STARTEN
STROOM
Plaats batterijen voor het eerste gebruik volgens de
polariteit (+ en -):
NB Plaats de batterijen eerst in de buitensensor
en daarna in het apparaat. Druk elke keer als u de
batterijen vervangen heeft op RESET. Gebruik geen
oplaadbare batterijen. Wij raden u aan alkalinebatterijen
te gebruiken in dit product voor langdurig gebruik en
lithium batterijen bij temperaturen onder het vriespunt.
wordt weergegeven als batterijen leeg raken.
APPARAAT LOCATIE
Basisstation Binnentemperatuurvak
Buitensensor Buitentemperatuurvak
BUITENSENSOR
De sensor verzamelt ongeveer elke 40 seconden
temperatuurgegevens en stuurt ze naar het station.
Het apparaat kan gegevens verzamelen van tot 3
sensoren.
Om de sensor in te stellen:
1. Open het klepje van het batterijvak.
2. Plaats batterijen volgens de polariteit (+ / -). Druk elke
keer als u de batterijen vervangen heeft op RESET.
3. Selecteer een kanaal. Gebruik een apart kanaal
voor elke sensor.
4. Sluit het batterijvak.
5. Plaats de sensor op de gewenste plek door middel
van de tafelstandaard of muurbevestiging.