45
Hoofdstuk 5
Nuttige informatie
Vooraleer hulp te vragen
Het toestel werkt niet.
“ ” knippert en er klinkt een signaal
als u op drukt.
Er klinkt een bezettoon als u op
drukt.
U kunt niet telefoneren.
“ ” knippert tijdens een gesprek en
het gesprek wordt onderbroken.
Statische elektriciteit,
klankonderbrekingen, aan/uit, faden,
interferenties van andere elektrische
toestellen.
Probleem
·
Zet het toestel AAN (p. 11).
·
Controleer de instellingen (p. 8-13).
·
Laad de batterijen volledig op (p. 10).
·
Maak de contactpunten schoon en laad de batterijen
opnieuw op (p. 10).
·
Haal de stekker van de wisselstroomadapter uit het
stopcontact en zet het toestel UIT om het toestel
opnieuw in te stellen. Steek dan de stekker van de
wisselstroomadapter weer in het stopcontact en zet
het toestel AAN. Probeer opnieuw.
·
De handset werd geannuleerd of werd niet
toegewezen. Wijs de handset toe (p. 35).
·
Installeer de batterijen in de handset opnieuw en
probeer nog eens.
·
U bevindt zich buiten het zendbereik van het
basistoestel. Ga er dichter bij staan en probeer
opnieuw.
·
Steek de stekker van de wisselstroomadapter in.
·
Een andere handset is in gesprek.
·
De uitgaande gesprekken van dit toestel zijn
geblokkeerd. Hef deze instelling op (p. 27).
·
Het gekozen nummer is er een waarvoor
kiesrestrictie geldt. Annuleer het nummer (p. 28).
·
De toetsen zijn geblokkeerd. Hef deze instelling op
(p. 22).
·
De handset bevindt zich buiten het zendbereik. Ga
dichter bij het basistoestel staan en telefoneer
opnieuw.
·
Steek de stekker van de wisselstroomadapter in.
·
Plaats de handset en het basistoestel uit de buurt
van andere elektrische toestellen (p. 3).
·
Ga dichter bij het basistoestel staan.
Oplossing