelden met de camera bekijken .................................................................. 40
Beelden uitsnijden ................................................................................... 42
Spraakmemo’s: Opnemen en afspelen (alleen E4100/E3200) ................... 43
Beelden op TV bekijken ................................................................................ 44
Beelden op de computer bekijken................................................................. 45
Foto’s printen............................................................................................... 48
Printen via een directe USB-verbinding..........................................................52
Filmclips .....................................................................................56
W Filmclips opnemen .................................................................................. 56
Filmclips afspelen.......................................................................................... 60
viii
Het opnamemenu .....................................................................61
Werken met het opnamemenu..................................................................... 61
Beeldkwaliteit/afmetingen ............................................................................ 63
Witbalans..................................................................................................... 65
+/- Correctie.................................................................................................67
Continu........................................................................................................ 68
Best Shot Selector......................................................................................... 69
Kleuropties................................................................................................... 70
Het weergavemenu ..................................................................71
Werken met het weergavemenu...................................................................71
Diashow....................................................................................................... 72
Wissen ......................................................................................................... 73
Beveiligen..................................................................................................... 75
Auto-overdracht...........................................................................................76
Kleine kopie ................................................................................................. 78
Kopiëren ...................................................................................................... 79
Het setup-menu ........................................................................82
Werken met het setup-menu........................................................................ 82
Welkomstscherm..........................................................................................83
Datum.......................................................................................................... 84
Monitorinstelling ..........................................................................................86
Datum afdrukken ......................................................................................... 87
Helderheid....................................................................................................89
Geluid instellen............................................................................................. 90
Waarschuwing vaag ..................................................................................... 91
Automatisch uit............................................................................................92
Geheugen/kaart formatteren........................................................................93
Taal/Language .............................................................................................. 94
Videostand................................................................................................... 94
Standaardwaarden ....................................................................................... 94
Batterijtype................................................................................................... 96
Firmware versie ............................................................................................96
Technische opmerkingen .........................................................97
Optionele accessoires ................................................................................... 97
Verzorging van uw camera........................................................................... 98
Foutmeldingen ........................................................................................... 100
Problemen oplossen ................................................................................... 103
Specificaties................................................................................................ 106
Index.......................................................................................................... 108
1
Voordat u begint
Inleiding
Gefeliciteerd met de aanschaf van deze Nikon COOLPIX 4100 (E4100)/COOLPIX
3200 (E3200)/COOLPIX 2200 (E2200) digitale camera. Deze gebruikshandleiding
is erop gericht u maximaal plezier te geven bij het maken van digitale opnamen
met uw digitale Nikon-camera. Lees deze handleiding goed door en zorg ervoor
dat u deze bij het gebruik van de camera onder handbereik hebt.
Om informatie gemakkelijker te vinden, worden de volgende symbolen gebruikt:
Intern geheugen en SD-geheugenkaart
Deze camera maakt gebruik van zowel een intern geheugen als een SD-geheu-
genkaart om foto’s op te slaan. Als u een kaart in de camera plaatst, worden fo-
to’s automatisch opgeslagen op de kaart in plaats van in het interne geheugen.
Wilt u foto’s in het geheugen opslaan, bekijken, verwijderen of wilt u het geheu-
gen formatteren, verwijder dan eerst de geheugenkaart.
Permanente educatie
Nikon streeft ernaar gebruikers permanente educatie te bieden door continu productondersteu-
ning en productinformatie te verschaffen. Als onderdeel daarvan is online op de volgende sites al-
tijd de meest recente, bijgewerkte informatie beschikbaar.
• Voor gebruikers in de V.S.: http://www.nikonusa.com/
• Voor gebruikers in Europa: http://www.europe-nikon.com/support
• Voor gebruikers in Azië, Oceanië, het Midden-Oosten en Afrika:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites voor de laatste productinformatie, tips en antwoorden op veelgestelde
vragen (FAQ’s), en voor algemeen advies over digitale beeldweergave en fotografie. Raad-
pleeg voor meer informatie uw dichtstbijzijnde Nikon-vertegenwoordiger. Zie de URL hier-
onder voor de contactgegevens:
http://nikonimaging.com/
Deze icoon staat bij waarschu-
wingen: informatie die u moet
lezen om schade aan uw
camera te voorkomen.
Deze icoon staat bij tips: aan-
vullende informatie die van
pas kan komen bij het gebruik
van uw camera.
Deze icoon staat bij opmerkingen:
informatie die u dient te lezen
voordat u uw camera gebruikt.
Deze icoon geeft aan dat
elders in deze handleiding of
in de Snelhandleiding meer
informatie beschikbaar is.
Q
Voordat u begint
Inleiding
2
Voordat u begint
Onderdelen van de camera
Ontspanknop (Q 7)
Hoofdschakelaar
(Q 12)
Zoeker (Q 18)
Ingebouwde flitser (Q 24)
Zelfontspan-
ner-lampje
(Q 26)/
Lampje
rode-ogen-re-
ductie
(alleen E4100/
E3200)
(
Q
24
)
AF-hulpverlich-
ting
(alleen E4100/
E3200)
(
Q
vi, 25, 106)
Objectief (Q 18)
Camera-aan-lampje (Q 12)
Bevestiging van het draagkoord
Deksel geheugen-
kaartsleuf (Q 10)
Oogje voor
draagkoord
Luidspreker (alleen E4100/E3200)
Microfoon
(alleen E4100/E3200)
Deksel aansluiting voor
lichtnetadapter
3
Onderdelen van de camera
Voordat u begint
Zoom-knoppen (l/O ) (Q 18)
Rood (!) lampje (Q 20)
Monitor
(Q 5, 18)
Deksel batterij-
ruimte (Q 8)
Keuzeknop (Q 6)
USB-aansluiting (
Q
46)
Audio/video (AV) uitgangs-
aansluiting (alleen E4100/E3200)
(
Q
44)/
Video-uitgangs-aansluiting
(alleen E2200) (
Q
44)
Kapje aansluitingen
(Q 44, 46)
Statiefaansluiting (Q 25, 26)
u
Wisknop
(Q 22, 23)
Zoeker
(Q 18)
Multi-selector
(!/Y/&/V)
(Q 7)
xAfspeelknop
(Q 22, 23)
Ontgrendeling deksel
batterijruimte (Q 8
)
Kapje aansluitingen
Groen (AF) lampje
(Q 20)
MENU-knop (Q 61)
4
Voordat u begint
De monitor
Opnamen maken
1 Opnamestand . . . . . . . . . . . . . . 16 12 Dagenteller/
opgeslagen datumnummer . . . . .88
2 AE-L
1
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
3 Scherpstelaanduiding. . . . . . . . . 20 13 Resterend aantal opnamen/
lengte filmclip . . . . . . . . .16, 17, 56
4 Zoomaanduiding
2
. . . . . . . . . . . 18
5 Aanduiding batterijconditie
3
. . . 12 14 Flitsstand. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
6 Aanduiding intern geheugen/
geheugenkaart. . . . . . . . . . . . . . 16
15 Beeldkwaliteit/afmetingen . . . . . . 63
16 Belichtingscorrectie . . . . . . . . . . . 67
7 Icoon cameratrilling
4
. . . . . . . . . 25 17 Aanduiding
gevoeligheidsverhoging
6
. . . . . . . 25
8 Tijdzone. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84
9 Icoon "Datum niet
ingesteld"
5
. . . . . . . . . . . . . . . . 14
18 Continu-opnamestand . . . . . . . .68
19 Best Shot Selector (BSS). . . . . . . .69
10 Zelfontspanneraanduiding . . . . . 26 20 Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
11 Aanduiding datum in beeld . . . . 87 21 Kleuropties . . . . . . . . . . . . . . . . .70
22 Macro close-up stand . . . . . . . . .27
1
2
3
4
Verschijnt wanneer foto’s worden gemaakt
met Panorama Assist
Verschijnt wanneer zoomknoppen worden ingedrukt.
Verschijnt wanneer de batterijen bijna leeg
zijn.
Verschijnt bij lange sluitertijden als waarschu-
wing dat de beelden door beweging onscherp
kunnen worden.
5
6
Verschijnt wanneer de cameraklok nog niet is
ingesteld.
Geeft aan dat de camera automatisch de
gevoeligheid heeft aangepast.
AUTO
999
AE-LAE-L
AE-L
1
3
4
19
18
5
12
1314
8
11
6
7
9
15
22
21
16
20
17
10
2
5
De monitor
Voordat u begint
Weergave
Monitorinstellingen
Om op de monitor aanduidingen te verbergen of weer te geven, selecteert u Monitorinstel-
ling in het setup-menu. (Q 86)
De monitor gaat uit wanneer de flitser bezig is met opladen (Q 20).
8 10
2004
2004
.
08
08
.
05
05
12
:
00
00
8
10
12
11
2
1
3
4
5
7
6
14
13
17
16
15
9
1 Huidige map . . . . . . . . . . . . . . . 23 9
Aanduiding filmclipweergave . . . . 60
2 Bestandsnummer en-type. . . . . . 23 10 Spraakmemo-icoon
2
. . . . . . . . . 43
3 Aanduiding intern geheugen/
geheugenkaart. . . . . . . . . . . . . . 16
11 Beeldkwaliteit/afmetingen . . . . . 63
12 Filmclipaanduiding . . . . . . . . . . . 57
4 Aanduiding batterijconditie
1
. . . 12 13 Beveiligingsicoon . . . . . . . . . . . . 75
5 Volume-aanduiding
2
. . . . . . . . . 60 14 Icoon printopdracht . . . . . . . . . . 48
6
Opnemen van spraakmemo’s
2
. . . 43
15 Overspeelicoon . . . . . . . . . . . . . 76
7
Weergeven van spraakmemo’s
2
. . . .43
16 Tijd van opname . . . . . . . . . .14-15
8 Huidig opnamenummer/totaal aantal
opnamen/lengte filmclip. . . . 23, 60
17 Datum van opname . . . . . . . .14-15
1
2
Verschijnt wanneer de batterijen bijna leeg zijn.
Alleen E4100/E3200.
AUTO
19
De monitor geeft al-
leen het live-beeld
weer
De monitor staat uit
De monitor geeft de
huidige instellingen en
het live-beeld weer
De monitor toont
het raster
6
Voordat u begint
De keuzeknop
Met de keuzeknop kunt u een keuze maken uit zeven opnamestanden en de set-
up-stand. Kies een opnamestand op basis van de opname-omstandigheden.
Om een stand te selecteren, zet u de betreffende icoon te-
genover de markering "_" naast de keuzeknop.
e Onderwerpen (Q 28, 34)
Kies uit elf onderwerpen die elk
zijn afgestemd op de opname-
omstandigheden, en laat alles ver-
der aan de camera over.
i Portret-assistentie
N Landschap-assistentie
j Sport-assistentie
m Nachtportret-assistentie
Gebruik de compositie-assistentie
om voor deze vier omstandigheden
composities te maken (
Q
28-33).
P Automatisch (Q 16)
Kies deze stand om foto’s te maken. U
kunt een keuze maken uit zes opnameme-
nu’s om het gewenste effect te bereiken.
W Film (Q 56-59)
Kies uit drie soorten films. Met de
E4100/E3200 maakt u films met
geluid en met de E2200 kunt u al-
leen films zonder geluid maken.
f Set-up (Q 82)
Kies deze stand om het setup-menu
op te roepen, waarin u instellingen
kunt regelen als de cameraklok en de
helderheid van de monitor.
7
Voordat u begint
Navigeren door de menu’s
Met de multi-selector navigeert u door de cameramenu’s.
Uw camera heeft een ontspanknop met twee standen. Door de ontspanknop
half in te drukken legt de camera scherpstelling en belichting vast. Het groene
(AF) lampje naast de zoeker licht op wanneer de autofocus zich heeft ingesteld.
Scherpstelling en belichting blijven vergrendeld zolang de ontspanknop half in-
gedrukt wordt gehouden. Druk de ontspanknop geheel in om de foto te maken.
Cursor omhoog
verplaatsen
Annuleren en terugkeren naar
het vorige menu of cursor naar
links verplaatsen
Cursor omlaag ver-
plaatsen
Submenu oproepen, cur-
sor naar rechts verplaat-
sen of keuze maken.
Op de middelste knop
drukken (
a
) om uw
keuze te maken
De ontspanknop
8
Voorbereiding
Voorbereiding
Batterijen plaatsen
Uw camera werkt met:
LR6 (AA) alkaline batterijen (×2), of
Oplaadbare Nikon EN-MH1 nikkel-metaalhydride (NiMH) batterijen (×2), of
ZR6 (AA) nikkelmangaan batterijen (×2), of
FR6/L91 (AA) lithiumbatterijen (×2), of
CR-V3 lithiumbatterij (×1)
Open het deksel van de batterijruimte
Druk op de ontgrendeling (
g
;
c
) van de bat-
terijruimte en schuif het deksel naar buiten (
d
).
Plaats de batterijen
Plaats de batterijen zoals afgebeeld aan de
binnenzijde van de batterijruimte.
Sluit het deksel van de batterijruimte
Sluit het deksel van de batterijruimte (c) en
verschuif dit totdat het deksel vastklikt (d). Let
er op dat het deksel goed wordt vergrendeld.
[BELANGRIJK] Batterijtype
Om de werking van de batterij te verbeteren, dient u in het setup-menu te selecteren welke batterij
momenteel in de camera is geplaatst. De standaardinstelling is het type van de meegeleverde bat-
terijen (E4100) of Alkaline (E3200/E2200). Als een ander type batterij wordt gebruikt, zet de came-
ra dan aan en verander de instelling (Q 96).
2
1
1
AA-batterijen
2
CR-V3
1
2
3
9
Batterijen plaatsen
Voorbereiding
Batterijen vervangen
Zet de camera uit en verzeker u ervan dat het camera-aan-lampje gedoofd is voordat u de batte-
rijen plaatst of vervangt.
Lees de batterijwaarschuwingen
Lees alle waarschuwingen en instructies die door de batterijfabrikant worden meegele-
verd, en volg ze op.
Beschadigde batterijen
De volgende batterijen kunnen niet worden gebruikt:
• Batterijen met beschadigde of losrakende isolatie. Gebruik
van batterijen met beschadigde isolatie kan soms resulte-
ren in lekkage, oververhitting of openbarsten. Door fabri-
cagefouten kunnen ook nieuwe batterijen soms een
gebrekkige isolatie hebben.
• Batterijen met isolatie die alleen de zijkanten van de batte-
rijen bedekt en niet het gedeelte rond de negatieve pool.
Batterijen met een vlakke negatieve pool. Gebruik zulke
batterijen niet, ook niet als de isolatie het gebied rond de
negatieve pool adequaat afdekt.
Alkalinebatterijen
De prestatie van alkalinebatterijen kan sterk verschillen al naargelang het merk. Kies een betrouw-
baar merk.
EN-MH1 batterijen
Laad EN-MH1 batterijen op met een MH-71 lader voordat u ze voor het eerst gaat gebruiken. Laad
batterijen altijd in vaste paren op – laad batterijen nooit apart op, en gebruik nooit batterijen met
een verschillende ladingsgraad door elkaar. EN-MH1 batterijen kunnen kort na aankoop of na lan-
ge tijd niet te zijn gebruikt snel ontladen. Dat is normaal, en de batterijen zullen nadat ze een aantal
malen opnieuw zijn gebruikt en herladen beter in staat zijn hun lading vast te houden. Kijk voor
meer informatie over het opladen van oplaadbare batterijen in de documentatie van de MH-71.
Alternatieve stroombronnen
Wilt u de camera voor langere perioden achtereen van stroom voorzien, gebruik dan de
EH-62B lichtnetadapter (Q 97). Maak onder geen voorwaarde gebruik van een an-
der merk of model lichtnetadapter. Het niet opvolgen van deze instructies kan leiden
tot oververhitting of tot schade aan de camera.
• Het is aan te bevelen CR-V3 lithiumbatterijen als reserve-stroombron te gebruiken.
10
Voorbereiding
Geheugenkaarten plaatsen
Foto’s kunnen worden opgeslagen in het interne geheugen van de camera (on-
geveer 14,5 MB) of op een Secure Digital (SD)-geheugenkaart. Als er in de came-
ra geen geheugenkaart aanwezig is, worden foto’s in het interne geheugen
opgeslagen, en als de camera een geheugenkaart bevat, worden foto’s automa-
tisch op de geheugenkaart opgeslagen.
Als u foto’s wilt opslaan in het interne geheugen, verwijder dan de geheugenkaart.
Controleer of de camera uit staat
Het camera-aan-lampje moet uit zijn.
Open het deksel van de geheugen-
kaartsleuf
Plaats de geheugenkaart
• Plaats de geheugenkaart in de richting van de pijl
zoals aangegeven. Steek de geheugenkaart
recht naar binnen zonder deze te verbuigen.
Geheugenkaarten plaatsen
Plaats de kaart met de contactpunten naar voren gericht.
Als u de kaart ondersteboven of achterstevoren in de
camera plaatst, kan de camera of kaart beschadigd
raken.
Sluit het deksel van de geheugen-
kaartsleuf
1
2
Voorzijde
Hoe u de
kaart moet
vasthouden
Contact-
punten
3
4
11
Geheugenkaarten plaatsen
Voorbereiding
Geheugenkaarten formatteren
Geheugenkaarten moeten worden geformatteerd voordat u ze gaat gebruiken. Kijk voor in-
formatie over het formatteren van geheugenkaarten onder "Het setup-menu: Geheugen/
kaart formatteren" (Q 93).
Geheugenkaarten verwijderen
Als u geheugenkaarten verwijdert wanneer de camera uit
staat, kan er geen informatie verloren gaan. Om een geheu-
genkaart te verwijderen, zet u de camera uit en controleert
u of het camera-aan-lampje uit staat. Open het deksel van
de geheugenkaartsleuf niet wanneer het camera-aan-
lampje brandt. Open het deksel van de geheugenkaart-
sleuf en druk op de geheugenkaart om deze gedeeltelijk uit
te werpen. De kaart kan vervolgens met de hand uit de ca-
mera worden genomen.
Geheugenkaarten
• Gebruik uitsluitend Secure Digital (SD) geheugenkaarten.
Niet demonteren of modificeren.
Niet laten vallen, buigen, aan water of aan harde fysieke schokken blootstellen.
De metalen contactpunten niet met uw vingers of metalen voorwerpen aanraken.
Geen labels of stickers op de geheugenkaart plakken.
• Niet aan overmatige hitte blootstellen zoals in direct zonlicht in een gesloten auto.
Niet blootstellen aan hoge vochtigheidsniveaus of corrosief gas.
Het schrijfbeveiligingsschuifje
SD-kaarten zijn uitgerust met een schrijfbeveiligingsschuifje om te voorkomen dat u abusie-
velijk gegevens kwijtraakt. Als dit schuifje in de vergrendelde stand staat, kunt u geen foto’s
maken, wissen of bewerken, en kan de kaart niet worden geformatteerd. Vergrendel de
kaart niet terwijl u foto’s maakt, verwijdert of bewerkt.
Schrijfbeveiligingsschuifje
Wanneer de kaart vergrendeld is, kunt
u foto’s weergeven maar kunt u met de
a (V) knop geen foto’s maken, ver-
wijderen, bewerken of overspelen.
12
Voorbereiding
Batterijconditie controleren
Zet de camera aan
Druk op de hoofdschakelaar. Het camera-aan-
lampje gaat branden. Draai de keuzeknop
naar een andere stand dan f.
Controleer de batterijconditie op de
monitor
Wanneer de camera voor de eerste keer wordt
aangezet, verschijnt een taalkeuzescherm. Kies
de gewenste taal en druk op de middelste knop
van de multi-selector. Zie "Voorbereiding: Ba-
sisinstellingen" (
Q
14).
Voordat u de batterijconditie controleert,
dient u de optie te selecteren die van toepas-
sing is op het Batterijtype in het setup-menu
(Q 96).
Het rode (!) en groene (AF) lampje knipperen wan-
neer de waarschuwing "BATTERIJ BIJNA LEEG" ver-
schijnt.
De x knop
De camera kan ook worden ingeschakeld door de x knop een seconde lang in te drukken.
De laatst gemaakte opname verschijnt dan op de monitor (Q 22).
Melding Betekenis
GEEN ICOON Batterijen volledig geladen.
X Batterij bijna leeg.
LET OP!
BATTERIJ
BIJNA LEEG
Batterijen leeg. Vervangen door
volle batterijen.
1
AUTO
19
2
13
Batterijconditie controleren
Voorbereiding
De camera uitschakelen
Wilt u de camera uitschakelen, druk dan op de hoofdschakelaar terwijl het camera-aan-
lampje brandt. U mag de batterijen pas verwijderen of de EH-62B lichtnetadapter pas los-
koppelen als het camera-aan-lampje uit is.
Het camera-aan-lampje
Automatische uitschakeling (standby-stand)
Als één minuut lang (standaardinstelling) geen handelingen worden verricht, schakelt de
monitor zichzelf automatisch uit en komt de camera in de standby-stand om stroom te be-
sparen. Wanneer de camera in de standby-stand staat, knippert het camera-aan-lampje. Zijn
er drie minuten nadat de camera in de standby-stand ging, geen handelingen uitgevoerd,
dan wordt de camera automatisch uitgeschakeld en dooft het camera-aan-lampje. De ca-
mera wordt weer geactiveerd wanneer u:
Op de hoofdschakelaar drukt
De ontspanknop half indrukt
• Op de x knop drukt om de laatst gemaakte opname te bekijken
• Op de MENU-knop drukt om voor de huidige stand het menu op te roepen
• Aan de keuzeknop draait om een andere stand te kiezen
De periode voordat de camera in de standby-stand gaat, kan worden ingesteld via de optie
Automatisch uit in het setup-menu (Q 92). Als er echter een menu of het setup-menu
wordt weergegeven, schakelt de monitor zichzelf na drie minuten uit, en wanneer er in een
non-stop diashow foto’s worden weergegeven (Q 72) of wanneer de camera door een
lichtnetadapter wordt gevoed, dan schakelt de monitor zichzelf na dertig minuten uit.
Slaapstand
Als u de slaapstand inschakelt, komt de camera in de standby-stand wanneer er in de hel-
derheid van het onderwerp geen verandering optreedt, ook voordat de tijd verstreken is die
in het menu AUTOMATISCH UIT is ingesteld (Q 92).
Het camera-aan-lampje: De camera staat:
Is aan Aan
Knippert In de standby-stand
Is uit Uit
14
Voorbereiding
Basisinstellingen
De eerste keer dat de camera wordt aangezet verschijnt het taalselectievenster op de
monitor. Volg onderstaande stappen om een taal te kiezen en tijd en datum in te stellen.
De klokbatterij
Wanneer de batterijen in de camera zitten of de camera op een lichtnetadapter is aangeslo-
ten, laadt de klokbatterij zich in ongeveer tien uur op. Wanneer de klokbatterij volledig ge-
laden is, kan deze een aantal dagen voor backup-voeding zorgen.
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Markeer Ja.
Selecteer
Nee
om de stand te verlaten die momenteel met de keuzeknop is geselecteerd. Als u
afsluit zonder de tijd en datum in te stellen, dan gaat op de monitor het icoon
Z
"datum niet
ingesteld" knipperen wanneer de camera in de opnamestand staat en krijgen alle beelden het
tijdstempel "0000.00.00 00:00" (foto’s) of "2004.01.0100:00" (films).
Het menu TIJDZONE verschijnt.
Toon kaart met tijdzones.
Wilt u zomertijd in- of uitschakelen, druk dan de multi-selector omlaag om Zomertijd
te markeren en druk op het midden van de multi-selector. Is Zomertijd geactiveerd,
dan wordt de tijd automatisch een uur vooruit gezet (Q 85). Wilt u terugkeren naar
stap 4, druk dan de multi-selector omhoog om de huidige tijdzone te markeren.
1
MENU
TAAL/LANGUAGE
TAAL/LANGUAGE
TAAL/LANGUAGE
Annuleren
Ingestld
2
DATUM
DATUM
DATUM
Tijd/datum instellen?
Tijd/datum instellen?
Tijd/datum instellen?
Nee
Ja
Markeer Deutsch (Duits), English (En-
gels), Español (Spaans), Français
(Frans), Italiano (Italiaans), Nederlands,
Svenska (Zweeds), (Japans),
(Chinees) of (Koreaans)
en druk op a.
3
DATUM
DATUM
DATUM
Tijd/datum instellen?
Tijd/datum instellen?
Tijd/datum instellen?
Nee
Ja
4
2004. 01. 01 00 : 00
2004. 01. 01 00 : 00
2004. 01. 01 00 : 00
TIJDZONE
TIJDZONE
TIJDZONE
:Zomertijd
London, Casablanca
5
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
Teru
g
In
g
estl
d
U
MENU
London
,
Casablanc
a
15
Basisinstellingen
Voorbereiding
De klok instellen met PictureProject (alleen Windows XP/Mac OS X)
Als de camera aangesloten is terwijl de USB optie is ingesteld op PTP (Q 45), kan PictureProject (meege-
leverd) worden gebruikt om de cameraklok op dezelfde datum en tijd in te stellen als die van de computer.
Raadpleeg de PictureProject Naslaghandleiding voor meer informatie.
Selecteer uw tijdzone.
Stel
D
ag in (volgorde van
D
ag,
M
aand en
J
aar kan in sommige regio’s afwijken).
Markeer D M J.
Open het menu DATUM.
Selecteer
M
aand. Herhaal stappen 8-9 om
M
aand,
J
aar, uur en minuut in te stellen.
Kies de volgorde waarin Dag, Maand
en Jaar moeten verschijnen.
Ga terug naar de stand die met de keu-
zeknop werd gekozen. Denk er aan dat
de tijd en datum van opname niet op de
foto’s wordt geprint tenzij Datum of
Datum en tijd is geselecteerd bij Datum
afdrukken (Q 87).
6
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
Teru
g
In
g
estl
d
U
MENU
London
,
Casablanc
a
8
200401
00 00
05
D M J
DATUM
DATUM
DATUM
10
DATUM
DATUM
DATUM
200408
13 00
05
D M J
AUTO
19
12
200401
00 00
01
D M J
DATUM
DATUM
DATUM
7
9
200408
00 00
05
D M J
DATUM
DATUM
DATUM
11
200405
13 00
08
M D J
DATUM
DATUM
DATUM
16
Foto’s maken—basistechniek
Foto’s maken—basistechniek
Stap 1 - De P stand selecteren
Dit hoofdstuk behandelt de basishandelingen voor het maken van foto’s in de
P
(automatische) stand. In de automatische stand (voor simpelweg richten en afdruk-
ken) wordt het merendeel van de camera-instellingen automatisch afgestemd op
de omstandigheden, wat in de meeste situaties optimale resultaten geeft.
Draai de keuzeknop naar P
Zet de camera aan
Het camera-aan-lampje gaat branden en op de
monitor verschijnt een welkomstscherm (
Q
83).
De camera is gereed voor het maken van een
foto wanneer op de monitor het live-beeld te
zien is dat door het objectief wordt gevormd.
1
2
AUTO
19
Beeldkwaliteit/afmetingen
Maak een keuze uit vijf (E4100/
E3200) of vier (E2200) opties, af-
hankelijk van hoe u de foto wilt
gebruiken (Q 63). De stan-
daardinstelling is F (E4100), b
(E3200) of c (E2200).
Opnamestand/onderwerpsstand
P geeft aan dat de camera in de
automatische stand staat.
Flitsstand
Maak een keuze uit vijf standen,
afhankelijk van de lichtomstandig-
heden en uw creatieve bedoelin-
gen (
Q
24). De standaardinstelling
is
!#
(automatisch).
Resterend aantal opnamen
Het aantal foto’s dat kan worden opgeslagen
hangt af van de capaciteit van het geheugen of
de geheugenkaart en de optie die is gekozen
voor
Beeldkwaliteit/afm.
(
Q
63
).
Geheugen/geheugenkaart
Wanneer de camera een geheugen-
kaart bevat, wordt
/
weergegeven,
en als er geen kaart in de camera aan-
wezig is, dan wordt
}
weergegeven.
17
Stap 1 - De P stand selecteren
Foto’s maken—basistechniek
Resterend aantal opnamen
Is het resterend aantal opnamen gelijk aan nul, dan verschijnt de boodschap "GEEN GEHEUGEN
MEER" op de monitor. U kunt pas weer foto’s maken nadat u:
• een lagere instelling kiest voor Beeldkwaliteit/afm. (Q
63
)
• een nieuwe geheugenkaart plaatst (Q 10)
• een aantal foto’s verwijdert (Q 22-23, 73-74)
18
Foto’s maken—basistechniek
Stap 2 - Compositie maken
Maak de camera gereed
Houd de camera rustig en stevig met twee handen
vast. De compositie van de foto kan worden ge-
maakt in de monitor of de zoeker.
Bepaal de compositie voor uw onderwerp
Uw digitale Nikon-camera is uitgerust met twee
soorten zoom: optische zoom, waarmee het uit-
schuivende objectief van de camera wordt gebruikt
om het onderwerp maximaal 3× te vergroten, en di-
gitale zoom, waarbij digitale beeldbewerking wordt
gebruikt om het beeld te vergroten tot maximaal 4×,
waardoor een totaal zoombereik ontstaat van 12×.
Gebruik de zoomknoppen om uw onderwerp in het
midden van de monitor uit te kaderen:
Druk op de l (W) knop om uit te zoomen,
waardoor u meer overzicht krijgt.
Druk op de O (T) knop om in te zoomen op
uw onderwerp, zodat het onderwerp een gro-
ter deel van het beeld vult.
Is de camera ingezoomd tot de maximale vergro-
ting, dan start u de digitale zoom door de
O
(
T
)
knop ongeveer een seconde lang in te drukken. De
zoomaanduiding wordt geel, en het groene (AF)
lampje naast de zoeker gaat knipperen. Gebruik de
O
(
T
) en
l
(
W
) knoppen om de zoom in het digi-
tale zoombereik in te stellen. Wilt u de digitale
zoom annuleren, druk dan op
l
(
W
) totdat de
zoomaanduiding wit wordt.
1
Dek de opname niet af
Om donkere of gedeeltelijk verduisterde foto’s te
voorkomen, dient u uw vingers en andere objec-
ten weg te houden van het objectief, het flitsven-
ster en de microfoon (alleen E4100/E3200).
Uitzoomen Inzoomen
AUTO
19
AUTO
19
De aanduiding op de monitor geeft
de zoomfactor aan wanneer een van
de twee knoppen wordt ingedrukt.
Digitale zoom
2
19
Stap 2 - Compositie maken
Foto’s maken—basistechniek
Digitale zoom
Bij digitale zoom wordt beeldinformatie van de beeldsensor van de camera digitaal bewerkt,
waardoor het centrale deel van het beeld wordt vergroot tot het beeldvullend is. In tegen-
stelling tot optische zoom, worden bij digitale zoom de details in de foto niet duidelijker. In
plaats daarvan worden details die bij maximale optische zoom zichtbaar zijn simpelweg ver-
groot, zodat een ietwat korrelig beeld ontstaat. Het effect van digitale zoom is niet zichtbaar
in de zoeker; gebruik dus voor digitale zoom de monitor bij het bepalen van de compositie.
Digitale zoom is niet beschikbaar wanneer de monitor uit staat of wanneer Multi-Shot 16
is geselecteerd in het menu CONTINU (Q 68).
Wanneer er weinig licht is
Wanneer er weinig licht is wordt de gevoeligheid verhoogd; het beeld op de monitor kan
enigszins korrelig worden. Dat is normaal en wijst niet op een fout.
Monitor of Zoeker?
Gebruik de monitor om in één oogopslag de camera-instellingen te controleren en tegelij-
kertijd te bekijken hoe de uiteindelijke foto er uit gaat zien. Dit is vooral belangrijk wanneer
het beeld door de zoeker niet precies overeenkomt met de uiteindelijke foto, bijvoorbeeld
wanneer:
• uw onderwerp zich minder dan 1 meter van de camera bevindt
• u digitale zoom gebruikt
Gebruik de zoeker wanneer u stroom wilt besparen door de monitor uit te schakelen (Q 5),
of wanneer fel omgevingslicht het moeilijk maakt het beeld op de monitor te bekijken.
20
Foto’s maken—basistechniek
Stap 3 - Scherpstellen en afdrukken
Stel scherp
Druk de ontspanknop half in om de scherpstelling
en belichting te vergrendelen. In de P stand zal
de camera automatisch scherpstellen op wat zich
in het midden van het beeld bevindt. Scherpstel-
ling en belichting blijven vergrendeld zolang de
ontspanknop half ingedrukt wordt gehouden.
Houd de ontspanknop half ingedrukt en contro-
leer scherpstelling en flits. Scherpstelling wordt
aangegeven met het groene AF (autofocus) lampje
naast de zoeker en door de scherpstelaanduiding.
De flitsstatus wordt aangegeven door het rode !
(flitser gereed) lampje naast de zoeker.
De monitor gaat uit wanneer de flitser bezig is met opladen.
Maak de foto
Druk de ontspanknop geheel in om de foto te ma-
ken. Het sluitergeluid klinkt wanneer de ontspan-
knop wordt ingedrukt (standaardinstelling Q 90).
Om bewegingsonscherpte te vermijden, moet de
ontspanknop rustig worden ingedrukt. U kunt er-
voor kiezen om de cameratrillingswaarschuwing al
dan niet weer te laten geven (Q 25).
Aan
Er wordt geflitst wanneer de foto
wordt genomen.
Knip-
pert
De flitser laadt zich op. Wacht
totdat het lampje blijft branden.
Uit Flitser uit of niet nodig.
Aan Scherpstelling in orde.
Knip-
pert
De camera kan niet scherpstellen
op het onderwerp in het midden
van het beeld. Gebruik de scherp-
stelvergrendeling om op een
ander onderwerp op dezelfde
afstand in te stellen, kies opnieuw
de compositie en druk af.
AUTO
19
Rood (!) lampje
Groen (AF) lampje
Scherpstelaanduiding
1
Rood (
!
) lampje
Groen (AF) lampje/
scherpstelaanduiding
2
21
Stap 3 - Scherpstellen en afdrukken
Foto’s maken—basistechniek
Tijdens de opname
Terwijl foto’s in het geheugen of op de geheugenkaart worden opgenomen, knippert het groene
(AF) lampje, en brandt de < icoon of knippert de }// geheugenicoon. U kunt doorgaan met het
maken van foto’s totdat de < icoon verschijnt. Terwijl de foto wordt opgenomen mag u de
camera niet uitzetten, de geheugenkaart niet verwijderen en de stroombron niet verwij-
deren/afkoppelen. Onder deze omstandigheden kan een stroomonderbreking of verwijdering
van de geheugenkaart leiden tot informatieverlies of beschadiging van de camera of de kaart.
Goede resultaten met autofocus
Autofocus werkt het beste wanneer er een contrast is in het onderwerp en wanneer het onder-
werp gelijkmatig wordt verlicht. De autofocus kan mogelijk niet optimaal presteren wanneer het
onderwerp erg donker is of snel beweegt, als er objecten van sterk verschillende helderheid in
beeld zijn (bijvoorbeeld wanneer iemand de zon achter zich heeft waardoor zijn gezicht in de scha-
duw wegvalt), of wanneer er verschillende onderwerpen op verschillende afstanden van de came-
ra zijn (bijvoorbeeld een dier in een kooi, door de tralies heen gefotografeerd).
Scherpstellen op onderwerpen buiten het beeldmidden: Scherpstelvergrendeling
Bevindt uw onderwerp zich niet in het midden van het beeld wanneer de ontspanknop half wordt inge-
drukt, dan kan uw foto onscherp worden. Zo stelt u scherp op een onderwerp buiten het beeldmidden:
n Stel scherp
Plaats het onderwerp in het midden van het beeld
en druk de ontspanknop half in.
o
Controleer het groene (AF) lampje en de scherp-
stelaanduiding
Houd de ontspanknop half ingedrukt en controleer
of het groene (AF) lampje naast de zoeker continu
brandt, en of de scherpstelaanduiding continu
zichtbaar is, wat erop duidt dat de scherpstelling in
orde is. De scherpstelling en belichting blijven ver-
grendeld zolang de ontspanknop half ingedrukt
wordt gehouden.
p Bepaal de definitieve compositie
Houd de ontspanknop half ingedrukt en bepaal de
definitieve compositie. Verander de afstand tussen
camera en onderwerp niet zolang de scherpstelling
vergrendeld is. Verandert de afstand tot het onder-
werp, laat dan de ontspanknop los en vergrendel
de scherpstelling op de nieuwe afstand.
q Maak de foto
Druk de ontspanknop geheel in om de foto te maken.
NORMAL
10
AUTO
19
AUTO
19
AUTO
19
22
Foto’s maken—basistechniek
Stap 4 - De resultaten bekijken (schermvullende weergave)
Druk op de x knop
Bekijk de foto’s op de monitor
Om meer foto’s te zien dient u de multi-selector
omlaag of naar rechts te duwen om de foto’s in de
opgenomen volgorde te zien, omhoog of naar
links voor de omgekeerde volgorde. Om snel naar
een bepaald beeldnummer te gaan zonder de tus-
senliggende foto’s te bekijken, dient u de multi-se-
lector in te drukken en ingedrukt te houden. .
@ (spraakmemo opnemen) wordt weergegeven
(alleen E4100/E3200).
Om de schermvullende weergave te beëindigen en
terug te keren naar de opnamestand, drukt u op-
nieuw op de x knop.
Ongewenste foto’s wissen
Wilt u het beeld wissen dat op de monitor te zien is,
druk dan op de u knop. Er verschijnt een bevesti-
gingsscherm. Druk de multi-selector omhoog of om-
laag om Ja te markeren en druk vervolgens op het
midden van de multi-selector. Wilt u het scherm ver-
laten zonder de foto te wissen, markeer dan Nee en
druk op het midden van de multi-selector.
1
11
2004.08.05
13:00
100
NIKON
0001.
JPG
Gereed
Nee
Ja
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
2
23
Stap 4 - De resultaten bekijken (schermvullende weergave)
Foto’s maken—basistechniek
Uw laatst gemaakte opname wissen
Op elk gewenst moment kunt u tijdens het opnemen op de u knop druk-
ken om de laatst gemaakte opname te wissen. Het rechts weergegeven
dialoogvenster verschijnt. Wis de opname als beschreven onder "Onge-
wenste foto’s wissen".
Weergavetips
De eerste en laatste foto in het geheugen zijn aan elkaar gekoppeld. Wanneer u de multiselector
omhoog of naar links duwt terwijl de eerste foto in het geheugen wordt getoond, komt u bij de
laatste foto. Wanneer u de multi-selector omlaag of naar rechts duwt terwijl de laatste foto in het
geheugen wordt getoond, komt u bij de eerste foto.
Beeldbestands- en mapnamen
Op de geheugenkaart worden de opnamen opgeslagen met namen die uit drie delen bestaan: een
vierletterige identificator, een viercijferig bestandsnummer dat automatisch door de camera wordt
toegekend (oplopend volgnummer), en een drieletterige extensie (bijv. "DSCN0001.JPG").
Wanneer een opname wordt bekeken op de monitor, verschijnen het bestandsnummer en
de extensie in de rechterbovenhoek van het scherm. De identificator wordt niet getoond,
maar deze is zichtbaar wanneer de opname wordt overgespeeld naar de computer.
Opnamen worden opgeslagen in mappen die automatisch door de camera worden aangemaakt en voor-
zien van een naam met een driecijferig nummer gevolgd door "NIKON" (bijv. "100NIKON"). Een map
kan ten hoogste 200 foto’s bevatten; maakt u een foto terwijl de huidige map 200 foto’s bevat, dan
wordt er een nieuwe map aangemaakt, waarvan het nummer 1 hoger is dan van de huidige map. Als u
een foto maakt wanneer het huidige mapnummer een foto met het nummer 9999 bevat, dan wordt een
nieuwe map gemaakt en begint de bestandsnummering weer vanaf 0001. Als het aantal bestanden 200
bereikt of de bestandsnummering 9999 bereikt wanneer het geheugen of de geheugenkaart een map
met nummer 999 bevat, kunnen er geen foto’s meer worden gemaakt totdat het geheugen of de ge-
heugenkaart geformatteerd wordt (
Q
93) of een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst.
Beeldtype
Identificator
Extensie Q
Origineel
Foto DSCN .JPG 22
Film DSCN .MOV 60
Kopie
Kleine kopie SSCN .JPG 78
Uitgesneden kopie RSCN .JPG 42
Spraakmemo
aangehecht
aan foto
(alleen
E4100/E3200)
Spraakmemo
DSCN
SSCN
RSCN
.WAV 43
Nee
Ja
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
24
Meer over foto’s maken
Meer over foto’s maken
Wanneer er weinig licht is: Flitslicht gebruiken
De volgende flitsstanden zijn beschikbaar:
Zo kiest u de flitsstand:
Roep het flitsstand-menu op.
Markeer de gewenste stand (wilt u het menu
zonder veranderingen verlaten, wacht dan twee
seconden of duw de multi-selector naar links).
Verlaat het menu. De flitsstand wordt
aangegeven door een icoon onder in de
monitor.
Stand Hoe het werkt Wanneer te gebruiken
#
Automatisch
Flitser wordt ontstoken wan-
neer er weinig licht is.
Beste keuze in meeste situaties.
%
Automatisch met
rode-ogen-
reductie
Het lampje voor rode-ogen-reduc-
tie (E4100/E3200) of de flitser
(E2200) gaat af vóór de hoofdflits,
waardoor het effect van rode
ogen wordt gereduceerd.
Te gebruiken voor portretten (werkt het
beste wanneer het onderwerp royaal
binnen flitsbereik is en in de richting van
de flitser kijkt). Niet aanbevolen wan-
neer snel reageren een vereiste is.
$
Flitser uit
Flitser wordt niet ontstoken,
ook niet bij weinig licht.
Te gebruiken om een natuurlijke lichtsituatie te
behouden of wanneer flitsen verboden is. Wan-
neer de
2
(cameratrilling) icoon verschijnt, bestaat
het risico dat een bewogen beeld ontstaat.
!
Altijd flitsen
(invulflits)
Flitser wordt bij elke opname
ontstoken.
Voor het oplichten van schaduwen en
voor tegenlicht-onderwerpen.
k
(Slow sync)
Automatische flits gecom-
bineerd met lange sluitertij-
den.
Te gebruiken om bij nacht of bij weinig licht
zowel onderwerp als achtergrond goed weer
te geven. Wanneer de
2
(cameratrilling)
icoon verschijnt is er gevaar voor trilling.
1
19
AUTO
2
19
3
19
25
Wanneer er weinig licht is: Flitslicht gebruiken
Meer over foto’s maken
Gevoeligheid (ISO-equivalent)
"Gevoeligheid" is een maatstaf voor de lichtgevoeligheid van de ca-
mera. Uw digitale Nikon-camera heeft normaal een gevoeligheid die
ruwweg overeenkomt met film van ISO 50. Wanneer er weinig licht
is en de flitser uit staat ($), dan zal de camera automatisch de ge-
voeligheid verhogen, waardoor kortere belichtingstijden mogelijk
zijn en het risico van bewogen foto’s als gevolg van trilling tot een
minimum wordt beperkt. Er verschijnt een ISO icoon op de monitor,
wat betekent dat de opname iets korreliger kan worden.
De 2 (cameratrilling) icoon
Wanneer er weinig licht is en de flitser uit staat ($), dan worden de slui-
tertijden langer en wordt het risico groter dat een bewogen opname
wordt gemaakt. Wanneer de benodigde sluitertijd voor de belichting
erg lang is, verschijnt er een 2 (cameratrilling) waarschuwing op de
monitor. Gebruik van een statief is dan aan te bevelen.
Flitsbereik
Raadpleeg de "Specificaties" (Q 107).
Close-ups
Bij onderwerpen op minder dan 40 cm afstand kan de flitser mogelijk het onderwerp niet geheel uitlichten.
Wanneer u close-ups maakt, geef dan elke gemaakte opname meteen weer om het resultaat te controleren.
Selectie flitsstand
In de P (automatische) stand "onthoudt" de camera de huidige flitsstand ook nadat de
camera uitgezet is. De meest recente instelling wordt automatisch gekozen wanneer de
keuzeknop op P wordt gezet, tenzij de optie Standaardwaarden in het setup-menu
wordt gebruikt om de standaardinstelling te herstellen (Q 94). De flitsstand kan, afhankelijk
van de geselecteerde stand, automatisch veranderen als er een nieuwe opnamestand wordt
gekozen (Q 28-39).
De AF-hulpverlichting (alleen E4100/E3200)
De E4100 en E3200 zijn uitgerust met een AF-hulpverlichting. Als er weinig licht is, gaat de inge-
bouwde AF-hulpverlichting branden wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, waardoor de
camera ook kan scherpstellen als het onderwerp slecht verlicht is. Wanneer de camera helemaal
uitgezoomd is, heeft de AF-hulpverlichting een bereik van 0,4 tot 2,0 meter. Het bereik bij maxi-
male zoom is 0,4 tot 1,4 meter. In de onderwerpsstand (Q 28-39) is de AF-hulpverlichting alleen
beschikbaar in de standen i (Portret), m (Nachtportret) en B (Party/binnen) zonder de compo-
sitie-assistentie (Q 29-33), en in de standen C (Strand/sneeuw), D (Zonsondergang), I (Ko-
pie), J (Tegenlicht) en K (Panorama assist).
19
19
26
Meer over foto’s maken
Zelf op de foto komen: De zelfontspanner gebruiken
Wanneer de zelfontspanner is ingeschakeld, wordt de opname tien seconden na
het indrukken van de ontspanknop gemaakt. Deze functie stelt u in staat zelf op
de foto te komen of te voorkomen dat close-up opnamen of opnamen bij weinig
licht een wazige foto opleveren doordat bij het indrukken van de ontspanknop de
camera wordt bewogen. Bij gebruik van deze functie moet u de camera op een sta-
tief aansluiten (aanbevolen) of deze op een vlak, horizontaal oppervlak zetten.
Roep het zelfontspannermenu op.
Verlaat het menu. De zelfontspanner-
icoon verschijnt op de monitor.
Markeer
Y
ON
(wilt u het menu zonder ver-
anderingen verlaten, wacht dan twee secon-
den of duw de multi-selector naar links).
Bepaal de compositie en start de zelfont-
spanner. Een aftellende timer op de moni-
tor toont het aantal resterende seconden
totdat de foto wordt gemaakt.
De scherpstelling en belichting worden vergrendeld wanneer
de ontspanknop wordt ingedrukt. Het zelfontspannerlampje
op de voorzijde van de camera zal knipperen tot één seconde
voor de opname en blijft branden tijdens de laatste seconde
om aan te geven dat de opname zal worden gemaakt.
De zelfontspanner stoppen
Wilt u de zelfontspanner stoppen voordat de foto wordt gemaakt, druk dan op de ontspanknop.
De zelfontspanner
In sommige opnamestanden is de zelfontspanner niet beschikbaar (Q 28-39).
1
AUTO
19
ON
OFF
AUTO
19
3
2
ON
OFF
AUTO
19
4
AUTO
19
27
Meer over foto’s maken
Gemakkelijke close-ups: Macro close-up stand
De macro close-upstand wordt gebruikt voor close-ups van kleine onderwerpen
op zeer korte afstanden (tot 4 cm).
Roep het menu van de macro close-up
stand op.
Verlaat het menu. De & icoon verschijnt
op de monitor wanneer de camera in de
macro close-up stand staat.
Markeer
&
ON
(wilt u het menu zonder ver-
anderingen verlaten, wacht dan twee secon-
den of duw de multi-selector naar links).
Maak de beeldcompositie. Wordt de ca-
mera uitgezoomd totdat de & icoon
groen wordt, dan kan de camera scherp-
stellen tot op 4 cm.
Macro close-up stand
Op korte afstanden wijkt het beeld in de zoeker af van wat er werkelijk op de foto komt. Gebruik
de monitor voor close-ups.
In de macro close-up stand stelt de camera continu scherp, ook als de ontspanknop niet half
wordt ingedrukt.
In sommige opnamestanden is de macro close-up stand niet beschikbaar (Q 28-39).
1
AUTO
19
OFF
ON
3
AUTO
19
AUTO
19
ON
OFF
ON
2
4
AUTO
19
28
Meer over foto’s maken
Assistentie- en onderwerpsstanden
Uw digitale Nikon-camera biedt u de keuze uit vier assistentie-standen en elf on-
derwerpsstanden. In deze standen worden de camera-instellingen automatisch
geoptimaliseerd voor het gekozen onderwerpstype; daardoor hoeft u de instel-
lingen niet één voor één uit te voeren.
Assistentie-standen
De assistentie-standen worden gekozen door de keuzeknop in de gewenste stand
te zetten. Met de compositie-assistentie kunt u een goede compositie maken.
Onderwerpsstanden
U selecteert de onderwerpsstanden door de keuzeknop op e te zetten en door
de passende onderwerpsstand te selecteren.
Assistentie- en onderwerpsstanden
De assistentie- en onderwerpsstanden geven, afhankelijk van het onderwerp, mogelijk niet altijd het gewens-
te resultaat. Bent u niet tevreden met het resultaat, kies dan
P
(automatisch) en probeer het opnieuw.
Stand Omschrijving Q
i Portret-assistentie
Voor portretten waarin het onderwerp duidelijk wordt
afgetekend tegen een zachte achtergrond.
30
N
Landschap-assistentie
Voor het versterken van contouren, kleuren en contrast in opna-
men met wolken, bossen en andere landschapsfoto’s, of voor
portretten waarin de achtergrond goed herkenbaar moet zijn.
31
j Sport-assistentie
Voor sportopnamen waarbij de actie van snelle onder-
werpen wordt bevroren.
32
m
Nachtportret-assistentie
Voor portretten tegen een halfduistere achtergrond.
33
Stand Omschrijving Q
B Party/binnen
Om achtergronddetails of het effect van kaarslicht en
andere kunstlichtsoorten te behouden.
35
C Strand/sneeuw
Voor lichte onderwerpen als sneeuwvlakten, stranden
en zonovergoten waterpartijen.
35
D Zonsondergang
Voor het vasthouden van de diepe kleuren van zonsop- en ondergang.
35
E Schemering
Voor het vasthouden van de kleuren van het zwakke
natuurlijke licht vóór zonsopgang en na zonsondergang.
35
F Nachtlandschap
Voor landschapsopnamen bij nacht. 36
A Close-up
Voor levendige kleuren in close-ups van bloemen,
insecten en andere kleine objecten.
36
G Museum
Te gebruiken waar flitsen niet is toegestaan. 36
H Vuurwerk
Voor de lichteffecten van vuurwerk.
37
I Kopie
Voor het kopiëren van teksten en tekeningen.
37
J Tegenlicht
Te gebruiken wanneer het licht van achter het onder-
werp komt en het onderwerp in de schaduw ligt.
37
K Panorama assist
Voor het maken van een serie foto’s die later tot één
tafereel worden samengevoegd.
38
29
Meer over foto’s maken
Compositie-assistentie
De vier assistentie-standen bieden u door middel van een aantal hulpsjablonen
op de monitor de mogelijkheid om voor het betreffende onderwerp een compo-
sitie te maken. Wilt u de compositie-assistentie gebruiken, draai dan de keuze-
knop naar de gewenste stand en volg onderstaande stappen.
Roep na keuze van de stand het compo-
sitie-assistentie menu op.
Maak uw keuze. Om terug te keren naar
de opnamestand, drukt u op de MENU-
knop. De hulpsjabloon verschijnt op de
monitor.
Kies het compositietype. De huidige se-
lectie wordt aangegeven met een grote
icoon en een bijschrift.
Plaats bij het maken van de opname het
onderwerp in de hulpsjabloon, zoals be-
schreven op de volgende bladzijden.
Gebruik van de hulpsjablonen
Uw onderwerp hoeft niet precies in de hulpsjabloon te passen. Let bij het bepalen van de com-
positie op achtergrond en omgeving.
Beeldkwaliteit/afmetingen
De optie beeldkwaliteit/afmetingen is beschikbaar in het composi-
tiehulpmenu. (Q 63).
1
MENU
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
3
19
2
MENU
Portret
close-up
Portret
Portret
Portret
Sluit
Ingestld
4
19
MENU
Sluit
Ingestld
BEELDKWAL./AFM.
BEELDKWAL./AFM.
BEELDKWAL./AFM.
30
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
i Portret-assistentie
De stand
i
(portret-assistentie) helpt u portretten te maken
waarin het hoofdonderwerp duidelijk wordt afgetekend te-
gen een achtergrond die zacht of onscherp wordt weergege-
ven, waardoor de foto diepte krijgt (in welke mate de
achtergrond onscherp wordt, hangt af van de hoeveelheid
licht). Een compositie-assistentie menu helpt u bij de compo-
sitie voor onderwerpen buiten het beeldmidden en bij het uit-
kaderen van lange of brede opnamen en dubbelportretten.
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
i Portret
Er zijn geen hulpsjablonen op de monitor te zien. De camera stelt scherp op
het onderwerp in het midden van het beeld; scherpstelvergrendeling is te
gebruiken voor onderwerpen buiten het midden.
9 Portret links
Voor een portretcompositie met het onderwerp in de linkerhelft van het
beeld. De camera stelt scherp op het onderwerp binnen de hulpsjabloon.
0 Portret rechts
Voor een portretcompositie met het onderwerp in de rechterhelft van het
beeld. De camera stelt scherp op het onderwerp binnen de hulpsjabloon.
: Portret close-up
Voor een portretcompositie met het gezicht van het onderwerp in de boven-
ste helft van het beeld. De camera stelt scherp op het gezichtsvlak binnen
de hulpsjabloon.
[ Dubbelportret
Voor een portretcompositie met twee personen naast elkaar. De camera
stelt scherp op het dichtstbijzijnde onderwerp.
; Staand portret
Voor een portretcompositie waarbij de camera wordt
gekanteld en het gezicht van het onderwerp in de boven-
ste helft van het beeld is. De camera stelt scherp op het
gezichtsvlak binnen de hulpsjabloon.
MENU
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
MENU
Portret
links
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
MENU
Portret
rechts
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
MENU
Portret
close-up
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
MENU
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
Dubbel
portret
MENU
Sluit
Ingestld
Portret
Portret
Portret
Staandportret
! %* Y Uit* & Uit
31
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
N Landschap-assistentie
De stand N (landschap-assistentie) helpt u een goede com-
positie te kiezen voor landschapsfoto’s waarin contouren,
kleuren en contrast goed tot uiting komen. Een compositie-
assistentie menu helpt u bij de compositie, niet alleen voor
landschappen, maar ook voor stadsoverzichten, groepspor-
tretten en portretten met een interessante achtergrond.
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
N Landschap
Er zijn geen hulpsjablonen op de monitor te zien. Voor scherpstelling op ver
gelegen onderwerpen door voorgrond-objecten heen (zoals een raamkozijn
of een partij boomtakken). Er wordt scherpgesteld op oneindig.
6 Landschapsweergave
Voor landschapsfotos met de lucht in het bovenste derde deel van het
beeld, ver gelegen objecten in het middelste derde deel en dichterbij gele-
gen objecten in het onderste derde deel. Plaats de land/luchtgrens op de
gele golfjeslijn.
7 Architectuur
Voor het fotograferen van gebouwen. Er verschijnt een raster op de monitor
waarmee het makkelijker is goede horizontale en verticale lijnen in het
onderwerp te krijgen.
MENU
Sluit
Ingestld
Landschap
Landschap
Landschap
MENU
Landschap
sweergave
Sluit
Ingestld
Landschap
Landschap
Landschap
MENU
Architectuur
Sluit
Ingestld
Landschap
Landschap
Landschap
! $ Y Uit* & Uit
5 Groep rechts
Voor portretcomposities met mensen rechts in beeld en een interessant ach-
tergrondobject links in beeld. Zowel de mensen als het achtergrondobject
worden scherp weergegeven.
8 Groep links
Voor portretcomposities met mensen links in beeld en een interessant ach-
tergrondobject rechts in beeld. Zowel de mensen als het achtergrondobject
worden scherp weergegeven.
MENU
Groep
rechts
Sluit
Ingestld
Landschap
Landschap
Landschap
MENU
Groep
links
Sluit
Ingestld
Landschap
Landschap
Landschap
! #* Y Uit* & Uit
32
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
j Sport-assistentie
De stand j (sport-assistentie) wordt gebruikt voor dynami-
sche actiefoto’s van bewegende onderwerpen. Met het
hulpmenu kunt u een actie in een enkele opname bevriezen,
of een beweging vastleggen in een serie opeenvolgende op-
namen.
Sport-assistentie
In de standen Sport of Sport Multi-shot 16 wordt de scherpstelling constant gereset totdat deze
wordt vergrendeld door de ontspanknop half in te drukken.
j Sport
Terwijl de ontspanknop ingedrukt wordt gehouden, worden er opnamen
gemaakt met een frequentie van ongeveer 3 beelden per 2 seconden (de
opnamesnelheid daalt wanneer de < icoon verschijnt). Bij gebruik van de
E4100 maakt de camera 9 opnamen wanneer beeldkwaliteit/afmetingen op
F Normaal (2288) ingesteld is. Met de E3200 maakt de camera 3 opna-
men wanneer beeldkwaliteit/afmetingen op b Normaal (2048) ingesteld
is, en met de E2200 6 opnamen wanneer beeldkwaliteit/afmetingen op c
(1600) ingesteld is. Scherpstelling, belichting en witbalans worden afge-
stemd op de eerste opname van elke serie. De camera stelt continu scherp,
ook als de ontspanknop niet wordt ingedrukt.
\ Sporttoeschouwer
Sporttoeschouwer is ideaal voor het vastleggen van momenten als u geen
tijd hebt om voor de opname een compositie te maken. Te gebruiken voor
een bereik van 3 meter tot oneindig.
Een serie opnamen kan worden gemaakt door de ontspanknop ingedrukt te
houden. Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt is hetzelfde als bij
de stand j (Sport).
] Sport Multi-shot 16
Telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt maakt de camera 16
opnamen in ongeveer 2 seconden en worden deze in vier rijen binnen één
enkel totaalbeeld gerangschikt. Scherpstelling, belichting en witbalans wor-
den afgestemd op de eerste opname van elke serie.
MENU
Sluit
Ingestld
Sport
Sport
Sport
MENU
Sluit
Ingestld
Sport
Sport
Sport
Sporttoe
schouwer
MENU
Sport Multi
-shot 16
Sluit
Ingestld
Sport
Sport
Sport
! $ Y Uit & Uit
33
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
m Nachtportret-assistentie
De stand m (nachtportret-assistentie) wordt gebruikt voor
het maken van portretopnamen bij avond, waarbij wordt
gezorgd voor een natuurlijke balans tussen het onderwerp
en de achtergrond. Foto’s die met een lange sluitertijd zijn
gemaakt, worden gecorrigeerd om de kwaliteit te verbete-
ren (alleen E4100/E3200); dat levert een iets langere ver-
werkingstijd op. Om trillingsonscherpte te voorkomen, kunt
u de camera het beste op een statief plaatsen, of op een
vlakke, stabiele ondergrond. Meer informatie over de opties
van de compositie-assistentie vindt u bij i Portret-assistentie (Q 30).
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
Selectie van de flitsstand in de m stand
De flitsstand wordt automatisch ingesteld op % (automatisch met rode-ogen-reductie).
! % Y Uit* & Uit
34
Meer over foto’s maken
e Onderwerpsstand
De
e
(onderwerpsstand) biedt een menu met elf onderwer-
pen, die elk corresponderen met een veel voorkomende situa-
tie, zoals een onderwerp in tegenlicht, een zonsondergang of
een interieuropname. De camera-instellingen worden automa-
tisch aan de geselecteerde situatie aangepast, waardoor u niet
elke instelling separaat hoeft uit te voeren. Wilt u foto’s in de
onderwerpsstand maken, draai de keuzeknop dan naar
e
en volg onderstaande stappen.
Roep het onderwerpmenu op.
Maak uw keuze. Om terug te keren naar
de opnamestand, drukt u op
^
. Het gese-
lecteerde onderwerp wordt aangegeven
door de icoon linksboven in de monitor.
Kies een onderwerp. De huidige selectie wordt aan-
gegeven met een grote icoon en een bijschrift.
Maak foto’s.
Beeldkwal./afm.
Beeldkwaliteit en -afmetingen kunnen worden geselec-
teerd in het onderwerpmenu. De huidige instelling ver-
schijnt wanneer de icoon voor beeldkwaliteit/
afmetingen wordt gemarkeerd.
De 2 (cameratrilling) icoon
Wanneer de 2 icoon op de monitor verschijnt, dan kunnen de opnamen door beweging/trilling
onscherp worden. In dit hoofdstuk worden de maatregelen die u kunt nemen om beweging/tril-
ling te voorkomen, aangegeven met sterren:
houd de camera met twee handen vast en druk uw ellebogen tegen uw lichaam.
 gebruik een statief of plaats de camera op een vlak, zuiver horizontaal oppervlak.
Onderwerpsstand
1
MENU
Party/binnen
Party/binnen
Party/binnen
Sluit
Ingestld
3
MENU
Strand/sneeuw
Strand/sneeuw
Strand/sneeuw
Sluit
Ingestld
2
MENU
Strand/sneeuw
Strand/sneeuw
Strand/sneeuw
Sluit
Ingestld
4
AUTO
19
Sluit
Ingestld
MENU
BEELDKWAL./AFM.
BEELDKWAL./AFM.
BEELDKWAL./AFM.
35
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
De volgende onderwerpsstanden zijn beschikbaar:
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
BParty/binnen
Om achtergronddetails of het effect van kaarslicht en andere
kunstlichtsoorten te behouden.
CStrand/sneeuw
Voor een levensechte weergave van heldere onderwerpen als
sneeuwvlakten, stranden en watervlakten. De flitsstand wordt
automatisch ingesteld op AUTOMATISCH; andere standen kun-
nen ook worden ingesteld.
DZonsondergang
Voor het vasthouden van de diepe kleuren van zonsop- en ondergang.
ESchemering
Voor het vasthouden van de kleuren van het zwakke natuurlijke licht
voor zonsopgang en na zonsondergang.
Foto’s die met een lange sluitertijd zijn opgenomen, worden bewerkt om de kwaliteit te verbe-
teren; daardoor duurt het iets langer om de beelden in het geheugen of de geheugenkaart op
te slaan.
! %* Y Uit* & Uit
! Automatisch* Y Uit* & Uit
! $* Y Uit* & Uit
! $ Y Uit* & Uit
36
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
FNachtlandschap
Er wordt een lange sluitertijd gebruikt om verrassende nachtelijke
landschapsfoto’s te maken. Er wordt scherpgesteld op oneindig.

Foto’s die met een lange sluitertijd zijn opgenomen, worden bewerkt om de kwaliteit te verbe-
teren; daardoor duurt het iets langer om de beelden in het geheugen of de geheugenkaart op
te slaan.
AClose-up
Voor levendige kleuren van close-up opnamen van bloemen, insecten
en andere kleine objecten, met een artistiek wazige achtergrond. De
flitsstand wordt automatisch ingesteld op
AUTOMATISCH
; andere
standen kunnen ook worden ingesteld.
De camera stelt continu scherp, ook als de ontspanknop niet wordt ingedrukt. De kortste instel-
afstand varieert al naargelang de zoomstand. Om scherp te stellen tot op 4 cm vanaf het objec-
tief dient u de zoom bij te stellen totdat de macro close-up icoon (&) op de monitor groen
wordt.
GMuseum
De flitser wordt automatisch uitgeschakeld (
$
). Gebruik deze stand
binnen als flitsen verboden is (bijvoorbeeld in musea en galeries) of
onder andere omstandigheden binnenshuis wanneer u niet wilt flitsen.
De Best Shot Selector (BSS; Q 65) wordt automatisch ingeschakeld, waardoor de
gevolgen van cameratrilling worden verminderd.
De macro close-up stand wordt automatisch uitgeschakeld; andere standen kunnen
worden geselecteerd.
Op bepaalde locaties kan fotograferen geheel verboden zijn. Zorg dat u weet of het is
toegestaan en vraag anders om toestemming.
! $ Y Uit* & Uit
! Automatisch* Y Uit* & Aan
! $ Y Uit* & Uit*
37
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
HVuurwerk
Lange sluitertijden worden gebruikt om de lichtsporen van het
vuurwerk vast te leggen. De camera reageert sneller op de ont-
spanknop, zodat u er zeker van bent dat u het begin van de uit-
barsting van het vuurwerk niet mist. 
• Er wordt scherpgesteld op oneindig.
Volg het vuurwerk terwijl het opstijgt en druk de ontspanknop geheel in als de uitbar-
sting van het vuurwerk start.
IKopie
Geeft heldere opnamen van teksten of tekeningen op een white-
board of van drukwerk, zoals een visitekaartje.
De flitser en macro close-up worden automatisch uitgezet; andere standen kunnen
worden geselecteerd.
Gekleurde teksten en tekeningen komen in het uiteindelijke resultaat mogelijk niet
optimaal over.
JTegenlicht
Te gebruiken wanneer licht vanachter het onderwerp komt, waar-
door het in de schaduw komt te liggen, of wanneer uw onder-
werp zich voor een achtergrond bevindt die fel wordt belicht. De
flitser zal automatisch worden ontstoken om schaduwen op te
helderen.
! $ Y Uit & Uit
! $* Y Uit & Uit
! ! Y Uit* & Uit
38
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
Om panorama assist te gebruiken, dienen de volgende stappen hieronder te worden uitgevoerd.
Markeer K (Panorama Assist), en druk
op het midden van de multi-selector.
Opnamerichting verschijnt in groengeel.
Selecteer hoe de beelden moeten wor-
den samengevoegd in een compleet to-
taalbeeld. Dit is de richting waarin u de
camera na elke opname voor een vol-
gende deelopname richt.
Panoramabeelden samenvoegen
Speel de beelden die met Panorama Assist zijn gemaakt, over naar uw computer (Q 45) en ge-
bruik de functie Panorama Maker in PictureProject om de beelden tot één tafereel samen te voe-
gen. Zie voor meer informatie de PictureProject Naslaghandleiding (op cd-rom).
KPanorama assist
Wordt gebruikt om een serie foto’s te
maken die u later samenvoegt tot één tafe-
reel (bijvoorbeeld een panorama of virtueel
beeld van 360º).
! $* Y Uit & Uit*
1
Panorama assist
Panorama assist
Panorama assist
MENU
Sluit
Ingestld
3
19
Van onderen naar boven
Van boven naar beneden
Van
links
naar
rechts
Van
rechts
naar
links
2
19
39
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Zorg bij de volgende opname voor een
overlap met de vorige opname.
Maak een selectie (wilt u de opnamerich-
ting veranderen, druk dan op het mid-
den van de multi-selector en herhaal
stappen 3-4). De opnamerichting ver-
schijnt in wit.
Maak de eerste foto. Ongeveer eender-
de van de foto wordt over het door het
objectief gevormde beeld geplaatst (is de
opnamerichting van links naar rechts,
dan verschijnt het beeld links in beeld).
Maak de volgende opname.
Herhaal stap 6 en 7 totdat alle opnamen
van de serie zijn gemaakt.
Panorama Assist
Opnamerichting, flitsstand, macro close-up stand en belichtingscorrectie kunnen na het maken
van de eerste opname niet meer worden veranderd. Wilt u de opnamerichting veranderen, druk
dan op de ^ knop om de opname te stoppen; herhaal dan stap 1-3.
Een statief gebruiken
Het gebruik van een statief maakt het gemakkelijker om opnamen overlappend te maken.
Opslaglocatie voor panorama’s
Elke serie foto’s die met Panorama Assist werd opgenomen, wordt opgeslagen in een separate
map met een naam die bestaat uit "P_", voorafgegaan door een driecijferig mapnummer en ge-
volgd door een driecijferig volgnummer (bijvoorbeeld "101P_002").
4
19
5
18
AE-LAE-L
AE-LAE-L
6
AE-LAE-L
AE-LAE-L
18
8
Beëindig de serie. Het opnemen stopt ook als er een nieuwe opna-
mestand wordt gekozen of wanneer de camera op standby overgaat.
7
40
Meer over weergave
Meer over weergave
Beelden met de camera bekijken
Meerdere beelden bekijken: Weergave van miniatuurbeelden
Wanneer u bij schermvullende weergave op de l
(W) knop drukt, worden de foto’s in het geheugen of
op de geheugenkaart in overzichten van vier minia-
tuurbeelden weergegeven.
Bij weergave van miniatuurbeelden zijn de volgende
handelingen mogelijk:
Actie Indrukken Omschrijving
Fotos
markeren
Druk de multi-selector omhoog, omlaag, naar links of
naar rechts om foto’s te markeren. Druk op het midden
van de multi selector om terug te keren naar schermvul-
lende weergave.
Aantal
weergegeven
foto’s
wijzigen
l (W)/O (T)
Druk tijdens weergave van vier miniatuurbeelden een-
maal op de l (W) knop om negen miniatuurbeelden
te laten verschijnen. Druk op O (T) om "in te zoomen"
van een overzicht van negen miniatuurbeelden naar vier
miniatuurbeelden, of, wanneer vier miniatuurbeelden
worden weergegeven, terug te keren naar schermvul-
lende weergave.
Weergave
van minia-
tuurbeelden
annuleren
Annuleer de weergave van miniatuurbeelden en keer
terug naar schermvullende weergave.
Gemar-
keerde foto
verwijderen
u
Er verschijnt een bevestigings-
scherm. Druk de multi-selector
omhoog of omlaag om de optie
te markeren, en druk op het mid-
den van de multi- selector om uw
keuze te maken.
1
34
2
Nee
Ja
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
41
Beelden met de camera bekijken
Meer over weergave
Nader bekijken: Zoomweergave
Gebruik de O (T) knop om in te zoomen op foto‘s die
in schermvullende weergave op de monitor te zien
zijn. Wanneer op het beeld is ingezoomd, kunt u een
uitgesneden kopie opslaan van de foto die alleen het
gedeelte bevat van het zichtbare beeld op de moni-
tor. Zoomweergave en uitsnijden zijn niet beschik-
baar wanneer het huidige beeld een filmclip is of een
kopie die werd gemaakt met de optie voor kleine ko-
pie (Q 60, 78). Uitgesneden kopieën kunnen niet
verder worden uitgesneden.
Actie Indrukken Omschrijving
Inzoomen O (T)
Elke keer dat er op de knop wordt gedrukt, wordt er ver-
der ingezoomd, tot maximaal 10×. Terwijl op het beeld
wordt ingezoomd, verschijnen de O icoon en zoomver-
houding in de linkerbovenhoek van de monitor.
Andere gebie-
den van de
foto bekijken
Gebruik de multi-selector om te schuiven naar gedeelten
die niet op de monitor zichtbaar zijn. Wilt u de multi-
selector gebruiken om naar andere foto’s te gaan, annu-
leer dan de zoom.
Uitzoomen l (W)
Telkens wanneer u op de l (W) knop drukt, wordt er
verder uitgezoomd. Om de zoom te annuleren, zoomt u
uit totdat het gehele beeld weer te zien is.
Zoom annule-
ren
Zoom annuleren en terugkeren naar schermvullende
weergave.
Beeld uitsnij-
den
Alleen het gedeelte van het beeld dat op de monitor
zichtbaar is, kan worden uitgesneden.
Beeld verwij-
deren
u
Er verschijnt een bevestigings-
scherm. Druk de multi-selector
omhoog of omlaag om de optie
te markeren, en druk op het
midden van de multi-selector om
uw keuze te maken.
Schuiven
X4.
0
Zoomen
Nee
Ja
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
42
Meer over weergave
Beelden uitsnijden
Met deze optie kunt u een gedeelte van een beeld uitsnijden en dit opslaan als
een afzonderlijk bestand.
Zoom in en uit.
Schuif door de foto. Herhaal stap 1 en 2 totdat het
gewenste deel van het beeld wordt weergegeven.
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer
Ja
om een uitgesneden kopie te
maken,
Nee
om het scherm te verlaten
zonder een kopie te maken, en druk vervol-
gens op het midden van de multi-selector.
Wilt u de nieuwe, uitgesneden kopie
bekijken, duw dan de multi-selector
omlaag totdat de kopie verschijnt.
Uitgesneden kopieën worden opgeslagen als JPEG-bestanden (compressieverhouding 1:
8). Afhankelijk van de grootte van het origineel en de zoomverhouding op het moment
dat de kopie werd gemaakt, worden de kopieën 2.288 × 1.712 (alleen E4100), 2.048 ×
1.536 (alleen E3200), 1.600 × 1.200, 1.280 × 960, 1.024 × 768, 640 × 480, 320 × 240
of 160 × 120 pixels groot. Kopieën worden opgeslagen als aparte bestanden in het ge-
heugen of op de geheugenkaart met een naam in de vorm "RSCN
nnnn
.JPG", waarin
"
nnnn
" een viercijferig getal is dat automatisch door de camera wordt toegewezen.
Uitgesneden foto’s
Uitgesneden foto’s worden opgeslagen met dezelfde opnamedatum en dezelfde opna-
metijd als het origineel.
Kopieën met een gewijzigde grootte en uitgesneden kopieën kunnen niet worden uitgesneden.
Als u een met de E4100/E3200/E2200 gemaakte uitgesneden kopie op een andere digi-
tale camera wilt bekijken, dan wordt het beeld mogelijk niet weergegeven of kan dit beeld
mogelijk niet naar een computer worden overgespeeld.
1
X4.
0
Schuiven Zoomen
2
Schuiven
X4.
0
Zoomen
3
Dit beeld opslaan
Dit beeld opslaan
als getoond?
als getoond?
Dit beeld opslaan
als getoond?
Nee
Ja
43
Meer over weergave
Spraakmemo’s: Opnemen en afspelen (alleen E4100/E3200)
Met de cameramicrofoon kunt u een spraakmemo opne-
men door op de ontspanknop te drukken terwijl een beeld
met de
.
@
icoon in schermvullende weergave wordt
weergegeven (
Q
22). Raak tijdens de opname de micro-
foon niet aan. Spraakmemo’s kunnen niet worden opge-
nomen of afgespeeld bij films (
Q
56) of tijdens weergave
van miniatuurbeelden (
Q
40) of zoomweergave (
Q
41).
Als er voor het huidige beeld al een spraakmemo bestaat,
worden [
1
] (spraakmemo-icoon) en
.
[
1
] (spraakme-
mo afspelen) weergegeven en kan er geen nieuwe spraak-
memo worden opgenomen.
Spraakmemo’s
Bestandsnamen voor spraakmemo’s bestaan uit een identificator ("DSCN" voor memo’s die bij ori-
ginele opnamen horen, "SND_" voor memo’s die aan kopieën zijn toegevoegd), een viercijferig
bestandsnummer, gekopieerd van het bijbehorende beeld, en de extensie ".WAV" (bijv.
"DSCN0015.WAV").
Actie Indrukken Omschrijving
Spraakmemo
opnemen
Verschijnt er een . @ icoon op de huidige foto, dan
wordt de spraakmemo opgenomen zolang de ontspan-
knop ingedrukt wordt gehouden. Tijdens het opnemen
knippert de z REC icoon. De opname stopt na ongeveer
20 s of na loslaten van de ontspanknop. Raak de micro-
foon tijdens de opname niet aan.
Spraakmemo
afspelen
Beelden waarvoor al een spraakmemo bestaat, worden gemar-
keerd met de
1
icoon. Druk op de ontspanknop om de spraak-
memo af te spelen. Er wordt gestopt wanneer de spraakmemo
afgespeeld is of de ontspanknop opnieuw wordt ingedrukt.
Volume
wijzigen
l (W)/
O (T)
Met de zoomknoppen regelt u tijdens weergave het volume.
Druk op
l
(W)
om het volume te verlagen, op
O
(T)
om het
te verhogen. Het volume is ook instelbaar met
Geluid instel-
len
>
Volume
in het setup-menu (
Q
90).
Beeld of
spraakmemo
verwijderen
u
Er wordt een b
evestigingsscherm
weergegeven. Druk de multi-selector
omhoog of omlaag om de optie te
markeren, en druk op het midden
van de multi-selector om uw keuze
te maken.
• Selecteer Nee om het scherm te
verlaten zonder een beeld of spraakmemo te verwijde-
ren.
Selecteer [
1
] om alleen de spraakmemo te verwijderen.
Selecteer
Ja
om zowel het beeld als de spraakmemo te verwijderen.
11
2004.08.05
13:00
100
NIKON
0001.
JPG
Ja
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
Wis 1beeld?
Nee
44
Meer over weergave
Beelden op TV bekijken
Met de meegeleverde EG-CP14 audio/video (AV) kabel (E4100/E3200) of EG-
CP11 videokabel (E2200) kunt u de camera aansluiten op een TV-toestel of een
videorecorder.
Videostand kiezen
Bij het onderdeel Videostand in het setup-menu van de camera kunt u kiezen tussen NTSC en
PAL (Q 94). Let erop dat de gekozen stand past bij het gebruikte apparaat.
Zet de camera uit
Zet de camera uit voordat u de AV/videokabel
aansluit of afkoppelt.
Sluit de AV/videokabel aan op de
camera
Open het kapje van de aansluitingen en steek
de zwarte steker in de cameraconnector.
Sluit de AV/videokabel aan op de tele-
visie of videorecorder
[E4100/E3200] Steek de gele steker van de
AV-kabel in de video-ingangsaansluiting van
de televisie of videorecorder en de witte steker
in audio-ingangsaansluiting.
[E2200] Steek de gele steker van de videoka-
bel in de video-ingangsaansluiting van de tele-
visie of videorecorder.
Zet de camera aan
Druk ongeveer een seconde op de x knop
om de camera aan te zetten. De monitor van
de camera blijft uit en de televisie geeft het
beeld weer dat anders op de monitor te zien
zou zijn geweest. Wanneer de camera wordt
aangesloten op een videorecorder kunt u
beelden op videoband opnemen.
1
2
3
4
45
Meer over weergave
Beelden op de computer bekijken
Met de UC-E6 USB-kabel en de PictureProject software die bij uw camera werd
geleverd kunt u uw foto’s en filmclips op een computer bekijken. Voordat u beel-
den overspeelt (kopieert) naar uw computer, dient u PictureProject te hebben ge-
enstalleerd. Voor meer informatie over de installatie van PictureProject en het
overspelen van uw foto’s naar uw computer kunt u de Snelhandleiding en de Pic-
tureProject Naslaghandleiding raadplegen.
Voordat u de camera aansluit
U kunt beelden van de camera naar de computer overspelen door:
Op de a (V) knop van de camera te drukken (Q 76)
In PictureProject op de knop te drukken
Welke methode u gebruikt is afhankelijk van het besturingssysteem van uw com-
puter en de USB-optie die werd gekozen in het setup-menu van de camera. Kies
na het raadplegen van onderstaande tabel de juiste optie voor het onderdeel
USB in het setup-menu van de camera. De standaardoptie is Mass Storage.
*De a (V) knop op de camera kan niet worden gebruikt om in de volgende gevallen beelden
over te spelen. Gebruik dan de PictureProject knop.
Wanneer bij de USB-optie Mass Storage is geselecteerd als u uit het camerageheugen
beelden wilt overspelen
Wanneer het schrijfbeveiligingsschuifje van de geheugenkaart in de vergrendelde stand
staat. Ontgrendel de geheugenkaart door het schuifje naar de schrijfstand te zetten voor-
dat u beelden overspeelt.
Besturingssysteem
Beelden overspelen met:
De a (V)
knop* op de camera
PictureProject
knop
Windows XP Home Edition
Windows XP Professional
Kies Mass Storage of PTP.
Windows 2000 Professional
Windows Millennium Edition (Me)
Windows 98 Second Edition (SE)
Kies Mass Storage
Mac OS X 10.1.5 of hoger Kies PTP.
Kies Mass Storage
of PTP.
1/5
1/5
SET-UP
SET-UP
SET-UP
Welkomstscherm
Datum
Monitorinstelling
1/5
USB
USB
USB
PTP
Mass storage
Videostand
4/5
4/5
4/5
Taal/Language
USB
SET-UP
SET-UP
SET-UP
46
Beelden op de computer bekijken
Meer over weergave
USB-kabel aansluiten
Zet de computer aan en wacht totdat deze is opgestart. Sluit, nadat u hebt ge-
controleerd of de camera uit staat, de UC-E6 USB-kabel aan als hieronder aan-
gegeven. Sluit de camera rechtstreeks op de computer aan; sluit de camera niet
aan via een USB-hub of een toetsenbord.
U kunt nu de camera aanzetten en beelden overspelen zoals beschreven in de
Snelhandleiding.
Windows 2000 Professional, Windows Millennium Edition (Me),
Windows 98 Second Edition (SE)
Selecteer PTP niet wanneer u de camera aansluit op een computer die draait met een van
bovenstaande besturingssystemen. Hebt u de camera aangesloten op een computer die
draait met een van bovengenoemde besturingssystemen terwijl PTP is geselecteerd in het
USB menu, ontkoppel dan de camera als hieronder beschreven. Selecteer Mass Storage
voordat u de camera weer aansluit.
Windows 2000 Professional
Er verschijnt een venster van de wizard voor nieuw gevonden hardware.
Klik op Annuleren om het dialoogscherm te sluiten, en koppel vervolgens de camera af.
Windows Millennium Edition (Me)
Na het weergeven van een venster dat aangeeft dat de database voor nieuwe hardware
wordt bijgewerkt, start de computer de wizard voor het toevoegen van nieuwe hardware.
Klik op Annuleren om de wizard te verlaten en ontkoppel de camera.
Windows 98 Second Edition (SE)
De wizard voor nieuw gevonden hardware verschijnt. Klik op Annuleren om de wizard te
verlaten en ontkoppel de camera.
UC-E6 USB-kabel
47
Beelden op de computer bekijken
Meer over weergave
De camera ontkoppelen
Is PTP geselecteerd in het USB menu, dan kunt u de camera uitzetten en de USB-
kabel afkoppelen nadat de beelden zijn overgespeeld. Hebt u de optie USB in het
setup-menu van de camera niet anders ingesteld dan de standaardinstelling
Mass Storage, dan moet u de camera uit het systeem verwijderen, zoals hieron-
der wordt aangegeven, voordat u de camera uitzet of de kabel loskoppelt.
Windows XP Home Edition/Windows XP Pro-
fessional
Klik op het pictogram "Hardware veilig verwijde-
ren (Safely Remove Hardware)" ( ) in de taak-
balk en selecteer Safely remove USB Mass
Storage Device in het menu dat verschijnt.
Windows 2000 Professional
Klik op het pictogram "Hardware ontkoppelen of
uitwerpen (Unplug or Eject Hardware)" ( ) in de
taakbalk en selecteer Stop USB Mass Storage
Device in het menu dat verschijnt.
Windows Millennium Edition (Me)
Klik op het pictogram "Hardware ontkoppelen of
uitwerpen (Unplug or Eject Hardware)" ( ) in de
taakbalk en selecteer Stop USB Disk in het menu
dat verschijnt.
Windows 98 Second Edition (SE)
Klik in Deze computer met de rechtermuisknop op
het pictogram van de verwisselbare schijf die cor-
respondeert met de camera en selecteer Eject in
het menu dat verschijnt.
Mac OS X
Sleep het pictogram dat het camerageheugen
voorstelt ("NO_NAME") naar de Prullenmand.
Mac OS X
48
Meer over weergave
Foto’s printen
Foto’s die in het geheugen of op de geheugenkaart zijn opgeslagen, kunnen op
dezelfde wijze worden geprint als foto’s die met een filmcamera zijn genomen.
Met de optie Printen in het weergavemenu van de camera kunt u opgeven wel-
ke foto’s er geprint moeten worden en in welk aantal, en welke informatie er bij
de print moet worden verwerkt.
Foto’s printen
Foto’s kunnen als volgt worden geprint.
Met een printer of in een fotocentrale
Foto’s kunnen worden geprint door in een printer een geheugenkaart te plaat-
sen die foto’s bevat of door deze te laten printen in een digitale fotocentrale.
Als er een printopdracht is gemaakt, dan moet de printer of de fotocentrale
ondersteuning bieden voor DPOF.
Foto’s die in het camerageheugen zijn opgeslagen, kunnen worden afgedrukt.
Deze moeten worden gekopieerd naar de geheugenkaart (Q 79). Kopieer de
foto’s voordat u een printopdracht maakt.
Met een printer die ondersteuning biedt voor PictBridge (Q 52)
Sluit de camera aan op een printer die PictBridge ondersteunt als u foto’s wilt
printen. Gebruik kan worden gemaakt van printopdrachtgegevens.
Door foto’s naar een PC te kopiëren en vanuit daar te printen.
Raadpleeg voor meer informatie de PictureProject Naslaghandleiding.
49
Foto’s printen
Meer over weergave
Markeer Printen. Roep het menu PRINTEN op.
Markeer Print selectie. De opnamen van de geheugenkaart ver-
schijnen als miniatuurbeelden.
Markeer een foto. Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s zijn gemarkeerd door de d
icoon.
"Selectie wissen"
Wilt u de huidige printopdracht opheffen, markeer dan Selectie wissen in het menu PRINTEN en
druk de multi-selector naar rechts. Alle printmarkeringen van de huidige printopdracht worden
verwijderd; de foto’s zelf worden niet verwijderd.
1
1/3
1/3
WEERGAVEMENU
WEERGAVEMENU
WEERGAVEMENU
Printen
Diashow
Wissen
1/3
2
PRINTEN
PRINTEN
PRINTEN
Print selectie
Selectie wissen
3
PRINTEN
PRINTEN
PRINTEN
Print selectie
Selectie wissen
4
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
5/
5/
5
MENU
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
5
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
MENU
4/
4/
5
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
6
4/
4/
5
MENU
1
1
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
50
Foto’s printen
Meer over weergave
Gebruik de multi-selector om het aantal
prints op te geven (maximaal 9). Om een
geselecteerde foto te deselecteren, drukt
u de multi-selector omlaag totdat de
icoon verdwijnt. Herhaal stappen 5-7 om
andere foto’s te selecteren. Om te stop-
pen zonder de printopdracht te verande-
ren, drukt u op de ^ knop.
Druk op het midden van de multi-selec-
tor om de printopdracht te voltooien en
het menu met printopties op te roepen.
Om de datum van opname op alle foto’s
van de printopdracht te printen, markeert
u Datum en druk op het midden van de
multi-selector.
In het vakje naast het onderdeel verschijnt
een vinkje.
• Om op alle foto’s de sluitertijd en het dia-
fragma te printen, markeert u Info en
druk op het midden van de multi-selec-
tor.
In het vakje naast het onderdeel verschijnt
een vinkje.
Om het aangevinkte onderdeel te dese-
lecteren, markeert u dit en druk op het
midden van de multi-selector.
Om de printopdracht te voltooien en te-
rug te keren naar weergave, markeert u
Gereed en druk op het midden van de
multi-selector. Gereed wordt weergege-
ven en het scherm keert terug naar het
weergavemenu. Druk op de Menu knop
om terug te keren naar schermvullende
weergave. Om te stoppen zonder de
printopdracht te veranderen, drukt u op
de ^ knop.
7
MENU
321
2
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
3/
3/
5
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
8
Gereed
Datum
Info
PRINTEN
PRINTEN
PRINTEN
Gereed
51
Foto’s printen
Meer over weergave
Printen
Als u na het aanmaken van een printopdracht het menu PRINTEN oproept, dan worden de opties
Datum en Info teruggezet.
"Datum"
Indien Datum geselecteerd is, dan verschijnt de datum van opname op
foto’s die met DPOF worden geprint. De datum is gebaseerd op de foto-
informatie die bij de foto werd geregistreerd, en zal niet juist zijn wanneer
de cameraklok niet goed stond toen de foto werd gemaakt (Q 14-15).
De datum zal niet worden geprint wanneer het printsysteem de DPOF-
datumfunctie niet ondersteunt.
De datumstempel die in het beeld wordt opgenomen wanneer Da-
tum of Datum en tijd is geselecteerd bij Datum afdrukken
(Q 87), vormt een permanent deel van het beeld en zal altijd op alle
prints verschijnen, ook als de printer de DPOF-datumfunctie niet on-
dersteunt. Printen kan niet worden gebruikt om op gemaakte fo-
to’s de tijd en datum van opname te printen wanneer Datum of
Datum en tijd is geselecteerd bij Datum afdrukken.
2004.08.05
52
Meer over weergave
Printen via een directe USB-verbinding
Met uw camera kunt u met gebruik van PictBridge rechtstreeks vanaf de camera
foto’s printen. Als de UC-E6 USB-kabel wordt gebruikt om de camera op een
printer aan te sluiten die PictBridge ondersteunt, kunnen foto’s rechtstreeks van-
uit het geheugen of vanaf de geheugenkaart worden geprint zonder dat deze
eerst naar de computer moeten worden gekopieerd.
Selecteer
PTP
in het USB-menu van de camera.
• Voor meer informatie over selectie van de
USB-optie, zie "Beelden op de computer
bekijken" (Q 45).
Sluit, nadat u hebt gecontroleerd of de camera uit staat, de UC-E6 USB-kabel aan
als hierboven aangegeven.
U kunt de camera en printer nu aanzetten.
Markeer Printen. Roep de opties op.
1
USB
USB
USB
PTP
Mass storage
2
3
PictBridge
PictBridge
PictBridge
Printen
DPOF printen
Annuleren
4
PRINTEN
PRINTEN
PRINTEN
Print selectie
Print alle beelden
Annuleren
Optie Omschrijving
Print selectie Selecteer de foto en geef het aantal prints op.
Print alle beelden
Alle foto’s in het interne geheugen of op de geheugenkaart
worden geprint.
DPOF printen
Foto’s waarvoor een printopdracht is gemaakt, worden dien-
overeenkomstig geprint.
53
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
Markeer Print Selectie.* Open het selectievenster.
*Wilt u één afdruk van alle foto’s op
de geheugenkaart, markeer dan
Print alle beelden en druk de multi-
selector naar rechts.
Blader door foto’s. De huidige foto ver-
schijnt onder in het display.
Gebruik de multi-selector om het aantal
prints op te geven (maximaal 9). Wilt u de
selectie van het beeld annuleren, druk de
multi-selector dan omlaag wanneer het
aantal prints op 1 staat. Herhaal stappen
7-9 om extra beelden te selecteren.
Selecteer huidige foto en stel aantal
prints in op 1. Geselecteerde foto’s krij-
gen een d icoon.
Geselecteerde foto’s bekijken. Druk de
multi-selector omhoog, naar rechts, naar
links of omlaag om foto’s te bekijken die
niet op de monitor te zien zijn.
5
PRINTEN
PRINTEN
PRINTEN
Print selectie
Print alle beelden
Annuleren
6
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
5/
5/
5
MENU
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
7
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
MENU
4/
4/
5
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
4/
4/
5
MENU
131
3
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
9
8
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
4/
4/
5
MENU
1
1
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
PRINT SELECTIE
Terug
Ingestld
10
Sluiten
3
2
11
BEVESTIGEN
BEVESTIGEN
BEVESTIGEN
54
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
Toon het dialoogscherm. Druk de multi-selector omhoog of omlaag om de optie te
markeren en druk op het midden om uw keuze te maken.
Selecteer Start print om te beginnen met printen. Als u het printen wilt
onderbreken, druk dan op het midden van de multi-selector en zet daarna de
camera uit en ontkoppel de USB-kabel.
Selecteer
Te rug
om terug te keren naar het printselectievenster van Stap 6.
Selecteer Annuleren om terug te keren zonder foto’s te printen.
Selecteer Hervatten om terug te keren naar Stap 3
De rechtsboven getoonde melding verschijnt wanneer het printen voltooid is. Zet
de camera uit en ontkoppel de USB-kabel.
Zo drukt u de huidige printopdracht af:
Markeer DPOF printen. Roep de opties op.
Markeer
Bevestigen
(Wilt u teruggaan
zonder foto’s af te drukken, markeer dan
Annuleren
en druk op het midden van de
multi-selector).
Toon de printopdracht. Druk de multi-
selector omhoog, naar rechts, naar links
of omlaag om foto’s te bekijken die niet
op de monitor te zien zijn.
11
PRINTEN
PRINTEN
PRINTEN
007 prints
prints
prints
Printer gereed?
Printer gereed?
Printer gereed?
Start print
Terug
Annuleren
Printen
002/007
Annuleren
Gereed
U KUNT DE CAMERA
UITZETTEN
Hervatten
++
1
PictBridge
PictBridge
PictBridge
Printen
DPOF printen
Annuleren
2
007
DPOF PRINTEN
DPOF PRINTEN
DPOF PRINTEN
prints
prints
prints
Printer gereed?
Printer gereed?
Printer gereed?
Start print
Bevestigen
Annuleren
3
007
DPOF PRINTEN
DPOF PRINTEN
DPOF PRINTEN
prints
prints
prints
Printer gereed?
Printer gereed?
Printer gereed?
Start print
Bevestigen
Annuleren
4
Sluiten
3
2
11
BEVESTIGEN
BEVESTIGEN
BEVESTIGEN
55
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
Toon het dialoogscherm. Druk de multi-selector omhoog of omlaag om de optie te mar-
keren en druk op het midden om uw keuze te maken.
Selecteer Start print om te beginnen met printen. Als u het printen wilt
onderbreken, druk dan op het midden van de multi-selector en zet daarna de
camera uit en ontkoppel de USB-kabel.
Selecteer Annuleren om terug te keren zonder foto’s te printen.
De rechtsboven getoonde melding verschijnt wanneer het printen voltooid is. Zet
de camera uit en ontkoppel de USB-kabel.
Voordat u gaat printen
Controleer voordat u via de directe USB-aansluiting gaat printen of de printer PictBridge of
USB Direct Print ondersteunt, en controleer de printerinstellingen. Kijk in de gebruikshand-
leiding van de printer voor meer informatie.
Gebruik een betrouwbare stroombron
Gaat u door middel van een rechtstreekse USB-aansluiting printen, zorg dan voor een vol-
ledig geladen batterij. Laad bij twijfel de batterij op voordat u gaat printen, of gebruik de
optionele EH-62B lichtnetadapter.
DPOF Printen
De optie DPOF Printen is alleen beschikbaar als er een printopdracht werd aangemaakt.
Foutmeldingen
Verschijnt het rechts weergegeven venster, dan heeft er zich een fout
voorgedaan. Na controle van de printer en het oplossen van problemen
aan de hand van de printer-gebruiksaanwijzing kunt u Hervatten marke-
ren en vervolgens op het midden van de multi-selector drukken om het
printen te hervatten. Selecteer Annuleren om terug te keren zonder de
resterende foto’s af te drukken.
PictBridge
PictBridge is een industriestandaard voor direct afdrukken waarmee compatibiliteit is verzekerd
wanneer verschillende apparaten zijn aangesloten.
5
DPOF PRINTEN
DPOF PRINTEN
DPOF PRINTEN
007 prints
prints
prints
Printer gereed?
Printer gereed?
Printer gereed?
Start print
Bevestigen
Annuleren
Printen
002/007
Annuleren
Gereed
U KUNT DE CAMERA
UITZETTEN
Hervatten
++
PRINTERFOUT
CONTROLEER
STATUS
HervattenHervatten
AnnulerenAnnuleren
56
Filmclips
Filmclips
W Filmclips opnemen
Met de E4100/E3200 kunt u filmclips opnemen plus geluid met de ingebouwde
microfoon, en met de E2200 kunt u filmclips opnemen zonder geluid.
Draai de keuzeknop naar W
Zet de camera aan
De monitor toont de lengte van de filmclip die
kan worden opgenomen.
Start de opname
Druk de ontspanknop geheel in om de opname te
starten. Tijdens de opname knippert de
z
REC
icoon en wordt door de aanduiding aan de onder-
zijde van de monitor de voortgang weergegeven.
De opname stopt automatisch wanneer er
geen geheugen meer aanwezig is in het interne
geheugen of op de geheugenkaart.
Zo kiest u een filmstand:
Selecteer de W stand. Roep het FILM menu op.
1
20
s
2
REC
12
s
3
1
20
s
2
Filmopties
Scherpstel-stand
FILM
FILM
FILM
57
W Filmclips opnemen
Filmclips
Voor het op te nemen type film is er keus uit de volgende opties:
*1
De totale opnametijd die wordt getoond, is bij benadering gegeven. De tijd kan variëren al naar-
gelang het type geheugenkaart dat wordt gebruikt.
*2
Ook wanneer met de E2200 een geheugenkaart van 256 MB wordt gebruikt, is de totale opname-
tijd hetzelfde als voor een geheugenkaart van 128 MB.
Selectie van de flitsstand in de W stand
De flitser wordt automatisch uitgeschakeld ($) wanneer de filmstand wordt geselecteerd.
Digitale zoom
Tijdens het opnemen kan de digitale zoom niet worden gebruikt.
Opmerkingen over filmclips
Al naargelang welke geheugenkaart wordt gebruikt, is het mogelijk dat de opname stopt
voordat de geheugenkaart vol is (Q 101). Tijdens het opnemen met de E4100/E3200 mag
de ingebouwde microfoon niet worden aangeraakt. Om te voorkomen dat het geluid van
de scherp stellende camera inbreuk maakt op de opname, dient u de scherpstellingsstand
Enkelvoudig AF te selecteren.
De voortgangsaanduiding stopt bij 999s. De opname kan voorbij dit punt gaan wanneer er
voldoende ruimte op de geheugenkaart is.
Filmclips
Filmclips worden opgenomen als QuickTime filmbestanden met de extensie ".MOV"; na
overspelen kunnen ze op de computer worden afgespeeld.
Type Omschrijving
Lengte filmclip
*1
Geheu-
gen
Geheugenkaart
128 MB
256-512
MB
TV Film 640
Films worden opgenomen met een fre-
quentie van 15 beelden per seconde. Ver-
ticale interlacing wordt gebruikt om een
grootte te bereiken van 640 × 480 pixels,
geschikt voor televisieweergave.
Ongeveer
26 sec.
Ongeveer
223 sec.
Ongeveer
448 sec.
*2
Film 320
(standaardoptie)
Films worden opgenomen met een fre-
quentie van 15 beelden per seconde. Elk
beeld meet 320 × 240 pixels.
Ongeveer
52 sec.
Ongeveer
438 sec.
Ongeveer
881 sec.
*2
Film 160
Films worden opgenomen met een frequentie
van 15 beelden per seconde.
Elk beeld meet 160 × 120 pixels. Met Film 160
kunnen langere films worden opgenomen.
Ongeveer
211 sec.
Ongeveer
1754
sec.
Ongeveer
3525
sec.
*2
58
W Filmclips opnemen
Filmclips
Markeer Filmopties. Roep het FILMOPTIES menu op.
Markeer de gewenste stand.*
*Wilt u stoppen zonder de instelling
te veranderen, druk dan op de
MENU knop.
Maak de selectie.†
Druk de multi-selector naar links om te-
rug te keren naar het FILM menu.
Ga terug naar de opnamestand. De gese-
lecteerde filmstand wordt aangegeven op
monitor.
3
Filmopties
Scherpstel-stand
FILM
FILM
FILM
4
TV Film 640
Film 320
Film 160
FILMOPTIES
FILMOPTIES
FILMOPTIES
5
TV Film 640
Film 320
Film 160
FILMOPTIES
FILMOPTIES
FILMOPTIES
7
8
s
6
TV Film 640
Film 320
Film 160
FILMOPTIES
FILMOPTIES
FILMOPTIES
59
W Filmclips opnemen
Filmclips
Het filmmenu omvat tevens de volgende scherpstelopties (alleen E4100/E3200):
Zo kiest u een scherpsteloptie in het FILM menu:
Markeer Scherpstel-stand. Roep opties op.
Markeer gewenste scherpstel-stand. Maak een selectie.
Ga terug naar de opnamestand.
Scherpstelstand Omschrijving
Enkelvoudig AF
De camera stelt scherp wanneer de ontspanknop half wordt inge-
drukt. Scherpstelling wordt vergrendeld na het scherpstellen.
Continu AF
Camera past scherpstelling continu aan.
1
Filmopties
Scherpstel-stand
FILM
FILM
FILM
2
Enkelvoudig AF
Continu AF
SCHERPSTEL-STAND
SCHERPSTEL-STAND
SCHERPSTEL-STAND
3
Enkelvoudig AF
Continu AF
SCHERPSTEL-STAND
SCHERPSTEL-STAND
SCHERPSTEL-STAND
4
Enkelvoudig AF
Continu AF
SCHERPSTEL-STAND
SCHERPSTEL-STAND
SCHERPSTEL-STAND
5
20
s
60
Filmclips
Filmclips afspelen
In de schermvullende weergave (
Q
22) kunnen filmclips met
geluid worden afgespeeld (alleen E4100/E3200). Films worden
aangeduid door een
W
icoon en kunnen worden bekeken
door op het midden van de multi-selector te drukken. De af-
speelregelaars worden aan de bovenzijde van de monitor weer-
gegeven. Druk de multi-selector naar links of rechts om een
regelaar te markeren, en druk vervolgens op het midden van de
multi-selector om de geselecteerde handeling uit te voeren.
Volume tijdens afspelen (alleen E4100/E3200)
Met de zoomknoppen regelt u tijdens het afspelen het volume. Druk op
l
(W)
om het volu-
me te verlagen, op
O
(T)
om het te verhogen. Als u op de E3200 de zoomknoppen gebruikt
om tijdens het afspelen het volume af te stellen, wordt ook het hoofdvolume gewijzigd (
Q
90).
Films wissen
Wilt u de film wissen, druk dan op de u knop. Er verschijnt een bevestigingsscherm; druk
de multi-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en druk dan op het midden
van de multi-selector om de gemarkeerde optie te selecteren.
Ja: wis film en keer terug naar schermvullende weergave
Nee: keer terug naar schermvullende weergave zonder film te wissen
Actie Indrukken Omschrijving
Terugspoelen (
Gebruik tijdens het afspelen van de film de multi-
selector om de ( icoon te selecteren, en houd ver-
volgens het midden van de multi-selector ingedrukt.
Vooruitspoelen *
Gebruik de multi-selector om de * icoon te selecte-
ren, en houd vervolgens het midden van de multi-
selector ingedrukt. De weergave stopt met het laatste
beeldje; is het afspelen gestopt, dan verschijnt het eer-
ste beeldje op de monitor.
Pauze )
Gebruik de multi-selector om de ) icoon te selecte-
ren, en druk vervolgens op het midden van de multi-
selector om een pauze in te lassen.
Film één beeldje
terugspoelen
,
Gebruik tijdens de pauze van een film de multi-selector
om de
,
icoon te selecteren, en druk vervolgens op het
midden van de multi-selector.
Film één beeldje
vooruitspoelen
-
Gebruik tijdens de pauze van een film de multi-selec-
tor om de - icoon te selecteren, en druk vervolgens
op het midden van de multi-selector.
Afspelen hervat-
ten
y
Gebruik tijdens de pauze van een film de multi-selec-
tor om de y icoon te selecteren, en druk vervolgens
op het midden van de multi-selector.
Stoppen met
afspelen
=
Gebruik de multi-selector om de
=
icoon te selecteren,
en druk vervolgens op het midden van de multi-selec-
tor om terug te keren naar schermvullende weergave.
25
s
2
s
61
Het opnamemenu
Het opnamemenu
Werken met het opnamemenu
In de P (automatische) stand kunnen vanuit het opnamemenu de volgende
opties worden ingesteld:
In de P (automatische) stand verschijnt het opnamemenu wanneer de MENU-
knop wordt ingedrukt.
Een selectie in het opnamemenu maakt u als volgt:
Roep het opnamemenu op.
Optie Omschrijving Q
Beeldkwal./afm.
Kies beeldgrootte en beeldkwaliteit.
63-64
Witbalans
Kies de witbalans die bij de heersende lichtbron past.
65
+/- Correctie
Pas belichting aan voor zeer donkere, zeer lichte of
hoogcontrastonderwerpen.
67
Continu
Maak foto’s één per keer of in serie.
68
BSS
Schakel de Best Shot Selector (BSS) in of uit.
69
Kleuropties
Kies kleur, levendig, zwart-wit, sepia of blauw-monochroom.
70
1
1/2
1/2
1/2
OPNAMEMENU
OPNAMEMENU
OPNAMEMENU
Beeldkwal./afm.
Witbalans
+/- Correctie
62
Werken met het opnamemenu
Het opnamemenu
Markeer het menu-onderdeel.
Markeer de optie (om terug te keren
naar de vorige stap duwt u de multiselec-
tor naar links).
Toon de opties.
Maak uw keuze. Wilt u het menu verla-
ten en terugkeren naar de opna-
mestand, druk dan op de MENU-knop.
1
1/2
1/2
OPNAMEMENU
OPNAMEMENU
OPNAMEMENU
Beeldkwal./afm.
Witbalans
+/- Correctie
1/2
3
+0.7
0
+0.3
+/- CORRECTIE
+/- CORRECTIE
+/- CORRECTIE
2
+/- CORRECTIE
+/- CORRECTIE
+/- CORRECTIE
+0.3
-0.3
0
4
AUTO
19
63
Het opnamemenu
Beeldkwaliteit/afmetingen
Beeldkwal./afm.
Foto’s die worden opgenomen met een digitale came-
ra, worden opgeslagen als een beeldbestand. De om-
vang van die bestanden, en daarmee het aantal foto’s
dat op de geheugenkaart kan worden opgeslagen, is
afhankelijk van de grootte- en kwaliteitsinstellingen.
Kies voordat u gaat fotograferen de beeldgrootte en -
kwaliteit die passen bij doel en gebruik van de foto’s.
* Om de hoeveelheid geheugen te reduceren die elke opname in beslag neemt, worden foto’s ge-
comprimeerd terwijl deze in het geheugen of op de geheugenkaart worden opgenomen. Door
compressie zal de kwaliteit van het beeld minder worden. Hoe sterker de compressie, des te
zichtbaarder zal het kwaliteitsverlies zijn. De getallen tonen bij benadering de compressieverhou-
ding van elke instelling.
† Alle getallen zijn benaderingen. Afmetingen in de kolom "Omschrijving" gaan uit van een
print-resolutie van ongeveer 200 dpi, de afmetingen in de kolom "Printgrootte" van een resolu-
tie van ongeveer 300 dpi.
Kies bij twijfel Normaal (2288), Normaal (2048) of Normaal (1600). U kunt
beelden verkleinen of uitsnijden wanneer u deze na de opname op de monitor
weergeeft (Q 42, 78).
Optie
Grootte
(pixels)
Kwali-
teit*
Omschrijving
Print-
grootte
(cm)
E (2288*)
(alleen E4100)
2.288 ×
1.712
1 : 4
Hoge kwaliteit, geschikt voor vergro-
tingen en kwaliteitsprints.
19 × 14
L (2048*)
(alleen E3200)
2.048 ×
1.536
17 × 13
w (1600*)
(alleen E2200)
1.600 ×
1.200
13 × 10
F (2288)
(alleen E4100)
2.288 ×
1.712
1 : 8 Beste keuze in meeste situaties.
19 × 14
b (2048)
(alleen E3200)
2.048 ×
1.536
17 × 13
c (1600)
1.600 ×
1.200
1 : 8
Door kleinere afmetingen kunnen meer
opnamen op de geheugenkaart wor-
den opgeslagen.
13 × 10
S
PC-scherm
(1024)
1.024 ×
768
1 : 8
Geschikt voor weergave op compu-
termonitors van 17 inch of groter.
9 × 7
R
TV-scherm
(640)
640 ×
480
1 : 8
Voor schermvullende vertoning op een
TV of 13 inch monitor. Geschikt voor
verspreiding via e-mail of het Web.
5 × 4
BEELDKWAL./AFM.
BEELDKWAL./AFM.
BEELDKWAL./AFM.
1/2
1/2
1/2
Hoog (2048*)
Normaal (2048)
Normaal (1600)
64
Beeldkwaliteit/afmetingen
Het opnamemenu
Onderstaande tabel geeft bij benadering het aantal beelden dat bij verschillende
kwaliteit/grootte-instellingen kan worden opgeslagen in het geheugen of op ge-
heugenkaarten van 128 en 256 megabyte.
*Alle getallen zijn benaderingen. De grootte van een beeldbestand is mede af-
hankelijk van de inhoud van het beeld. Het aantal beelden dat kan worden op-
geslagen, kan hierdoor variëren.
Beeldkwaliteit/afmetingen en aantal resterende opnamen
Het aantal resterende opnamen dat in de monitor wordt getoond is slechts een schatting. De be-
standsgrootte van gecomprimeerde beelden varieert al naargelang de inhoud van het beeld. Het
aantal beelden dat kan worden opgeslagen, kan daardoor sterk variëren.
Beeldgrootte
Kleinere beelden leiden tot kleinere bestanden, die geschikt zijn voor verzending per e-mail of ge-
bruik op Web-pagina’s. Wanneer kleine beelden groter worden afgedrukt, zal het resultaat echter
grof en ongelijkmatig zijn.
Printgrootte
De grootte waarop beelden kunnen worden geprint is afhankelijk van de printer-resolutie: hoe ho-
ger de resolutie, des te kleiner zal de uiteindelijke print zijn.
Beeldkwaliteit/afmetingen
De huidige instelling voor de beeldkwaliteit/afmetingen wordt aangege-
ven door een icoon in de linkerbenedenhoek van de monitor.
Beeldkwaliteit/afmetingen
Geheugen Geheugenkaart
14,5 MB 128 MB 256 MB
Hoog (2288*) (alleen E4100)
Ongeveer 7 Ongeveer 64 Ongeveer 131
Hoog (2048*) (alleen E3200)
Ongeveer 9 Ongeveer 78 Ongeveer 157
Hoog (1600*) (alleen E2200)
Ongeveer 15 Ongeveer 125 Ongeveer 252
Normaal (2288) (alleen E4100)
Ongeveer 15 Ongeveer 125 Ongeveer 255
Normaal (2048) (alleen E3200)
Ongeveer 18 Ongeveer 153 Ongeveer 308
Normaal (1600)
Ongeveer 29 Ongeveer 239 Ongeveer 482
PC-scherm (1024)
Ongeveer 61 Ongeveer 511 Ongeveer 1028
TV-scherm (640)
Ongeveer 132 Ongeveer 1096 Ongeveer 2203
AUTO
19
65
Het opnamemenu
Witbalans
Witbalans
De kleur van het licht dat door het onderwerp wordt
gereflecteerd is mede afhankelijk van de kleur van de
lichtbron. Onze hersenen passen zich aan kleurverande-
ringen aan, met als resultaat dat we witte objecten als
wit zien, ongeacht het feit of ze zich in de schaduw be-
vinden, in direct zonlicht of onder het licht van gloei-
lampen. Digitale camera’s kunnen deze automatische
aanpassing nabootsen door de informatie van de beeld-
sensor (CCD) van de camera te bewerken overeenkom-
stig de kleur van de lichtbron. Deze bewerking wordt
"automatische witbalansinstelling" genoemd.
Als u met de automatische (M) stand de gewenste witbalans niet kunt
bewerkstelligen of wanneer u voor een specifieke lichtbron of specifieke
opname-omstandigheden de witbalans wilt vergrendelen, kies dan een andere
instelling dan de automatische (M) stand.
Wanneer de witbalansinstelling is gewijzigd, wordt de nieuwe instelling in het
beeld op de monitor weergegeven.
Optie Omschrijving
M Automatisch
De witbalans wordt automatisch aan de lichtomstandigheden
aangepast. Beste keuze in meeste situaties.
n Witbal. Preset
Wit object wordt als referentie gebruikt om de witbalans
onder ongewone lichtomstandigheden in te stellen.
Daglicht
Witbalans afgestemd op gericht zonlicht.
Gloeilamp-licht
Voor foto’s bij het licht van gloeilampen.
TL-licht
Voor foto’s bij de meeste soorten fluorescentielicht.
Bewolkt
Voor foto’s bij bewolkt weer.
Flitslicht
Voor foto’s bij flitslicht.
1/3
1/3
WITBALANS
WITBALANS
WITBALANS
1/3
Witbal. Preset
Daglicht
Automatisch
66
Witbalans
Het opnamemenu
Vooringestelde witbalans
De vooringestelde witbalans wordt gebruikt onder
menglicht-omstandigheden (verschillende soorten licht)
of om een correctie te realiseren voor lichtbronnen met
een duidelijke kleurzweem (bijvoorbeeld om foto’s die
werden gemaakt met het licht van een lamp met een
rode kap, er uit te laten zien alsof ze bij normaal licht
werden gemaakt). Kiest u
n
(
Witbal. Preset
) in het
witbalans-menu, dan zoomt de camera in en verschijnt
het rechts boven getoonde menu op de monitor.
Witbalans
Bij andere instellingen dan de automatische instelling verschijnt er een
aanduiding voor de witbalans op de monitor.
Optie Omschrijving
Annuleren
Keert terug naar de meest recente instelling voor de vooringestelde witba-
lans en stelt de witbalans op die waarde in.
Meten
Met deze instelling maakt u een nieuwe witbalans-instelling. Plaats een wit
object, een vel wit papier bijvoorbeeld, in het licht waar het om gaat.
Neem het object zo in beeld dat het vierkant in het hierboven getoonde
menu wordt gevuld. Markeer Meten en druk op het midden van de multi-
selector om de nieuwe waarde voor de witbalans te meten (de sluiter
wordt geactiveerd en de camera keert terug naar de oorspronkelijke
zoomstand; er wordt geen foto gemaakt).
WITBAL. PRESET
WITBAL. PRESET
WITBAL. PRESET
Annuleren
Meten
Venster voor meting van de
witbalans
AUTO
19
67
Het opnamemenu
+/- Correctie
+/- Correctie
Met het
+/- Correctie
(belichtingscorrectie) menu kunt
u een andere belichting kiezen dan de waarde die de
camera voorstelt, om het beeld lichter of donkerder te
maken. De belichting kan worden gecorrigeerd in een
bereik van -2,0 tot +2,0 LW (lichtwaarden).
Wanneer de belichtingscorrectie is gewijzigd, wordt
de nieuwe instelling in het beeld op de monitor
weergegeven.
Belichtingscorrectiewaarde kiezen
Over het algemeen geldt dat u positieve waarden dient te kiezen wanneer grote delen van het
beeld zeer sterk verlicht zijn (bijvoorbeeld wanneer u een grote, door de zon beschenen water-,
zand- of sneeuwvlakte fotografeert) of wanneer de achtergrond veel helderder is dan het onder-
werp. Kies een negatieve waarde wanneer grote delen van het beeld zeer donker zijn (bijvoorbeeld
het donkergroen gebladerte van een bos) of wanneer de achtergrond veel donkerder is dan het
onderwerp. Deze correcties kunnen nodig zijn omdat de camera extreme over- of onderbelichting
wil voorkomen en vermindert daarom de belichting wanneer het overgrote deel van het beeld erg
licht is, en vermeerdert de belichting wanneer het overgrote deel van het beeld erg donker is. Met
een correctie voorkomt u dat natuurlijk lichte onderwerpen dan te grauw overkomen, net zoals
kan worden voorkomen dat van nature donkere onderwerpen te licht worden.
Belichtingscorrectie
Bij andere instellingen dan 0 verschijnt de belichtingscorrectie op de
monitor.
+/- CORRECTIE
+/- CORRECTIE
+/- CORRECTIE
+0.3
-0.3
0
AUTO
19
68
Het opnamemenu
Continu
Continu
Gebruik de opties in dit menu om de vluchtige expres-
sie van een persoon in beeld te vangen, een onderwerp
vast te leggen dat zich in onvoorspelbare richtingen
verplaatst, of een beweging te fotograferen in een se-
rie achtereenvolgende foto’s.
Beperkingen voor camera-instellingen
Bij andere instellingen dan Enkelvoudig gaat de flitser (Q 24) automatisch uit en worden de
scherpstelling (Q 20), belichting (Q 67) en automatische witbalans (Q 65) van alle foto’s geba-
seerd op de eerste foto van de serie. Wanneer Multi-Shot 16 is geselecteerd, kan digitale zoom
(Q 18) niet worden gebruikt. Multi-Shot 16 kan niet worden geselecteerd wanneer digitale
zoom van kracht is. BSS (Q 69) is alleen beschikbaar als de instelling op Enkelvoudig staat.
Continu
Bij andere instellingen dan Enkelvoudig wordt de actieve "continu"-in-
stelling aangegeven door een icoon op de monitor.
Optie Omschrijving
Enkelvoudig
De camera maakt één opname per keer telkens wanneer de
ontspanknop wordt ingedrukt.
Continu
Zolang de ontspanknop ingedrukt wordt gehouden blijft de camera
foto’s maken. De camera maakt foto’s met een snelheid van drie
beelden per twee seconden. Bij gebruik van de E4100 maakt de
camera zeven opnamen wanneer beeldkwaliteit/afmetingen op F
Normaal (2288) ingesteld is. Met de E3200 maakt de camera vijf
opnamen wanneer beeldkwaliteit/afmetingen op b Normaal
(2048) is ingesteld, en met de E2200 zes opnamen wanneer
beeldkwaliteit/afmetingen op c Normaal (1600) is ingesteld.
Multi-Shot 16
Wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, maakt de camera
achtereenvolgens 16 foto’s met een frequentie van drie beeldjes per twee
seconden. Met de E3200 kunnen vijf fotoseries worden gemaakt en met
de E4100/E2200 één serie. De zestien foto’s worden gerangschikt in vier
rijen van vier foto’s en opgeslagen als een enkelvoudig beeld.
Beeldkwaliteit/afmetingen is vast ingesteld op
F
Normaal (2288) bij
gebruik van de E4100, op
b
Normaal (2048) bij gebruik van de E3200
en op
c
Normaal (1600) bij gebruik van de E2200.
CONTINU
CONTINU
CONTINU
Enkelvoudig
Continu
Multi-shot 16
19
69
Het opnamemenu
Best Shot Selector
BSS
Wanneer de "Best Shot Selector" (BSS) is ingescha-
keld, maakt de camera foto’s zolang de ontspanknop
ingedrukt wordt gehouden, met een maximum van
tien. Deze foto’s worden vervolgens vergeleken en de
scherpste foto (met het hoogste detailniveau) wordt
opgeslagen in het geheugen of op de geheugenkaart.
BBS wordt aanbevolen voor situaties wanneer een on-
opzettelijke beweging van de camera tot vage foto’s
kan leiden, bijvoorbeeld wanneer:
de camera is ingezoomd
de flitser niet kan worden gebruikt terwijl er te weinig licht is
Opmerkingen over BSS
BSS zal mogelijk niet het gewenste resultaat opleveren bij een bewegend onderwerp of wanneer
u de compositie verandert terwijl u de ontspanknop geheel ingedrukt houdt.
"Continu" en BSS
CONTINU wordt automatisch ingesteld op Enkelvoudig wanneer BSS ingeschakeld is. Kiest u een
andere optie voor CONTINU, dan wordt BSS uitgeschakeld.
De zelfontspanner
BSS komt niet in actie wanneer de zelfontspanner aan staat, zelfs wanneer Aan is geselecteerd in
het menu BEST SHOT SELECTOR.
BSS
Wanneer BSS ingeschakeld is, verschijnt op de monitor een BSS icoon.
Optie Omschrijving
Uit BSS uit; de camera functioneert normaal.
Aan
BSS aan. De flitser wordt automatisch uitgeschakeld en de scherpstel-
ling, belichting en automatische witbalans worden bepaald op basis
van de eerste foto in de reeks.
BEST SHOT SELECTOR
BEST SHOT SELECTOR
BEST SHOT SELECTOR
Aan
Uit
19
70
Het opnamemenu
Kleuropties
Kleuropties
Gebruik de opties in dit menu om aan uw foto’s spe-
ciale effecten toe te voegen. U kunt kiezen uit vijf spe-
ciale effecten.
Het door u gekozen effect wordt gereflecteerd in
de foto die op de monitor wordt weergegeven.
Witbalans
Wanneer Zwart-wit, Sepia of Blauw-monochroom wordt geselecteerd, is in het opnamemenu de
witbalansoptie niet beschikbaar.
Aanduiding kleuropties
Wanneer een andere optie dan Kleur wordt gekozen, verschijnt de gese-
lecteerde stand op de monitor.
Optie Omschrijving
Kleur
De foto verschijnt met natuurlijke kleuren.
Levendig
De foto verschijnt in scherpe kleuren.
Zwart-wit
De foto verschijnt in zwart-wit.
Sepia
De foto verschijnt in sepiatinten.
Blauw-mono-
chroom
De foto verschijnt met een blauwe tint.
KLEUROPTIES
KLEUROPTIES
Kleur
Levendig
Zwart-wit
1/2
1/2
1/2
KLEUROPTIES
AUTO
19
71
Het weergavemenu
Het weergavemenu
Werken met het weergavemenu
Het weergavemenu bevat de volgende opties:
Zo roept u het weergavemenu op:
Het weergavemenu verschijnt.
Optie Omschrijving Q
Printen
Selecteer foto’s om deze te printen met een printer die com-
patibel is met DPOF; geef het aantal prints op en de infor-
matie die moet worden meegeprint.
48-51
Diashow
Bekijk in een automatische diashow foto’s die zijn opgesla-
gen in het geheugen of op de geheugenkaart.
72
Wissen Wis alle of geselecteerde beelden. 73-74
Beveiligen Beveilig geselecteerde beelden tegen ongewild wissen. 75
Auto-over-
dracht
Markeer alle geselecteerde beelden voor overspelen naar
een computer; zet de markering voor automatisch overspe-
len aan of uit.
76-77
Kleine kopie Maak van foto’s kleine kopieën. 78
Kopiëren
Kopieer beelden vanuit het interne geheugen naar de
geheugenkaart of vice versa. (Deze optie wordt alleen
getoond wanneer de geheugenkaart is geplaatst.)
79-81
1
1/3
1/3
WEERGAVEMENU
WEERGAVEMENU
WEERGAVEMENU
Printen
Diashow
Wissen
1/3
72
Het weergavemenu
Diashow
Diashow
Deze optie wordt gebruikt om beelden af te spelen in een automatische seriever-
toning (diashow), waarbij elk beeld ongeveer drie seconden in beeld blijft.
Markeer Start. Start de diashow.
Tijdens het afspelen van de diashow zijn de volgende handelingen mogelijk:
"Loop"
Als in het startscherm de optie Loop wordt geselecteerd, dan zal de dia-
show steeds worden herhaald. Om de Loop-optie te selecteren of te dese-
lecteren markeert u Loop en drukt u op het midden van de multi-selector.
Een vinkje naast Loop geeft aan dat de Loop-optie geselecteerd is.
Automatische uitschakeling
De camera gaat in de standby-stand als er tijdens een diashow dertig minuten lang geen handelingen worden uitgevoerd.
Kleine kopieën en films
Kopieën die werden gemaakt met de optie voor kleine kopieën (Q 78) worden bij een diashow
niet vertoond. Filmclips worden weergegeven als foto (het eerste beeldje wordt weergegeven).
1
DIASHOW
DIASHOW
Pauze
Pauze
DIASHOW
Start
Pauze
Loop
2
Actie Indrukken Omschrijving
Een pauze
inlassen in de
diashow
Het rechts weergegeven menu ver-
schijnt. Markeer
Herstarten
en druk op
het midden van de multi-selector om de
diashow te hervatten. Markeer
Einde
en druk op het midden van de multi-
selector om de diashow te beëindigen.
Doorgaan
naar het vol-
gende beeld
Duw de multi-selector naar rechts of omlaag om naar
het volgende beeld te springen. Houd de multi-selector
omlaag om snel voorwaarts door de show te gaan.
Teruggaan
naar het
vorige beeld
Druk de multi-selector naar links of omhoog om terug te
keren naar de vorige dia. Houd de multi-selector omlaag
om snel terug in de diashow te gaan.
De diashow
beëindigen
^
Stopt de diashow waarna naar weergave wordt terug-
gekeerd.
PAUZE
PAUZE
PAUZE
Einde
Herstarten
DIASHOW
DIASHOW
Pauze
Pauze
DIASHOW
Start
Pauze
Loop
73
Het weergavemenu
Wissen
Wissen
Het wismenu bevat de volgende opties:
Als er in de camera geen geheugenkaart aanwezig is,
worden foto’s uit het interne geheugen gewist.
Als de camera een geheugenkaart bevat, worden de
foto’s op de kaart gewist.
Als u foto’s uit het interne geheugen wilt verwij-
deren, verwijder dan de geheugenkaart.
Geselecteerde beelden wissen
Markeer Gesel. beeld(en).
Markeer een foto.
De foto’s van het interne geheugen of de
geheugenkaart verschijnen als miniatuur-
beelden.
Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s worden gemarkeerd door
de u icoon.
Herhaal stappen 3 en 4 om extra foto’s te selecteren. Als u een foto wilt deselecteren,
markeert u de foto en drukt u de multi-selector omlaag. Om terug te keren zonder
beelden te wissen, drukt u op de ^ knop.
WISSEN
WISSEN
WISSEN
Gesel. beeld(en)
Wis alle beelden
1
WISSEN
WISSEN
WISSEN
Gesel. beeld(en)
Wis alle beelden
3
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
4/
4/
5
WIS GESEL. BEELDEN
WIS GESEL. BEELDEN
WIS GESEL. BEELDEN
Ter ug
Ingestld
2
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
5/
5/
5
WIS GESEL. BEELDEN
WIS GESEL. BEELDEN
WIS GESEL. BEELDEN
Ter ug
Ingestld
4
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
WIS GESEL. BEELDEN
WIS GESEL. BEELDEN
WIS GESEL. BEELDEN
Ter ug
Ingestld
4/
4/
5
5
74
Wissen
Het weergavemenu
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om foto’s te wissen, Nee om
terug te keren zonder foto’s te wissen.
Alle foto’s wissen
Als u alle onbeveiligde foto’s uit het geheugen of de geheugenkaart wilt verwij-
deren, dan handelt u als volgt:
Markeer Wis alle beelden. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om foto’s te wissen, Nee om
terug te keren zonder foto’s te wissen.
Voordat u gaat wissen
Eenmaal gewiste beelden kunnen niet meer teruggehaald worden. Speel beelden
die u wilt behouden eerst over naar de computer.(Q 45-47).
Beveiligde beelden
Beelden die met een U icoon zijn gemarkeerd, zijn beveiligd en kunnen niet worden ge-
wist (Q 75).
6
Nee
Ja
WISSEN
WISSEN
WISSEN
Wis 1beeld(en)?
Wis 1beeld(en)?
Wis 1beeld(en)?
1
WISSEN
WISSEN
WISSEN
Gesel. beeld(en)
Wis alle beelden
2
Wissen alle
Wissen alle
beelden...
beelden...
( Excl.)
( Excl.)
Wissen alle
beelden...
( Excl.)
WISSEN
WISSEN
WISSEN
Nee
Ja
75
Het weergavemenu
Beveiligen
Beveiligen
Met deze optie kunt u beelden beveiligen tegen per ongeluk verwijderen. Bevei-
ligde bestanden kunnen niet worden verwijderd door op de u knop te drukken
of de opties in het menu Wissen te gebruiken. Beveiligde beelden worden echter
wel verwijderd als het interne geheugen of de geheugenkaart wordt geformat-
teerd.
Markeer een foto.
Herhaal stappen 1 en 2 om extra
beelden te selecteren. Als u een foto
wilt deselecteren, markeert u de
foto en drukt u de multi-selector
omlaag. Om terug te keren zonder
iets aan de beveiliging van beelden
te veranderen, drukt op de ^ knop.
Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s worden gemarkeerd door
de U icoon.
Voltooi de bewerking en keer terug naar
het weergavemenu.
Opmerkingen over beveiligde foto’s
Beveiligde foto’s kunnen niet worden verwijderd met de wisknop of het menu Wissen. Maar als
het interne geheugen of de geheugenkaart wordt geformatteerd, dan worden alle foto’s inclusief
de beveiligde foto’s verwijderd.
De beveiligingsicoon
Tijdens weergave verschijnt op alle beveiligde beelden een
beveiligingsicoon.
1
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
BEVEILIGEN
BEVEILIGEN
BEVEILIGEN
Ter ug
Ingestld
4/
4/
5
3
2
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
4/
4/
5
BEVEILIGEN
BEVEILIGEN
BEVEILIGEN
Ter ug
Ingestld
4
Gereed
4
2004. 08. 05
2004. 08. 05
12:00
12:00
100
100
NIKON
NIKON
0001.
0001.
JPG
JPG
1/
76
Het weergavemenu
Auto-overdracht
Auto-overdracht
Met deze optie markeert u foto’s om deze over te
spelen (te kopiëren) naar een computer en schakelt u
de markering voor auto-overdracht in en uit.
Meer dan 999 beelden overspelen
Maximaal 999 beelden kunnen voor overspelen worden gemarkeerd. Als er meer dan 999
beelden zijn gemarkeerd, gebruik dan PictureProject om de beelden over te spelen. Kijk in
de PictureProject Naslaghandleiding (op cd) voor meer informatie.
Verborgen beelden
Bij sommige digitale Nikon-camera’s kunt u bepaalde beelden tijdens het overspelen verber-
gen. Verborgen beelden kunt u met de E4100/E3200/E2200 bekijken,maar u kunt ze niet
selecteren voor overspelen.
De V icoon
Beelden die voor overspelen zijn gemarkeerd, zijn te herkennen aan de V icoon.
Wanneer u de camera op een computer aansluit met de UC-E6 USB-kabel en op het
midden van de multi-selector drukt om de beelden over te spelen, dan worden alleen
beelden overgespeeld die van een
V
icoon zijn voorzien (
Q
45).
Optie Omschrijving
V Alles aan
(standaardoptie)
Alle beelden in het geheugen of op de geheugenkaart
worden gemarkeerd voor overspelen. Foto’s die worden
gemaakt terwijl deze optie ingeschakeld is, worden voor
overspelen gemarkeerd.
Alles uit
Verwijdert de overspeelmarkering van alle foto’s in het
geheugen of op de geheugenkaart. Foto’s die worden
gemaakt terwijl deze optie ingeschakeld is, worden niet
voor overspelen gemarkeerd.
Kies beeld(en) Selecteert gemarkeerde beelden voor overspelen.
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
Alles aan
Alles uit
Kies beeld(en)
4
2004. 08. 05
2004. 08. 05
12:00
12:00
100
100
NIKON
NIKON
0001.
0001.
JPG
JPG
1/
1
34
2
Schermvullende weergave Weergave van miniatuurbeelden
77
Auto-overdracht
Het weergavemenu
Gemarkeerde beelden selecteren voor overspelen
Markeer Kies beeld(en).
Markeer een foto.
Herhaal stappen 3 en 4 om extra
beelden te selecteren. Als u een foto
wilt deselecteren, markeert u de foto
en drukt u de multi-selector omlaag.
Om terug te keren zonder iets aan de
overspeelstatus van beelden te ver-
anderen, drukt op de
^
knop.
De foto’s van het interne geheugen of de
geheugenkaart verschijnen als minia-
tuurbeelden.
Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s worden gemarkeerd door
de V icoon.
Voltooi de bewerking.
Beelden voor overspelen markeren met andere camera’s
Beelden die met een ander model Nikon-camera zijn geselecteerd voor overspelen, kunnen niet
worden overgespeeld als de geheugenkaart in de E4100/E3200/E2200 is geplaatst. Gebruik de
E4100/E3200/E2200 om de beelden opnieuw te selecteren.
1
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
Alles aan
Alles uit
Kies beeld(en)
3
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
Terug
Ingestld
4/
4/
5
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
5
2
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
MENU
5/
5/
5
ON
OFF
Terug
Ingestld
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
4
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
4/
4/
5
Terug
Ingestld
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
AUTO-OVERDRACHT
6
Gereed
78
Het weergavemenu
Kleine kopie
Kleine kopie
Om van een foto een kleine kopie te maken, selecteert u Kleine kopie nadat u
het beeld in schermvullende weergave toont of in de miniatuurbeeldweergave
selecteert.
Markeer een optie. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om een verkleinde kopie te
maken, Nee om terug te keren zonder
een kopie te maken.
Wilt u de nieuwe, verkleinde kopie bekijken, duw dan de multi-selector omlaag tot-
dat de kopie verschijnt. De kopie wordt weergegeven na de laatst opgenomen foto
(in miniatuurbeeldweergave worden kleine kopieën gemarkeerd met een grijze rand).
Om de bestandsgrootte zo klein mogelijk te houden, worden kopieën in het interne
geheugen of op de geheugenkaart opgeslagen in JPEG-bestanden van BASIC-kwali-
teit (compressieverhouding 1:16). Kopieën worden opgeslagen in afzonderlijke be-
standen met namen in de vorm van "SSC
Nnnnn
.JPG," waar "
nnnn
" een viercijferig
nummer is dat door de camera automatisch wordt toegewezen.
Kopieën kunnen niet met zoomweergave worden bekeken of uitgesneden.
Kleine kopie
Van verkleinde of uitgesneden kopieën kunnen geen kleine kopieën worden gemaakt.
Optie
Grootte
(pixels)
Omschrijving
q 640 × 480 640 × 480
De kopie kan schermvullend worden weergegeven op
een TV of een 13 inch monitor, zonder kwaliteitsverlies.
r 320 × 240 320 × 240
Geschikt voor weergave op Web-pagina’s. De kleine
bestandsgrootte verkort de tijd die nodig is om het
beeld in een Web-browser op te roepen.
s 160 × 120 160 × 120
De kopie kan snel worden verzonden en ontvangen als e-mailbij-
lage. Als het programma het gebruik van JPEG-beelden onder-
steunt, kan het beeld in het berichtvenster worden getoond.
1
KLEINE KOPIE
KLEINE KOPIE
KLEINE KOPIE
640 x
x320
480
240
x160 120
Dit beeld opslaan
Dit beeld opslaan
als getoond?
als getoond?
Dit beeld opslaan
als getoond?
Nee
Ja
2
79
Het weergavemenu
Kopiëren
Kopiëren
Deze optie wordt gebruikt om foto’s te kopiëren van
het interne geheugen naar de geheugenkaart, of vice
versa.
Met } wordt het interne geheugen aangeduid en
met / de geheugenkaart.
Deze optie wordt alleen getoond wanneer de geheu-
genkaart is geplaatst.
Geselecteerde foto’s kopiëren
Markeer (geheugen geheu-
genkaart) of (geheugenkaart
geheugen), en druk de multi-selector
naar rechts.
De foto’s in het geheugen of op de geheu-
genkaart worden weergegeven. (Wanneer
is geselecteerd bij stap 1)
Markeer Gesel. Beelden.
Markeer een foto.
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
1
3
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
Ter ug
Ingestld
5/
5/
5
2
CAMERA
CAMERA
-
> KAART
> KAART
CAMERA
-
> KAART
Gesel. Beelden
Alle beelden
4
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
Ter ug
Ingestld
4/
4/
5
80
Kopiëren
Het weergavemenu
Selecteer de gemarkeerde foto.
Geselecteerde foto’s worden gemarkeerd
door de A icoon.
Herhaal stappen 4 en 5 om extra beelden
te selecteren. Als u een foto wilt deselec-
teren, markeert u de foto en drukt u de
multi-selector omlaag.
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer
Ja
om foto’s te kopiëren,
Nee
om
terug te keren zonder foto’s te kopiëren.
Alle foto’s kopiëren
Als u alle foto’s van het geheugen of de geheugenkaart wilt kopiëren, dan handelt u als volgt:
Markeer (geheugen geheu-
genkaart) of (geheugenkaart
geheugen), en druk de multi-selector
naar rechts.
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer
Ja
om foto’s te kopiëren,
Nee
om
terug te keren zonder foto’s te kopiëren.
Markeer Alle beelden.
5
ON
OFF
MENU
2004
2004
08.05
08.05
12:00
12:00
4/
4/
5
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
Ter ug
Ingestld
6
Gesel. beelden
Gesel. beelden
kopi
kopi
ëren. OK?
ren. OK?
Gesel. beelden
kopiëren. OK?
Nee
Ja
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
1
3
Nee
Ja
Alle beelden
Alle beelden
kopi
kopi
ëren. OK?
ren. OK?
( Excl.)
( Excl.)
Alle beelden
kopiëren. OK?
( Excl.)
KOPI
KOPI
ËREN
REN
KOPIËREN
2
CAMERA
CAMERA
-
> KAART
> KAART
CAMERA
-
> KAART
Gesel. Beelden
Alle beelden
81
Kopiëren
Het weergavemenu
Kopiëren
Als er in het geheugen of op de geheugenkaart onvoldoende ruimte aanwezig is om de
kopie te ontvangen, wordt de melding BEELD KAN NIET WORDEN OPGESLAGEN weerge-
geven (Q 101). Verwijder ongewenste foto’s of plaats een nieuwe geheugenkaart (als u
een geheugenkaart gebruikt) voordat u het opnieuw probeert.
Films die groter zijn dan 10 MB kunnen niet naar de E3200 worden gekopieerd en films
die groter zijn dan 5 MB kunnen niet naar de E2200 worden gekopieerd. Bij gebruik van
de E4100 kunnen films tot een grootte van het interne geheugen worden afgehandeld.
• Nikon garandeert niet dat beelden kunnen worden gekopieerd die met een andere came-
ra zijn gemaakt of die op een computer zijn geretoucheerd.
Bestandsnummer
• Wanneer foto’s worden gekopieerd met de optie Alle beelden, worden alle foto’s in de
map gekopieerd met dezelfde bestandsnummers. Aan de nieuw gekopieerde map wordt
het laagst beschikbare nummer toegewezen.
Wanneer u foto’s kopieert met gebruik van de optie Gesel. Beelden, worden de nieuw
gekopieerde beelden achtereenvolgens genummerd vanaf het hoogste nummer in de
twee geheugenbronnen.
Voorbeeld: wanneer het laatste nummer in het brongeheugen 32 (DSCN0032.JPG) is en het
laatste nummer in het doelgeheugen 15 (DSCN0015.JPG) is.
Dan worden aan gekopieerde foto’s nummers toegewezen vanaf DSCN0033.
Daarna gaat de nummering verder vanaf het laagste nummer na het nummer van het laatste
bestand dat was gekopieerd.
Printen
Als er een printopdracht is aangemaakt, worden de printopdrachtgegevens niet met de foto
meegeprint.
82
Het setup-menu
Het setup-menu
Werken met het setup-menu
Het setup-menu bevat de volgende opties:
Om het setup-menu te verlaten, draait u de keuzeknop naar een andere instelling
of drukt u op de x knop.
Optie Omschrijving Q
Welkomstscherm
Kies het welkomstscherm dat verschijnt wanneer de
camera aan wordt gezet.
83
Datum Stel de cameraklok in. 84-85
Monitorinstelling Toon of verberg de monitoraanduidingen. 86
Datum afdrukken
Foto’s worden in beeld voorzien van datum en/of tijd
van opname.
87-88
Helderheid Stel de helderheid van de monitor in. 89
Geluid instellen
Stel het volume af van de knop-, sluiter- en opstartgeluiden.
90
Waarschuwing vaag
Kies of u al dan niet een controle op cameratrilling wilt
uitvoeren.
91
Automatisch uit
Bepaal hoe lang de monitor aan moet blijven staan
voordat hij automatisch wordt uitgezet om stroom te
sparen.
92
Geheugen/Kaart
formatten
Formatteer het interne geheugen of geheugenkaarten
voor gebruik in de camera.
93
Taal/Language Kies een taal voor cameramenu’s en berichten. 94
USB
Kies PTP of Mass Storage, in overeenstemming met
het besturingssysteem van uw computer.
45
Videostand Kies de geschikte videostandaard: NTSC of PAL. 94
Standaardwaarden
Zet de camera-instellingen terug naar de standaard-
waarden.
94
Batterijtype
Kies het type van de batterijen die in de camera worden
gebruikt.
96
Firmware versie Toon de huidige firmwareversie. 96
1/5
1/5
SET-UP
SET-UP
SET-UP
Welkomstscherm
Datum
Monitorinstelling
1/5
83
Het setup-menu
Welkomstscherm
Welkomstscherm
Met deze optie kiest u het welkomstscherm dat ver-
schijnt wanneer de camera aan wordt gezet.
Kleine en uitgesneden kopieën
Kopieën op andere grootte die zijn gemaakt met de functies voor kleine kopieën of uitgesneden kopieën,
kunnen alleen voor het welkomstscherm worden geselecteerd als deze (
q
) 640
×
480 pixels of groter zijn.
"Selecteer beeld"
Wanneer
Selecteer beeld
wordt geselecteerd, verschijnt het
gekozen beeld bij het opstarten, zelfs wanneer de geheugen-
kaart die het beeld bevat uit de camera is verwijderd. Selecteert
u
Selecteer beeld
na het kiezen van een welkomstscherm, dan
verschijnt het rechts weergegeven dialoogvenster. Selecteer
Ja
om een nieuw beeld als welkomstscherm te kiezen,
Nee
om te-
rug te keren zonder het welkomstscherm te veranderen.
Optie Omschrijving
Geen Welkom
Er verschijnt geen welkomstscherm wanneer de camera aan wordt gezet.
Nikon
Het rechts weergegeven beeld verschijnt wan-
neer de camera aan wordt gezet.
Animatie
(standaardoptie)
Er verschijnt een korte animatie wanneer de
camera aan wordt gezet.
Selecteer
beeld
U kunt het welkomstscherm kiezen uit foto’s die
momenteel in het geheugen of op de geheu-
genkaart zijn opgeslagen.
1 Het scherm BEELD SELECTEREN wordt weerge-
geven. Markeer een beeld met de multi-selec-
tor.
2 Druk op het midden van de multi-selector.
Om een foto te selecteren die in het camerageheugen
is opgeslagen, moet u de geheugenkaart verwijderen.
1/2
1/2
1/2
Geen Welkom
Nikon
Animatie
WELKOMSTSCHERM
WELKOMSTSCHERM
WELKOMSTSCHERM
3/
3/
5
2003
2003
08.05
08.05
12:05
12:05
MENU
Terug
Ingestld
BEELD SELECTEREN
BEELD SELECTEREN
BEELD SELECTEREN
Huidige beeld
Huidige beeld
vervangen?
vervangen?
Huidige beeld
vervangen?
Nee
Ja
WELKOMSTSCHERM
WELKOMSTSCHERM
WELKOMSTSCHERM
84
Het setup-menu
Datum
Datum
Deze optie wordt gebruikt om de cameraklok in te
stellen.
Deze optie is beschikbaar nadat u de cameraklok
hebt ingesteld wanneer u uw camera voor de eerste
keer gebruikt. Voor meer informatie over het instellen
van de cameraklok, zie "Voorbereiding: Basisinstellin-
gen" (Q 14).
De cameraklok
De camera werkt mogelijk minder nauwkeurig dan een horloge of een klok in uw huis. Con-
troleer af en toe de tijdaanduiding van uw camera, stel zonodig de tijd bij.
Optie Omschrijving
Datum Stel de datum en tijd in (Q 14).
Tijdzone
Selecteer de tijdzone.
De normale tijdzone-instelling is (eigen tijd-
zone).
Als u (tijdzone van de reisbestemming)
selecteert, dan wordt het tijdsverschil automa-
tisch berekend en de tijd en datum van de gese-
lecteerde regio weergegeven.
1 Druk de multi-selector omhoog of omlaag
om of te markeren, en druk vervol-
gens op het midden van de multi-selector.
Druk de multi-selector omlaag om Zomertijd
te markeren, en druk vervolgens op het mid-
den van de multi-selector. De h icoon
wordt weergegeven. Als zomertijd wordt
geselecteerd, wordt de klok automatisch een
uur vooruit gezet. Om zomertijd te annule-
ren, drukt u opnieuw op het midden van de
multi-selector.
2 Druk de multi-selector naar rechts om het
tijdzonescherm op te roepen.
3 Druk de multi-selector naar links of rechts om een tijdzone (regio) te
markeren, en druk vervolgens op het midden van de multi-selector.
DATUM
DATUM
DATUM
Datum
Tijdzone
TIJDZONE
TIJDZONE
TIJDZONE
Tokyo, Seoul
London, Casablanca
2003. 09.06
2003. 09.06
13:00
13:00
Zomertijd
Zomertijd
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONEEIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
Teru
g
In
g
estl
d
U
MENU
London
,
Casablanc
a
85
Datum
Het setup-menu
(Tijdzone reisbestemming)
Markeer om de klok op de tijdzone van de reisbestem-
ming in te stellen en druk op het midden van de multi-selec-
tor. Als de tijdzone van de reisbestemming is geselecteerd
verschijnt een icoon op de monitor wanneer de camera
in de opnamestand staat. Wilt u de tijdzone van een nieuwe
reisbestemming instellen, markeer dan en druk de mul-
ti-selector naar rechts; selecteer vervolgens een locatie als
beschreven op de vorige bladzijde.
Zomertijd
Wilt u zomertijd in- of uitschakelen, markeer dan
Zomertijd
en druk op het midden van de
multi-selector. Na het selecteren van zomertijd gaat de klok automatisch een uur vooruit.
De camera ondersteunt de volgende tijdzones:
Tijdzones
De tijdzone kan niet worden geselecteerd als datum en tijd niet ingesteld zijn.
Tijdzone-stappen van minder dan een uur zijn niet instelbaar. Reist u naar of van bestem-
mingen met kwartier- of halfuurverschillen ten opzichte van Greenwich Mean Time (GMT)
zoals Afghanistan, Centraal Australië, India, Iran, Nepal of Newfoundland, stel dan de ca-
meraklok op de plaatselijke tijd in (Q 14).
GMT +/– Locatie GMT +/– Locatie
GMT –14 Sydney, Guam GMT –3 BuenosAires, SanPaulo
GMT –13 NewCaledonia GMT –2 Fernando de Noronha
GMT –12 Auckland, Fiji
GMT –1 Azores
GMT London, Casablanca
GMT –11 Midway, Samoa GMT +1 Madrid, Paris, Berlin
GMT –10 Hawai, Tahiti GMT +2 Athens, Helsinki
GMT –9 Alaska, Anchorage GMT +3 Moscow, Nairobi
GMT –8
PST (PDT): LosAngels,
Seattle, Vancouver
GMT +4 Abu Dhabi, Dubai
GMT +5 Islamabad, Karachi
GMT –7
MST (MDT): Denver,
Phoenix, La Paz
GMT +6 Colombo, Dacca
GMT +7 Bangkok, Jakarta
GMT –6
CST (CDT): Chicago,
Houston, MexicoCity
GMT +8
Beijing, HK, Singapore
GMT +9 Tokyo, Seoul
GMT –5
EST (EDT): New York
Toronto, Lima
GMT +10 Sydney, Guam
GMT +11 New Caledonia
GMT –4 Caracas, Manaus GMT +12 Auckland, Fiji
AUTO
19
86
Het setup-menu
Monitorinstelling
Monitorinstelling
Selecteer deze optie om de aanduidingen op de mo-
nitor te tonen of verbergen.
Optie Omschrijving
Info tonen Toon de huidige instellingen tijdens het maken of bekijken van foto’s.
Info verbergen De huidige instellingen worden verborgen.
Raster
Toon het raster. De huidige instellingen worden verborgen. (alleen
P stand)
Monitor uit Zet de monitor uit. (alleen P stand)
MONITORINSTELLING
MONITORINSTELLING
MONITORINSTELLING
1/2
1/2
1/2
Info tonen
Info verbergen
Raster
87
Het setup-menu
Datum afdrukken
Datum afdrukken
De optie "datum afdrukken" wordt gebruikt om op
foto’s de datum of de datum en tijd van opname af
te drukken wanneer de foto’s in het geheugen of op
de geheugenkaart worden opgenomen. Deze optie
kan niet worden gebruikt om op foto’s een datum-
stempel af te drukken na de opname.
Beeldkwaliteit/afmetingen
Gegevens die worden afgedrukt terwijl de optie Beeldkwal./afm. is ingesteld op TV-
scherm (640) zijn mogelijk moeilijk te lezen. Kies de instelling PC-scherm (1024) of groter
wanneer u de optie "datum afdrukken" gebruikt.
Datum afdrukken
Afdrukgegevens vormen een permanent deel van het beeld en zul-
len altijd op een print verschijnen, ongeacht of de datum-optie is ge-
kozen in het menu Printen. Bij andere instellingen dan Uit wordt
tijdens de opname op de monitor een Datum icoon weergegeven.
Controleer voordat u gaat fotograferen of de cameraklok goed staat
en stel eventueel de datum en tijd bij.
De datum wordt opgenomen in de notatie die werd gekozen in het menu DATUM. Datum of Da-
tum en tijd kunnen niet worden geselecteerd als de cameraklok niet ingesteld is.
Bij het maken van opnamen in de hieronder genoemde standen wordt de optie "Datum afdruk-
ken" automatisch geannuleerd.
E3200: Panorama assist en Film
E4100/E2200: BSS, "Continu" in het menu Continu, Sport en Sporttoeschouwer in de On-
derwerpsstand, Panorama assist en Film.
Bij gebruik van de E4100 werkt de functie "continu-opnamen" niet wanneer de optie "da-
tum afdrukken" ingesteld is.
Printen
De optie Printen kan worden gebruikt om de datum en tijd van opname af te drukken op ge-
maakte beelden terwijl in het menu DATUM AFDRUKKEN de optie Uit is geselecteerd.
Optie Omschrijving
Uit
De tijd en datum worden niet op de foto geregistreerd.
Datum
De datum wordt in de rechterbenedenhoek afgedrukt op alle
foto’s die worden gemaakt terwijl deze optie ingeschakeld is.
Datum en tijd
De datum en tijd worden in de rechterbenedenhoek afgedrukt op
alle foto’s die worden gemaakt terwijl deze optie ingeschakeld is.
Dagenteller
In de rechterbenedenhoek van alle foto’s die worden genomen
terwijl deze optie ingeschakeld is, wordt het aantal dagen vanaf
de opgeslagen datum tot de datum van opname afgedrukt.
DATUM AFDRUKKEN
DATUM AFDRUKKEN
DATUM AFDRUKKEN
1/2
1/2
1/2
Uit
Datum
Datum en tijd
AUTO
19
88
Datum afdrukken
Het setup-menu
Dagenteller
Deze optie wordt gebruikt om de datum op te slaan
en op foto’s het aantal dagen vanaf die datum tot de
datum van opname af te drukken. Om het aantal da-
gen af te drukken dat verstreken is, stelt u de dagen-
telleroptie in door Dagenteller te selecteren in het
menu DATUM AFDRUKKEN.
Als de opgeslagen datum vroeger valt dan de datum
van opname, wordt op foto’s het aantal dagen afge-
drukt dat verstreken is.
Als de opgeslagen datum later valt dan de datum van opname, wordt op foto’s
z gevolgd door het aantal dagen tot de datum van opslag afgedrukt.
Dagenteller
Wanneer een datum wordt geselecteerd die opgeslagen is in de
dagenteller en de optie "datum afdrukken" op Dagenteller inge-
steld is, worden op de monitor de dagentelleraanduiding en het op-
geslagen datumnummer getoond.
Optie Omschrijving
Opgeslagen
dagen
Er kunnen maximaal 3 data worden opgesla-
gen. Druk de multi-selector omhoog of omlaag
om de optie in het menu OPGESLAGEN DAGEN
te selecteren, en duw de multi-selector vervol-
gens naar rechts. Voer de datum in. Voer de
stappen uit zoals beschreven onder Voorberei-
ding: Basisinstellingen (Q 14).
Data tussen 1 januari 1910 en 31 december
2037 kunnen worden opgeslagen.
Opties tonen
Druk de multi-selector omhoog of omlaag om
Opties tonen te markeren, en druk vervolgens
op het midden van de multi-selector.
DAGENTELLER
DAGENTELLER
DAGENTELLER
Aantal dagen
0155
0155
0155
01.01.2004
1
2
3
OPGESLAGEN DAGEN
OPGESLAGEN DAGEN
OPGESLAGEN DAGEN
05.08.2004
20.10.2004
--.--.----
DATUM
DATUM
DATUM
D M J
20040101
OPTIES TONEN
OPTIES TONEN
OPTIES TONEN
Aantal dagen
Jaren en dagen
Jren, mnden, dgn
19
AUTO
89
Het setup-menu
Helderheid
Helderheid
Druk de multi-selector omhoog of omlaag om de hel-
derheid te verhogen of te verlagen door de aandui-
ding aan de linkerzijde van het display omhoog of
omlaag te verplaatsen. Druk op het midden van de
multi-selector om een keuze te maken. Om terug te
keren naar het setup-menu, drukt u de multi-selector
naar links.
HELDERHEID
HELDERHEID
HELDERHEID
90
Het setup-menu
Geluid instellen
Geluid instellen
De opties in dit menu regelen de hieronder genoem-
de geluidsinstellingen.
Met de E2200 kunnen geluidsinstellingen alleen
Aan
en
Uit
worden gezet. Als u
Uit
kiest, wordt het volu-
me van de knop-, sluiter- en opstartgeluiden ge-
dempt. Toon en volume kunnen niet worden
afgesteld.
Optie Omschrijving
Knopgeluid
(alleen E4100/
E3200)
Stel het geluid in dat klinkt wanneer de knop-
pen worden ingedrukt.
Er klinkt een ander geluid wanneer er zich een
fout voordoet of wanneer u de camera aanzet,
een nieuwe stand selecteert, heen en weer
schakelt tussen de opname- en weergavestand
of in de menu’s een keuze maakt.
Sluitergeluid
(alleen E4100/
E3200)
U kunt kiezen uit drie sluitergeluiden. Druk de
multi-selector omhoog of omlaag om de optie
te markeren, en druk op het midden van de
multi- selector om uw keuze te maken.
Opstartgeluid
(alleen E4100/
E3200)
Stel het volume in van het geluid dat klinkt
wanneer de camera wordt aangezet.
Volume
(alleen E4100/
E3200)
Stel het volume in van spraakmemo’s, filmclips
en sluiter- en opstartgeluiden. Kies het volume
voor de ingebouwde luidspreker. U kunt kiezen
tussen Hard en Normaal. Als u Uit kiest, wor-
den de sluiter- en opstartgeluiden gedempt, en
worden spraakmemo’s en filmclips met het
laagste volume afgespeeld.
GELUID INSTELLEN
GELUID INSTELLEN
GELUID INSTELLEN
1/2
1/2
1/2
Knopgeluid
Sluitergeluid
Opstartgeluid
Aan
Uit
KNOPGELUID
KNOPGELUID
KNOPGELUID
SLUITERGELUID
SLUITERGELUID
SLUITERGELUID
1
2
3
UIt
Aan
UIt
OPSTARTGELUID
OPSTARTGELUID
OPSTARTGELUID
Hard
Normaal
UIt
VOLUME
VOLUME
VOLUME
91
Het setup-menu
Waarschuwing vaag
Waarschuwing vaag
Met deze optie kunt u de cameratrillingswaarschu-
wing laten weergeven of verbergen nadat u een foto
hebt gemaakt.
Als u Aan selecteert, wordt de waarschuwing alleen
weergegeven als een onbedoelde camerabeweging
tot gevolg heeft gehad dat de foto die u zojuist heeft
genomen, vaag geworden is.
Selecteer Ja om de foto te houden of Nee om deze
te verwijderen.
Opnamestanden waarbij de functie "waarschuwing vaag" niet werkt
In de hieronder getoonde opnamestanden is de functie "Waarschuwing vaag" niet beschik-
baar, ook wanneer deze functie ingeschakeld ("Aan") is. De standen CContinu (Q 68),
]Multi-Shot 16 (Q 68) en DBSS (Q 69), evenals de onderwerpsstanden jSport-assi-
stentie (Q 32), GMuseum (Q 36), HVuurwerk (Q 37) en KPanorama assist (Q 38).
Controle op vaagheid
Als u wilt controleren hoe vaag de foto is voordat u besluit of u de foto al dan niet wilt ver-
wijderen, selecteer dan Ja om de foto op te slaan en druk vervolgens op x.
WAARSHUWING VAAG
WAARSHUWING VAAG
WAARSHUWING VAAG
Aan
Uit
WAARSCHUWING! BEELD
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
WILT U HET OPSLAAN?
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
Nee
Ja
92
Het setup-menu
Automatisch uit
Automatisch uit
Om batterijstroom te besparen, gaat de camera in de
standby-stand als gedurende een vooraf ingestelde
tijd geen bedieningshandelingen zijn verricht.
Optie Omschrijving
Automatisch uit
Kies hoe lang de monitor ingeschakeld moet
staan voordat deze zich automatisch uit-
schakelt. Kies uit dertig seconden (30sec),
één minuut (1min) standaardinstelling, vijf
minuten (5min) en dertig minuten (30min).
Ongeacht de instelling die in het menu
AUTOMATISCH UIT is gekozen, zal de moni-
tor drie minuten aan blijven wanneer er
menu’s worden weergegeven. Wanneer er
gebruik wordt gemaakt van een licht-
netadapter, zal de camera in de standby-
stand gaan wanneer er gedurende dertig
minuten geen handelingen worden verricht.
Slaapstand
Als Aan geselecteerd is, gaat de camera in
de standby-stand wanneer er geen verande-
ring is in de helderheid van het onderwerp,
ook voordat de tijd is verstreken die is inge-
steld in het menu AUTOMATISCH UIT.
De camera komt in de slaapstand als dertig
seconden lang geen bedieningshandelin-
gen worden verricht wanneer Automatisch
uit ingesteld is op dertig seconden (30sec)
of één minuut (1min), en na één minuut
wanneer Automatisch uit ingesteld is op
vijf minuten (5min) of dertig minuten (30min).
AUTOMATISCH UIT
AUTOMATISCH UIT
AUTOMATISCH UIT
Automatisch uit
Slaapstand
30sec
1min
5min
30min
AUTOMATISCH UIT
AUTOMATISCH UIT
AUTOMATISCH UIT
SLAAPSTAND
SLAAPSTAND
SLAAPSTAND
Aan
Uit
93
Het setup-menu
Geheugen/kaart formatteren
geheugen formatteren
Geh.-krt format.
Deze optie wordt gebruikt wanneer u het interne ge-
heugen van de camera of de geheugenkaart moet
formatteren.
Als er in de camera geen geheugenkaart aanwezig is,
wordt het interne geheugen geformatteerd, en als de
camera een geheugenkaart bevat, wordt de kaart ge-
formatteerd.
Als u het interne geheugen wilt formatteren, verwij-
der dan de geheugenkaart.
Het geheugen formatteert u als volgt:
Markeer Formatteren (om te stoppen
zonder het geheugen te formatteren,
markeert u Nee en druk vervolgens op
het midden van de multi-selector).
Begin met formatteren. Terwijl het for-
matteren plaatsvindt verschijnt het bo-
ven afgebeelde bericht.
Een geheugenkaart formatteert u als volgt:
Markeer Formatteren (om te stoppen
zonder de geheugenkaart te formatte-
ren, markeert u Nee en druk vervolgens
op het midden van de multi-selector).
Begin met formatteren. Terwijl het for-
matteren plaatsvindt verschijnt het bo-
ven afgebeelde bericht.
LET OP!
LET OP!
Alle beelden worden
Alle beelden worden
gewist!
gewist!
LET OP!
Alle beelden worden
gewist!
Nee
Formatteren
GEH.-KAART FORMAT.
GEH.-KAART FORMAT.
GEH.-KAART FORMAT.
1
LET OP!
LET OP!
Alle beelden worden
Alle beelden worden
gewist!
gewist!
LET OP!
Alle beelden worden
gewist!
Nee
Formatteren
GEHEUGEN FORMATTEREN
GEHEUGEN FORMATTEREN
GEHEUGEN FORMATTEREN
2
FORMATTEREN…
1
LET OP!
LET OP!
Alle beelden worden
Alle beelden worden
gewist!
gewist!
LET OP!
Alle beelden worden
gewist!
Nee
Formatteren
GEH.-KAART FORMAT.
GEH.-KAART FORMAT.
GEH.-KAART FORMAT.
2
FORMATTEREN…
94
Het setup-menu
Taal/Language
Taal/Language
Kies de taal voor camera-menu’s en berichten. U hebt de
keus uit
Deutsch (Duits), English (Engels), Español
(Spaans), Français (Frans), Italiano (Italiaans), Neder-
lands
, Svenska (Zweeds), (Japans),
(Chinees), of (Koreaans).
Voordat u de camera aansluit op een video-apparaat
zoals een TV-toestel of een videorecorder (Q 44),
dient u de videostand te kiezen die het video-appa-
raat gebruikt. Uw Nikon-camera ondersteunt de
NTSC en PAL standaards.
Selecteer deze optie om de instellingen op de volgen-
de bladzijde terug te zetten naar de standaardinstel-
lingen.
Optie Omschrijving
Nee Menu verlaten, geen veranderingen.
Standaard Terugkeren naar standaardinstellingen.
TAAL/LANGUAGE
TAAL/LANGUAGE
TAAL/LANGUAGE
Terug
Ingestld
MENU
Videostand
Videostand
NTSC
PAL
VIDEOSTAND
VIDEOSTAND
VIDEOSTAND
Standaardwaarden
Standaardwaarden
STANDAARDWAARDEN
STANDAARDWAARDEN
STANDAARDWAARDEN
Alle instellingen
Alle instellingen
terugzetten?
terugzetten?
Alle instellingen
terugzetten?
Nee
Standaard
95
Standaardwaarden
Het setup-menu
De volgende instellingen worden teruggezet:
Kiest u
Standaard
, dan wordt ook het huidige bestandsnummer (
Q
23) uit het geheu-
gen gewist. De nummering gaat verder vanaf het laagste nummer dat in het geheugen of
op de geheugenkaart beschikbaar is. Alle andere instellingen blijven gehandhaafd.
Bestandsnummering terugzetten op 0001
Om de bestandsnummering terug te zetten (Q 23) op 0001, selecteert u Standaardwaarden
nadat u alle foto’s hebt gewist (Q 74) of de geheugenkaart hebt geformatteerd (Q 93).
Instelling Standaard
i Portret-assistentie Portret
N
Landschap-assistentie
Landschap
j Sport-assistentie Sport
m
Nachtportret-assistentie
Nachtportret
e Onderwerpsstand Party/binnen
W Film Film 320
Flitser ! Automatisch
Zelfontspanner Uit
Macro close-up Uit
Beeldkwal./afm.
E4100: Normaal (2288), E3200: Normaal (2048), E2200: Normaal (1600)
Witbalans Automatisch
+/- Correctie ±0
Continu Enkelvoudig
Best Shot Selector Uit
Kleuropties Kleur
Auto-overdracht Alles aan
Welkomstscherm Animatie
Monitorinstelling Info tonen
Datum afdrukken Uit
Helderheid 3
Knopgeluid Aan
Opstartgeluid Aan
Sluitergeluid 1
Volume (alleen E4100/E3200)
Normaal
Automatisch uit 1min
Slaapstand Uit
Waarschuwing vaag Aan
96
Het setup-menu
Batterijtype
Batterijtype
Deze optie wordt gebruikt om te selecteren welk type
batterijen in de camera wordt gebruikt.
Reservebatterij
Als de reservebatterij (Q 14) niet voldoende opgeladen is, dan is het mogelijk dat de instel-
ling van het batterijtype wordt teruggesteld naar de standaardinstelling (E4100: het type
van de meegeleverde batterijen; E3200/E2200: alkalinebatterijen).
Selecteer deze optie om de huidige versie van de firm-
ware te tonen.
Optie Omschrijving
Alkaline
Selecteer deze optie wanneer u gebruik maakt van alkalinebatterijen
(AA).
COOLPIX
(NiMH)
Selecteer deze optie wanneer u gebruik maakt van oplaadbare EN-MH1
(AA) nikkel-metaalhydride batterijen, nikkelmangaan-batterijen of (AA)
lithiumbatterijen.
CR-V3
Selecteer deze optie wanneer u gebruik maakt van een CR-V3 lithium-
batterij.
BATTERIJTYPE
BATTERIJTYPE
BATTERIJTYPE
Alkaline
COOLPIX(
NiMH
)
CR-V3
Firmware versie
Firmware versie
Back
E3200
Ver.XX
97
Technische opmerkingen
Technische opmerkingen
Optionele accessoires
Op het moment van samenstelling van deze handleiding waren de volgende opti-
onele accessoires voor uw digitale Nikon-camera beschikbaar. Wend u tot uw dea-
ler voor meer informatie.
*1
Niet verkrijgbaar in de Verenigde Staten.
*2
In sommige gebieden niet verkrijgbaar.
Goedgekeurde geheugenkaarten
De volgende geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd voor gebruik in uw
digitale Nikon-camera:
* Hogesnelheidstype van 10 MB/s of meer
Oplaadbare batterij
Extra EN-MH1 NiMH-batterijen zijn in de handel ver-
krijgbaar.
Batterijlader MH-71, MH-70 batterijlader voor EN-MH1 batterijen
Lichtnetadapter EH-62B lichtnetadapter
Tas CS-CP18 foedraal
*1
Onderwaterhuis WP-CP1
*2
San Disk 16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB
To sh iba 16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB
Panasonic 16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB*, 512 MB*
98
Technische opmerkingen
Verzorging van uw camera
Reinigen
Objectief
Raak het glas bij het reinigen nooit met uw vingers aan. Verwijder stof en vezels
met een blaasbalgje (een rubberen balletje met een spuitmondje waaruit lucht
wordt geblazen). Vingerafdrukken en ander vuil dat niet met een blaasbalgje kan
worden verwijderd, kunt u wegvegen met een zachte doek; maak een spiraalbe-
weging vanuit het midden en werk naar de randen toe.
Monitor
Verwijder stof en vezels met een blaaskwastje. Verwijder vingerafdrukken en an-
dere vlekken van de monitor met een zachte, droge doek; pas op dat u geen druk
op de monitor uitoefent.
Voorkom aanraking met vloeibaar kristal
Mocht de monitor breken, pas dan op voor letsel veroorzaakt door gebroken
glas; voorkom dat het vloeibare kristal uit de monitor in aanraking komt met
huid, ogen of mond.
Camerahuis
Verwijder stof en vezels met een blaaskwastje en veeg de camera schoon met
een zachte, droge doek.
Na gebruik van de camera aan het strand dient u zand en zout te verwijderen met
een doek die licht is bevochtigd met water; droog de camera daarna grondig.
Gebruik geen alcohol, verfverdunner of andere vluchtige chemicaliën.
Opmerkingen over de monitor
• De monitor kan een aantal pixels bevatten die altijd oplichten of juist niet oplichten. Dit is
normaal voor alle TFT LCD-monitoren en wijst niet op een storing. Foto’s die met de ca-
mera zijn gemaakt worden hier niet door beïnvloed.
• Wanneer u heldere lichtpunten in beeld hebt, kunnen verticale komeetachtige lichtsporen
op de monitor te zien zijn. Dit fenomeen, "smear" genaamd, heeft geen gevolgen voor
de opname en is niet het gevolg van een defect. In filmopnamen kan zich wel enige smear
voordoen.
• Bij helder licht kunnen de beelden op de monitor moeilijk te zien zijn.
De monitor wordt van achteren verlicht door een LED-systeem. Mocht de verlichting zwak-
ker worden of gaan knipperen, raadpleeg dan de technische dienst van Nikon.
99
Verzorging van uw camera
Technische opmerkingen
Opslag
Zet de camera uit wanneer u deze niet gebruikt en controleer of het camera-aan-
lampje uit staat voordat u de camera opbergt. Om schimmel en meeldauw te
voorkomen dient u de camera in een droge, goed geventileerde ruimte op te ber-
gen. Wanneer u niet van plan bent de camera binnen afzienbare tijd te gebruiken,
verwijder dan de batterij om lekkage te voorkomen en berg de camera op in een
plastic tas met een droogmiddel. Berg de cameratas (afzonderlijk verkrijgbaar)
echter niet op in een plastic zak, aangezien het materiaal hierdoor kan worden
aangetast. Let er ook op dat het droogmiddel na verloop van tijd zijn vochtabsor-
berend vermogen verliest en daarom regelmatig dient te worden vervangen. Berg
het apparaat niet op bij nafta- of kamfermottenballen of in ruimten:
die vochtig of slecht geventileerd zijn
waarin de camera zich bij apparatuur bevindt die sterke magnetische velden
produceert, zoals televisies of radios.
die worden blootgesteld aan temperaturen onder -10 °C of boven 50 °C (bij-
voorbeeld dichtbij een kachel of in een afgesloten auto op een warme dag)
die blootstaan aan een vochtigheid boven 60%
Haal de camera, om schimmel of meeldauw te voorkomen, minstens eenmaal
per maand uit de opslag. Zet de camera aan en ontspan de sluiter een aantal ma-
len voordat u de camera weer opbergt.
Bewaar de batterijen op een koele, droge plaats.
Batterijen
Controleer na het aanzetten van de camera
of de batterijen voldoende lading hebben.
Zijn de batterijen bijna leeg, dan verschijnt
er een waarschuwing op de monitor.
Houd een nieuwe CR-V3 batterij bij de hand
als u belangrijke opnamen maakt. Als u
plotseling de batterij moet vervangen, is er
wellicht niet meteen een winkel in de buurt.
Bij koude nemen de prestaties van batte-
rijen af. Zorg ervoor dat de batterijen ge-
heel geladen zijn voordat u bij koud weer
naar buiten gaat om te fotograferen.
Houd de reservebatterijen op een warme
plaats. Een batterij die weer op tempera-
tuur is gekomen kan soms een deel van
zijn capaciteit herwinnen.
Zijn de batterijpolen vuil, veeg ze dan
schoon met een schone, droge doek
voordat u batterijen gaat gebruiken.
Herhaaldelijk opladen van NiMH batterijen
voordat ze volledig zijn uitgeput kan leiden
tot een geheugeneffect, wat ervoor zorgt
dat ze hun lading snel verliezen. De batte-
rijen gaan weer normaal functioneren als
ze volledig zijn ontladen en herladen.
• NiMH batterijen verliezen, als ze niet wor-
den gebruikt, geleidelijk hun lading. Het is
aan te bevelen NiMH batterijen kort voor
gebruik op te laden.
Gebruikte batterijen bevatten waardevol-
le materialen. Voer gebruikte batterijen af
volgens de lokale regels voor klein che-
misch afval.
100
Technische opmerkingen
Foutmeldingen
In de volgende tabel vindt u de foutmeldingen en andere waarschuwingen die
op de monitor verschijnen en hoe u er gevolg aan dient te geven.
Melding Probleem Oplossing Q
Z
(Knippert)
Klok niet ingesteld.
Stel de klok op juiste datum
en tijd in.
14
LET OP !
BATTERIJ BIJNA
LEEG!
Batterijen leeg.
Zet de camera uit en vervang
de batterijen.
12
AFz
(zknippert
rood)
Camera kan niet scherpstellen.
Gebruik scherpstelvergrendeling om
scherp te stellen op ander onder-
werp op dezelfde afstand, bepaal
daarna opnieuw compositie.
21
2
Lange sluitertijd. Foto’s kun-
nen door beweging onscherp
worden.
Gebruik de flitser, of zorg voor
stabiliteit door de camera op
een statief te zetten, op een
horizontale ondergrond te zet-
ten of in twee handen goed stil
te houden, met de ellebogen
tegen het lichaam.
18,
24-25
De gemaakte foto kan door
beweging onscherp zijn.
Selecteer Ja om de foto te
houden, Nee om de foto te
verwijderen. De cameratril-
lingswaarschuwing kan wor-
den verborgen.
91
WAARSCHU-
WING! !
WACHT TOT
CAMERA KLAAR
IS MET OPNEMEN
<
Camera is uitgeschakeld of de
x
knop werd tijdens opname
ingedrukt. De keuzeknop werd
tijdens de opname verdraaid.
Bericht verdwijnt automatisch
van de monitor wanneer
opname is voltooid.
21
GEH.-KAART
BESCHERMD
TEGEN OVER-
SCHRIJVEN
Schrijfbeveiligingsschuifje staat
in de vergrendelde stand.
Schuif het schuifje naar de
schrijfstand.
11
/
ONGEFOR-
MATT.
KAART
Formatteren
Nee >
Geheugenkaart is niet gefor-
matteerd voor gebruik in de
camera.
Druk de multi-selector omhoog
om
FORMATTEREN
te marke-
ren en druk deze naar rechts
om de kaart te formatteren, of
zet de camera uit en vervang
de kaart.
93,
10-11
WAARSCHUWING! BEELD
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
WILT U HET OPSLAAN?
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
Nee
Ja
101
Foutmeldingen
Technische opmerkingen
DEZE KAART
KAN NIET GEBRUIKT
WORDEN
4
Storing in communicatie met
geheugenkaart.
Gebruik een goedgekeurde
kaart.
Controleer of de contactpun-
ten schoon zijn.
97
-
WAARSCHU-
WING! !
DEZE GEH.-KAART
KAN NIET GELE-
ZEN WORDEN
/
GEEN
GEHEUGEN
MEER
/
Camera in opnamestand
: onvol-
doende geheugen om bij huidige
instellingen opnamen te maken.
Kies lagere instelling voor
beeldkwaliteit/grootte.
• Wis beelden.
Plaats nieuwe geheugenkaart.
63-64
22-23,
73-74
10
Camera aangesloten op com-
puter
: niet genoeg ruimte op
geheugenkaart om informatie
voor overspelen op te nemen.
Ontkoppel camera, wis onge-
wenste beelden en probeer
opnieuw.
22-23,
73-74
BEELD KAN NIET
WORDEN OPGE-
SLAGEN
/
Geheugenkaart is niet geformat-
teerd voor gebruik in camera, of sto-
ring deed zich voor tijdens opslag.
Geen bestandsnummers meer
voorhanden.
• Camera kan beeld niet kopi-
eren voor kleine kopie of
uitsnede-opties.
Geheugenkaart is niet geformat-
teerd voor gebruik in de camera.
Tijdens het opslaan van een film
heeft zich een fout voorgedaan.
Geen bestandsnummers meer
voorhanden.
Het duurt lang om films op de
geheugenkaart op te slaan.
Formatteer geheugenkaart
opnieuw.
Plaats nieuwe geheugen-
kaart of wis beelden.
Kopieën kunnen niet wor-
den gemaakt van filmclips
of van andere kopieën.
Formatteer geheugenkaart
opnieuw.
Plaats nieuwe geheugen-
kaart of wis beelden of films.
Plaats een geheugenkaart met
een snellere verwerkingssnelheid.
93
10, 22,
23,
73-74
42, 78
93
10, 73
56, 97
KAART BEVAT
GEEN BEELDEN
Geen foto’s op de geheugen-
kaart of in het geheugen.
Druk op de x knop om
terug te keren naar de opna-
mestand.
22
ALLE BEELDEN
ZIJN VERBORGEN
Geen foto’s op de geheugen-
kaart die op de E4100/E3200/
E2200 kunnen worden bekeken.
BESTAND BEVAT
GEEN BEELDGEGE-
VENS
Bestand aangemaakt door com-
puter of andere camera.
Bekijk bestand op computer
of andere camera.
-
Melding Probleem Oplossing Q
102
Foutmeldingen
Technische opmerkingen
WAARSCHUWING!
KEUZEKNOP
STAAT NIET IN
JUISTE POSITIE
De keuzeknop staat tussen
twee standen.
Zet de keuzeknop in de
gewenste stand.
6
DIT BEELD KAN NIET
GEWIST WORDEN
Er is een poging gedaan om een
beveiligde foto te verwijderen.
Verwijder de beveiliging
voordat u de foto verwijdert.
75
COMMUNICA-
TIEFOUT
USB-kabel werd ontkoppeld
of geheugenkaart werd ver-
wijderd terwijl beelden naar
de computer werden overge-
speeld.
Indien er op de computermonitor
een foutmelding verschijnt, klik
dan op
OK
om PictureProject te
verlaten. Zet camera uit, sluit
kabel opnieuw aan of vervang
geheugenkaart, zet vervolgens
camera aan en speel beelden over.
45-47
USB-optie onjuist ingesteld.
Zet camera uit en ontkoppel
de kabel, kies vervolgens de
nieuwe USB-instelling in het
setup-menu van camera en
sluit camera weer aan. Houdt
de storing aan, gebruik dan
de PictureProject knop
om beelden over te spelen.
45
GEEN BEELDEN
GESELECTEERD
VOOR OVER-
DRACHT
Er worden geen beelden gese-
lecteerd voor overspelen als de
a
(
V
) knop voor overspelen
naar de computer wordt inge-
drukt.
Ontkoppel camera en selec-
teer minimaal één beeld voor
overspelen, start daarna het
overspelen opnieuw.
47,
76-77
OVER-
DRACHTSFOUT
Storing trad op toen beelden
naar computer werden over-
gespeeld.
Controleer of camera is aan-
gesloten en of batterijen vol-
ledig zijn opgeladen.
12
46
NIEUWE STAD IS
IN DE HUIDIGE
TIJDZONE
Reisbestemming in zelfde tijd-
zone als thuislocatie.
Niet nodig nieuwe tijdzone op te
geven als reisbestemming in zelf-
de tijdzone als thuislocatie ligt.
84
LENSFOUT
Storing trad op tijdens objec-
tiefhandeling.
Zet camera uit en weer aan.
Blijft storing zich voordoen,
neem dan contact op met
dealer of importeur.
-
SYSTEEMFOUT
Storing trad op in intern cir-
cuit van de camera.
Zet camera uit, ontkoppel
optionele lichtnetadapter
(indien in gebruik), verwijder
en herplaats batterijen, en zet
de camera weer aan. Blijft
storing zich voordoen, neem
dan contact op met dealer of
importeur.
8-9,
12
Melding Probleem Oplossing Q
103
Technische opmerkingen
Problemen oplossen
Functioneert uw camera niet naar behoren, kijk dan eerst bij de nu volgende al-
gemene problemen voordat u zich tot uw dealer of de importeur wendt. In de
rechterkolom vindt u de paginacijfers die u verwijzen naar meer informatie.
Elektronisch gestuurde camera’s
In zeer uitzonderlijke gevallen kunnen er ongewone lettertekens op de monitor verschijnen,
waarbij de camera ophoudt te functioneren. Meestal is dit het gevolg van een sterke externe
statische ontlading. Zet de camera dan uit, haal de batterij eruit en plaats hem terug, en zet
de camera weer aan; werkt u met de lichtnetadapter (optioneel leverbaar), zet dan de ca-
mera uit, ontkoppel de lichtnetadapter, sluit de lichtnetadapter weer aan en zet de camera
weer aan. Is de storing hiermee niet te verhelpen, neem dan contact op met uw dealer of
de technische dienst van Nikon. Het als boven beschreven stroomloos maken van de camera
kan ertoe leiden dat beeldinformatie verloren gaat die op het moment dat de storing optrad
nog niet was opgeslagen. Informatie die opgeslagen is in het geheugen of op de geheugen-
kaart wordt niet aangetast.
Probleem Mogelijke oorzaak Q
Monitor is blanco
• Camera staat uit.
Batterijen niet goed geplaatst, of deksel batterijruimte
is niet goed gesloten.
• Batterijen zijn leeg.
EH-62B lichtnetadapter (optioneel leverbaar) is niet
goed aangesloten.
• Camera in slaapstand. Druk de ontspanknop half in.
• Monitor staat uit.
• USB-kabel is aangesloten.
• AV/videokabel is aangesloten.
12
8
12
-
13
5
-
-
Camera gaat uit zon-
der waarschuwing
Batterijen zijn bijna leeg.
• Batterijen zijn koud.
12
99
Er zijn geen aandui-
dingen op de moni-
tor te zien
Aanduidingen zijn verborgen. Selecteer Info tonen bij
de optie Monitorinstelling in het setup-menu.
86
Monitor is slecht af
te lezen
• Omgevingslicht is te sterk: ga naar een donkerder loca-
tie of gebruik de zoeker.
• Monitorhelderheid moet worden aangepast.
Monitor is vuil: reinig monitor.
19
89
98
104
Problemen oplossen
Technische opmerkingen
Er wordt geen foto
gemaakt als de ont-
spanknop wordt
ingedrukt
• Camera staat in weergavestand.
• Batterijen zijn leeg.
• Rode (!) lampje knippert: flitser laadt zich op.
Groene (AF) lampje knippert: camera kan niet goed scherpstellen.
• De melding "ONGEFORMATT. KAART" verschijnt op de
monitor: geheugenkaart is niet geformatteerd voor
gebruik in uw camera.
• De melding "GEEN GEHEUGEN MEER" verschijnt op de
monitor: onvoldoende geheugen om beeld op te
nemen bij de huidige instelling van Beeldkwal./afm..
22
12
20
20
10-11,
93
63
Beelden zijn te don-
ker (onderbelicht)
• Flitser staat uit.
• Flitsvenster was afgedekt.
• Onderwerp buiten flitsbereik.
• Te sterke negatieve belichtingscorrectie.
24
18
25
67
Beelden zijn te licht
(overbelicht)
• Te sterke positieve belichtingscorrectie. 67
Beelden zijn
onscherp
Onderwerp was niet in scherpstelveld toen ontspan-
knop half werd ingedrukt.
Groene (AF) lampje knippert: Camera kan niet goed scherpstellen.
20
20
Foto’s onscherp
Camerabeweging tijdens opname. Bewogen opnamen
kunt u vermijden door:
Flitslicht te gebruiken
Best Shot Selector (BSS) te gebruiken
Statief (en eventueel zelfontspanner) te gebruiken
24
69
26
Willekeurig
geplaatste pixels
("ruis") in beeld
• Sluitertijd te lang. Ruis kunt u vermijden door:
Flitslicht te gebruiken
De optie
m
(nachtportret-assistentie) te gebruiken, of de optie
e
(onderwerpsstand) te gebruiken en
E
Schemering
of
F
Nachtlandschap
te kiezen.
(E3200)
De stand
i
(portret-assistentie),
N
(landschap-assi-
stentie) te selecteren, of de
e
onderwerpsstand te
selecteren en
B
Party/binnen
,
C
Strand/
sneeuw
,
D
Zonsondergang
,
E
Schemering
,
F
Nachtlandschap
,
A
Close-up
,
H
Vuurwerk
,
I
Kopie of
K
Panorama assist
te kiezen, of de
P
Automatische
stand te selecteren en (
Enkelvou-
dig
, BSS uitgeschakeld) te kiezen.
(E4100/E2200)
24
33, 35,
36
30, 31
33
35-39
68, 69
Kleuren zijn onna-
tuurlijk
• Witbalansinstelling komt niet overeen met lichtbron.
• Kleuropties niet ingesteld op de optie "Kleur".
65
Probleem Mogelijke oorzaak Q
105
Problemen oplossen
Technische opmerkingen
Flitser wordt niet
ontstoken
• Flitser staat uit. Flitser gaat automatisch uit wanneer:
De keuzeknop ingesteld is op N (landschap-assisten-
tie), j (sport-assistentie), of W (film), of op
e (onderwerpsstand) terwijl in het onderwerps-
menu een van de volgende opties is ingesteld:
D Zonsondergang, F Nachtlandschap,
G Museum, H Vuurwerk , of E Schemering
24
31,
32,
56,
35-36
Beeld kan niet wor-
den weergegeven
Beeld is overschreven of hernoemd door computer of
andere camera.
-
Kopie kan niet wor-
den gemaakt met de
optie voor kleine
kopie of uitsnede
• Beeldbestand is een filmclip.
Beeld werd gemaakt met de optie voor kleine kopie of
uitsnede.
Er is niet genoeg vrije ruimte op de geheugenkaart om
een nieuwe kopie op te slaan.
60
42, 78
16-17
Kan niet op beeld
inzoomen
• Beeldbestand is een filmclip.
• Beeld werd gemaakt met de optie voor kleine kopie.
• Beeld is uitgesneden tot minder dan 320 × 240 pixels
60
78
42
PictureProject start
niet wanneer
camera is aangeslo-
ten of geheugen-
kaart in kaartlezer of
kaartsleuf wordt
geplaatst
• Camera staat uit.
EH-62B lichtnetadapter (optioneel leverbaar) is niet
goed aangesloten of batterijen zijn leeg.
• UC-E6 USB-kabel is niet juist aangesloten, of de kaart is
niet goed geplaatst in kaartlezer of kaartsleuf.
USB-onderdeel in setup-menu is ingesteld op PTP ter-
wijl de camera is aangesloten op een computer met
Windows 2000 Professional, Windows Millennium Edi-
tion (Me) of Windows 98 Second Edition (SE).
Camera is niet geregistreerd in Apparaatbeheer (alleen
Windows).
Raadpleeg voor meer informatie de PictureProject
Naslaghandleiding.
12-13
9, 12
10-11,
46
45
-
Probleem Mogelijke oorzaak Q
106
Technische opmerkingen
Specificaties
Type E4100/E3200/E2200 digitale camera
Effectieve pixels
4,0 miljoen (E4100); 3,2 miljoen (E3200); 2,0 miljoen (E2200)
CCD
E4100 1/2,5 inch high-density CCD; totaal aantal pixels: 4,23 miljoen
E3200 1/2,7 inch high-density CCD; totaal aantal pixels: 3,34 miljoen
E2200 1/3,2 inch high-density CCD; totaal aantal pixels: 2,14 miljoen
Beeldgrootte
(pixels)
2.288 × 1.712 (2288) (alleen E4100)
2.048 × 1.536 (2048) (alleen E3200)
1.600 × 1.200 (1600) (E4100/E3200/E2200)
1.024 × 768 (1024)
640 × 480 (640)
Objectief 3 × Zoom-Nikkor
Brandpuntsaf-
stand
E4100: F=5,8 - 17,4 mm
(35-mm [135] kleinbeeldequivalent: 35 - 105 mm)
E3200: F=5,8 - 17,4 mm
(35-mm [135] kleinbeeldequivalent: 38 - 115 mm)
E2200: F=4,7 - 14,1 mm
(35-mm [135] kleinbeeldequivalent: 36 - 108 mm)
f/-getal f/2,8 - f/4,9 (E4100/E3200); f/2,6 - f/4,7 (E2200)
Constructie
Zeven elementen in zes groepen (E4100/E3200)
Zes elementen in vijf groepen (E2200)
Digitale zoom
4 × (35-mm [135] kleinbeeldequivalent: 420 mm [E4100]/
460 mm [E3200]/430 mm [E2200])
Autofocus (AF)
AF met contrastdetectie via het objectief (DDL), met AF-
hulpverlichting (alleen E4100/E3200).
Scherpstelbereik 30 cm - ; macrostand 4 cm (W) -
Scherpstelveldselectie
Centraal met vijfvelds-selectie in de stand compositie-assistentie
AF-hulpverlichting
(alleen E4100/E3200)
Klasse 1 LED product (IEC60825-1 Editie 1.2
-2001
) Maximale
output: 1500 µW (E4100)/700 µW (E3200)
Zoeker Real-image zoomzoeker met LED-aanduiding
Vergroting 0,37 - 0,97 × (E4100); 0,34 - 0,94 × (E3200/E2200)
Beelddekking
Ongeveer 82% horizontaal en 82% verticaal (E3200)
Ongeveer 80% horizontaal en 80% verticaal (E4100/E2200)
Monitor 1.6 inch, 80.000-dot TFT LCD-monitor van amorf silicium
Beelddekking
(opnamestand)
Ongeveer 96% horizontaal en 96% verticaal
Opslagmedia Intern geheugen (14,5 MB)/SD-geheugenkaarten
Bestandssysteem
Compatibel met Design Rule for Camera File System
(DCF), Exif 2,2, en Digital Print Order Format (DPOF)
Bestandsformaten
Gecomprimeerd: JPEG-baseline-compliant, Filmclips: Quick Time
107
Specificaties
Technische opmerkingen
Belichting
Meting
256-segments matrixmeting gekoppeld aan AF-veld (wanneer onderwerp
opgenomen wordt in de onderwerpsstand met
compositie-assistentie
)
Belichtingsrege-
ling
Geprogrammeerde automatische belichting met belichtingscorrectie
(-2,0 - +2,0 LW in stappen van 1/3 LW)
Bereik
W: +1 - +17,8 LW (E4100/E3200); +0,8 - +17,7 LW (E2200)
T: +2,6 - +16,2 LW (E4100/E3200); +2,5 - +16,2 LW (E2200)
Sluiter Mechanische en charge-coupled elektronische sluiter
Snelheid 4 - 1/3.000 sec
Diafragma Elektronisch gestuurd, vaste openingen
Bereik
Twee stappen (f/2,8 en f/5,6 [W]) (E4100/E3200)
Twee stappen (f/2,6 en f/5,2 [W]) (E2200)
Gevoeligheid
Ongeveer gelijk aan ISO 50
(automatische verhoging van twee- tot viermaal) (tot equi-
valent van ISO 200)
Zelfontspanner Duur tien seconden
Inge-bouwde
flitser
Bereik (ongeveer)
W: 0,4 - 3,4 m (E4100/E3200); 0,4 - 3,7 m (E2200) T: 0,4 - 2,0 m
Flitssturing Sensor flitssysteem
Interface USB
Video-output Keuze tussen NTSC en PAL
In/uitgangen
A/V uit/digitaal I/O (E4100/E3200);
Video uit/digitaal I/O (E2200);
Stroombronnen
Twee oplaadbare Nikon EN-MH1 NiMH-batterijen
Eén CR-V3 lithiumbatterij
Twee LR6 (AA) alkalinebatterijen
Twee ZR6 (AA) nikkelmangaan-batterijen
Twee FR6/L91 (AA) lithiumbatterijen
EH-62B lichtnetadapter
Aantal opnamen dat achter
elkaar
kan worden gemaakt
E4100: 110 opnamen (alkalinebatterijen)
260 opnamen (EN-MH1)/530 opnamen (CR-V3)
E3200: 140 opnamen (alkalinebatterijen)
320 opnamen (EN-MH1)/550 opnamen (CR-V3)
E2200: 150 opnamen (alkalinebatterijen)
350 opnamen (EN-MH1)/600 opnamen (CR-V3)
Gemeten bij standaard temperatuur (25°C) met vol geladen
batterijen onder standaard Nikon testomstandigheden: zoom
ingesteld bij elke opname, flitser gebruikt bij ongeveer een-
derde van de opnamen, beeldtype ingesteld op Normaal.
Afmetingen (B × H × D) 88 × 65 × 38 mm
Gewicht (circa) 140 gram zonder batterij of geheugenkaart
Gebruiksom-
standigheden
Temperatuur 0 - 40 °C
Luchtvochtigheid Minder dan 85% (geen condens)
108
Index
Index
Symbolen
P (automatische) stand, 6,
16-21
u (wissen) knop, 3, 22, 23, 75
! lampje, zie Lampje, rood (!)
N (landschap-assistentie)
stand, 28, 31
W (film) stand, 6, 56-59
m (nachtportret-assistentie)
stand, 28, 33, 104
x (weergave) knop, 3, 12, 22
i (portret-assistentie) stand,
28, 30
/ (opname) icoon, 21
j (sport-assistentie) stand,
28, 32, 104
. @ (spraakmemo), 22, 43
< (wachten) icoon, 21, 32
+/- Correctie, 61, 67, 104,
106
A
Aan/uit, zie Hoofdschakelaar
AFz, 4, 20, 100
AF lampje, zie Lampje, groen
(AF)
Audio/video (AV) kabel (EG-
CP12), 44
Audio/video (AV) output aan-
sluiting, 3
Automatisch uit, 13, 82, 92
Auto-overdracht, 71, 76, -77
B
Batterijen, i-ii, vi, 8-9, 12, 99,
107
LR6 (AA), i, 8, 107
CR-V3, i, 8, 9, 96, 99, 107
EN-MH1, i, 8, 9, 96, 97, 107
opladen, 9
FR6/L91 (AA), i, 8, 107
ZR6 (AA), i, 8, 107
Batterijtype, 82, 96
Beeldkwaliteit, zie Beeld-
kwal./afm.
Beeldgrootte, zie Beeldkwal./
afm.
Beeldkwal./afm., 16, 34, 63-
64
Belichtingscorrectie,
zie
+/- Cor-
rectie
Bestandsnummering, 23, 95
Best Shot Selector, 36, 69, 104
Beveiligen, 71, 75
Beveiligde foto’s, 74, 75
BSS, zie Best Shot Selector
C
Camera-aan-lampje, 2, 12-13,
16
Close-ups, 25, 27, 36
Close-up, 28, 36
Compositie-assistentie, 6, 28,
29-33
Compositie maken, 18, -19,
29-33
Computer, 45-47
kopiëren van foto’s naar,
76-77
Continu, 61, 68
CR-V3, zie Batterijen
D
Datum, 14-15, 51, 82, 84, 87
Datum afdrukken, 51, 82,
87
DCF, zie Design rule for Came-
ra File system
Design rule for Camera File
sys-tem, 106, 107
Diashow, 71-72
Digital Print Order Format, 48,
52, 106
DPOF, zie Digital Print Order
Format
Draagkoord, camera, i, 2
E
E-mail, 63, 64, 78
EN-MH1, zie Batterijen
Exif 2.2, 106, 107
Exif Print, zie Exif 2.2
F
Filmclips, 56-60, 106
opnemen, 56-59
afspelen, 60
Film, menu 57
Firmware versie,96
Flits, ii, 2, 24-25, 104, 107
stand, 16, 24, 25, 33, 35-
36, 57
Flitslicht, zie Flits
Foutmeldingen, 100-102
G
Geh.-krt format., 82, 93
Geheugenkaarten, ii, 2, 10-11,
106
goedgekeurde, 97
capaciteit van, 16, 64
formatteren, 11, 75, 93
plaatsen en verwijderen,
10-11
Geluid instellen, 82, 90
Gevoeligheid, 25, 107
Groothoek, zie Zoom
H
Helderheid, 82, 89
Hoofdschakelaar, 2, 12-13
I
Invulflits, 24, 37
ISO, 25
J
JPEG, 23, 106
K
Keuzeknop, 3, 6, 29
Kleine kopie, 71, 78
Klok, zie Datum
Kleuropties, 61, 70
Kopie, 28, 37
beelden uitsnijden, 41, 42,
105
L
Lampje, groen (AF), 3, 7, 12,
20, 104
Lampje, rood (!), 3, 12, 20,
104
Lichtnetadapter, i, iii, vi, 9, 97,
107
Luidspreker, 2
109
Index
Index
M
Macro-stand, 27, 30-33, 35-
38
MENU-knop, 3
MH-70 batterijlader, 97
MH-71 batterijlader, 9, 97
Microfoon, 2
Miniatuurbeelden, weergave,
40
Monitor, ii, 3, 4-5, 18-19, 98,
103, 106
aanduidingen op, 4-5, 103
aan- en uitzetten, 5
Monitorinstelling, 82, 86
MOV, zie Films
Multi-selector, 3, 7
Museum, 28, 36, 104
N
Nachtlandschap, 28, 36, 104
NTSC, zie Videostand
O
Objectief, iii, 2, 99, 106
Onderwerpen in tegenlicht, 34
Ontspanknop, 2, 7, 20
Ontspanknop, vertraging, zie
Zelfontspanner
Onscherpe foto’s, zie Vage fo-
to’s door trilling
Opnamemenu, 61-70
Overspelen
foto’s markeren voor, 76-
77
P
PAL, zie Videostand
Party/binnen, 28, 35
PictBridge, 52, 55
PictureProject, 45, 105
Printen van foto’s, 48-51, 64
Zie ook Datum afdruk-
ken, Digital Print Or-
der Format
Printen, 48-51, 71, 87
Q
Quick Time, zie Filmclips
R
Resterend aantal opnamen,
16, 17
Rode-ogen-reductie, zie Flits
S
Schemering, 28, 35, 104
Scherpstelling, 18-19, 104,
106
Scherpstelvergrendeling, 7,
21, 30
e (onderwerpsstand), 28,
34-38
Secure Digital (SD), zie Geheu-
genkaarten
Setup-menu, 82-96
f (setup) stand, 6, 82-96
Smear, 98
Standaardwaarden, 82, 94
Strand/sneeuw, 28, 35
Standby-stand, 13, 92
Statief, 3
T
Taal/Language, 14, 94
Taal, kiezen 14
Technische ondersteuning, 1
Tegenlicht, 28, 37
Tele, zie Zoom
Televisie, 44, 94
aansluiten op, 44
foto’s maken voor weerga-
ve op, 57, 63
T knop, zie Zoomknoppen
U
USB, 45-47, 82
kabel (UC-E6), 45-46
aansluiting, 3
V
Vage foto’s door trilling, 24,
25, 26, 33, 34, 69, 104
Vage foto, waarschuwing,
82, 91
Verkleinen van foto’s, 78
Videorecorder, 44, 94
Video-output-aansluiting, 3
Videokabel (EG-CP11), 44
Videostand, 44, 82, 94
Video-output, 107
Vuurwerk, 28, 37, 104
W
Weergave, 22-23, 40-43, 44, 45
schermvullende weerga-
ve, 22-23
film afspelen, 60
op TV, 44
Weergave, menu, 71-81
Welkomstscherm, 82, 83
Wissen, 71, 73-74
Wissen van foto’s, 73-74
alle foto’s, 74
tijdens opnemen, 23
in schermvullende weerga-
ve, 22
geselecteerde foto’s, 73-
74
Witbalans, 65-66, 70, 104
vooringesteld, 66
W knop, zie Zoomknoppen
Z
Zelfportret, 26
Zelfontspanner, 26, 69, 106
Zelfontspannerlampje, 2, 26
Zoeker, 2, 3, 18-19
Zonsondergang, 28, 35
Zoom, 18-19, 106
digitale, 18-19, 57, 106
aanduiding, 18
optisch, 18-19
weergave, 41, 105
Zoomknoppen, 3, 18, 40-41
(
Nl
)
De gids voor digitale fotografie
met de
DIGITAL CAMERA
Printed in Belgium
Fuji Bldg., 2-3 Marunouchi 3-chome, YP4E02(1F)
Chiyoda-ku, Tokyo 100-8331, Japan 6MA0271F--
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, in welke
vorm ook, volledig of gedeeltelijk, zonder de schriftelijke
toestemming van NIKON CORPORATION (met uitzonde-
ring van korte citaten in artikels of besprekingen).
113

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für Nikon Coolpix 4100 wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Andere Handbücher von Nikon Coolpix 4100

Nikon Coolpix 4100 Bedienungsanleitung - Deutsch - 120 seiten

Nikon Coolpix 4100 Bedienungsanleitung - Englisch - 120 seiten


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info