58
NL BE
•
niet met het apparaat spelen.
• Gebruik voor het laden
van de accu uitsluitend de
meegeleverde acculader. Er
bestaat brand- en explosiegevaar.
• Controleer voor elk gebruik
de acculader, de kabel als-
ook de stekker en laat al-
geschoold personeel en met
originele reservedelen her-
stellen. Gebruik een defecte
acculader niet en open deze
niet zelf. Daardoor wordt gega-
randeerd dat de veiligheid van
• Let erop dat de netspanning
overeenstemt met de gege-
vens van het typeplaatje op
de acculader. Er bestaat gevaar
voor een elektrische schok.
• Scheid de acculader van het
net vooraleer verbindingen
met de accu/het elektro-
werktuig/het toestel geslo-
ten of geopend worden.
• Houd de acculader zuiver
en uit de buurt van vocht
en regen. Gebruik de accu-
lader nooit in de openlucht.
Door vervuiling en het binnendrin-
gen van water vergroot het ge-
vaar voor een elektrische schok.
• De acculader mag al-
originele accu’s gebruikt
worden. Het laden van andere
accu’s kan tot verwondingen en
brandgevaar leiden.
• -
schadigingen van de accu-
lader.
leiden.
• De acculader mag niet op
een brandbare ondergrond
-
bruikt worden. Er bestaat
brandgevaar wegens de verwar-
• Als het netsnoer van dit apparaat
beschadigd wordt, moet het door
-
-
vervangen worden om gevaren te
• De accu van uw apparaat wordt
geladen toestand geleverd en
keer correct opgeladen worden.
Voor de eerste oplading wordt
in de sokkel en sluit het laadtoe-
stel op het stroomnet aan.
• Trek de netstekker uit wanneer de
verbreek het laadtoestel van het
ca. 5 uur.
• -
beschadigen. Opmerking: door
voortdurend kleine capaciteiten
-
len beschadigd worden. Enkel
langzaam functioneert.
• Gebruik geen niet-oplaadbare