Nl-25
Nederlands
Groenten
Met microgolven kunnen de meeste groenten perfect heel snel gekookt
worden. Doordat er bij het koken slechts heel weinig water wordt
toegevoegd, bewaren de groenten hun vitaminen en hun minerale zouten
beter.
Serviesgoed:
De groenten in een pyrex of vuurvast-porseleinen en microgolf-geschikte
kom doen en deze op de glazen draaischotel zetten.
U moet wel een onderscheid maken tussen:
● Zeer veel water bevattende groenten zoals: tomaten, courgetten,
aubergines, paddestoelen, spinazie, andijvie, slasoorten, uien,
paprika’s, de meeste vruchten, enz... waaraan weinig of geen water
moet worden toegevoegd, omdat bij het koken met microgolven de
natuurlijke in de voedingswaren in het aanwezige water wordt gebruikt.
● Redelijk veel water bevattende groenten waaraan
4 tot 5 eetlepels water voor 500 g moeten worden toegevoegd om de
stoom te creëren die de groenten moet koken en uitdroging moet
voorkomen: bloemkool, prei, broccoli, spruitjes, venkel, wortelen,
knolselderij, asperges, groene bonen, aardappelen, kolen, rapen,
artisjokken, enz.
● Relatief weinig water bevattende groenten waaraan
8 tot 10 eetlepels water moeten worden toegevoegd voor 500 g om een
goede hydratatie te bevorderen: erwtjes, bruine bonen, verse boontjes.
Wanneer men gebruik maakt van de automatische programma’s moet
men rekening houden met het gewicht van het toegevoegde water. Alleen
het netto-gewicht van de te koken groenten moet worden aangegeven.
In alle gevallen:
Worden de groenten gekookt op “ 1000 W” vermogen of met de
GROENTEN-toets en worden ze niet gezouten voor het koken, maar pas
na of gedurende het koken.
Het zout absorbeert de natuurlijke vochtigheid van de groenten en
bevordert uitdroging. Soms veroorzaakt het zout zelfs brandvlekken (bij
voorbeeld: op bloemkool). Als u zuiver zout wenst te gebruiken, kunt u
een beetje zout toevoegen aan het kookwater.
U kunt al snel de gewoonte aannemen zout toe te voegen op het einde
van de kooktijd. Tijdens het koken wordt aanbevolen minstens één maal
de groenten om te roeren en zo de groenten aan de buitenkant naar
binnen te brengen en omgekeerd.
Tenslotte moet u ook nog een rusttijd van 5 min. aanhouden na het
koken. Het is normal dat de groente maar net genoeg gekookt lijkt op het
ogenblik dat u ze uit de oven haalt, omdat het kookproces tijdens de
rusttijd met gesloten deksel nog doorgaat.
Rijst, pasta, groenten
Het koken van pasta, rijst en droge groenten biedt geen bijzondere
voordelen, omdat het koken van deze voedingswaren niet onderworpen is
aan een te bereiken temperatuur maar eerder aan een rehydratatieduur,
waardoor de kooktijden bijna gelijk zijn aan die bij traditionele
kookmethoden. Anderzijds worden deze voedingswaren zeer snel
opgewarmd op voorwaarde dat ze in een gesloten kookpot zitten en met
boter of saus vermengd zijn en krijgen ze ook geen typische opgewarmde
smaak.
RIJST
Gebruik hiervoor een kookpot die tweemaal zo hoog is als het
vloeistofniveau. De pot nooit meer dan tot de helft vullen. Zorg er steeds
voor dat de kookpot afgedekt wordt met een folie of een deksel. Koken op
600 W vermogen. Daarna de groenten minstens 8 min. laten rusten.
Een klontje boter toevoegen en op smaak brengen, de rijst doen uit
elkaar vallen met een vork. Rekenen op 15 tot 18 min. kooktijd voor 250
g rijst.
PASTA
1. De pasta in een grote en hoge kookpot gieten.
2. De pasta bedekken met een grote hoeveelheid sterk gezouten kokend
water waaraan u een eetlepel olie hebt toegevoegd.
3. De pasta koken zonder deksel op 1000 W vermogen. Rekenen op
7 tot 8 min. voor 250 g pasta (voor 1 l gezouten kokend water).
Eénmaal omroeren tijdens het koken. De pasta nog 3 tot 5 min. laten
rusten, dan uitlekken en indien nodig nog spoelen.
Opgepast:
Verse pasta kookt iets sneller dan droge pasta, maar ravioli kookt iets
langzamer (ong. 10 min. voor 250 g).
DROGE GROENTEN
Voor het koken van droge groenten moet het water eerst snel aan de
kook worden gebracht en daarna moeten de groenten nog langdurig
sudderen. Gebruik hiervoor volledige
programmering.
De meeste droge groenten (uitgezonderd linzen) moeten gedrenkt
worden voor u ze kookt. De droge groenten goed onder water zetten en
een nacht laten weken. De volgende morgen spoelen en laten uitlekken.
De groenten dan in een voldoende grote kookpot doen en aanvullen met
water. Geen zout toevoegen voor het koken (daardoor worden droge
groenten weer hard).
Droge bonen
Reken voor 250 g 10 min. op 1000 W vermogen, dan 15 tot 20 min.
op 440 W (vooraf gedrenkt).
Linzen
Reken voor 250 g 10 min. op 1000 W vermogen, dan
15 tot 20 min. op 440 W (niet gedrenkt).
In alle gevallen:
De kooktijd in het oog houden en indien nodig water bijvoegen; droge
groenten moeten steeds onder water zitten.
RIJST, PASTA, GROENTEN