1
Basishandelingen
Gebruik van de functieknop
Deze camera beschikt over de volgende
fotofuncties die u kiest door verdraaien van
de functieknop.
Schakelt u de camera in met de functieknop
in de stand SCENE (Motiefprogramma),
dan verschijnt in de monitor het fotofunctie
instelmenu.
P Programmagestuurd fotograferen
Met deze functie fotografeert u met een diafragma en een sluitertijd die werden ingesteld
door de camera. ~ blz. 43
A Diafragmavoorkeuze Auto
Met deze functie stelt u het diafragma met de hand in. De camera kiest daar automatisch de
juiste sluitertijd bij. ~ blz. 45
S Sluitertijdvoorkeuze Auto
Met deze functie stelt u de sluitertijd met de hand in. De camera kiest daar automatisch het
juiste diafragma bij. ~ blz. 47
M Fotograferen met handinstelling
Met deze functie stelt u diafragma en sluitertijd met de hand in. ~ blz. 49
Portret
Deze functie is bedoeld voor het fotograferen van portretopnamen.
~ blz. 40
Landschap
Met deze functie fotografeert u landschappen en andere scènes buitenshuis. ~ blz. 39
Macro
Deze functie is bedoeld voor het fotograferen van close-ups (macro-opnamen). ~ blz. 41
Sport
Deze functie is bedoeld voor het fotograferen van snel verlopende acties zonder dat daarbij
bewegingsonscherpte optreedt. ~ blz. 41
Nachtscène
Deze functie is bedoeld voor het 's avonds of 's nachts fotograferen van scènes buitenshuis
~ blz. 39
SCENE (Motiefprogramma's)
Met de meer dan 10 (tien) verschillende fotofuncties van deze camera kunt u onder de meest
uiteenlopende lichtomstandigheden fotograferen. Zet u de functieknop in deze stand, dan
opent u daarmee het fotofunctie instelmenu. ~ blz. 38