509559
9
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/64
Nächste Seite
Handleiding
NL
Wij danken u voor de aanschaf van deze digitale Olympus-camera.
Lees voordat u uw nieuwe camera gaat gebruiken deze handleiding
aandachtig door om u van optimale prestaties en van een lange
gebruiksduur van de camera te verzekeren. Bewaar deze handleiding
op een veilige plaats zodat u hem ook later nog eens kunt raadplegen.
Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet u er goed aan eerst
enkele proefopnamen te maken teneinde u met uw camera vertrouwd
te maken.
In het belang van voortdurende verbeteringen van het product behoudt
Olympus zich het recht voor de in deze handleiding gepubliceerde
informatie bij te werken of aan te passen.
De afbeeldingen van het scherm en de camera zijn tijdens de ontwikkeling
van het toestel vervaardigd en kunnen op kleine punten afwijken
van het toestel dat u in handen hebt.
/
DIGITALE CAMERA
2
NL
3
NL
Stap 4
Stap 1
Stap 3
Stap 2
Gebruik van de camera
Drie manieren om instellingen te regelen“
(blz. 4)
Printen
“Direct printen (PictBridge)“ (blz. 38)
“Printreserveringen (DPOF)“ (blz. 41)
Fotograferen en beelden weergeven
“Fotograferen, weergeven en wissen“ (blz. 15)
De camera gereedmaken
“De camera gereedmaken“ (blz. 11)
Namen van onderdelen ........................ 7
De camera gereedmaken .................. 11
Fotograferen, weergeven en wissen ... 15
Fotostanden gebruiken ...................... 17
Fotofuncties gebruiken ...................... 19
Weergavefuncties gebruiken ............ 22
Menu’s voor fotofuncties ................... 24
¾
¾
¾
¾
¾
¾
¾
Menu’s voor weergave-, bewerkings-
en printfuncties .................................. 30
Menu’s voor andere camera-
instellingen .......................................... 33
Printen ................................................. 38
OLYMPUS Master 2 gebruiken.......... 43
Handige tips ........................................ 45
Appendix.............................................. 49
Index .................................................... 61
¾
¾
¾
¾
¾
¾
¾
Inhoud
Inhoud
4
NL
Drie soorten instellingen
1 Druk op de knop
m.
Dit voorbeeld beschrijft
het gebruik van de
menu’s om de functie
[DIGITAL ZOOM] in te
stellen.
Druk op de knop m om terug te keren
naar het vorige scherm in gelijk welke
volgende stap.
2 Gebruik
CEFD om het
gewenste menu te
selecteren, en druk
op de knop x.
Als u de knop E
indrukt en ingedrukt houdt, verschijnt
een toelichting (menugids) van de
geselecteerde optie.
3 Gebruik CE om het gewenste
submenu 1 te selecteren en druk
op de knop x.
Om snel naar het gewenste submenu
te gaan, drukt u op
F om de paginatab
te markeren, en gebruikt u daarna
CE
om van pagina te wisselen. Druk op
D
om terug te keren naar submenu 1.
Sommige menu’s omvatten submenu’s,
die verschijnen door op de knop x te
drukken.
4 Gebruik CE om het gewenste
submenu 2 te selecteren en druk
op de knop x.
Als u een instelling heeft uitgevoerd,
verschijnt het vorige scherm opnieuw.
Er zijn eventueel
nog andere
bewerkingen
mogelijk. “Menu-
instellingen“
(blz. 24 tot 37)
5 Druk op de knop m
om deinstelling te voltooien.
SCN
SCN
RESET
RESET
PANORAMA
PANORAMA
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
MENU
EXIT SET
OK
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
SETUP
SETUP
GUIDE
GUIDE
Hoofdmenu stand
Fotograferen
1
2
ISO
OFF
ON
CAMERA MENU
AUTO
o
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
DRIVE
AUTOWB
MENU
EXIT SET
OK
m knop
Gebruikte knoppen
E-knop
ISO
OFF
OFF
1
2
CAMERA MENU
SET
OK
AUTO
o
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
DRIVE
AUTOWB
MENU
EXIT
Submenu 1
x-knop
Pendelknop
1
2
ISO
OFF
OFF
CAMERA MENU
AUTO
o
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
DRIVE
AUTOWB
MENU
EXIT SET
OK
1
2
ISO
OFF
OFF
CAMERA MENU
AUTO
o
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
DRIVE
AUTOWB
MENU
SET
OK
BACK
DIGITAL ZOOM
OFF
ON
Gebruik van het menu
Gebruik van het menu
Diverse camera-instellingen kunnen worden opgeroepen
met de menu’s, zoals functies tijdens het fotograferen
enweergeven, de datum / tijd en de schermweergave.
Bepaalde menu’s zijn niet beschikbaar,
afhankelijk van andere instellingen of de
geselecteerde stand s (blz. 27).
Paginatab
Submenu 2
5
NL
Het menu FUNC gebruiken (blz. 21)
Het menu FUNC gebruiken (blz. 21)
Vaak gebruikte functies in het menu Fotograferen kunnen
sneller worden ingesteld met het menu FUNC.
x knop (blz. 4, 21)
Directe knoppen gebruiken
Directe knoppen gebruiken
Vaak gebruikte fotofuncties kunnen worden opgeroepen
met de directe knoppen.
Ontspanknop (blz. 15)
Zoomknop (blz. 19, 22)
K / h / s knop (auto / digitale
beeldstabilisatie / stand s) (blz. 17, 18)
q / P knop (afspelen / printen) (blz. 6, 16, 38)
F knop (belichtingscorrectie) (blz. 20)
& knop (macro) (blz. 20)
# knop (fl itser) (blz. 20)
Y knop (zelfontspanner) (blz. 21)
g / E knop (wijzigen
informatiedisplay / menugids) (blz. 21, 4)
f/J knop (Shadow Adjustment-
technologie / wissen) (blz. 19, 16)
Pendelknop
x-knop
Gebruikte knoppen
Lees “Menu-instellingen“ (blz. 24 tot 37) terwijl u deze pagina bekijkt.
6
NL
Menu’s voor weergave-, bewerkings- en printfuncties
Menu-index
Menu’s voor fotofuncties
Hoofdmenu stand Fotograferen
Hoofdmenu stand Weergeven
MENU
EXIT SET
OK
ERASE
ERASE
EDIT
EDIT
PLAYBACK
MENU
PLAYBACK
MENU
PERFECT
FIX
PERFECT
FIX
SILENT
MODE
SILENT
MODE
SLIDE-
SHOW
SLIDE-
SHOW
PRINT
ORDER
PRINT
ORDER
SETUP
SETUP
1
2
3
4
5
6
7
8
SCN
SCN
RESET
RESET
PANORAMA
PANORAMA
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
MENU
EXIT SET
OK
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
SETUP
SETUP
GUIDE
GUIDE
6
1
2
3 8
7
5
4
1 L SLIDESHOW .............blz. 30
2 K PERFECT FIX ............blz. 30
3 E EDIT
Q
(Formaat wijzigen) ....blz. 30
COLOR EDIT ............blz. 31
INDEX .......................blz. 31
4 q PLAYBACK MENU
0 (Uitsnede) ..........blz. 31
y (Draaien) ..............blz. 31
R (Na opname) .........blz. 32
5 D ERASE .......................blz. 32
6 < PRINT ORDER ...........blz. 32
7 S SETUP*
* Zoals bij “Menu’s voor
fotofuncties“
8 j SILENT MODE ...........blz. 37
1 D IMAGE QUALITY .......blz. 24
2 K CAMERA MENU
WB ............................blz. 25
ISO............................blz. 25
DRIVE .......................blz. 25
FINE ZOOM ..............blz. 25
DIGITAL ZOOM ........blz. 26
METERING ...............blz. 26
AF MODE..................blz. 26
R (Opname stilstaande
beelden) ................blz. 26
DIS MOVIE MODE ....blz. 27
3 / s .........................blz. 27
4 R ..............................blz. 27
5 M PANORAMA ..............blz. 28
6 R RESET .......................blz. 29
7 S SETUP
MEMORY FORMAT /
FORMAT ...............blz. 33
BACKUP ...................blz. 33
W (Taal) ...............blz. 33
K / q .....................blz. 33
SAVE SETTINGS ......blz. 33
PW ON SETUP .........blz. 34
MENU COLOR .........blz. 34
SOUND SETTINGS ..blz. 34
REC VIEW .................blz. 35
FILE NAME ...............blz. 35
PIXEL MAPPING ......blz. 35
s (Monitor) ............blz. 36
X (Datum / tijd) .......blz. 36
VIDEO OUT...............blz. 36
POWER SAVE ..........blz. 37
8 j SILENT MODE ...........blz. 37
Instellingen kunnen worden uitgevoerd terwijl
het beeld wordt weergegeven door op de knop
q te drukken.
Instellingen kunnen worden uitgevoerd als
een fotostand ingesteld is.
7
NL
3
1
2
4
5
8
9
10
11
7
6
12
Namen van onderdelen
Camera
1 Zoomknop ..............................blz. 19, 22
2 Ontspanknop .........................blz. 15, 45
3 Klepje over de connector ..... blz. 36, 38, 43
4 Multiconnector .................blz. 36, 38, 43
5 Oogje voor de riem ......................blz. 11
6 Indicatie-LED Dataverkeer ...........blz. 51
7 Luidspreker
8 Microfoon ...............................blz. 26, 31
9 Lens..............................................blz. 49
10 Flitser............................................blz. 20
11 Zelfontspanner-LED ...............blz. 21, 27
12 Lensafdekking ........................blz. 14, 15
8
NL
1 K / h / s-knop
(automatisch / digitale beeldstabilisatie /
s stand) ........................blz. 6, 17, 18
2 m-knop ................................blz. 4, 6
3 Monitor .........................blz. 9, 15, 36, 45
4 g / E-knop
(wijzigen informatiedisplay /
menugids) ............................. blz. 4, 14, 21
5 Statiefaansluiting
6 q / P-knop
(weergave / printen) .............blz. 6, 16, 38
7 x-knop ....................................blz. 4, 21
8 Pendelknop ..............................blz. 4, 13
F-knop
(belichtingscorrectie) ..............blz. 20
&-knop (macro) .....................blz. 20
Y-knop (zelfontspanner) .......blz. 21
# knop (fl itser) .......................blz. 20
9 f/J-knop (Shadow Adjustment-
technologie / wissen) ................blz. 16, 19
10 Batterij /
klepje van het kaartje .............blz. 12, 46
1
6
2
7
8
9
10
4
3
5
9
NL
Monitor
Scherm stand Fotograferen
Stilstaand beeld Videobeelden
10
M
+2.0
1/30
F3.5
P
4
IN
ISO
1600
N
ORM
1
8
10
9
12141516 1113
22
21
20
19
18
17
2 5 763
+2.0
IN
00:34
VGA
15
1
10
9
12 111316
22
19
18
17
2 54 73 6
1 Stand Fotograferen ..........blz. 17, 18, 33
2 Flitserfunctie .................................blz. 20
3 Stille functie ..................................blz. 37
4 Digitale beeldstabilisatie ..............blz. 27
5 Macro / supermacro ......................blz. 20
6 Shadow Adjustment-
technologie...................................blz. 19
7 Batterijcontrole .......................blz. 11, 46
8 Flitser standby / waarschuwing
cameratrilling / opladen fl itser .......blz. 45
9 Autofocusteken ............................blz. 15
10 Geluid opnemen .....................blz. 18, 26
11
Aantal beelden dat kan worden
opgeslagen/
resterende
opnametijd .......................blz. 15, 51, 52
12 Actueel geheugen ........................blz. 51
13 Zelfontspanner .............................blz. 21
14 Diafragmawaarde .........................blz. 15
15 Sluitertijd ......................................blz. 15
16 Belichtingscorrectie .....................blz. 20
17 Compressie /
beeldherhalingsfactor ..................blz. 24
18 Resolutie ......................................blz. 24
19 Meting ..........................................blz. 26
20 Aandrijving ...................................blz. 25
21 ISO ...............................................blz. 25
22 Witbalans .....................................blz. 25
10
NL
Scherm stand Weergave
10
M
10
M
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
4
4
+2.0
+2.0
F3.5
F3.5
10
10
IN
x
x
100-0004
100-0004
N
ORM
N
ORM
1/1000
1/1000
ISO 1
600
ISO 1
600
2
10
11
9
7
6
8
12
3
4 51
16
17
131415
2008.08.26
2008.08.26
12:30
12:30
100-0004
100-0004
00:14
/
00:34
00:14
/
00:34
IN
VGA
VGA
15
15
11
16
9
10
12
3
4 51
1314
Stilstaand beeld Videobeelden
1 Stille functie ..................................blz. 37
2 Printreservering /
aantal prints .................................blz. 32
3 Geluid opnemen .........blz. 18, 26, 31, 48
4 Beveiligen ..................................... blz. 31
5 Batterijcontrole .......................blz. 11, 46
6 Indicator cameratrilling .................blz. 30
7 Diafragmawaarde ......................... blz. 23
8 Belichtingscorrectie .....................blz. 20
9 Witbalans .....................................blz. 25
10 Resolutie ......................................blz. 24
11 Bestandsnummer ......................... blz. 35
12 Beeldnummer Verstreken tijd /
totale opnametijd .........................blz. 16
13 Actueel geheugen ........................blz. 51
14 Compressie /
beeldherhalingsfactor ..................blz. 24
15 ISO ...............................................blz. 25
16 Datum en tijd ..........................blz. 14, 36
17 Sluitertijd ......................................blz. 15
11
NL
Batterij laden
Bij levering is de batterij gedeeltelijk
opgeladen. Voor u de camera gebruikt,
dient u de batterij op te laden tot de
indicator voor de laadtoestand uitgaat
(ongeveer 5 uur).
Voor meer informatie over de batterij en
de lader, zie “Batterij en laadapparaat“
(blz. 49).
Wanneer moet de batterij worden
opgeladen
Laad de batterij op als de volgende
foutmelding verschijnt.
Inhoud van de doos controleren
Digitale camera Camerariem
LI-42B lithium-ionbatterij LI-40C batterijlader
USB-kabeltje AV-kabeltje
OLYMPUS Master
2 cd-rom
microSD-koppeling
Andere niet afgebeelde accessoires: Handleiding
(deze handleiding), garantiekaart
De inhoud kan variëren naar plaats van aankoop.
Camerariem bevestigen
Trek de camerariem zo strak dat deze niet
los kan raken.
De camera gereedmaken
BATTERY EMPTY
Rechterbovenhoek
monitor
Foutmelding
Knippert rood
2
W
3
1
Lichtnetkabeltje
Stopcontact
Lithium-ionbatterij
Indicator voor
laadtoestand
Brandt: laden bezig
Uit: geladen
Batterijlader
12
NL
3
Steek het kaartje recht in de kaartsleuf
totdat het op zijn plaats vastklikt.
Raak de contactpunten niet direct aan.
4
Met deze camera kan de gebruiker foto’s
maken met behulp van het interne
geheugen, zelfs als er geen xD-Picture Card
(afzonderlijk verkocht) in de camera
geplaatst is. “Gebruik van een xD-Picture
Card“ (blz. 50)
“Aantal foto’s dat kan worden opgeslagen
(stilstaande beelden) / opnametijd
(videobeelden) in het interne geheugen
enop de xD-Picture Card“ (blz. 51)
xD-Picture Card verwijderen
Duw het kaartje in tot u een klik hoort,
waarna het kaartje een stukje uitspringt,
zodat u het kaartje kunt vastnemen
en uittrekken.
De batterij en de xD-Picture
Card™ (afzonderlijk verkocht)
in de camera plaatsen
Steek nooit iets anders dan de xD-Picture
Card of de microSD-koppeling in de camera.
1
2
Plaats de batterij vanaf de kant T, waarbij
het symbool B naar het vergrendelknopje
van de batterij gericht is. Als de batterij niet
correct wordt geplaatst, werkt de camera niet.
Schuif het vergrendelknopje voor de batterij
in de richting van de pijl om de batterij
te plaatsen.
Schuif het vergrendelknopje voor de batterij
in de richting van de pijl om de batterij
te ontgrendelen, en haal de batterij eruit.
Vergrendelknopje voor batterij
Inkeping
Klepje van het
batterijcom-
partiment / het
kaartje
12
14
NL
Datum en tijd instellen
De datum en tijd die u hier instelt, wordt gebruikt
voor bestandsnamen, om de datum af te drukken
en andere toepassingen.
1 Schuif de lensafdekking omlaag
om de camera in te schakelen.
Als de datum en de tijd niet ingesteld zijn,
verschijnt het instelscherm voor de datum
en de tijd.
2 Gebruik CE om het jaar te
selecteren bij [Y].
3 Druk op de knop x om de instelling
voor [Y] op te slaan.
4 Zoals in stappen 2 en 3 gebruikt
u CEFD en de knop x om
[M (maand)], [D (dag)] en [TIME
(uren en minuten)] in te stellen.
Voor een nauwkeurige tijdinstelling drukt
u op de knop x op het moment dat de
klok 00 seconden aanwijst.
Als u de datum en de tijd wenst te wijzigen,
past u de instelling aan vanuit het menu.
[X (Datum / tijd)] (blz. 36)
De datum en tijd controleren
Druk op de knop g terwijl de camera
uitgeschakeld is. De huidige datum en tijd
worden gedurende ongeveer 3 seconden
weergegeven.
Taal op de displays veranderen
De taal voor het menu en de foutmeldingen
op de monitor kunt u instellen.
1 Druk op de knop m en druk
op CEFD om [S SETUP]
te selecteren.
2 Druk op de knop x.
3 Gebruik CE om [W] te
selecteren en druk op de knop x.
4 Gebruik CEFD om uw taal te
selecteren en druk op de knop x.
5 Druk op de knop m.
Instelscherm datum en tijd
X
YM
YMD
DTIME
---- -- -- -- --
MENU
CANCEL
2008
-- -- -- --
X
YM
YMD
D TIME
MENU
CANCEL
2008
--
-- -- --
X
YM
YMD
DTIME
MENU
CANCEL
1
2
3
BACKUP
NO
SETUP
ENGLISH
NO
SAVE SETTINGS
MEMORY FORMAT
MENU
EXIT SET
OK
ENGLISH
FRANCAIS
DEUTSCH
ESPANOL
ITALIANO
MENU
BACK SET
OK
SCN
SCN
RESET
RESET
GUIDE
GUIDE
PANORAMA
PANORAMA
CAMERA
MENU
CAMERA
MENU
SILENT
MODE
SILENT
MODE
MENU
EXIT SET
OK
IMAGE
QUALITY
IMAGE
QUALITY
SETUP
SETUP
15
NL
3 Druk de ontspanknop half in om
scherp te stellen op het onderwerp.
Als de camera zicht scherpstelt op het onderwerp,
wordt de belichting vastgehouden (sluitertijd
en diafragmawaarde worden weergegeven)
en het autofocusteken wordt groen.
De camera kan niet scherpstellen als het auto-
focusteken rood knippert. Probeer opnieuw
scherp te stellen.
“Scherpstellen“ (blz. 47)
4 Om de foto te maken drukt u de
ontspanknop voorzichtig volledig
in zonder de camera te bewegen.
Foto’s bekijken tijdens fotograferen
Door op de knop q te drukken, kunt
u beelden weergeven. Om terug te keren
naar de stand fotograferen, drukt u op de
knop K of drukt u de ontspanknop half in.
Videobeelden maken
“Videobeelden maken (stand A)“ (blz. 18)
Als de opname voltooid is
Schuif de lensafdekking omhoog om
de camera uit te schakelen.
Alle instellingen voor het fotograferen, behalve
de stand P, keren in de standaardinstellingen
terug als de camera uitgeschakeld wordt.
Fotograferen met optimale
diafragmawaarde en sluitertijd
(stand
P
)
In deze stand kunt u automatisch foto’s nemen
en kunt u diverse andere fotofuncties aanpassen,
zoals belichtingscorrectie, witbalans enz.
1 Schuif de lensafdekking omlaag
om de camera in te schakelen.
2 Houd de camera goed vast
en kadreer de foto.
Fotograferen, weergeven en wissen
Horizontale stand
Verticale stand
Monitor
1/400
1/400
F3.5
F3.5
P
Scherm voor beeldcontrole
P
1/400
1/400
F3.5
F3.5
Helemaal
indrukken
Autofocusteken
Half indrukken
1/400
1/400
F3.5
F3.5
P
Sluitertijd
Diafragma-
waarde
Monitor (scherm stand standby)
Aantal stilstaande
beelden dat kan worden
opgeslagen (blz. 51)
10
M
10
M
4
4
IN
N
ORM
N
ORM
P
16
NL
Beelden bekijken
1 Druk op de knop q.
2 Gebruik CEFD om een beeld
te kiezen.
Toont 10 beelden
voor het huidige
beeld
Toont het
volgende beeld
Toont het vorige
beeld
Toont 10
beelden na het
huidige beeld
De weergavegrootte van de beelden kan
worden gewijzigd. “Indexweergave,
kalenderweergave en close-up
weergave“ (blz. 22)
Videobeelden afspelen
Selecteer een video en druk op de knop x.
Bedieningen tijdens het weergeven
van videobeelden.
Volume: Druk tijdens het afspelen op CE.
Snel vooruitspoelen: Terwijl D ingedrukt
wordt gehouden, spoelt de fi lm snel vooruit.
Terugspoelen: Terwijl F ingedrukt wordt
gehouden, wordt de fi lm teruggespoeld.
Pauze: Druk op de knop x.
Eerste (laatste) beeld / beeld per beeld:
In de stand pauze drukt u op C om het
eerste beeld te bekijken, of drukt u op E
om het laatste beeld te bekijken. Terwijl F
ingedrukt wordt gehouden, wordt de fi lm
achteruit weergegeven; terwijl D ingedrukt
wordt gehouden, wordt de fi lm normaal
weergegeven. Druk op de knop x om het
afspelen te hernemen.
Afspelen van videobeelden stoppen
Druk op de knop m.
Beelden wissen tijdens afspelen
(één beeld wissen)
1 Druk op de knop J als het beeld
dat oet worden gewist, wordt
weergegeven.
2 Gebruik C om [YES] te selecteren
en druk op de knop x.
[J ERASE] (blz. 32)
Weergegeven beeld
Beeldnummer
1
1
IN
10
M
10
M
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
100-0001
100-0001
N
ORM
N
ORM
Videobeelden
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
100-0004
100-0004
4
4
IN
MOVIE PLAY
OK
Tijdens afspelen
Verstreken
tijd / totale
opnametijd
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
100-0004
100-0004
00:12
/
00:34
00:12
/
00:34
IN
Tijdens pauze
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
100-0004
100-0004
00:14
/
00:34
00:14
/
00:34
IN
/
ERASE
ERASE
OK
IN
NO
NO
YES
SET
CANCEL
MENU
17
NL
Fotograferen met automatische
instellingen (stand
G
)
De camera selecteert automatisch de beste
stand om de scène te fotograferen. Dit is een
volautomatische stand waarin de gebruiker
foto’s kan nemen met de stand die het best
geschikt is om de scène te fotograferen door
gewoon de ontspanknop in te drukken.
In de stand G kunnen geen foto-instellingen
worden gewijzigd.
1 Druk op de knop x.
2 Gebruik CE om P te selecteren
of FD om [H (iAUTO)] te
selecteren, en druk op de knop x
om in te stellen.
Als u wenst te controleren welke fotostand
de camera automatisch heeft geselecteerd,
houdt u de ontspanknop half ingedrukt of
drukt u op de knop g.
“Het menu FUNC gebruiken“ (blz. 21)
Om in de stand P te fotograferen, gebruikt
u het menu FUNC om naar P over te
schakelen.
De stand Fotograferen verandert in de
volgorde P (of G) h s telkens als
de knop K wordt ingedrukt. Door naar een
andere stand Fotograferen over te schakelen,
keren de meeste instellingen in de stand
G, h en s terug naar de
standaardinstellingen van de respectieve
stand Fotograferen.
De beste stand gebruiken om de
scène te fotograferen (stand
s
)
1 Druk enkele keren op de knop K
om s in te stellen.
Er verschijnt een toelichting van de
geselecteerde stand als u de knop E
ingedrukt houdt.
2 Gebruik CE om de beste
opnamestand voor de scène te
selecteren en druk op de knop x.
Gebruik het menu om naar een ander
motiefprogramma te gaan. [ s]
(blz. 27)
Fotostanden gebruiken
PORTRAIT
SET
OK
MENU
EXIT
Pictogram dat
het ingestelde
motiefprogramma
aangeeft
10
M
10
M
4
4
IN
N
ORM
N
ORM
G modusindicator
De indicator verandert in het pictogram voor
de opnamestand die door de camera werd
geselecteerd.
10
M
10
M
4
4
IN
N
ORM
N
ORM
10
M
10
M
ISO
AUTO
ISO
AUTO
WB
AUTO
WB
AUTO
ESP
ESP
N
ORM
N
ORM
P
PROGRAM AUTO
PROGRAM AUTO
P
18
NL
De digitale beeldstabilisatie
gebruiken (stand
h
)
In deze stand kan de gebruiker de bewegings-
onscherpte verminderen ten gevolge van
cameratrillingen of bewegingen van het
onderwerp.
1 Druk enkele keren op de knop K
om h in te stellen.
Videobeelden maken (stand A)
Het geluid wordt tegelijk opgenomen.
1 Druk enkele keren op de knop K
om s in te stellen.
2 Gebruik CE om [A MOVIE]
te selecteren en druk op de knop x
om in te stellen.
De zoom gebruiken
De optische zoom is niet beschikbaar terwijl
videobeelden worden opgenomen. Gebruik
[DIGITAL ZOOM] (blz. 26).
3 Druk de ontspanknop half in om
scherp te stellen op het onderwerp,
en druk de ontspanknop dan volledig
in om de opname te starten.
4 Druk de ontspanknop volledig in om
de opname te stoppen.
h modusindicator
10
M
10
M
h
4
4
IN
N
ORM
N
ORM
A modusindicator
00:34
00:34
IN
15
15
Brandt rood tijdens opname
Resterende opnametijd (blz. 52)
Half indrukken
Helemaal indrukken
00:34
00:34
REC
REC
19
NL
Het onderwerp verlichten als
het zich in tegenlicht bevindt
(SHADOW ADJ
*1
)
De camera vindt het gezicht van een persoon
dat te donker is wegens tegenlicht, en maakt
dit gezicht helderder op de foto.
*1
Shadow adjustment-technologie
1 Druk op de knop f.
2 Gebruik FD om [ON] te selecteren
en druk op de knop x om in te
stellen.
3 Richt de camera op het onderwerp.
Controleer het kader dat rond het
door de camera gedetecteerde
gezicht verschijnt, en druk op de
ontspanknop om de foto te maken.
Voor sommige onderwerpen verschijnt het
teken niet of niet onmiddellijk.
In de stand [ON] wordt [METERING]
(blz. 26) automatisch vastgezet op [ESP],
en wordt [AF MODE] (blz. 26) automatisch
vastgezet op [FACE DETECT].
Gebruik van de optische zoom
Met de zoomknop kunt u het opnamebereik
aanpassen.
Druk in de richting van W
(Wide)
Druk in de richting van T
(Tele)
Optische zoom: 3x, digitale zoom: 5x
Grotere beelden maken zonder
beeldkwaliteit te verliezen
[FINE ZOOM] (blz. 25)
Grotere beelden maken
[DIGITAL ZOOM] (blz. 26)
Het uitzicht van de zoombalk geeft de
status van de fi jne zoom / digitale zoom aan.
Fotofuncties gebruiken
Fijn zoombereik
Digitaal
zoombereik
Als de optische
zoom wordt
gebruikt
Als de fi jne
zoom wordt
gebruikt
Als de digitale
zoom wordt
gebruikt
Optisch zoombereik
P
OKOK
OFF ON
OFF
SET
SET
SHADOW ADJ
SHADOW ADJ
Zoombalk
10
M
10
M
P
4
4
IN
N
ORM
N
ORM
W
W
T
T
10
M
10
M
P
4
4
IN
N
ORM
N
ORM
W
W
T
T
W
W
T
T
20
NL
2 Gebruik CEFD om de gewenste
helderheid te selecteren, en druk op
de knop x.
Close-up opnamen maken
(stand Macro)
Met deze functie kan de camera scherpstellen
op onderwerpen die zich zeer dichtbij bevinden.
1 Druk op de knop &.
2 Gebruik FD om de optie te
selecteren en druk op de knop x
om in te stellen.
Functie Beschrijving
OFF Stand macro is gedeactiveerd.
MACRO
Hiermee kunt u fotograferen op
een afstand van slechts 20 cm
*1
(30 cm
*2
) tot uw onderwerp.
SUPER MACRO
*3
Hiermee kunt u fotograferen op
een afstand van slechts 7 cm tot
uw onderwerp. Er kan niet worden
scherpgesteld op onderwerpen
die zich op een afstand van meer
dan 50 cm bevinden.
*1
Als de zoom in de uiterste groothoekstand staat (W).
*2
Als de zoom in de uiterste telestand staat (T).
*3
De zoom wordt automatisch vast ingesteld.
De itser (blz. 20) en de zoom (blz. 19)
kunnen niet worden gebruikt wanneer
u foto’s met de functie supermacro maakt.
Gebruik van de fl itser
De fl itserfuncties kunnen worden gekozen
overeenkomstig de lichtomstandigheden,
zodat et gewenste beeld wordt verkregen.
1 Druk op de knop #.
2 Gebruik FD
om de optie te
selecteren en druk op de knop
x
om in te stellen.
Functie Beschrijving
FLASH AUTO
Bij weinig licht of tegenlicht
ontsteekt de fl itser automatisch.
REDEYE
Dit produceert inleidende fl itsen
om rode ogen in uw foto’s te
voorkomen.
FILL IN
De fl itser ontsteekt altijd, ongeacht
het beschikbare licht.
FLASH OFF De fl itser ontsteekt niet.
Helderheid aanpassen
(belichtingscorrectie)
De standaard helderheid (juiste belichting) die
door de camera wordt ingesteld kan helderder
of donkerder worden ingesteld om een bepaald
effect te verkrijgen.
1 Druk op de knop F.
P
OKOK
AUTO
SET
SET
FLASH AUTO
FLASH AUTO
AUTO
! # $
Belichtingscorrectiewaarde
0.0
0.0
+0.3
+0.3
+0.7
+0.7
+1.0
+1.0
EXPOSURE COMP.
OFF
OFF
P
OKOK
SET
SET
OFF
OFF
OFF
% &
21
NL
Gebruik van de zelfontspanner
Nadat de ontspanknop volledig werd ingedrukt,
wordt de foto met een bepaalde vertraging
genomen.
1 Druk op de knop Y.
2 Gebruik CE om de optie te
selecteren en druk op de knop x
om in te stellen.
Functie Beschrijving
OFF Dit annuleert de zelfontspanner.
ON
De zelfontspanner-LED brandt
eerst ongeveer 10 seconden
continu, knippert dan ongeveer
2 seconden en daarna wordt de
foto gemaakt.
Na elke opname die met de zelfontspanner
gemaakt wordt, wordt de stand
Zelfontspanner automatisch uitgeschakeld.
De zelfontspanner annuleren nadat hij
werd gestart.
Druk de Y-knop weer in.
De weergave van de foto-
informatie wijzigen
De weergave van de scherminformatie kan
worden aangepast aan de situatie, bijvoorbeeld
om het scherm goed te kunnen zien of om een
nauwkeurige compositie te maken met behulp
van de rasterweergave.
1 Druk op de knop g
De weergegeven foto-informatie wijzigt in
onderstaande volgorde telkens als u op de knop
drukt. “Weergave stand fotograferen“ (blz. 9)
Door op de knop g te drukken in de
stand G verschijnen de door de camera
automatisch geselecteerde opnamestand
of instellingen.
Gebruik van het menu FUNC
In het menu FUNC vindt u de volgende
menufuncties, die snel kunnen worden
opgeroepen en ingesteld.
[PROGRAM AUTO /
iAUTO] (blz. 17)
[WB] (blz. 25)
[ISO] (blz. 25)
[DRIVE] (blz. 25)
[METERING] (blz. 26)
[D IMAGE QUALITY]
(blz. 24)
1 Druk op de knop x.
2 Gebruik CE om de menufunctie
te selecteren en FD om de optie
te selecteren, en druk dan op de
knop x om in te stellen.
OFF
OFF
P
OKOK
10
M
10
M
N
ORM
N
ORM
SET
SET
SELFTIMER
SELFTIMER
OFF
ON
YY
Normaal
Geen informatie Raster
10
M
10
M
+2.0
+2.0
P
4
4
IN
ISO
1600
ISO
1600
N
ORM
N
ORM
10
M
10
M
+2.0
+2.0
P
4
4
IN
ISO
1600
ISO
1600
N
ORM
N
ORM
10
M
10
M
ISO
AUTO
ISO
AUTO
WB
AUTO
WB
AUTO
ESP
ESP
N
ORM
N
ORM
P
n
ESP
ESP
ESP
22
NL
Indexweergave,
kalenderweergave
en close-up weergave
Met indexweergave en kalenderweergave kunt
u snel het gewenste beeld selecteren.
Met close-up weergave (tot 10 x vergroting) kunt
u beelddetails controleren.
1 Druk in de richting van W of T op
de zoomknop.
2008.10.26
2008.10.26
4
4
IN
12:30
12:30
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
10
10
x
x
4
4
IN
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
4
4
IN
4
4
IN
10
M
10
M
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
100-0004
100-0004
N
ORM
N
ORM
W
W
T
W
T
T
WT
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
4
4
IN
WT
10
10
28
28
29
29
30
30
1
1
2
2
3
3
4
4
SUN
SUN
MON
MON
TUE
TUE
WED
WED
THU
THU
FRI
FRI
SAT
SAT
2008
2008
5
5
6
6
7
7
8
8
9
9
10
10
11
11
12
12
13
13
14
14
15
15
16
16
17
17
18
18
19
19
20
20
21
21
22
22
23
23
24
24
25
25
26
26
27
27
28
28
29
29
30
30
31
31
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6
IN
W
Een afbeelding in indexweergave
selecteren
Gebruik CEFD om een afbeelding te
selecteren, en druk op de knop x om het
geselecteerde beeld weer te geven op het
volledige scherm.
Beelden selecteren in
de kalenderweergave
Gebruik CEFD om een datum te
selecteren, en druk op de knop x of druk
de zoomknop in de richting van T om de
beelden te bekijken die op de geselecteerde
datum werden gemaakt.
Een afbeelding in close-up weergave
verschuiven
Gebruik CEFD om de weergavezone
te verplaatsen.
De weergave van de
beeldinformatie wijzigen
De foto-informatie die op het scherm wordt
weergegeven, kan worden gewijzigd.
1 Druk op de knop g.
De weergegeven beeldinformatie wijzigt in
onderstaande volgorde telkens als u op de
knop drukt.
Indexweergave
Enkel beeld
Close-up weergave
Kalenderweergave
Normaal
Gedetailleerd Geen informatie
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
4
4
100-0004
100-0004
IN
10
M
10
M
N
ORM
N
ORM
10
M
10
M
2008.10.26
2008.10.26
12:30
12:30
4
4
100-0004
100-0004
+2.0
+2.0
F3.5
F3.5
1/1000
1/1000
IN
ISO
400
ISO
400
N
ORM
N
ORM
Weergavefuncties gebruiken
23
NL
Panoramabeelden weergeven
Panoramabeelden die werden gecombineerd
met [COMBINE IN CAMERA 1] of [COMBINE
IN CAMERA 2] kunt u tijdens de weergave
verschuiven.
Panoramabeelden maken“ (blz. 28)
1 Selecteer een panoramabeeld
tijdens afspelen.
“Beelden bekijken“ (blz. 16)
2 Druk op de knop x.
Afspelen van panoramabeelden
aanpassen
Inzoomen / Uitzoomen: Druk de zoomknop
naar W of T.
Afspeelrichting: Druk op
CEFD
om in de richting van de ingedrukte knop
te schuiven.
Pauze: Druk op de knop x.
Opnieuw schuiven: Druk op de knop x.
Afspelen stoppen: Druk op de knop m.
Huidige weergavezone
N
ORM
N
ORM
2008.10.26 12:30
2008.10.26 12:30
2
2
100-0003
100-0003
24
NL
Menu’s voor fotofuncties
Als een opnamestand ingesteld is, kunnen instellingen worden uitgevoerd.
K geeft de opnamestanden aan waarin de functie kan worden ingesteld.
De standaardinstellingen van de functie zijn aangegeven in .
De juiste beeldkwaliteit voor uw toepassing selecteren [
D
IMAGE QUALITY]
D IMAGE QUALITY
K: P G h s A
Stilstaande beelden
Submenu 1 Submenu 2 Applicatie
IMAGE SIZE
10M (3648 x 2736) Geschikt voor het printen van foto’s groter dan A3.
5M (2560 x 1920) Geschikt voor het printen van foto’s op A4.
3M (2048 x 1536) Geschikt voor het printen van foto’s tot A4.
2M (1600 x 1200) Geschikt voor het printen van foto’s op A5.
1M (1280 x 960) Geschikt voor het printen van foto’s op ansichtkaartformaat.
VGA (640 x 480) Geschikt voor het bekijken van foto’s op een televisie of het
gebruiken van foto’s in e-mails en op websites.
16:9 (1920 x 1080) Geschikt voor het weergeven van foto’s op breedbeeld televisie.
COMPRESSION
FINE Fotograferen met hoge kwaliteit.
NORMAL Fotograferen met normale kwaliteit.
Video’s
Submenu 1 Submenu 2 Applicatie
IMAGE SIZE
VGA (640 x 480) /
QVGA (320 x 240)
Selecteer de beeldkwaliteit op basis van de resolutie en de
beeldherhalingsfactor. Hoe hoger de beeldherhalingsfactor,
hoe vloeiender de videobeelden.
FRAME RATE
N 30fps
*1
/
O 15fps
*1
*1
beelden per seconde
25
NL
Afregelen op een natuurlijk
kleurenschema [WB]
K CAMERA MENU X WB
K: P h s A
Submenu 2 Applicatie
AUTO
De camera stelt automatisch
de witbalans in overeenkomstig
de te fotograferen scène.
5
Voor buitenopnamen bij heldere lucht
3
Voor buitenopnamen bij bewolkte lucht
1
Voor fotograferen bij gloeilamplicht
w
Voor fotograferen bij daglicht-TL-licht
(verlichting in huis, enz.)
x
Voor fotograferen bij neutraal TL-licht
(bureaulampen, enz.)
y
Voor fotograferen bij wit TL-licht
(kantoren, enz.)
De ISO-gevoeligheid selecteren [ISO]
K CAMERA MENU X ISO
K: P
Hoewel kleine waarden voor de ISO-instelling
tot een lagere gevoeligheid leiden, kunnen
scherpe beelden worden gemaakt bij vol
licht. Grotere waarden leiden tot een hogere
gevoeligheid, zodat beelden ook bij zwakke
lichtomstandigheden met een korte sluitertijd
kunnen worden gemaakt. Een grote
gevoeligheid veroorzaakt elektrische ruis in
de uiteindelijke opname, wat een korrelig
beeld tot gevolg kan hebben.
Submenu 2 Applicatie
AUTO
De camera stelt de gevoeligheid
automatisch in overeenkomstig
de te fotograferen scène.
50 / 100 / 200 /
400 / 800 /
1600 / 3200
*1
De ISO-gevoeligheid is vast
ingesteld.
*1
Bij een instelling [3200] is [IMAGE SIZE] beperkt tot
[I] of minder.
Achtereenvolgende foto’s nemen
terwijl de ontspanknop ingedrukt
wordt gehouden [DRIVE]
K CAMERA MENU X DRIVE
K: P h
Submenu 2 Applicatie
o
Er wordt één foto genomen telkens als
de ontspanknop wordt ingedrukt.
O
*1
Verschillende foto’s na elkaar nemen,
waarbij de scherpstelling, de helderheid
(belichting) en de witbalans vast worden
ingesteld bij de eerste foto.
*1
De opnamesnelheid is afhankelijk van de instellingen
voor [D IMAGE QUALITY] (blz. 24).
Bij een instelling [O] is de fl itser vast
ingesteld op [$] (FLASH OFF) en is [ISO]
ingesteld op [AUTO].
Bij een instelling [O] is [IMAGE SIZE]
beperkt tot [I] of minder. Bovendien zijn
[FINE ZOOM] (blz. 25), [DIGITAL ZOOM]
(blz. 26) en [R (opname stilstaande
beelden)] (blz. 26) niet beschikbaar.
Fotograferen met sterkere vergrotingen
dan de optische zoom zonder
beeldkwaliteit te verliezen [FINE ZOOM]
K CAMERA MENU X FINE ZOOM
K: P h s
Submenu 2 Applicatie
OFF
Enkel de optische zoom wordt gebruikt
om in te zoomen tijdens fotograferen.
ON
De optische zoom en uitsnedes van het
beeld worden gecombineerd om in te
zoomen tijdens fotograferen (tot 17x).
Met deze functie wordt de beeldkwaliteit niet
gereduceerd, omdat gegevens met minder
pixels niet in gegevens met meer pixels
worden geconverteerd.
Als [ON] ingesteld is, is [IMAGE SIZE]
beperkt tot [H] of minder.
Als [DIGITAL ZOOM] ingesteld is op [ON],
is deze instelling niet beschikbaar.
Deze functie is niet beschikbaar als
[% SUPER MACRO] (blz. 20)
geselecteerd is.
Voer de instellingen voor de functies uit terwijl u “Het menu gebruiken“ raadpleegt (blz. 4).
26
NL
Fotograferen met sterkere vergrotingen
dan de optische zoom [DIGITAL ZOOM]
K CAMERA MENU X DIGITAL ZOOM
K: P h s A
Submenu 2 Applicatie
OFF
Enkel de optische zoom wordt gebruikt
om in te zoomen tijdens fotograferen.
ON
De optische zoom en de digitale zoom
worden gecombineerd om in te zoomen
tijdens het fotograferen (circa 15x [max.]).
Als [FINE ZOOM] ingesteld is op [ON],
is deze instelling niet beschikbaar.
Deze functie is niet beschikbaar als
[% SUPER MACRO] (blz. 20)
geselecteerd is.
Het bereik selecteren om de helderheid
te meten [METERING]
K CAMERA MENU X METERING
K: P h s A
Submenu 2 Applicatie
ESP
Hiermee krijgt u een evenwichtige
helderheid over het volledige scherm.
(Meet de helderheid in het midden
en in e omliggende delen van het
scherm afzonderlijk.)
n (spot)
Fotografeert het onderwerp in het
midden met tegenlicht.
In de stand [ESP] kan het midden donker
zijn wanneer foto’s worden gemaakt bij
sterk tegenlicht.
Selectie van het scherpstelgebied
[AF MODE]
K CAMERA MENU X AF MODE
K: P h s
Submenu 2 Applicatie
FACE
DETECT
*1
Deze functie wordt gebruikt als u foto’s
wenst te maken van mensen (de camera
detecteert een gezicht automatisch
en er verschijnt een kader. Druk de
ontspanknop half in; als het gezicht
scherpgesteld is, verschijnt het groene
autofocusteken. Het oranje focusteken
geeft aan dat op een ander gebied dan
het gezicht scherpgesteld is).
iESP
HIermee kunt u de foto kadreren
zonder u zorgen te maken over de
scherpstelpositie. De camera zoekt
het onderwerp waarop moet worden
scherpgesteld en stelt de scherpstelling
automatisch in.
SPOT
De camera stelt scherp op het onderwerp
dat zich in het autofocusteken bevindt.
*1
Voor sommige onderwerpen verschijnt het kader
niet of niet onmiddellijk.
Geluid opnemen tijdens fotograferen [
R
]
K CAMERA MENU X R
K: P h s
Submenu 2 Applicatie
OFF Er wordt geen geluid opgenomen.
ON
De camera start de opname
automatisch gedurende ongeveer
4 seconden nadat het beeld werd
gemaakt. Dit is handig om notities
of commentaar bij het beeld op te
nemen.
Richt de microfoon (blz. 7) tijdens het
opnemen op de geluidsbron die u wilt
opnemen.
29
NL
Foto’s maken met
[COMBINE IN CAMERA 2]
1 Gebruik FD om de richting te selecteren
waarin de beelden worden gecombineerd.
2 Druk op de ontspanknop om de eerste
foto te maken.
Er verschijnt een richtkader.
3 Kadreer de tweede foto zo, dat het
verbindingsgedeelte het richtkader
overlapt.
4 Druk op de ontspanknop om het tweede
beeld te maken.
Als u slechts twee beelden wenst te
combineren, drukt u op de knop x
voor de derde foto wordt gemaakt.
5 Maak de derde foto op dezelfde manier
als in stap 3 tot 4.
Als de derde foto gemaakt is, verwerkt
de camera de foto’s automatisch en wordt
het gecombineerde panoramabeeld
weergegeven.
Om het maken van panoramabeelden
tijdens het fotograferen te annuleren,
drukt u op de knop m.
Foto’s maken met [COMBINE IN PC]
1 Gebruik CEFD om de richting te
selecteren waarin de beelden worden
gecombineerd.
2 Druk op de ontspanknop om het eerste
beeld te maken en kadreer dan de tweede
opname.
Kadreer de foto met behulp van het
richtkader, zodat de twee naastliggende
beelden elkaar overlappen.
3 Herhaal stap 2 tot u het gewenste aantal
beelden heeft genomen, en druk op de
knop xals u klaar bent.
Als de markering g wordt weergegeven,
kunt u geen bijkomende opnamen meer
maken. Panoramaopnamen zijn mogelijk
tot maximaal 10 beelden.
Raadpleeg de Help van OLYMPUS Master
2 om panoramabeelden te maken.
De standaardinstellingen van
fotografeerfuncties herstellen
[
R
RESET]
R RESET
K: P G h s A
Submenu 1 Applicatie
YES
Herstelt de volgende menufuncties
op de standaardinstellingen.
SHADOW ADJ (blz. 19)
[PROGRAM AUTO / iAUTO] (blz. 17)
Flitser (blz. 20)
Belichtingscorrectie (blz. 20)
Macro (blz. 20)
Zelfontspanner (blz. 21)
[D IMAGE QUALITY] (blz. 24)
[/ s] (blz. 27)
Weergave foto-informatie (blz. 21)
Menufuncties in [K CAMERA
MENU] (blz. 24 tot 29)
NO
De huidige instellingen worden niet
gewijzigd.
Richting voor de
combinatie van
de volgende foto
MENU
CANCEL
1ste foto
Richtkader
MENU
CANCEL
MENU
CANCEL
Verbindingsgedeelte
Kadrering van de 2de foto
OK
SAVE
MENU
CANCEL
Voer de instellingen voor de functies uit terwijl u “Het menu gebruiken“ raadpleegt (blz. 4).
31
NL
De kleurtint van een beeld wijzigen
[COLOR EDIT]
E EDIT X COLOR EDIT
Submenu 2 Applicatie
Black & white
Hiermee verandert het beeld in zwart/
wit.
Sepia
Hiermee verandert het beeld in een
sepiatint.
Verzadiging
(hard)
Dit verhoogt de kleurverzadiging
van het beeld.
Verzadiging
(zacht)
Dit verhoogt de kleurverzadiging
van het beeld een klein beetje.
1 Gebruik CEFD om de gewenste
kleur te selecteren, en druk op de knop x.
Het beeld met de geselecteerde kleur wordt
als een afzonderlijk beeld opgeslagen.
Een index van 9 beelden maken
op basis van een video [INDEX]
E EDIT X INDEX
1 Gebruik
FD om een video te
selecteren, en druk op de knop x.
2 Gebruik
CEFD om het eerste beeld
te selecteren, en druk op de knop x.
3 Gebruik CEFD om het laatste beeld
te selecteren, en druk op de knop x.
9 beelden worden uit de video gehaald
en opgeslagen als één nieuw stilstaand
beeld (INDEX).
Beelden beveiligen [
0
]
q PLAYBACK MENU X 0
Beveiligde beelden kunnen niet worden
gewist met [ERASE] (blz. 16), [SEL.
IMAGE] of [ALL ERASE] (blz. 32),
maar alle beelden worden gewist met
[MEMORY FORMAT] / [FORMAT] (blz. 33).
Submenu 2 Applicatie
OFF Beelden kunnen worden gewist.
ON
De beelden worden beveiligd, zodat ze
niet kunnen worden gewist, behalve
door het interne geheugen of het kaartje
te formatteren.
1 Gebruik FD om een beeld te selecteren.
2 Gebruik
CE om [ON] te selecteren.
3 Indien nodig herhaalt u stap 1 en 2 om
andere beelden te beveiligen, waarna
u op de knop x drukt.
Beelden roteren [
y
]
q PLAYBACK MENU X y
Submenu 2 Applicatie
U +90°
Het beeld wordt 90° rechtsom gedraaid.
V
Het beeld wordt niet gedraaid.
t –90°
Het beeld wordt 90° linksom gedraaid.
1 Gebruik FD om een beeld te selecteren.
2 Gebruik
CE om de rotatierichting te
selecteren.
3 Indien nodig herhaalt u stap 1 en 2 om
instellingen uit te voeren voor andere
beelden, waarna u op de knop x drukt.
Gedraaide beelden blijven in hun nieuwe
stand opgeslagen, ook als de camera wordt
uitgeschakeld.
Voer de instellingen voor de functies uit terwijl u “Het menu gebruiken“ raadpleegt (blz. 4).
INDEX
SET
OK
MENU
BACK
Black & white
Sepia
Verzadiging (hard)
Verzadiging (zacht)
COLOR EDIT
34
NL
Het camerageluid en -volume selecteren [SOUND SETTINGS]
S SETUP X SOUND SETTINGS
Submenu 2 Submenu 3 Submenu 4 Applicatie
BEEP
SOUND TYPE
1 / 2
Selecteert het bedieningsgeluid en het volume voor
de cameraknoppen (behalve de ontspanknop).
VOLUME
OFF (Geen
geluid) /
LOW / HIGH
SHUTTER
SOUND
SOUND TYPE
1 / 2 / 3
Selecteert het bedieningsgeluid en het volume
van de ontspanknop.
VOLUME
OFF (Geen
geluid) /
LOW / HIGH
8
OFF (Geen
geluid) /
LOW / HIGH
Stelt het volume voor het waarschuwingssignaal in.
q VOLUME
OFF (Geen
geluid), niveau
1 tot 5
Stelt het weergavevolume voor beelden in.
Om alle geluiden tegelijk uit te schakelen, voert u de instelling uit bij [j SILENT MODE] (blz. 37).
Het startscherm en het geluid instellen
als de camera wordt ingeschakeld
[PW ON SETUP]
S SETUP X PW ON SETUP
Submenu 2 Submenu 3 Applicatie
SCREEN
OFF Er wordt geen beeld
weergegeven.
1 Er wordt een vooraf
ingesteld beeld
*
weergegeven.
2 Een stilstaand beeld
dat in het interne
geheugen of op het
kaartje is opgeslagen,
wordt geregistreerd voor
weergave. (Met deze
optie gaat u naar het
instelscherm.)
VOLUME
OFF (Geen
geluid) /
LOW / HIGH
Het volume van het
startgeluid wordt
geselecteerd.
*
Dit beeld kan niet worden gewijzigd.
Een startbeeld registreren
1 Selecteer [2] in submenu 3 voor [SCREEN].
2 Gebruik
FD om het beeld te selecteren
dat u wenst te registreren, en druk op
de knop x.
De kleur en achtergrond van het
menuscherm selecteren [MENU COLOR]
S SETUP X MENU COLOR
Submenu 2 Applicatie
NORMAL /
COLOR 1 /
COLOR 2 /
COLOR 3
Selecteert de kleur voor het
menuscherm of het achtergrondbeeld
volgens uw voorkeur.
35
NL
Het beeld onmiddellijk na de opname
bekijken [REC VIEW]
S SETUP X REC VIEW
Submenu 2 Applicatie
OFF
Het opgenomen beeld wordt niet
weergegeven. Op die manier kan
de gebruiker zich klaarmaken voor
de volgende foto terwijl hij het
onderwerp op de monitor blijft volgen.
ON
De foto die wordt opgenomen,
wordt weergegeven op de monitor.
Op die manier kan de gebruiker
de gemaakte foto snel controleren.
Zelfs als [ON] ingesteld is, kunt u verdergaan
met fotograferen terwijl het beeld wordt
weergegeven.
De nummering voor bestandsnamen
van beelden terugstellen [FILE NAME]
S SETUP X FILE NAME
Submenu 2 Applicatie
RESET
Hiermee wordt het volgnummer voor
de mapnaam en de bestandsnaam
teruggesteld als een nieuw kaartje
wordt geplaatst.
*1
Dit is handig als
u beelden op verschillende kaartjes
wenst te groeperen.
AUTO
Zelfs als u een nieuw kaartje plaatst,
wordt de nummering voor de mapnaam
en de bestandsnaam verdergezet vanaf
het vorige kaartje. Dit is handig
als u wenst dat de mapnamen
en bestandsnamen doorlopend
genummerd zijn.
*1
Het nummer voor de mapnaam wordt teruggesteld
op 100, het nummer voor de bestandsnaam wordt
teruggesteld op 0001.
De CCD en de beeldverwerkingsfunctie
[PIXEL MAPPING] afregelen.
S SETUP X PIXEL MAPPING
Deze functie werd reeds ingesteld in
de fabriek en hoeft onmiddellijk na de
aankoop niet te worden bijgeregeld.
Wij raden u aan dit één keer per jaar
te doen.
Voor de beste resultaten wacht u minstens
één minuut nadat u foto’s heeft gemaakt
of bekeken voor u pixel mapping uitvoert.
Als u tijdens pixel mapping de camera
uitschakelt, dient u de procedure opnieuw
uit te voeren.
De CCD en de
beeldverwerkingsfunctie afregelen
Druk op de knop x als [START]
(submenu 2) wordt weergegeven.
De camera controleert de CCD en de
beeldverwerkingsfunctie tegelijk en past
ze indien nodig aan.
Maand: 1 tot C
(A = oktober,
B = november,
C = december)
Dag: 01 tot 31
Pmdd
Mapnaam Mapnaam Bestandsnaam
DCIM 100OLYMP
999OLYMP
Pmdd0001.jpg
Pmdd9999.jpg
Automatische
nummering
Automatische
nummering
Voer de instellingen voor de functies uit terwijl u “Het menu gebruiken“ raadpleegt (blz. 4).
36
NL
Datum en tijd instellen [
X
]
S SETUP X X
Datum en tijd instellen“ (blz. 14)
De weergavevolgorde van datum en
tijd selecteren
1 Druk op D na het instellen van de
minuten en gebruik CE om de
weergavevolgorde voor de datum in te
stellen.
Helderheid van de monitor aanpassen
[
s
]
S SETUP X s
De helderheid van de monitor aanpassen
1 Gebruik CE om de helderheid aan
te passen terwijl u het scherm bekijkt,
en druk dan op de knop x.
Het videosignaal selecteren dat overeenkomt met uw televisie [VIDEO OUT]
S SETUP X VIDEO OUT
Het videosignaal van uw televisie is afhankelijk van uw land of regio. Voor u camerabeelden op uw
televisie bekijkt, dient u de videouitgang te kiezen overeenkomstig het type videosignaal van uw televisie.
Submenu 2 Applicatie
NTSC De camera aansluiten op een televisie in Noord-Amerika, Taiwan, Korea, Japan enz.
PAL De camera aansluiten op een televisie in Europese landen, China enz.
De standaardinstellingen af fabriek verschillen afhankelijk van de regio waar de camera is gekocht.
Camerabeelden weergeven op een televisie
1 Sluit de televisie en de camera aan.
2 Selecteer op de camera hetzelfde videosignaal als het videosignaal van de aangesloten
televisie ([NTSC] / [PAL]).
3 Schakel de televisie in en wijzig “INPUT“ in “VIDEO (een ingang die met de camera
verbonden is).“
Voor meer details over het wijzigen van de ingangsbron van de televisie raadpleegt u de handleiding
van de televisie.
4 Druk op de knop q en gebruik CEFD om het weer te geven beeld te selecteren.
Afhankelijk van de instellingen van uw televisie kunnen de weergegeven beelden en de informatie
uitgesneden zijn.
Volgorde
datum
2008 10 26 12 30
X
YM
YMD
DTIME
MENU
CANCEL
Multiconnector
AV-kabeltje (meegeleverd)
Klepje over de connector
Open het klepje over de connector in de richting van de pijl.
Sluit de AV-kabel aan op de (gele)
video-ingang en de (witte) audio-ingang.
s
SET
OK
MENU
BACK
37
NL
Batterijvermogen sparen tussen
opnames [POWER SAVE]
S SETUP X POWER SAVE
Submenu 2 Applicatie
OFF Annuleert [POWER SAVE].
ON
Als de camera gedurende ongeveer
10 seconden niet wordt gebruikt,
schakelt de monitor automatisch
uit om de batterij te sparen.
Stand standby hernemen
Druk op een willekeurige knop of druk
op de zoomknop.
Camerageluiden uitschakelen
[
j
SILENT MODE]
j SILENT MODE
Submenu 1 Applicatie
OFF
De individueel ingestelde elektronische
geluiden en het volumeniveau worden
ingeschakeld in [SOUND SETTINGS].
ON
De elektronische geluiden
(bedieningsgeluid, sluitergeluid,
waarschuwingsgeluid) en de
weergavegeluiden worden
uitgeschakeld.
[SOUND SETTINGS] (blz. 34)
Voer de instellingen voor de functies uit terwijl u “Het menu gebruiken“ raadpleegt (blz. 4).
40
NL
6 Gebruik FD om een beeld te
selecteren.
7 Druk op de knop < om een
[SINGLEPRINT] reservering voor het
huidige beeld te maken.
Om gedetailleerde instellingen voor
het huidige beeld uit te voeren,
drukt u op
E.
Gedetailleerde instellingen uitvoeren
1 Gebruik CEFD om de instellingen
uit te voeren en druk op de knop x.
Submenu 5 Submenu 6 Applicatie
<x
0 tot 10
Hiermee stelt u het aantal
prints in.
DATE
WITH /
WITHOUT
Als u [WITH] selecteert,
worden de beelden met
de datum geprint.
Als u [WITHOUT]
selecteert, worden
de beelden zonder
de datum geselecteerd.
FILE NAME
WITH /
WITHOUT
Als u [WITH] selecteert,
wordt de bestandsnaam
op het beeld geprint.
Als u [WITHOUT]
selecteert, wordt de
bestandsnaam niet op
het beeld geprint.
8 Herhaal indien nodig stap 6 en 7 om
het te printen beeld te selecteren,
voer de gewenste instellingen uit
en kies [SINGLEPRINT].
9 Druk op de knop x.
10
Gebruik CE om [PRINT]
te selecteren en druk op de knop x.
Het printen begint.
Als u [OPTION SET] selecteert in de stand
[ALL PRINT], verschijnt het scherm [PRINT
INFO].
Als het printen voltooid is, wordt het scherm
[PRINT MODE SELECT] weergegeven.
Printen annuleren
1 Druk op de knop x terwijl
[TRANSFERRING] wordt weergegeven.
2 Gebruik CE om [CANCEL] te
selecteren en druk op de knop x.
11
Druk op de knop m.
12
Als de melding [REMOVE USB
CABLE] verschijnt, koppelt u de
USB-kabel los tussen de camera
en de printer.
PRINT
SET
OK
CONTINUE
CANCEL
CANCEL
OK
TRANSFERRING
ALL PRINT
PRINT MODE SELECT
SET
OK
ALL INDEX
PRINT ORDER
MULTI PRINT
PRINT
EXIT
MENU
PRINT
SET
OK
MENU
BACK
PRINT
CANCEL
PRINT INFO
<
x
DATE
FILE NAME
1
WITHOUT
WITHOUT
MENU
EXIT SET
OK
47
NL
Fotografeertips
Als u niet zeker weet hoe u de gewenste
foto kunt maken, raadpleegt u de volgende
informatie.
Scherpstellen
“Scherpstellen op het onderwerp“
Een foto maken van een onderwerp dat
niet in het midden van het scherm staat.
Nadat u heeft scherpgesteld op een object
dat zich op dezelfde afstand als het
onderwerp bevindt, kadreert u de opname
en maakt u de foto.
Druk de ontspanknop half in (blz. 15)
Zet [AF MODE] (blz. 26) op [iESP]
Een foto maken van onderwerpen waarop
moeilijk automatisch kan worden
scherpgesteld.
In de volgende gevallen stelt u scherp op een
object (door de ontspanknop half in te drukken)
met hoog contrast op dezelfde afstand van
het onderwerp, waarna u de foto kadreert
en de opname maakt.
Onderwerpen met weinig
contrast
Als zeer heldere onderwerpen
in het midden van het scherm
staan
Object zonder verticale lijnen
*1
*1
U kunt de opname ook kadreren door
de camera verticaal te houden om scherp
te stellen, waarna u terugkeert naar de
horizontale positie om de foto te nemen.
Objecten op verschillende
afstand
Snel bewegend onderwerp
Het onderwerp staat niet in het
midden van het beeld
Cameratrilling
“Foto’s nemen zonder cameratrilling“
Foto’s maken met de stand h (blz. 18)
of [DIS MOVIE MODE] (blz. 27)
Foto’s maken met hoge ISO-gevoeligheid
Als u een hoge ISO-gevoeligheid selecteert,
kunt u foto’s nemen met een hoge sluitertijd,
zelfs op plaatsen waar u geen fl itser mag
gebruiken.
[ISO] (blz. 25)
Het motiefprogramma instellen op C
Door C te selecteren, kunnen foto’s met
een hogere sluitersnelheid worden gemaakt,
waardoor onscherpte ten gevolge van
bewegingen van het onderwerp wordt
vermeden.
[/ s] (blz. 27)
[DIS EDIT] toepassen op onscherpe
beelden (blz. 30)
Belichting (helderheid)
“Beelden maken met de juiste helderheid“
Foto’s maken van een onderwerp
in tegenlicht
Een gezicht dat zich in tegenlicht bevindt,
wordt opgehelderd.
[SHADOW ADJ] (blz. 19)
Foto’s maken met [FACE DETECT] voor
[AF MODE] (blz. 26)
De juiste belichting wordt verkregen voor een
gezicht dat zich in tegenlicht bevindt, en het
gezicht wordt opgehelderd.
48
NL
Foto’s maken met [n] voor [METERING]
(blz. 26)
De helderheid wordt afgeregeld op basis van het
onderwerp in het midden van het scherm,
zonder te worden beïnvloed door het tegenlicht.
Beelden nemen met [FILL IN] (blz. 20)
itser
Een gezicht dat zich in tegenlicht bevindt,
wordt opgehelderd.
Foto’s maken met belichtingscorrectie
(blz. 20)
Regel de helderheid bij terwijl u het scherm
bekijkt om de foto te maken. Als u foto’s
maakt van witte onderwerpen (bijv. sneeuw),
zijn de beelden meestal donkerder dan het
eigenlijke onderwerp. Gebruik de knop F om
in de positieve richting bij te regelen, zodat
de witte tinten overeenkomen met de realiteit.
Als u foto’s neemt van zwarte onderwerpen,
regelt u bij in de negatieve richting.
Kleurschakering
“Foto’s maken met kleuren in dezelfde
schakering als in de realiteit“
Foto’s maken door [WB] te selecteren
(blz. 25)
In de meeste omgevingen kunt u normaal
gesproken de beste resultaten verkrijgen
in de instelling AUTO, maar voor sommige
onderwerpen kunt u experimenteren met
andere instellingen. (Dit geldt bijvoorbeeld
voor een zonnescherm bij heldere hemel,
gemengde natuurlijke en kunstmatige
lichtinstellingen enz.).
Beeldkwaliteit
Scherpere foto’s maken
Foto’s maken met de optische zoom
Gebruik [DIGITAL ZOOM] (blz. 26) niet om
foto’s te maken.
Foto’s maken met lage ISO-gevoeligheid
Als de foto met een hoge ISO-gevoeligheid
wordt gemaakt, kan er ruis optreden (kleine
gekleurde punten en ongelijkmatige kleuren
die niet in het oorspronkelijk beeld
voorkomen) en kan het beeld er korrelig
uitzien.
[ISO] (blz. 25)
Panorama
“Beelden maken zodat foto’s
probleemloos aan elkaar worden gelast“
Een tip om panoramafoto’s te maken
Als u foto’s maakt door de camera in het
midden te scharnieren, zal het beeld niet
verschuiven. Als u foto’s maakt van
dichtbijgelegen onderwerpen, kunt u het
beste met het lensuiteinde in het midden
scharnieren om goede resultaten te krijgen.
Batterijen
“Batterijen langer laten meegaan“
Vermijd de volgende zaken zoveel mogelijk,
want ze verbruiken batterijvermogen, zelfs
als er geen foto’s worden gemaakt.
Het herhaaldelijk half indrukken van
de ontspanknop.
Herhaaldelijk gebruik maken van
de zoomfunctie
Zet [POWER SAVE] (blz. 37) op [ON].
Tips voor weergave / bewerking
Beelden weergeven
“Beelden in het interne geheugen
weergeven“
Het kaartje uit de camera verwijderen
“xD-Picture Card verwijderen“ (blz. 12).
“Het microSD-kaartje gebruiken“
“Het microSD-kaartje / microSDHC-kaartje
gebruiken (afzonderlijk verkocht)“ (blz. 13)
Bewerken
“Het geluid wissen dat bij een stilstaand
beeld werd opgenomen“
Neem stilte op in plaats van het geluid
wanneer u het beeld weergeeft
[R (Na opname)] (blz. 32)
9

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für Olympus Stylus 1040 wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Andere Handbücher von Olympus Stylus 1040

Olympus Stylus 1040 Bedienungsanleitung - Deutsch - 63 seiten

Olympus Stylus 1040 Bedienungsanleitung - Holländisch - 64 seiten


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info