1 is gereserveerd voor de voicemailbox.
Als u in het startscherm een oproep wilt plaatsen, selecteert u Telefoon, de
toegewezen sneltoets en de beltoets.
Als u in het startscherm een oproep wilt plaatsen wanneer snelkeuze actief is,
selecteert u Telefoon en houdt u de toegewezen toets ingedrukt.
Oproep in wachtstand
U kunt een oproep beantwoorden terwijl u een ander telefoongesprek voert.
Als u de wachtfunctie wilt inschakelen (netwerkdienst), selecteert u Menu >
Instellingen en Bellen > Oproep > Oproep in wachtrij.
1. Druk op de beltoets als u de oproep in de wachtrij wilt beantwoorden. De eerste
oproep wordt in de wachtstand geplaatst.
2. Als u tussen twee gesprekken wilt schakelen, selecteert u Opties > Wisselen.
3. Als u een gesprek in de wachtstand wilt verbinden aan een actief gesprek en de
verbinding van uzelf met de gesprekken wilt beëindigen, selecteert u Opties >
Doorverbinden.
4. Druk op de end-toets als u de actieve oproep wilt beëindigen.
5. Selecteer Opties > Alle oproep. beëindigen als u beide oproepen wilt
beëindigen.
Spraakoproepen
Uw apparaat maakt automatisch een spraaklabel voor de contacten. Als u naar het
gesynthetiseerde label wilt luisteren, selecteert u een contact en Opties >
Spraaklabelgegevens. Blader naar de gegevens van een contact en selecteer
Opties > Spraaklabel afspelen.
Bellen
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 43