7
MONTAGE
■ De minimale bladdikte bij combinatie met
een inbouwoven is 30 mm. De maximale
bladdikte 60 mm.
Let op:
■ De uitzaagmaat aan de voorzijde is 10 mm
gemeten vanaf de corpus van de kast
(voorzijde kast zonder deur).
In combinatie met inbouwoven of
bedieningspaneel
■ Verwijder pandragers en branderdeksels.
■ Schroef de montageplaat achter het
bedieningspaneel los. Alleen de bovenste
en onderste schroeven (om-en-om
gemonteerd) los draaien (zie fig. 4 en 5).
■ Cardankoppelingen (zie fig. 6) in volgorde
aanbrengen op de kraanstiften van de
kookplaat. Koppeling ca. 10 mm over de
stift schuiven en vastschroeven.
■ Kookplaat inbouwen, montageklemmen
vastschroeven. Bij een dun aanrechtblad
montageklemmmen omdraaien.
■ De kookplaat op de gasleiding aansluiten
en testen op gasdichtheid.
min.
fig. 3
fig. 4
fig. 5
fig. 6
fig. 7
6
INSTALLATIE/MONTAGE
Installatie
Algemeen
Dit toestel mag alleen door een erkend
gastechnisch installateur aangesloten
worden.
Elektrische aansluiting 230 V - 50 Hz.
(alleen voor toestellen met vonkontsteking)
■ De elektrische aansluiting moet voldoen
aan de nationale en lokale voorschriften.
Voor Nederland is dit onder andere
NEN 1010.
■ Stopcontact en stekker moeten te allen
tijde bereikbaar blijven.
Gasaansluiting: RC 3/8˝ (ISO 7/1-RC 3/8)
■ De gasaansluiting moet voldoen aan de
nationale en lokale voorschriften. Voor
Nederland zijn dit onder andere de GAVO-
voorschriften (NEN 1078).
Deze bepalen onder andere dat:
– uitsluitend goedgekeurde materialen
gebruikt mogen worden.
Let op:
De gassoort en het land waarvoor het toestel
is ingericht staan vermeld op het
gegevensplaatje.
In de fabriek is het toestel ingeregeld voor G25
(aardgas) met een druk van 25 mbar.
Toestelcategorie I 2L
■ Wij adviseren de kookplaat aan te sluiten
met een vaste leiding. Aansluiting door
middel van een speciaal daarvoor
bestemde veiligheidsslang is ook
toegestaan. In alle gevallen moet er voor
het toestel een aansluitkraan geplaatst
worden op een makkelijk bereikbare plaats,
bijvoorbeeld in het naastgelegen
keukenkastje.
Let op:
Een veiligheidsslang mag niet worden geknikt
en niet in aanraking komen met hete delen van
de inbouwoven of bewegende delen van het
keukenmeubel, bijvoorbeeld een lade.
■ Alvorens het toestel in gebruik te nemen de
aansluitingen met zeepsop controleren op
gasdichtheid.
Montage gasinbouwkookplaten
Let op:
Plaats een kookplaat niet naast een hoge kast
of wand van brandbaar materiaal. (Indien niet
anders mogelijk, houdt dan een minimale
afstand van 40 mm tussen buitenkant kook-
plaat en deze wand. Houd ook een afstand van
minimaal 65 cm aan tussen de kookplaat en
een eventueel te plaatsen afzuigkap.)
■ Met behulp van het sjabloon kunt u de
uitzaagmaat (490x560 mm) aftekenen op het
aanrechtblad.