16 17
installatievoorschrift
Elektrische aansluiting (alleen voor toestellen met vonkontsteking)
230 V - 50 Hz - 0,6 VA.
De elektrische aansluiting moet voldoen aan de nationale en lokale
voorschriften.
Wandcontactdoos en stekker moeten te allen tijde bereikbaar blijven.
Als u een vaste aansluiting wilt maken, moet u er voor zorgen dat er een
omnipolaire schakelaar met een contactafstand van minimaal 3 mm in de
toevoerleiding wordt aangebracht.
Let op
Dit toestel moet altijd geaard zijn.
Indien de aansluitkabel beschadigd is mag deze alleen worden vervangen door
de fabrikant, zijn serviceorganisatie of gelijkwaardig gekwalificeerde personen,
teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
installatievoorschrift
Algemeen
Dit toestel mag alleen door een erkend gastechnisch installateur worden
aangesloten.
Let op
De gassoort en het land waarvoor het toestel is ingericht staan vermeld op het
gegevensplaatje.
Dit is een klasse 3 toestel.
Gasaansluiting
De gasaansluiting moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften.
Wij adviseren de kookplaat aan te sluiten met een vaste leiding. Aansluiting
door middel van een speciaal daarvoor bestemde veiligheidsslang is ook
toegestaan.
Achter een inbouwoven moet een volledig metalen slang worden gebruikt.
Let op
Een veiligheidsslang mag niet worden geknikt en niet in aanraking komen met
bewegende delen van het keukenmeubel.
In alle gevallen moet er voor het toestel een aansluitkraan geplaatst worden op
een makkelijk bereikbare plaats.
Voordat u het toestel in gebruik neemt moet u de aansluitingen met zeepsop
controleren op gasdichtheid.
Let op
De onderzijde van de kookplaat wordt heet.